25/09/2010
Op de agenda van de week stond rustig door lopen, genieten en werk maken van de SM Loop parcoursverkenning. Ik kan het traject wel dromen maar je weet nooit of er weer vurenhouten paaltjes met rode koppen zijn bijgekomen. De Europesche regels hebben dit jaar namelijk hard toegeslagen. Het Heuvelland wordt momenteel herverkaveld en alle percelen moeten achter prikkeldraad komen. Verder worden nieuwe landwegen 4-baan aangelegd en en bestaande opgewaardeerd. Dat wil zeggen dat het heuvelland wordt ontsiert door met met stol halfverharde landwegen langs strafkampen voor landbouwpercelen. Het enige voordeel is dat het afval nu beter illegaal gestort kan worden.
Een loopje in de streek bij Vaals leverde onverwachts een bijdrage op aan de naam Todtleger van de boerderij bij een van de Geulbronnen. Vooral oude wegkruizen dragen soms stichtelijke teksten. Deze ging over "Dodleger". De vertaling is behalve de betekenis van Dodleger zelfs voor een Hollander niet al te moeilijk. De verleiding om dit woord in verband met de laatste krachten slopende SM Loop met dodenplaats te vertalen was natuurlijk te groot.
Oproep aan Hardlopers
blijf even bij mij staan
om je hier te verkoelen
Hier op de dodenplaats bij het bos
daar komen wij tot rust
De parcoursverkenning speelde op het Belgische gebied net over de grens bij Camerig. Drie jaar geleden was de weg vinden speurwerken geblazen. Nu was het een fluitje van een cent voor zover de bordjes niet over het hoofd gezien werden. Er was namelijk bewegwijzering gekomen. De doorsteek naar Plombiere via Le vieux Moulin waar we ooit zo naar hadden gezocht was nu kinderwerk.
De minder aandacht voor de weg leidde tot meer aandacht voor de omgeving en dat leverde een blik op kinderwerk van een geheel andere orde. Nederland heeft de naam om progressief te zijn maar Belgie stelt de daad. na het passeren van het Hofke bij Gerardsbroich liep ik met rode oortjes verder.
na het belgische avontuur was het afgelopen met de looppret. In de Limburgse wandeling heet de oorzaak een Hexenschuss. Uit het niets kon ik ineens niet staan, nauwelijks zitten en slechts als een lijk liggen. Niets bijzonders want de ervaring heeft geleerd dat het binnen een week of twee over gaat. De oorzaak was dit keer niet te achterhalen. Geen bijzonder zwaar werk of zware sportstrapatsen konden als excuus worden aangevoerd.
18/09/2010
De marathon van de afgelopen zondag had nauwelijk napijnen opgeroepen. Dinsdags was ik weer aardig ter been en kon zelfs de het Buitengoed Slavante bij de Zonneberg in Maastricht weer opkomen.
Uiteindelijk werd het nog een loopweekje van meer dan 8 uur door de Limburgse dreven. Behalve het been zat alles mee. Goede loopzin, redelijk weer en veel te eten onderweg.
12/09/2010
Het is nu bewezen dat je op anderhalf been een marathon kan lopen. Het rechterbeen blijft met letterlijk pijn en moeite niet meer doen dan wat steun verlenen als het linkerbeen van de vloer is. Het pluspunt is dat het niet erger wordt maar het minpunt is dat het niet verbeterd. De voorbereidende lange duurlopen konden dus gelukkig worden gepraktiseerd maar wel in een lager tempo. Met de wetenschap dat het wel 5 uur kon gaan duren ben ik dus in armoede toch maar gestart voor de Marathon Meerssen in plaats van achter de geraniums te blijven.
Ondanks de af en toe neerplenzende regen werd het niet alleen een aangename en maar ook bijzondere loop. Aangenaam omdat het been bleef staan en de pijn niet onverdraaglijk werd. Zodoende werd de afstand zonder inzinkingen en zonder bijzondere moeite overbrugd. Bijzonder omdat ik voor het eerst in mijn leven als laatste ben aangekomen. Ik kan dat iedereen aanraden. Met drie motormoutards, de bezemwagen en de meerijdende verslaggever van de het Limburgs Dagblad kwam ik met veel getoerter over de finish terwijl Radio Limburg "Congratulations" voor mij speelde als intro voor een interview in de directe uitzending. Bovendien bijzonder omdat ik samen met de verslaggever veel geleerd heb over het gebeuren achterin. Het Limburgs Dagblad bleek namelijk een item te maken over dit onderwerp en ik mocht als debutant al lopende mijn bevindingen vertellen.
Om te beginnen leerde ik dat de moutard bij de laatste loper moet blijven en dat deed hij consequent zelfs bij een sanitaire stop. Verder blijft de bezemwagen met engelen geduld rustig achter je rijden. In het begin is al dat getuf rondom je heen hinderlijk maar dat went snel. Sterker nog als je ze even mist dat voel je jezelf verlaten. De eerste moutard heb ik er op de helft uitgelopen want hij kreeg motorpech. Jammer want hij hield mijn camera droog en was zo vriendelijk om bij elke post en signaleur te vertellen dat hij de laatste was en niet ik.
