De schoolstrijd in Vlaanderen heeft een nieuwe vorm aangenomen nu het aantal leerlingen bepaalt hoeveel subsidie een school toegewezen krijgt. Het elkaar afsnoepen van leerlingen is common practice geworden, en de strijd wordt met de dag bitsiger gevoerd. Getuige daarvan is de hiernavolgende brief die in 'De gazet van de Luchtbal'. verscheen.
Recht op antwoord, door de heer Van Zwavel, directeur van basisschool De Tor.
Aan de redactie van 'De gazet van de Luchtbal'
De manier waarop directeur Hooft van basisschool De Krekel in uw krant meent publiciteit te mogen maken voor zijn school nemen wij niet! Tot vorig schooljaar waren De Krekel en De Tor verwikkeld in wat we een sportieve concurrentiestrijd kunnen noemen. We gunden elkaar het licht in de ogen. Als een leerling van onze school overstapte naar De Krekel, of vice versa, dan schikten wij ons in dat verlies. Niets van die goodwill blijft er nog over na die smadelijke aantijgingen van de heer Hooft. De slogan 'Het doel heiligt de middelen' draagt de heer Hooft nu hoog in zijn vaandel. Welnu, wij nemen de handschoen op! Wij zijn niet zinnens om ons als makke schapen te laten afslachten! In dit Recht op antwoord willen wij onze verontwaardiging uiten over de misplaatste argumenta ad hominem waarvan de heer Hooft zich doorlopend bedient.
Nee, de Tor is geen olifantenkerkhof waar aftandse en uitgebluste leerkrachten een laatste toevlucht hebben gezocht! Het is niet omdat onze jongste leerkracht een krasse veertiger is, dat wij niet in staat zouden zijn om het jonge volkje te begeesteren. Integendeel, durf ik te stellen. Neem nu ons laatste carnavalbal. Wie blies er uren aan een stuk, zonder merkbare ademnood, op de toeter terwijl onze jongste leerkracht al lag te snurken onder de confetti? Juist, de heer Stapelaer, dezelfde die de heer Hooft in zijn vunzige artikel 'de mummie' durft te noemen! Dit maar om te illustreren dat de slagkracht en het enthousiasme van onze oudere leerkrachten nog ongebroken is.
Nee, onze schoolboeken vallen niet uiteen meneer Hooft, en nee, ze dateren niet van vóór de eeuwwisseling! Het is degelijk materiaal, dat zijn deugdelijkheid al die jaren ruim bewezen heeft. Maar u, als jonge snaak van dertig, heeft daar natuurlijk geen kaas van gegeten.
Nee, meneer Hooft, wij slaan geen kinderen! Wij corrigeren ze. Misschien, meneer Hooft, hadden ze u in uw jeugd af en toe een schop onder de krent moeten geven, dan had u nu niet zoveel kapsones gemaakt.
En wat verdorie nog aan toe heeft mijn relatie met de conciërge te maken met het pedagogische klimaat in onze school? Van een staaltje puriteinse hypocrisie gesproken! Iedereen in onze buurt weet intussen dat de heer Hooft zelf niet vies is van een groen blaadje. Vraag dat maar eens aan die del van een turnlerares die op dinsdag en donderdag zjin etablissement frequenteert! Uit goed ingelichte bron weet ik trouwens dat Anna, zo heet de del, niet eens een degelijke spreidstand op de balk aankan, om maar te zwijgen over haar kunsten op het paard. Onze turnleerkracht, de heer Boutens, mag dan wel grijze slapen hebben - zijn spreidstand mag er wezen, en op het paard staat hij nog altijd zijn mannetje.
Wat ik helemaal niet te verteren vond van de heer Hooft, was zijn opschepperij over zijn computers. Hij heeft er twaalf, wij geen enkele. So what? Dat modernisme zint ons niet. Geef ons een pin krijt, een bord, een hoop leien en griffels, en we volbrengen de meest verbazingwekkende pedagogische hoogstandjes. Valt de stroom uit? Geen probleem voor ons, maar de heer Hooft zit geheid met zijn handen in zijn nog weelderige haardos. Heel dat computergedoe is trouwens niet meer dan een modegril, net zoals die taallabs indertijd. Binnen enkele jaren kan de heer Hooft zijn hele handel op zolder kieperen. Bovendien, en dat verzwijgt de heer Hooft wijselijk voor de ouders, is het gebruik van computers niet zonder gevaar! Virussen, oogziekten en spieratrofie bedreigen de kinderen van basisschool De Krekel. Bij ons zitten ze tenminste veilig!
Ik neem het de heer Hooft bijzonder kwalijk dat hij mijn fysiek voorkomen hekelt in zijn artikel 'De Krekel, een school met een hart, in tegenstelling tot De Tor, in dezelfde straat gelegen.' Dit gaat werkelijk te ver. Zelfs in het huidige libertijnse klimaat is het not done om iemand een kruising tussen Cyrano de Bergerac en de Olifantman te noemen! Dat mijn neus wat scheef staat, dat is mijn zaak. Het geeft me karakter. Dat mijn kleine schedelomtrek een indicatie is voor intellectuele zwakheid is onzin. En dat kinderen angstdromen krijgen van kleine, gebochelde mannen is helemaal Freudiaanse prietpraat. Dat de heer Hooft zelf maar eens voor de spiegel gaat staan! Zo fraai is zijn atletische lichaam nu ook weer niet. En volgens mij lijkt hij helemaal niet op de jonge Mel Gibson, wat al die jonge moeders ook mogen beweren.
Over de sterke punten van onze school zwijgt hij natuurlijk als een graf! In zijn artikel 'De Krekel, een school met een hart, in tegenstelling tot De Tor, in dezelfde straat gelegen.' rept hij met geen woord over onze indrukwekkende inkomhal in laat kolonialistische stijl. Onze als monument geklasseerde turnzaal? Geen woord. Onze kindvriendelijke stenen speelplaats met lommerrijke plaatsjes onder de linden? Doodgezwegen. De heer Hooft maakt zich hier schuldig aan een schandelijke reductie van de volle werkelijkheid.
Wat zoveel ouders bezielt om hun kinderen naar de Kever te sturen, ik zou het echt niet kunnen zeggen. De agressieve publiciteitscampagne van de heer Hooft zal daar wel voor iets tussen zitten. Zelf vind ik de spandoeken boven zijn schoolpoort "De klant is koning", "U vraagt, wij leveren, "Torren zijn vieze beesten" van slechte smaak getuigen. Elke vorm van subtiliteit is de heer Hooft vreemd. Hij zwelgt in zijn rol als public relations officer en doorspekt zijn betoog voortdurend met termen uit de economische sfeer. Hij runt zijn school, maakt prognoses en statistieken, verzorgt de relaties met de klanten en misbruikt de media om basisschool De Tor kinderen af te snoepen.
Wat een wereld van verschil met De Tor!
Hier vertrouwen wij nog op beproefde methodes, als daar zijn: het frontale lesgeven, de autoritaire aanpak, de dril en het levend hoekje achteraan in de klas. De school is geen bedrijf, meneer Hooft! U mag zich manager noemen en statistieken maken op uw computer tot u er een punthoofd van krijgt, maar wij doen niet mee. Wij gruwen van het idee dat de school op de markt wordt gegooid en wensen niet aan de ratrace deel te nemen. Maar wees gerust, meneer Hooft, De Tor laten we niet roemloos ten onder gaan. Als oude olifanten zullen wij blijven strijden tegen de lichtvoetigheid van uw denken!
Van Zwavel,
directeur van basisschool "De Tor"