10.2 Wettelijke verplichtingen in Nederland.

Dit hoofdstuk bevat volgende onderwerpen:

1. Registratie en identificatie:

1.1. Registratie en Uniek Bedrijfsnummer (UBN)

1.2. Identificatie (I&R)

1.3. Centrale I&R databank

2. Eenvoudige wasplaats

3. 21-dagen regeling

4. Afvoer en vervoersdocument

5. Aanvoermelding

6. Uitscharen en inscharen

7. Tarieven

8. Gezondheid, ziekten:

8.1. Ingrepen aan de dieren

8.2. Meldingsplichtige ziekten en verschijnselen

8.3. Medicijngebruik

8.4. Vaccinatie

8.5. Gezondheidprogramma's

8.6. Sterfte

Voor kostprijs en tarieven, zie 7. Tarieven.

Meer informatie vindt men: www.rvo.nl en regelwijzer schapen en geiten algemene regels.

1. Registratie en identificatie

1.1. Registratie en Uniek Bedrijfsnummer (UBN)

Indien men schapen of geiten houdt moet men geregistreerd zijn bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) van het Ministerie van Economische Zaken en een Uniek Bedrijfsnummer (UBN) schaap/geit hebben.

Het aantal dieren maakt niets uit. Ook al houdt men maar één dwerggeitje hobbymatig, toch is men verplicht om zich te registreren.

Deze registratie kan men aanvragen via ofwel:

- het telefoonnummer: 088/0424242

- de website van RVO: www.rvo.nl meer bepaald via: Dierlocatie UBN registreren.

Men krijgt dan jaarlijks een rekening voor de kosten van deze registratie.

Wijzigingen in: naam, adresgegevens, locatie en diersoorten dienen binnen de 3 weken doorgegeven.

Voor meldingen, herstelmeldingen of informatieprodukten zijn er specifieke tarieven.

Men ontvangt daarvoor 1 keer per jaar een factuur.

1.2. Identificatie (I&R)

Dwerggeiten geboren voor of op 09 juli 2005 moeten minimaal 1 oormerk of tatoeage hebben met: de letters NL en LNV, het UBN-nummer en een individueel volgnummer (max. 5 cijfers).

Dwerggeiten geboren na 9 juli 2005 moeten 2 identificatiemiddelen hebben. Waarvan minimaal 1 gewoon oormerk. Het 2de mag een elektronisch oormerk, klein oormerk of een maagbolu zijn.

Dwerggeiten geboren na 1 januari 2010 moeten 1 visueel oormerk en 1 elektronische identificatiemiddel (elektronisch oormerk, maagbolu of een chip) dragen.

Op deze identificatiemiddelen staat een individuele code van 12 cijfers.

De merking moeten binnen de 6 maanden na geboorte worden aangebracht of op het moment dat het geitje het geboortebedrijf verlaat.

Bij geiten die niet geëxporteerd worden, mag het 2de oormerk vervangen worden door een tatoeage.

Meer gegevens, de toegestane merkingen en combinaties vind men op: regelwijzer schapen en geiten en oormerken schapen en geiten.

1.3. Centrale I&R databank

Alle geiten zijn geregistreerd in een centrale I&R-databank van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) van het Ministerie van Economische Zaken (EZ).

Men moet volgende meldingen doorgeven:

- geboorte;

- aanvoer;

- afvoer;

- omnummering;

- dood;

- vermissing.

Iedere UBN-houder kan via MijnRVO inloggen. Particulieren kunnen inloggen via DigiD. Bedrijven kunnen inloggen via e-Herkenning.

De meldingen kunnen ook telefonisch doorgegeven worden via het telefoonnummer: 088/0424242.

De geboorte van een lam dient men binnen de 6 maanden te melden aan Identificatie & Registratie.

Andere zaken, zoals veranderingen in het aantal geiten, dient men binnen de 7 kalenderdagen te melden.

2. Eenvoudige wasplaats

Elk bedrijf met 10 of meer schapen en/of geiten moet beschikken over een eenvoudige wasplaats voor het reinigen en ontsmetten.

Meer informatie via: MijnRVO

3. 21-dagen regeling

Elk schaap/geit die aangevoerd wordt in een locatie mag deze locatie niet terug verlaten binnen de 21 dagen na aanvoer.

De overige dieren mogen wel afgevoerd worden.

Deze regel geldt niet voor tentoonstellingen en keuringen.

4. Afvoer en vervoersdocument

Bij elk vervoer naar een ander UBN moet een vervoersdocument (papieren) opgesteld worden.

Dit document moet tijdens de transport bij de dieren blijven.

Binnen de 7 dagen moet men de afvoer in I&R Dieren registreren.

Een vervoersdocument is niet nodig voor:

- vervoer van eigen dieren binnen het eigen bedrijf over de openbare weg of met eigen vervoermiddel.

- het vervoer van dieren en men registreert dit in I&R Dieren met een volledige afvoermelding en men doet dit voorafgaand aan het transport.

- het vervoer van dieren indien de vervoerder de gegevens van, de af te voeren dieren, inleest en oplaat in een uitleesapparaat voor elektronische merken.

Men kan een vervoersdocument ook downladen.

5. Aanvoermelding

Het bedrijf van aanvoer dient in I&R Dieren de aanvoer te bevestigen door middel van een aanvoermelding.

6. Uitscharen en inscharen

Uitscharen is het tijdelijk laten lopen van eigen dieren op een weide van een ander.