Na de 1e helft werd er zelfs een band opgebouwd. Aanvankelijk kom je over als een lichtelijk seniele grijsaard die aan iets onhaalbaars bezig is maar lopende het gebeuren voel je de omslag. Die werd zichtbaar omdat een langskomende moutard tegen zijn collega's begon te roepen dat ik maar uit de wedstrijd genomen moest worden. Dit ondanks dat ik nog keurig op schema lag. Als een blok stonden mijn begeleiders tegen hem op en kreeg hij een reprimandum van de wedstrijdleiding (Na de finish hebben wij vrede gesloten). De bijkomende adrealine stoot kwam mij goed van pas om de Slingerberg te nemen en de verdere terugweg met frisse moed aan te pakken.
Gelukkig werd de regen wat minder en dat maakte de loop nog aangenamer en zo verdwenen de kilometers langzaam en maar zeker. Achter mij verdwenen ook de afzettingen, signaleurs en drankposten. Dit mag desolaat overkomen maar ik vond het een natuurlijk proces. Velen heb ik gecomplimenteerd met hun geduld en uitgelegd dat ik wel de oudste deelnemers was maar niet meer de snelste. Bij het 40 km punt na het laatste pukkeltje stond Leny bezorgd te wachten. Zij kon helaas als oudste dame na de 26 km nog weinig stappen verzetten. In de bezemwagen volgde zij warm en droog mijn laatste kilometers.
De aankomst in Meerssen was groots. Applaus van de nog goed gevulde terrassen, bloemen, foto's, een radio interview en een gesprek met de voorzitter. Eigenlijk kan ik iedereen aanraden om de rode lantaarn te dragen. Het is veel leuker dan ergens anoniem in de meute te lopen. Wel hoop ik dat mijn been wat bijtrekt voor een stapje harder. Ik heb schuldbewust veel mensen een half uur langer van het 1e pilsje afgehouden.
04/09/2010
Lopende de week werd een trainingsweek van 10:08 netto afgesloten. Dit met slechts 4 loopse dagen in de week. De duur voor de Marathon Meerssen zit er goed in maar de snelheid is er goed uit. Gelukkig hoor en zie je meer als je langzamer gaat en zo hadden wij eerder in de week bijzondere waarnemingen en ontmoetingen.
Zo bespeurden wij ter hoogte van Biesbergweg bij Eys een dolende in het kalkgrasland. Op de vraag of wij iets van hem konden leren werden wij door de entomoloog getrakteerd op vlinder wetenschap. Het duizelde jammer genoeg al snel en het enige dat bij bleef was de daar in grote getalen rondfladderende sint-jacobsvlinder. De koek van de verrassingen was echter niet op. Even verder vond ik voor het eerst hersttijloos in het wild. Het stond precies op de plaats waar ik in het voorjaar nog niet in bloei staande orchideen dacht te zien. Fout want het waren het blad en de vruchten van de de plant.
Wat goeddeels verborgen ligt is de Siegfried Linie. Als je Het lopen brengt door heel Zuid Limburg. Bij enigszins goed weer komt de streek rond Bochholz, Orsbach en Vaals in het vizier. Hier stond eerst de bezichtiging van een in onderhoud zijnde windmolen op het progrmma. Jammer genoeg was er niets anders te zien dan het schakelpaneel. De schacht zelf blijft verborgen achter vloeren en vangnetten.goed kijkt dan zie het verdedigingswerk in het kreupelhout en verborgen onder het gras liggen. Alleen bij de spoorlijn tussen Bochholz en Aken wordt het betonwerk zichtbaar. Het is een gigantisch werk voor igenlijk niets geweest. Wat lang verborgen bleef en nog langer voor mij was de Romeinse Sarcofaag van Vlengendaal. Gelukkig kan je het gewoon vragen aan oudere bewoners.
Wat niet verborgen wordt is een zeer kunstzinnig kruis met marqueterie op de grens tussen Nederland en Duitsland nabij Orsbach en niet ver van de plek waar de sarcofaag is uitgegraven.
Zaterdag moest nog eens worden uitgepakt. het weer was er goed voor met eindelijk zon en iets aangenamere temperaturen. Het werd een aangename zwerftocht tussen Valkenburg en Maastricht met alweer veel belevenissen en veel te zien. Langs de Geul naar Rothem, door het bos de Kuytenberg op om wat overrijpe morellen te verorberen, binnendoor naar Bemelen, achterlangs de Bemelerberg op, binnendoor naar Terblijt, van Terblijt binnendoor naar Sibbe, Daelsweg naar Valkenburg, Koningswinkel en weer terug langs de Geul. Na 3:10 netto zat het er moe zonder uitgeput te zijn.
Bij Bemelen werd ik getroffen door een zwart schaap in een witte kudde. Het riep bij mij het beeld op van mijn lopen als uitbijter tussen of beter gezegd achter de corifeeen in de Marathon Meerssen.
Later kwam ik er achter dat de kudde onderdeel was van een programma om zwarte schapen terug te fokken. Het zwarte schaap was geen stakker maar een ram die het hele jaar aan de bak mag om zwarte lammetjes te maken. Later kreeg het lopen in Terblijt meer niveau dankzij het kunstknippen van een beukenhaag.
