03. Tetanus (klem)

Tetanus (klem)

De ziekte wordt veroorzaakt door een tetanusbacterie.

Ze groeit uitstekend op plaatsen waar geen zuurstof voorkomt. Daarom ontwikkelt ze zich het best in een wonde die van de buitenlucht is afgesloten. Een goede wondhygiëne voorkomt al een belangrijke mate een infectie.

De bacterie produceert giftige stoffen, die in de wonde vrijkomen. Deze giftige stoffen verspreiden zich over het lichaam en hechten zich in de zenuwbanen. De prikkelgeleiding van de zenuwen is hierdoor gestoord. Bij de geringste prikkel naar de spieren krijgt men een aanzienlijke spiersamentrekking. Bij het minste geluid of beweging staat het dier letterlijk stijf van schrik. Alle spieren vertonen een tetanische kramp.

Het geitje wordt besmet na een verwonding, operatie (vb. castratie), geboortewegbeschadigingen en navelontstekingen.

Symptomen

De geit heeft:

- een stijve gang en een stijve nek;

- ze staat met een kromme rug;

- bij het naar boven trekken van de kop ziet men vaak het derde ooglid voor de ogen komen;

- ademen is onmogelijk door de samengetrokken ademhalingsspieren. Duurt dit te lang, dan zal ze stikken.

Behandeling

De dieren moeten met uiterste rust behandeld worden om ze zo min mogelijk te schrikken.

Men kan ze het best in donkere afgesloten ruimte plaatsen.

De dierenarts zal ze behandelen met een hoge dosis penicilline.

Het is belangrijk de wonde op te sporen, bloot te leggen en hygiënisch te behandelen.

Voorkomen

Bij elke wonde en operatie hygiënische maatregelen treffen.

Vaccineren tegen tetanus is mogelijk, vaak gebeurt dit samen met een vaccinatie tegen "'t bloed".

(04/08/2015)