Kernvormende spraakkunst van het Kinroois

Onbenadrukte vormen van de onderwerpsvormen, zoals ze hieronder voorgesteld worden, hebben een eigen rol in de zinsbouw. Die rol wordt besproken op verschillende bladen waar de persoonlijke voornaamwoorden op besproken worden.

Enkelvoud:

• eerste persoon:  ich  /ɪx/ de term primair of onbenadrukt is bij deze persoon niet van toepassing omdat er geen andere vorm is, maar het hoort wel bij de reeks van onbenadrukte onderwerpsvormen, alsook in de reeks van primaire onderwerpsvormen

• tweede persoon:  de  /də/ onbenadrukt ten opzichte van dich

• derde persoon, mannelijk:  er  /ər/ onbenadrukt ten opzichte van hae

  • Voorbehoud: Dit encliticum kan niet gebruikt worden in een canonieke zinsbouw. In dit geval wordt hae gebruikt.

• derde persoon, vrouwelijk:  ze  /zə/ onbenadrukt ten opzichte van ziej

• derde persoon, vrouwelijk:  het  /hət/ en  et  /ət/ onbenadrukt ten opzichte van het /hɛt/

Meervoud:

• eerste persoon:  we  /wə/ onbenadrukt ten opzichte van wae

• tweede persoon:  ge  /ɣɛː/ onbenadrukt ten opzichte van gae

• tweede persoon:  er  /ər/ onbenadrukt ten opzichte van gae

  • Voorbehoud: Dit encliticum kan niet gebruikt worden in een canonieke zinsbouw. In dit geval wordt ge gebruikt.

• derde persoon:  ze  /zə/ onbenadrukt ten opzichte van ziej

Hoffelijkheidsvorm enkelvoud en meervoud, afgeleid van de tweede persoon meervoud:

• tweede persoon:  ge  /ɣə/ onbenadrukt ten opzichte van gae

• tweede persoon:  er  /ər/ onbenadrukt ten opzichte van gae

Lees ook op volgende bladen:

• Persoonlijke voornaamwoorden in de onderwerpsvorm als onderwerp

• Primaire onderwerpsvormen

• De status van een woord