28/08/2010
Afgelopen dinsdag was ik weer echt aan lopen toe. De verkoudheid was verdwenen op wat gereutel in de luchtpijpen na. De hervatting was hard nodig want 's woendags stond een trainingssessie bij Jo in de Ardennen op het programma. De ervaring is dat Jo zichzelf dan niet spaart en mij zeker niet. Het werd een aangenaam rondje rond de Eyserboschweg. De fietskant is algemeen bekend maar de achterkanten vanuit Piepert, Cartils en Wylre zijn minstens zo uitdagend en natuurlijk veel rustiger.
De Eyserbosch is niet al te breed. Toch scheuren auto's, motoren en bergaf rijdende fietsers net als in heel ZuidLimburg als gekken. 's Zondags en in de vakantietijd zijn de Mergellandwegen uit veiligheidsoverwegingen maar helemaal te mijden. Naar het racen kraait geen haan want het "Blauw" op de Zuid Limburgse wegen is een nagenoeg uitgestorven soort. Om dit te ondervangen heeft de een of andere gesubsidieerde club weer een ludieke actie bedacht in de vorm van waarschuwende kunstwerken langs de weg. Op zich nutteloos want opvoeden zonder sancties heeft nog nooit gewerkt. Het enige effect voor mij was een aardig plaatje.
Woensdag werd naar de Ardennen getuft. Na een stief kwartiertje bijpraten over de verbouwing, hardlopen met Nepal in het bijzonder en nog meer koetjes en kalfjes gingen wij op pad. Vroeger wist Jo heg noch steg te vinden maar in de Ardennen is hij bijgeschoold. Achteloos slaat hij het ene na het andere doodlopende pad in om vervolgens dwars door bos, hei, moerassen en beken verder te worstelen. Dit zorgde in ieder geval voor wat bijvoer in de vorm van bosbessen en bramen.Paddentoelen had ook gekund maar wij durfden dat niet aan zelfs na een spoedcursus door een plukkend ouder echtpaar die gezien hun overleven wel deskundig moesten zijn.
Wij hebben Jo aangespoord om op een eenvoudiger manier geld uit zijn lopen te gaan Onderweg vruchten plukken voor de jamfabricage en paddo's zoeken voor e verlichte geesten moet een goudmijm zijn
Daarmee was het leren nog niet afgelopen. Bij de start had Jo iets gezegd over een klooster en toen wij meer dan twee uur gelopen hadden waren wij daar rijp voor een retraite in het klooster Farnieres. Het bleek meer een conferentiecentrum met een kerk erbij dan een klooster. Achter de ramen werd er dan ook goed getraind.
Na het klooster hebben we er nog een uurtje aangebreid voordat wij Jenny weer gingen opzoeken. Ondanks de sombere berichten over regen en kou was het droog en aangenaam gebleven. Leny had dus tevergeefs haar badmuts mee genomen.
07/08/2010
Als je een nieuw paspoort scant dan is het handig om deze na gedane arbeid weer onder de scanner vandaan te halen en weer in de portefeuille te stoppen. Deze les leerde ik op het vliegveld Einhoven bij het inchecken voor Pisa. Bij de marechaussee zat een noodpaspoort er niet in. Eerst werd ik 15 min. aan het lijntje gehouden vanwege de chef (het was lunchtijd) en daarna kwam zonder dat de chef er aan te pas kwam zonder reden een njet. Toen de koerier met het document arriveerde was de gate net 4 minuten dicht.
Voor een hardloper geeft dit allemaal geen stress want de hartslag kwam niet boven de 60 slagen/min. Een dag later bereikte ik Pisa in goede gezondheid. Het hotel stond echter op stelten. De general manager en het personeel kennen mij goed en dus was het lachen geblazen. Hun typisch Italiaanse verklaring was dat ik tijdens het scannen uit mijn concentratie gebracht moest zijn door een mooie vrouw. Het is overigens opmerkelijk dat het vertellen van mijn verhaal zoveel andere gelijksoortige verhalen losmaakt. Ergo, stom maar ik was in goed gezelschap.
Viareggio was onveranderd. Leuke stad, mooi en vooral schoon strand, goed hotel en een Italiaanse sfeer. Ondanks de drukte is er geen herrie of gedoe. De in hoofdzaak Italiaanse vakantiegangers door het ontbreken van betonnen toeristen pakhuizen zijn hier debet aan. Daarnaast speelt de sterke arm een rol. Onzichtbaar maar als zij zichtbaar worden dan boezemen ze respect in. Oom agent discussiert namelijk niet. Dat Viareggio daarbij de Italiaanse carnavalsstad is, werd ’s avonds duidelijk gemaakt met een mini optocht.
Het strand is voor mij een bijzaak. ’s Morgens een paar uurtjes zitten en dan er snel op uit.
Viareggio ligt aan de voet van de Alpi Apuane en dat biedt ongekende mogelijkheden. Het bergmassief is wel lang maar niet extreem hoog. Vanaf zeeniveau is 2000 m omhoog echter heel wat. Ik klungel lopend en fietsend tot zo’n 1000 m wat op de flanken. Om het gebied echt te verkennen moet eigenlijk een wekenlange trektocht gemaakt worden langs de vele hutten over de wirwar van bergpaden.
