Verdwenen molens rond Burgwerd

 

Ca. 100 jaar geleden stonden er rond Burgwerd en Hichtum een dikke 30 molens, vandaag de dag hebben we alleen nog de Hiemerter molen en sinds 2000 staat er weer een molen in de Aylva polder. Als u nog foto´s van deze en andere Burgwerder en Hichtumer molens heeft dan hoor ik dat graag

Het kaartje hiernaast uit 1887 is van de polder tussen de Bolswarder Trekvaart, de Kloosterweg en de Kloostervaart met o.a de boerderijen Kromwâl en de Bargepels. De 6 molens op het kaartje stonden er niet allemaal tegelijk. Op de kaart van 1832 staan de molens nr 1, 3, 4 en 5.

 

Molen 1, een spinnekopmolen, behoorde bij de boerderij van Auke Murks Aukema die hier van1838 tot 1889 boer was. De boerderij die op het buurtschap Terhorne stond net buiten het dorp voorbij de Doniastate. De molen werd wel de Auke Murks molen genoemd. De boerderij waarvan de opstal in 1903 in een advertentie in de Leeuwarder Courant te koop wordt aangeboden om af te breken wordt in die advertentie “Sate Pettinga” genoemd. De landerijen die bij de boerderijen behoorden wordt later de Pettinga polder genoemd. Molen 1 wordt in 1900 afgebroken en vervangen door molen 2, de “pettinga polder molen”.

Molen 2, de “pettinga polder molen” Bij de inventarisatie van de molens in Wûnseradiel in 1943 was de molen eigendom van het Pettinga polder bestuur, bestaande uit M. Galama uit Burgwerd, J. Kingma Wommels en C. Bijlsma Burgwerd. De polder die door de molen werd bemalen was ca. 30 Ha groot. Vaste molenaar was Sinus abma, de molen werd daarom ook wel Sinus’ molen genoemd.

Deze monniksmolen was rietgedekt en had een geel stenen onderstuk. De vlucht van de molen was 12 meter. In 1943 was de staat van de molen goed behalve de rietdekking. In de kadastrale legger staat dat de molen in 1951 een ruïne was. De molen is enkele jaren later afgebroken.  De foto is in 1902 gemaakt.

Molen nr 3 was een spinnekop die behoorde bij de boerderij Kromwâl waar inmiddels de 3e generatie Boschma’s boer is. Eerder waren er Hellinga’s en daarvoor Kingma’s op de boerderij. De molen werd in 1939 vervangen door een windmotor. Deze advertentie stond 9 sept 1939 in de LC. Ook deze windmotor is uit het landschap verdwenen.

Molen 4

Deze molen had de naam “Zeldenrust” en was ten tijde van de gemeentelijke inventarisatie in 1943 eigendom van Auke Annes de Boer. De achtkante monniksmolen was met pannen gedekt en had een houtgedekte kap. De vlucht van de molen was 13,5 meter. Het te bemalen oppervlak was 50 Ha

Tijdens de inventarisatie was de staat van de molen redelijk, de molen had een slappe roede. In 1950 had de molen nog één roede. De molen is begin 50er jaren afgebroken nadat er op de bargepels een nieuw gemaal werd gebouwd die ook de bemaling van deze polder overnam.

Molen 5

Bargepels. Deze molen behoorde net als de boerderij tot 1984 bij Bolsward. Wel bemaalde deze molen al lang landerijen die in het Burgwerder grondgebied lagen. De Spinnekop molen is in 1949 vervangen door een gemaal dat ook de functie van de molen van Auke de Boer overnam. Later kwamen hier nog meer landerijen bij toen de windmotoren van Boschma en Galama buiten gebruik raakten.

Op de foto de molen in 1943, op de achtergrond ligt Burgwerd.

Molen 6

In 1876 toen de boerderij Doniastate werd verkocht was er nog geen bemaling op de percelen van de voormalige state waar nu de ijsbaan, het kaatsveld en de laatste uitbreiding van het dorp, de Trekfeart is. Voorheen maakte dit gedeelte deel uit van de terp maar door afgraving en verkoop van de terpaarde bleek bemaling nodig. Haije Geales Galama kocht de boerderij en liet een Tjasker op deze plek maken, Galama verloor in 1896 bij een ongeluk met het smeren van deze molen een onderarm. De Tjasker werd in 1915 vervagen door een windmotor die ook de bemaling van de landerijen aan de andere kant van de Doniaweg over door een duiker onder de weg door te maken. Tegenwoordig staat op deze plek een elektrisch gemaal.

