01. Luchtwegenaandoeningen

Luchtwegenaandoening

Ons klimaat, buitenklimaat en zeker het klimaat in onze stal, speelt een belangrijke rol bij het optreden van luchtwegenaandoeningen. Ook het lang binnenhouden van de geitjes veroorzaakt problemen aan de ademhalingswegen.

Aandoeningen aan de luchtwegen worden veroorzaakt door bacteriën, virussen en parasieten.

Het streven naar het juiste klimaat in de stal (luchtvochtigheid, ventilatie, ...) moet onze betrachting zijn. Zie hoofdstuk: Huisvesting.

De ademhaling dient voor de zuurstofvoorziening en voor de afvoer van kooldioxide. Met de ademhalingslucht wordt ook vocht en warmte afgegeven.

De geur van de adem kan een aanwijzing zijn over problemen met de stofwisseling. De karakteristieke geur van aceton is een aanwijzing van slepende melkziekte tijdens de dracht of slepende melkziekte bij hoogproductieve dieren.

Hoesten is een teken dat er iets scheelt aan de luchtwegen. Een "droge hoest" wijst op irritatie van de luchtpijp. "Natte hoest" duidt op vocht en slijm die opgehoest wordt. Larven van maag- en darmwormen trekken door het lichaam via het bloed naar de longen, door te hoesten komen ze in de keel terecht en door te slikken in de maag en darmen.. Ook de larven van longwormen komen door te hoesten uiteindelijk in de darm en ontlasting terecht.

Volgende aandoeningen komen voor bij de geitjes:

01. Griep

02. Verwekkers van longontsteking (pasteurellose, mycoplasmata, CL, tuberculose, chlamydiosis)

03 Longwormen

04. Q-koorts

(03/08/2015)