De natuur is uitdagend. Op zeeniveau en in de aanloop op de flanken bloed heet. Boven de 500 m wordt het aangenaam en beginnen overal beekjes te stromen. Boven de 1000 m komen de bergweides met de bellende koeien. De hellingen zijn dicht bedekt met een oerbos van doornstruiken en loofbomen en bijna ondoordringbaar. De bergpaden zijn of oude Romeinse verbindingswegen tussen dorpen of of jachtpaden. Het is bijna onwerkelijk uit het strandtoerisme in die wildernis te stappen.
Mijn Italiaanse mountain bike is de pijler van de sportieve exercities. Deze werd gefinancierd uit de verschilkosten tussen met de auto + fietsen op het dak komen of met het vliegtuig gaan. Het is een COOP supermarkt versie die 50 weken per jaar in de kelder van het hotel gestald blijft en zodoende nog steeds gloednieuw is. Banden oppompen en wat klein onderhoud volstaat. Helaas had de “airport security” in de vorm van een kaal geschoren Neanderthaler mijn mini baco en imbussleuteljes ingevorderd vanwege het gevaar. Ook daar heb ik mij maar niet over opgewonden. Leentjebuur spelen bij de hotel maintenance werkte ook goed.
09/08/2010
De eerste tocht is standaard om er in te komen. Niet gelijk de beuk erin maar een ontspannen bike–run-bike. Helemaal ontspannen werd het toch niet. Bijna 250 m klimmen is lopend geen probleem maar met de mountain bike was het weer even wennen. Vergeleken met het gewicht van de racefiets is het een zwaargewicht. De weerstand van de dikke profielbanden doet daar nog een schepje boven op. Het geheim is rustig doortrappen en onderweg de tijd nemen voor drinken en een plaatje maken.
Boven gaat de fiets aan de ketting en duik ik hardlopend de bergpaden af. Altijd weer een avontuur omdat tweede huizen bouwers soms wat van de kaart vegen. Ook nu moest ik een overwoekerd deel exploreren.
Eenmaal beneden is er geen keus. De fiets moet nu eenmaal boven opgehaald worden. Het ontspannen gebeuren werd zodoende ruim drie uur hard werken in de middagzon. Gelukkig vind je overal heilzaam bergwater spuiende waterkranen van het Consorzio Bonifica. Helaas kan je minder naar binnen gieten dan eruit loopt. Maar dat elk nadeel zijn voordeel heeft blijkt ’s avonds in het hotel want het bier en de wijn gaat erin als koek.
10/08/2010
Pedona is een stapje zwaarder. De hoogte is 50 m meer en het aanrijden een paar kilometer langer. Dat was te merken aan de bovenbenen. De zit op de mountain bike is anders dan op de racefiets en dat vraagt wat arbeid van spieren die dat nog niet weten. Het mooie traject met doorlopend uitzicht op zee en op de bergen verzachtte echter de pijn.
Vanuit Pedona loopt een steil bergpad weer 300 m naar beneden. Alleen ingewijden weten deze benenbreker te vinden. Het oorspronkelijk Romeinse pad is namelijk vrijwel in kale rots en losse stenen veranderd. Wel mooi en ruig om te lopen. Beneden is het gelijk weer omhoog en kan je mijmeren over het verschil tussen lopen of fietsen. Energetisch is trappen zwaarder vanwege het gewicht van de fiets. Het gaat echter sneller dan lopen. Ra, ra hoe kan dat.
Het zit waarschijnlijk in de meer gelijkmatige beweging van het rondmalen. Bij lopen moet bij elke stap het lichaam weer iets versneld worden. Hoe dan ook, weer uitgedroogd en weer voldaan kwam ik terug in het hotel voor het versterken van de inwendige mens.
11/08/2010
Een van de mooiste trajecten om te lopen is de Strada Panoramico. Deze loopt van Monte Pitori tot Bargecchia over ca 6 km langs een bergkam. Het uitzicht is adembenemend. In de verte Pisa, iets dichterbij de zee en bijna onder handbereik Lago di Puccini. Dit alles door bossen en langs allerlei gaarden. Honger en dorst hoefden niet geleden te worden want de bramen hingen in volle trossen langs de weg.Een klein probleem is dat voor het lopen eerst naar Monte Pitori gefietst moet worden. Niet echt extreem hoog maar de helling ligt wat lastig. Een troost is de vele aanmoedigingen die op het wegdek zijn geschilderd. Er worden veel wielerwedstrijden gehouden en dat laat sporen na. Overigens zijn Italianen niet te beroerd om dit verbaal te ondersteunen. Salve in plaats van buongiorno duidt op het onderkennen van iets sportiefs en forza, forza is anders bedoeld dan hup, hup.Nu hield het traject mij bijna vier uur van de straat en ben ik na drie dagen aan de bak toe aan een dia di risposo. Het wordt dus morgen afzien aan het strand.
12/08/2010
Het afzien begon met de weekmarkt. Deze is gericht op de autochtone bevolking maar een uitje voor de (v) vakantiegangers. Heerlijk en naar mijn waarneming doelloos plukken in allerlei stalletjes is een genot dat mij met afgrijzen vervult. Vanachter de camera is het gedoe echter goed te pruimen.
