08. Luizen

Luizen

De levenscyclus van de luis speelt zich geheel op de gastheer af.

De 6-potige luis legt zijn witte eieren (neten) tussen de haren, op enkele millimeters van de huid. Na 1 tot 2 weken komen de larven uit. De larven vervellen 3 maal voordat ze volwassen luizen worden. Dit gebeurt in een periode van 2 weken.

De luizen hebben de geiten nodig als gastheer voor hun voeding. Zonder gastheer kunnen ze slechts 10 dagen in leven blijven.

De luis is het actiefst in de herfst en winter, wanneer de temperatuur laag is en de haren van de gastheer lang zijn.

Er zijn 2 soorten luizen: de bijtende en de bloedzuigende luizen.

De bijtende luis, zijn zeer klein en hebben een rode kleur. Ze leven van huidschilfers en haarresten.

De bloedzuigende luis is groter dan de bijtende luis en is met het blote oog waar te nemen. De luis heeft een blauwe kleur en leeft van weefselvocht. Ze komen het vaakst voor in nek, onderbuik en naast en boven de uier.

Besmetting

De geitjes besmetten elkaar bij direct contact.

Symptomen

De luizen veroorzaken irritatie.

De geitjes:

- staan zich voortdurend te schuren en te likken;

- ze eten minder en daardoor conditieverlies.

Bij grote aantallen bloedzuigende luizen bij lammeren, zal er bij hen bloedarmoede optreden.

Behandeling

Bestrijden met een goed bestrijdingsmiddel. Vaak zijn de neten bestand tegen dit middel daarom dient men regelmatig te bestrijden door de geitjes regelmatig te poederen.

Bij zware infecties kan men ze met wassingen bestrijden.

(06/08/2015)