Inscharen is het tijdelijk laten lopen van dieren van een ander op eigen weide.

Er zijn 2 mogelijkheden:

- Op de weide lopen geen andere dieren. Dit perceel wordt tijdelijk tot uw UBN gerekend en men dient geen registratie in I&R Dieren te doen.

- Op de weide lopen dieren van een ander. Men dient de dieren uit te scharen en een afvoermelding aan I&R Dieren. De inschaarder (tijdelijke houder) doet een aanvoermelding. De inschaarder moet wel een UBN voor geiten hebben. Bij terugkomst van de dieren dient de inschaarder een afvoermelding en eigenaar van de dieren een aanvoermelding aan I&R Dieren.

7. Tarieven

Uniek Bedijfsnummer (UBN). Voor 2015 was dit 19 € per locatie.

Andere tarieven (op dit ogenblik):

- geboortemelding: 0,25 €;

- aanvoermelding: 0,25 €;

- inportmelding: 0,25 €;

- aanvoer- en inportmelding door slachthuis of verzamelplaats: 0,05 €;

- te late melding: 0,50 € extra;

- meldingen door de dienst uitgevoerd: 10 € extra.

Tarieven bestelde overzichten per post:

- stallijst: 2,63 €;

- bedrijfsregister: 3,96 €.

Dierengezondheidszorg

Houders van meer dan 25 geiten krijgen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland een rekening voor het dierengezondheidsfonds.

Dieren worden geteld per kop. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen miekes/bokken/lammeren.

De aantallen worden bij elkaar opgeteld, gedeeld door 4 en vermenigvuldigd met het vast gesteld tarief. Voor 2015 was dat 0,78 € voor een geit.

De houders van meer dan 25 geiten betalen dus mee aan de bestrijding van dierziekten, vaccinaties tegen Q-koorts, onderzoeken tegen dierziekten (oa. scrapie, salmonella).

8. Gezondheid, ziekten

8.1. Ingrepen aan de dieren

Het is verboden om een deel of delen van het lichaam van een dier te verwijderen of te beschadigen.

Uitgezonderd ingrepen:

- waarbij een dier onvruchtbaar gemaakt wordt;

- die nodig voor een diergeneeskundige behandeling;

- waarbij geiten onthoornd worden, bij geiten gehouden voor de melkproductie;

- voor de identificatie van een dier (aanbrengen oormerken, tatoeage).

8.2. Meldingsplichtige ziekten en verschijnselen

Een dierhouder is verplicht om die ziekten, waarvoor een meldingsplicht geldt, onmiddellijk te melden aan NVWA.

Ook voor veeartsen is er een meldingsplicht.

De website van RIVM bevat meer informatie over zoönosen en meldingsplichtige dierziekten.

Te melden dierziekten.

8.3. Medicijngebruik

De website van College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) bevat een databank met alle toegestane geneesmiddellen: www.cbg-meb.nl.

De geneesmiddelen zijn ingedeeld in 4 categorieën:

- UDD: zoals vaccins. Mogen enkel voor een veearts toegediend worden.

- UDA: zoals de meeste antibiotica. Mogen enkel afgeleverd worden door veearts of apotheker (op voorschrift van veearts) en worden toegediend door veehouder.

- URA: zoals ontwormingsmiddelen, middelen tegen parasieten, middelen tegen schimmels, kalmeringsmiddelen en niet-steroïde pijn-, koorts- en ontstekingsremmers. Mogen enkel op voorschrift van veearts door een veearts, apotheker of erkende handelaar worden afgeleverd en toegediend worden door veehouder of -verzorger.

- Niet-gekanaliseerd (vrij): zoals oa. middelen tegen diarree, desinfectantia, middelen tegen uitwendige parasieten, slijmoplossers, kruidengeneesmiddelen, laxeermiddelen, vitamines, electrolyten mineralen, sporenelementen, enz. Zijn zonder voorschrift van veearts te verkrijgen bij veearts, apotheker of erkende handelaren.

De veehouder houdt een logboek bij van de verstrekte medische zorgen en geneesmiddelen. Deze gegevens dienen minstens 3 jaar bewaard te worden.

Diegene die een dier overdraagt aan een ander is verplicht deze nieuwe eigenaar in te lichten over het toegediende geneesmiddel en de in acht te nemen wachttijden.

8.4. Vaccinatie

Voor schapen en geiten is er een verplichte vaccinatie tegen Q-koorts.

Er geldt een vaccinatieplicht voor oa:

- Locaties met een publieksfunctie. De definitie van een bedrijf met een publieksfunctie is 'Een locatie waar schapen en geiten worden gehouden die is opengesteld voor publiek met het oogmerk om direct contact tussen publiek en dieren te faciliteren'. Hier vallen naast kinderboerderijen, zorgboerderijen, dierentuinen, bedrijven die lammetjesaaidagen organiseren ook bijvoorbeeld campingboeren en zorginstellingen met schapen en geiten onder.

- Dieren die worden aangevoerd naar een evenement, tentoonstelling of keuring.

Alle overige dieren zoals hobbymatig gehouden vallen niet onder de vaccinatieplicht. Vaccinatie is hier vrijwillig.

Meer info kan men vinden bij tijdelijke regelgeving ivm dierziekten.

8.5. Gezondheidprogramma's

Gezondheidsprogramma's zoals CAE- en Cl-vrij zijn vrijwillig.

8.6. Sterfte

(29/08/2016)