Het zitten op het strand is parasolwerk. In de volle zon bakken om een bruine kleur te krijgen is water naar de zee dragen. Na een week binnenzitten in Nederland is deze immers weer verdwenen. Mijn toch aanmerkelijke bruinheid roept dan ook vraagtekens op. Gewoon bewegen is het antwoord. Uitnodigingen om mee te gaan vinden echter geen gehoor. Wel mag ik elke dag verhalen hoe warm het was en hoe ver.
De warmte valt echter wel mee. Een tandje lager, veel drinken en af en toe stilstaan om te genieten is de remedie. Alleen het afdalen op de fiets is afzien. Druipend van het zweet met de benen stil naar beneden suizen is geen cooling down meer maar chillen.
13/08/2010
Gelovigheid en bijgelovigheid is mij vreemd. Toch is het verdacht dat juist op vrijdag de 13e bij het krieken van de dag vanuit zee een onweer losbarstte. Warmteonweren omtstaan in de bergen dus dit was een koufrontonweer. Als West Europa zucht onder depressieweer dan zwiepen af en toe de staarten over Noord Italië. Niet verontrustend want na een paar uur schijnt de zon weer alsof er niet gebeurd is. Het krieken van de dag ontnam goeddeels het zicht op het bliksemen boven zee . Als compensatie kwamen de onweerswolken goed zichtbaar uit zee aanrollen. Het gras hoefde duidelijk niet gesproeid te worden. Het viel met veel lawaai met bakken uit de hemel om weer snel weg te zinken in de zanderige bodem.
In het hotel zorgde het onweer voor veel verwarring onder de gasten. Wat moet je doen als de zon (even) niet schijnt. Al gauw bleek er een onderscheid tussen optimisten, pessimisten en realisten. Daarnaast zie je ook fatalisten. Engelsen in dat soort uitblinkers. Plots zitten zij met een stiff lip in een lange broek met een trui aan te ontbijten met de parapluie als wapen onder handbereik. Zelf schaar ik mij onder het motto na regen komt zonneschijn mij optimistisch onder de realisten. En zo geschiede het ook.
’s Middags scheen de zon weer uitbundig aan de blauwe hemel. Het moment om wat te gaan bewegen. Het plan was om naar Valdicastello Carducci te fietsen en vandaar een weg naar Monteggiori te vinden. Ik wist dat deze er was maar vinden is een andere zaak. De vallei van het kasteel van de grote Italiaanse dichter is smal en loopt dood op een bergrug van bijna 1000 m. De beek in de vallei was door het onweer aangegroeid tot een imposante waterstroom. De gedachte aan waterkracht werd gelijk ingevuld toen ik al zoekende op een verallen watermolens inclusief molenaar stootte. De zoektocht leverde ook zicht op twee beeldentuinen met een totaal verschillende spiritualiteit op. Gesterkt volgde ik mijn weg.
Bij een houtzagerij onder aan de helling liep het dood op privato. Dit bleek schijnbaar te zijn want de ondernemer wees mij desgevraagd naar boven. Het werd een prachtig bospad gestoffeerd met varens en op grijphoogte hangende trossen rijpe bramen. Het kwam uiteindelijk boven uit op weer een privato. Geen wonder dat ik het nooit had kunnen vinden. Het bordje houdt niet zozeer tegen maar er schuilen soms honden achter die niet in schoot passen. Montegiorri (bergje) is een plaatje. Het ligt op de top van een heuvel van 250 m hoog en is nog helemaal ommuurd en voorzien van een echte poort zonder deur. Het stadje is alleen te zien met de benenwagen. Kortom een lustoord voor een dorstige fotograaf want ook een waterkraan ontbreekt dar niet.
Het mooie weer lokte mij verder omhoog naar La Culla (de Wieg) op 450 m. Een mooi maar uitdagend traject in de volle zon. Tot mijn verbazing werd ik opeens ingehaald door een ca 30 jaar jongere loper. Nooit heb ik daar een loper gezien en nu ik er een zag liep hij heel on-Italiaans zonder een woord te zeggen voorbij. Tot mij vreugde viel hij hoewel goed lopend steeds stil op de steile helling en zette weer de vaart erin als ik aan kwam sloffen. Het gebeuren leek mij een goed moment om hem een poets te bakken. Ook daar ken ik de oude wegen die de moderne slingerwegen afsteken. Het is wel even zwoegen maar het bespaart kilometers. Ik ontmoette hem weer na het drinken tijdens het afdalen. Hij gelooft nu in bovenaardse krachten van een grijze vreemdeling.
Het terugfietsen was ontspannend totdat een dame mijn aandacht probeerde te trekken. Eerst dacht ik aan een wegwerkster. In Italië bieden sommige dames namelijk puur natuur aan en staan dus langs de weg in plaats van achter de ramen te zitten.
Nader beschouwd bleek zij niet om aan te pakken want zij stond tot aan de ellebogen in het kettingsmeer. Het werd nog een heel karwei vanwege het klemzitten van de ketting maar na het forceren van de kettingkast lukte het om het gangwerk weer draaiende te krijgen. De beloning bestond uit smerige handen, een stralende dame en Nederland promotie. Wij kunnen meer dan voetballen. Het werd met wat horten en stoten toch nog bijna 4 uur onderweg.
