1. Welke lammetjes best de papfles geven?
Een lammetje dat niet bij de moeder mag of kan drinken, dient men te voeden of bij te voederen met de fles. Zie daarom regelmatig na of de buikjes van de lammetjes goed gevuld zijn.
Een lammetje dat men zonder de moeder opfokt, om overdraagbare ziekten te voorkomen (CL en CAE-vrij), dient men natuurlijk ook de papfles te geven
Men dient eveneens de papfles te geven als de moeder teveel lammetjes heeft (meerlingen). Normaal past de uier zich aan aan het aantal lammetjes. De eerste week gaat het vaak goed met de lammetjes, nadien ziet men verschil in de groei. Men kan dan ofwel de papfles bijvoederen ofwel de kleinste(n) apart van de moeder opfokken.
Als er twijfel is of het lam goed bij de moeder drinkt of het lammetje zit constant te roepen, moet men niet aarzelen en het lam met de fles voldoende voeding (bij)geven. Indien eenmaal het beschikbare energiepeil bij het lammetje te laag is, krijgt men deze energievoorraad, bij het verzwakte lammetje, moeilijk terug op een aanvaardbaar peil. Vaak zijn deze te verzwakte lammetjes verloren.
Indien het lammetje te zwak is om te zuigen, kan men met een injectiespuit (zonder naald) wat biest of melk in het mondje spuiten.
Enkel flessenvoeding geven als het echt nodig is.
Het grootbrengen van lammetjes met de fles is geen eenvoudig werkje en vraagt veel tijd. Zeker de eerste periode als het ook 's nachts voeding nodig heeft.
Al je werk wordt ook beloont want zo’n fleslammetje zal altijd aanhankelijk en mak zijn.
2. Welke voeding (melk) geven?
Een pasgeboren lammetje moet zo snel mogelijk minimaal 50 tot 100 ml per kg licaamsgewicht, biest drinken vanwege de antistoffen. De mogelijkheid om antistoffen op te nemen, neemt al na enkele uren af, is 24 uur na de geboorte al gehalveerd en na 48 uur miniem. De beste biest is die van de moedergeit.
De overlevingskansen, van een lammetje dat de eerste dagen geen biest gedronken heeft, is nihil.
Indien men toch de papfles moet geven en de moeder gemolken kan worden, kan men best deze biest gedurende 3 dagen en pas na 3 dagen gewone geitenmelk te drinken geven.
In geval van nood kan men ook voor koeienbiest kiezen (mits van een paratbc onverdacht bedrijf).
Kunstbiest is gemaakt van koeien- of schapenbiest en is in de handel te koop.
Zorg daarom voor enige voorraad geitenbiest in de diepvries, indien men veel geboortes verwacht. Bij het ontdooien niet teveel verhitten (niet boven de 50 graden). Het beste is "au bain marie" en nooit in de magnetron.
Biest en opfokmelk zijn in poedervorm ook te koop in de handel.
Indien men biest met een injectiespuit in het mondje spuit? Het mondje na de voederbeurt wel afspoelen met lauw water omdat biest erg plakkerig is en bij opdroging een harde korst vormt op de haartjes rond de mond.
De overgang van biest naar geitenmelk nooit plots maken, geleidelijke overgang verdeeld over meerdere voederbeurten is aangewezen, om diarree te voorkomen.
Na de eerste dagen biest gedronken te hebben kan men gewone geitenmelk te drinken geven.
Indien de moedergeit gemolken kan worden, kan men deze melk best geven. Indien niet, is men verplicht om poedermelk te gebruiken.
Het poeder kan men best oplossen in een weinig warm water (50-55° C), vervolgens koud water toevoegen tot de juiste lichaamstemperatuur en lauw water (37°C) toevoegen tot de juiste hoeveelheid.
De verhouding is aangegeven op de verpakking en is meestal 10 gr melkpoeder per 50 ml water. Hou je best aan deze verhouding. Een de dichte verhouding geeft kans op diarree.
3. Hoeveelheid voeding (melk) per dag en per voederbeurt.
De hoeveelheid flessenvoeding per dag en per keer is afhankelijk van het gewicht van het lammetje, het heeft immers 15% van haar gewicht per dag nodig:
vb: Een lammetje van 2,5 kg heeft per dag 375 ml melk per dag nodig (15% van 2500 = 375).
Verdeelt over 6 maaltijden geeft dat ongeveer 6 X 63 ml melk per maaltijd, verdeelt over 4 maaltijden geeft dat 4 X 94 ml melk per maaltijd.
Een grote eter mag maximum 10 % meer voeding krijgen, dus 37 ml meer per dag in ons voorbeeld.
Deze hoeveelheid flessenvoeding is belangrijk zolang het lammetje geen andere voeding tot zich neemt (gras, hooi of brokken).
De aantal maaltijden per dag is afhankelijk van de leeftijd van de lammetjes:
- de 1e tot de 3e week: 6 X daags
- de 3e tot de 6e week: 4 X daags
- de 6e tot de 10e week: 3 X daags
- de 10e tot de 12e week: 2 X daags
Voor fleslammeren geldt “overdaad schaadt”.
Een lammetje dat zowel bij de moeder drink en bijvoeding per fles krijgt, is erg moeilijk om de juiste nodige hoeveelheid flessenvoeding te bepalen. De vulling van het buikje is in dat geval een goede aanwijzing.
Vanaf het ogenblik dat de lammetjes gras, hooi en krachtvoer eten, kan men dit best bijvoeren.
Indien een papfleslammetje toch diarree krijgt, om welke reden dan ook, de verhouding poeder in het water verminderen (1/4 minder poeder). De hoeveelheid water wel behouden om uitdroging te voorkomen door het vochtverlies. Men kan ook electrolytenmix (eurolectrol) als drinkvloeistof geven om het zoutverlies bij te vullen.
Meer info vind men op onze website: 1.06-geitjes-houden/06-kweek
(09/09/2016)