09. Maagdarmworminfecties

Maagdarmworminfecties

Geiten en lammeren die buiten lopen worden in ons land regelmatig ontwormd. Toch gebeurt dat lang niet altijd op de juiste manier. Ontworm in het voorjaar de geiten vóór ze met de lammeren naar buiten gaan. Ontworm dan ook de dieren die niet gelammerd hebben en de overgehouden bokken.

Meestal is het niet nodig volwassen dieren vaker dan deze ene keer te behandelen. Dit geldt niet als u de geiten jaar in, jaar uit op dezelfde plek laat weiden (standweiden). Jaarlingen kunt u een keer vaker behandelen. Ontworm niet alle geiten, maar laat 2-5% van de dieren onbehandeld. Dit verkleint de kans op resistentie. Sla bij voorkeur dieren over in een goede conditie en dieren die maar één lam hebben gebracht.

De levenscyclus van maagdarmwormen

Hieronder volgen de verschillende fasen in de levenscyclus van maagdarmwormen.

· De vrouwelijke maagdarmwormen die zich in het maagdarmstelsel bevinden leggen eitjes, die met de mest op het weiland terecht komen.

· De eitjes komen uit en via enkele tussenstadia ontwikkelen zich infectieuze larfjes.

· Infectieuze larfjes kruipen uit de mest naar het omliggende gras.

· Tijdens het grazen worden de infectieuze larfjes opgenomen door de dieren.

· In het darmstelsel ontwikkelen infectieuze larfjes zich via enkele larvale tussenstadia, tot volwassen wormen. Deze ontwikkelingsfase verschilt per wormsoort. Bloedwormen bijvoorbeeld gaan inkapselen in de darmwand terwijl spoelwormen een lange trektocht via lever en longen maken.

· De volwassen wormen in de darmen leggen weer eitjes waarna de levenscyclus weer opnieuw begint.

Ontwormingsmiddelen

Gebruik een goed wormmiddel in een goede dosering. Dit is minimaal de dosering die de fabrikant van het middel aangeeft. Gebruik liever een over- dan een onderdosering.

Tegenwoordig zijn er geen specifieke ontwormingsmiddelen voor geiten. Dit heeft geen veterinaire maar een financiële reden. Het is voor de fabrikant te duur om voor de relatief kleine markt voor geiten de kostbare toelatingsprocedure te doorlopen.

Er is helaas nog geen toelatingsprocedure voor de gehele EU. Op het etiket staat dan ook geen doseringsvoorschrift voor geiten. Een veelgemaakte fout is dat men dan maar de voor schapen voorgeschreven dosering aanhoudt. Een geit zit echter fysiologisch anders in elkaar dan een schaap. Uit ervaring blijkt dat de dosering voor geiten het dubbele moet zijn dan die voor schapen.

Voor een veelgebruikt middel als Cydectin (0,1% orale oplossing) wordt een dosering van 1 ml per 5 kg lichaamsgewicht voor schapen voorgeschreven. Voor geiten moet men dus 2 ml per 5 kg lichaamsgewicht geven. Om onderdosering te voorkomen is het raadzaam door weging een goed beeld van de gewichten van de dieren te krijgen. Het gevaar van onderdosering is dat dit ontwikkeling van resistentie in de hand werkt. Volwassen geiten zijn vaak veel zwaarder dan verwacht. Dus weeg ze van te voren.

Er zijn 4 hoofdgroepen ontwormmiddelen.

Benzimidazolen: Hieronder vallen o.a. Panacur® , Valbazen® en Rintal®. Tegen deze groep wormmiddelen komt op grote schaal resistentie voor. Wij raden daarom af om deze middelen te gebruiken.

Imidazothiazolen, waaronder Endex® valt. Hier nog geen resistentie tegen aangetoond.

Avermectinen/ milbemycinen. Middelen die onder deze groep vallen zijn o.a. Oramec®, Dectomax® en Cydectin®. Cydectin® heeft als voordeel dat er een nawerking bestaat tegen een aantal wormsoorten. Cydectin® wordt in de bek ingegeven, Dectomax® wordt geïnjecteerd. Tegen de ivermectines zoals Oramec® is inmiddels al resistentie ontstaan. We raden het gebruik van dit middel daarom niet meer aan. Twijfelt u aan de werkzaamheid van uw ontwormmiddel, dan kunt u mestonderzoek laten doen. Dit mestonderzoek kan het beste plaatsvinden op 10-14 dagen na het ontwormen.

AAD-klasse: Zolvix®. Zolvix® is het nieuwste ontwormmiddel voor schapen, dat via de bek kan worden ingegeven. Tegen Zolvix® is nog geen resistentie aangetoond.

Over het algemeen kan gezegd worden dat ontwormmiddelen die als pil of korrel toegediend worden niet geschikt zijn. Er is namelijk grootschalige resistentie tegen dit soort middelen.

Schoon perceel

Breng na het ontwormen de geiten met de lammeren op een perceel waar de wormdruk zo laag mogelijk is. Dit is het geval bij land dat minimaal drie maanden niet door geiten is beweid. Probeer ze op een ander perceel naar buiten te brengen dan het jaar ervoor. Schoon zijn alleen nieuw ingezaaide percelen en percelen die één jaar niet zijn beweid.

Ongevaarlijk zijn in het voorjaar: percelen waar vanaf vorig voorjaar geen melkgevende geiten en geen lammeren hebben geweid; percelen zonder een maag- darmwormgeschiedenis, die na het beweiden door geiten of lammeren eenmaal zijn gemaaid of zijn beweid door runderen of paarden; percelen met een maag- darmwormgeschiedenis die twee keer zijn gemaaid. Ongevaarlijk zijn vanaf 1 juli: percelen zonder een maag- darmwormgeschiedenis, die in winter en voorjaar niet zijn beweid.

Lammeren

Ontworm de lammeren op een leeftijd van vier tot zes weken. Dit met het oog op een infectie met Nematodirus. Op het moment van ontwormen moeten de lammeren minimaal twee weken buiten gelopen hebben. Vier weken na het toedienen van een wormmiddel kan een mestonderzoek worden gedaan van een aantal lammeren. Komen er nog geen of bijna geen wormeieren in de mest voor, herhaal het onderzoek dan na ongeveer twee weken. Behandel de lammeren alleen als uit onderzoek blijkt dat dit nodig is. Als u lammeren behandelt, is het aan te raden per keer 2-5% van de lammeren niet te ontwormen. Dit verkleint de kans op resistentie.

Controleer tien tot veertien dagen na een goed uitgevoerde ontworming het effect ervan door mestonderzoek. In de mest horen op dat moment (bijna) geen maag- darmwormeieren meer voor te komen. Is dat wel het geval, neem dan contact op met uw dierenarts.

(09/01/2015)