15/08/2010
Het weer was weer zoals het hoorde. Ik was dat niet helemaal door een opkomende zomergriepje. ’s Middags leek het echter geen probleem om rustig wat in het laagland rond te fietsen. Eerst neusde ik wat rond in de Citta del Carnevale. Daar bleek ook ’s zondags nog wat gewerkt te worden. De Carnavalsstad bestaat uit een enorm gebouwen complex waarin allerlei ontwerpers en bouwers van carnavalbouwers hun bedrijf hebben gevestigd. De ontwerpers zijn aan hun kunststukken te zien in feite beeldende kunstenaars.
In de lijn van de kunst Je ziet er verbazend mooie zaken in vorm en kleur. Natuurlijk nemen politiek en sport een belangrijke plaats in. Wat echter te denken van de martelkelder van de Groot Inquisiteur en de Godin van de vruchtbaarheid in het zo vreedzame en gelovige Italië.ben ik verder gereden naar de marmerstad Pietrasanta.
Of de stad naar Petrus is genoemd of dat er sprake is van een heilige rots is nog niet duidelijk. Wel duidelijk is het hoge marmergehalte in de vorm van gebouwen, bestrating, voorwerpen en standbeelden.
Dit laatste moet een paar terrasbezoekster geïnspireerd hebben. Plots werd ik na het parkeren van mijn fiets naar mijn leeftijd gevraagd en daarna overladen met complementen over mijn (nog) sportieve gestalte. Uiteraard heb ik Pietrasanta verlaten met een sky high ego en zal niet aarzelen om daar spoedig weer te keren zo dit zal weer down to earth dreigt te worden.
Op 15 augustus viert Italie feest met Ferraugusta. De happening is ontstaan uit het converteren van een voor-Christelijk feest naar Maria Hemelvaart. Veel Hemelvaart zit er zo te zien niet meer in maar het eten en drinken is denkelijk onaangetast gebleven. De maaltijd met vis en wijn vormt ontegenzeggelijk de hoofdmoot van de feestelijkheden. Met de wens Buon Ferraugusta gaat dat er goed in. Natuurlijk moet daar wel vooraf op gedronken worden met een "drink". Ditmaal vanwege de straffe zeewind binnen in plaats van in de hotelttuin.
16/08/2010
De verkoudheid leek met een sisser af te lopen althans zo voelde ik dat. Het leek een goed plan om een tocht die vorig jaar uit tijdgebrek strandde nu te volbrengen. Het betrof het rondje Capezanno Monte – Santa di Stazzema – Valdicastello Carducci – Capezanno Monte. Het eerste probleem van het rondje is dat eerst naar Capezanno Monte gefietst moet worden en dat de Monte op 330 m hoog ligt. Het tweede probleem is dat daarna nog 400 hoger geklommen moet worden. Daarna zijn de problemen nog niet op. De afdaling van 700 m is duivelse Romeinse keienweg en daarna wacht dan de slotklim van 300 m naar de fiets. Over het terugfietsen nog maar te zwijgen.
In mijn overschatting had ik 2 h voor het rondje uitgetrokken. Het nog niet gelopen deel gooide echter roet in het eten. Weggespoelde stukken pad en omgevallen bomen maakten een echte survival van de tocht. De weg vinden was geen kunst want er was eerder een herdenkingstocht gehouden in het kader van de moordpartij van Kesselring in Santa Anna tijden het terugtrekken door Italië in WOII. Uiteindelijk werd het 2:50 banjeren zonder onderweg een sterveling tegen te komen. Met het fietsen mee werd het meer dan 5 ½ uur sporten.
17/08/2010
Natuurlijk had ik gedaan wat ik iedereen afraad. Geen grote inspanningen bij verkoudheden. ’s Nachts stroomde mijn neus als de bergbeek die ik gisteren op de video zette en blafte ik bij tijd en wijle als een Italiaanse waakhond. Dit alles bij een hartslag van +15 boven normaal.
Kortom, loon naar werken met gedwongen rust. Het werd een topprestatie door de hele dag op het strand te vertoeven. Ik wist niet dat ik een hele dag kon zitten en liggen. Ik wist ook niet dat je daar dan weer doodmoe van wordt.
Hopelijk volstaat één dag en kan ik mij morgen weer ontspannen met wat rustige beenbewegingen.
18-21/08/010
Het zomergriepje bleek taaier dan ik dacht. Met beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald heb ik mijn strandstoel dus doorgezeten. Gelukkig bleef het weer wat onstabiel met redelijk wat wind en af en toe wat wolken voor de zon. De temperatuur bleef daardoor aangenaam.
De terugweg begon goed met de lijnbus van Vareggio naar het vliegveld Galileo van Pisa. Een leuke rit die ook nog even het centrum van Pisa aandoet. In de vroege ochtend stond de ambulance al paraat om de oververhitte toeristen af te voeren. Door de poort zag ik nog net dat het geen luxe was want op het terrein van de Torre Pendente di Pisa kon al over de hoofden gelopen worden.
Het vliegveld van Pisa is klein en knus. Deze knusheid was echter redelijk benauwend aangezien heel Europa weer terug wilde vliegen. Gelukkig was de onvermijdelijke vertraging beperkt zodat niet al te lang van de chaos genoten mocht worden.
