06. Schmallenbergvirus

Schmallenbergvirus

De Schmallenbergvirus werd voor het eerst in november 2011 vastgesteld in het Duitse dorpje Schmallenberg in Noord Rijnland-Westfalen.

De percentage afwijkend geboren lammeren kan oplopen tot 30 %.

De moederdieren worden na een initiële besmetting immum. Met het gevolg dat ze bij een volgende dracht beschermd zijn en weer gezonde lammeren ter wereld brengen. De ziekte zal zich daardoor steeds trager uitbreiden naar mate de veestapel meer immum wordt.

Bij geiten lijkt vooral de periode tot dag 60 van de dracht de gevoelige periode voor infecties.

De ziekte wordt overgedragen door kriebelmuggen. Het optreden en besmetten is daarom sterk verbonden aan de periode waarop deze muggen actief zijn, nl augustus tot oktober. De problemen met abortus, doodgeboorten en misvormingen bij de lammetjes treden daarna op tijdens lammeren van midden december tot april.

Symptomen

Bij volwassen dieren worden eerder meer milde, algemene symptomen opgemerkt zoals: koorts, verlies van eetlust, achteruitgang van de algemene toestand, daling van de melkproductie, uitzonderlijke gevallen tot diarree. Deze symptomen verdwijnen veelal na enkele dagen.

Bij een besmetting van een drachtig geitje kunnen ook haar ongeboren lammetjes besmet raken. Daarbij kan er verwerping, doodgeboren of een abnormale misvorming optreden.

De ziekte veroorzaakt misvormde lammeren zoals:

- vergroeiing van ledematen: kromme poten, draainek, zijdelingse kromming van de rug, bochel in de rug, verkorte onderkaak;

- afwijking in het zenuwstelsel: onderontwikkeling van de kleine en grote hersenen en ruggenmerg of ontbreken van de hersenen.

Veel lammeren worden dood geboren of anderen zijn niet levensvatbaar. In 1 worp kunnen gezonde en zieke lammeren voorkomen.

Besmettelijk voor de mens

Er zijn geen aanwijzingen dat het virus van dier op mens kan worden overgedragen.

Behandeling

Behandeling is voorlopig niet mogelijk.

Misvormde vruchten kunnen soms tot geboorteproblemen zorgen, daarom de aflammende moederdieren goed in de gaten houden.

Voorkomen

Gevoelige dieren (vooral jaarlingen) op een later moment van het jaar laten dekken.

Een vaccin is nog niet beschikbaar.

(14/01/2016)