Het enige verder vermeldenswaardige van de vlucht was het bovenaanzicht van de Alpen oostenlijk van de Monta Rosa.
In Eindhoven stond mijn auto geduldig te wachten met een parkeerbon. Gelukkig niet alleen maar in gezelschap van vele andere auto's waarvan de eigenaars ook geen bord of parkeermeter hadden kunnen ontdekken. Dit werd de laatste vakantiefoto en de eerste voor het bezwaarschrift. Een geluk bij een ongeluk was dat de bon nog altijd goedkoper was dan twee weken betaad parkeren.
Het was dus een vakantie met veel downs als je de zegeningen niet telt. In de auto terug heb ik "Always look on the bride side of live" uit Monty Pyton's "Live of Brian" maar opgezet.
18/07/10
Mijn poging om mijn duim er af te hakken is, evenals het lopen van de Mont Blanc Marathon mislukt. Gelukkig hebben de doekjes voor het bloeden intussen geholpen. Voor de duim was dit het afbinden van de lustig pompende dito slagader en voor de MBM het fraaie loopshirt.
De duim had alles te maken met mijn befaamde Nochino (notenlikeur). De onrijpe walnoten zijn zo hard dat slechts een slagershakmes soulaas biedt om de vrucht te splijten om zo de alcohol toegang tot het binnenste te verschaffen.
Als resultaat van mijn vele veiligheidstrainingen houd ik daarbij (bijna) altijd de linkerhand op de rug. Waarom deze daar nu niet zat is gelukkig geen trauma geworden. De hechtingen doen hun werk en de met een tyrape bevestigde oude handschoenduim is intussen gepatenteerd als beschermingshoes en als opsteker..
Tussen het hakken en hechten heb ik veel geleerd. Buiten 112 om kom je zonder telefonische afspraak de witte jassen tempel niet binnen. De telefonische entree procedure is "Is het levens bedreigend druk 1 druk anders 2". Dan komt er na enig wachten een stemmetje. Wat hebt u; Nee, hakmes staat niet in de computer; Wat zijn de verschijnselen; Wat bedoelt u met hard bloeden; Enz. Gelukkig was na het nemen van deze hindernis de dienstdoende verpleger zeer bekwaam en kon de arts (f) goed overweg met naald en draad. Goed genaaid ging ik dus tevreden naar huis.
Met een weekje tussenpozen vanwege de bewassing werd in het kader van een Vader - Zoon week half juli wederom afgereisd naar de Italiaanse Alpen. Ditmaal stond Valtournenche op het programma met Hotel Les Neiges d'Antan in de buurt van Breuil als uitvalsbasis. Het hotel bleek een schot in de roos. Kamer met uitzicht op de Matterhorn, op overbrugbare afstand van het nogal toeristische Breuil, een mooi terras, vriendelijk personeel en een goede keuken. Ook nu waren de weersvoorspellingen pet en ook nu kwam daar niets van uit.
Valtournenche grenst aan Valle d' Ayas en zo konden de Colle delle Cime Bianchi en de Col de Nanaz van de andere kant worden belopen en bekeken.
Valtournenche wordt gedomineerd door de Matterhorn. Het daleinde loopt onder deze imponerende steenklomp bij Breuil breed uit en ligt daardoor mooi in de zon. Het nadeel van dit voordeel is dat het deels verwoest is door skihellingen. Het voordeel van dit nadeel is dat via de lift Plan Maison een mooi opstapje kan worden gemaakt om naar de Colle Teodulo op 3301 m te lopen. Tot 2800 m was dit onder een blauwe hemel crossen over skipistes en wat rudimenten van een bergpad. Daarna werd het sneeuwstampen naar de pas en de daarbij gelegen rifugio.
Boven werden we nog bijna gegrepen door een piste bully want op de gletsjer werd nog naarstig op de latten naar beneden gegleden. In 1998 zagen we daarvan de neveneffecten. De stakker zat nog in de hocken maar zou daar niet meer uitkomen. De bergen zijn sowieso niet zonder gevaar. Tijdens de tocht naar Refugio Barmasse via Lago Cignana zag mijn zoon mij op een picknic plaats bijna in een verpletterende pose.
M.b.t. de MBM ligt het gecompliceerder. De voorbereiding was ondanks het piepen en kraken goed. Verder had het bergwandelen nog een paar conditionele tandjes bijgezet. De hoop dat mijn onwillig rechterbeen weer willig zou worden werd echter de bodem ingeslagen. Overdag tijdens de lange wandelingen weinig problemen maar ’s avonds en vooral 's morgen bij het herrijzen een zwaar kreupel renpaard.
Toch zijn wij naar Chamonix gereden voor mijn dood of de gladiolen. Stikkend heet, waanzinnig druk en geen bed te krijgen. De oude ambiance was ver zoek. Met name Leny heeft de combinatie als momentum aangegrepen om mijn verstandelijke vermogens te reactiveren. Vorig jaar net voor tijd binnen en nu zeker te laat, na afloop in de lappenmand en het lopen dus zeker een maand te missen en last but least waarom moet je wat nog bewijzen “oude gek” (werd niet gezegd maar vrouwen kunnen niets zeggend heel veel zeggen). Kortom wij zijn doorgereden naar Martigny en daar nog twee pittige bergtochten onder een staalblauwe hemel gemaakt.
De verwerking van dit gebeuren heeft even tijd nodig gehad. Al sind 1987 dribbel ik entousiast de flanken van de Mont Blanc op. Eerst in de Cross du Mont Blanc van 23 km en de laatste 5 jaar in de Mont Blanc Marathon. Alles bij elkaar heb ik daar meer dan 30.000 m geklommen en zo'n 12.000 m afgedaald. Een deel van het leven zogezegd.
De cross was achteraf gezien een eitje vergeleken met de latere marathon. Het eerste jaar viel de marathon nog mee met half door het dal en half omhoog. Een klusje van bijna 6 uur. De laatste jaren is het parcours echter steeds extremer geworden. Nu is het een bergwandeling in looppas met een behoorlijk partijtje rotsklimmen erin. Zonder stokken en op normale loopschoenen eigenlijk niet goed te doen. Het mondde vorig jaar uit in bijna 9 uur vol aan de bak. Rationeel gezien natuurlijk pure waanzin om zoiets te willen maar voor de gevoelsleeftijd een uitdaging.
Medeleven met het besluit om niet te lopen mag maar medelijden is uit den boze. Het gebeuren is verwerkt en intussen lopen we weer met veel plezier lang maar nog een beetje voorzichtig rond.
Over het bergwandelen geen klagen. Eerst werden eind juni in Valle d' Ayas (It) rond St. Jacques en Champoluc de bloementjes buiten gezet. Beter gezegd stonden die al buiten want het was voorjaar in de bergen. Het stadium van het voorjaar is uiteraard afhankelijk van de hoogte. Vanuit het dal loop je namelijk van de zomer via het voorjaar naar de late winter. Dat laatste is het enige nadeel want boven de 2500 m nopen de sneeuwvelden tot voorzichtigheid en wat extra aanpoten.
De Italiaanse weerprofeten hadden slecht weer voorspeld. Koud met al boven de 2000 m sneeuwval. Gelukkig kunnen hun voorspellingen wedijveren met die van hun Nederlandse collega's. Ook zij voorspelden het weer dat niet kwam. Het werd 's ochtends stralend weer, in de voormiddag wolkenvorming en in de namiddag soms wat gedruppel. Alles kon in de korte broek, zonder jas, zonder handschoenen en muts worden gedaan. Slechts een keer werd ik geplaagd door dode vingers.
Valle d' Ayas was geen onbekend gebied. Het was in 1996 en 1998 eerder doorkruist via Colle delle Cime Bianchi (2896 m), Col de Nanaz (2773 m), Colle di Bettaforca (2714 m) en Colle di Pinter (2777 m) bij het lopen van de Alte Via 1 en de Tour de Monta Rosa. Het spreekt voor zich dat het weerzien van de cols om het vervaagde beeld op te halen het doel was. Hieraan werd nog Colle Portola (2410 m), Lago Blu en Lago Perrin toegevoegd.
Het klinkt echter allemaal veel indrukwekkender dan het was. Bergwandelen is gewoon duurlopen met een rugzak om als extra handicap. Het geheim is als de ZLSM stoomlocomotief doorstomen met af een toe een een stop in een bergweide of een uitspanning.
Dat laatste viel vies tegen want het toeristenseizoen is eind juni nog niet echt gestart. Met een brandertje, een pannetje, water uit een bergbeek, oploskoffie/thee/soep, pane, bresaola en tomme kom je ook heel ver. De 1e ochtendkoffie in de vorm van een onvervalste cappuccino werd echter node gemist.
De fauna werd niet gemist. Steenbokken, gemzen, herten, vossen, bergmarmotten en natuurlijk de onvervalste bergkoeien stoffeerden ons pad. Het toppunt van deze ontmoetingen was een steenbok die op een golfplaat van een ingestorte almhut rustig lag te zonnen. De steenbokken bleken zonder opjagen goed te benaderen.
De gemzen daarentegen blijven op afstand en lopen met een grote boog langs. De herten zijn echte zenuwenpezen en gaan er bij het minste geringste vandoor. De bergmarmotten kan ik misleiden met de imitatie van hun gefluit zodat ze wat langer in beeld blijven. Helaas heeft de zoomlens van de N86 maar beperkte mogelijkhedenen wordt de Canon op dat moment even gemist. Even maar want 1,5 kg extra sjouwen is geen pretje.
De flora valt niet te missen. Een veelheid van bloemen met de meest verpletterende kleuren bedekte het landschap. Beschrijven heeft geen zin . Je moet het zien. De orchideeën voerden het bloemencorso. Zelfs op lagere hoogte stonden hele velden waaronder veel vanille orchideeën.
De reden van de ongeschonden weides was dat de koeien die die nog niet kaal hadden gevreten. Deze maaimachines werden net naar boven werden gebracht voor twee maanden buitenspelen. Deels gebeurde dit simpelweg met veewagens over de weg, deels op de ouderwertse manier namelijkop eigen kracht. Dat laatste is verbazingwekkend. Al vretend, snuivend, flatsend en bellend schommelen de grote lijven met groot gemak linea recta omhoog.