Op het volgende kaartje uit 1887 is de polder tussen de Bolswarder Trekvaart en de Kloosterweg ten oosten van het dorp. De 5 molens op het kaartje stonden er niet allemaal tegelijk. Op de kaart van 1832 staan de molens 7, 9 en 11 al.

Molen 7

Deze molen behoorde in 1832 aan Jitte Jacobs Flapper die boer was op de voorganger van de boerderij van Jan Galama. In 1929 is de spinnekopmolen met vierkante onderbouw omgewaaid. De  molen was toen eigendom van Simon Vissering uit Leiden. De rest van de molen is in 1932 gesloopt.

Molen 8

De vervanger voor de molen was een windmotor ( zie foto hier naast) die op locatie 8 kwam te staan en werd aangeschaft door de grootvader van Jan Galema, Anno Galema en bemaalde vooral de landerijen van Galema.

Later raakte de windmotor in verval en werd vervangen door een waterpomp aangedreven door een tractor motor die op plaats 8a stond. Tegenwoordig staat hier een elektrisch gemaal die de gehele polder bemaald, dus ook de functies van de molens 9, 10 en 11 heeft overgenomen.

Molen 9

Voor 1832 was de molen eigendom van de erven van Taeke Mesdag en mede eigenaren en behoorde bij de Doniastate. De spinnekop met vierkante ondertoren is in 1915 gesloopt en was toen eigendom van Haye Geales Galama. Haye Galama liet een windmotor aan de andere kant van de Doniaweg bouwen en liet een duiker onder de Doniaweg door leggen, zie molen 6.

Molen 10 behoorde bij de boerderij van Hellinga Doniaweg 11.

De spinnekopmolen is in 1890 gebouwd en bemaalde ca 40 Ha. weiland. Pieter Hijlarides was huurder van de boerderij en was waarschijnlijk ook de molenaar. De spinnekop had een vierkante ondertoren gedekt met verticale planken waarin later een Lister dieselmotor stond die de schroef aandreef. De boven-bouw van de molen is er in de 30er jaren af gewaaid.

Op de foto de ondertoren waarin de Listermotor staat te draaien.

Ysbrand Galama vertelde dat hij tijdens het ljipaai sykjen daar wel schuilde als er een bui kwam, de deur was altijd los. Ook was het voor de slootje springende jeugd een baken in het land. De bemaling werd later overgenomen door het gemaal bij Galema. De ondertoren met dieselmotor zal in de 70er jaren gesloopt zijn.

Molen 11 behoorde bij de boerderij van bij Teade Aukema Doniaweg 5. De spinnekop met vierkante ondertoren was in 1832 eigendom van Rein Paulus Bijlsma. Bij de inventarisatie van de molens in Wûnseradiel in 1943 was de molen eigendom van J. W. Bruinsma uit Bolsward, molenaar was Teade Aukema.

De molen had een vlucht van 12 meter en bemaalde ca 35 Ha land. In 1943 was de staat van de molen goed. In 1949 ging de molen al achteruit de staat was nog redelijk maar de kop hing wat scheef. In 1964 verkeerd de molen in zeer vervallen staat, de wieken zijn reeds afgebroken en de eigenaar heeft geen belang meer bij de molen. De molen doeed al lang geen dienst meer. De molen is niet lang daarna opgeruimd, de nog redelijk nieuwe molenas is elders gebruikt.

 

Kaart uit 1887

Aan de opvaart, vanaf de Bolswarder Trekvaart naar de boerderij op Sjungadijk 3, stonden eens een 3tal molens. Helaas is er van geen van deze molens een foto gemaakt.

Molen 12

De molen die hier, ongeveer de plek waar de kruising Opfeart-Klaailân is, in ieder geval al voor 1832 stond behoorde bij de boerderij op Sjungadijk 2 die eigendom van de armvoogdij van Bolsward was. De boerderij stond eerder ook aan die kant van de opvaart en is in 1874 verplaatst naar de huidige plek. De molen is in 1903 afgebroken. Hoe de bemaling van de desbetreffende landerijen later was geregeld is mij niet bekend. Misschien dat de bemaling bij de molen van Wiersma (15) gekomen is.  

 

Molen 13

Deze molen komt ook al voor op de kadastrale kaart van 1832 en bemaalde de landerijen tussen de Sjungadijk en de opvaart. Hij is dan eigendom van Foppe Jans boer op Sjungadijk 18 (nu Wander). In 1880 was de molen eigendom van Jan Brouwer, fabrikant te Bolsward. De molen is in 1894 afgebroken. De bemaling werd vervolgens geregeld door de Aylva Poldermolen doordat er een duiker onder de Sjungadijk was geplaatst.

 

Molen 14

Deze molen was in 1832 eigendom van Daniel de Block van Scheltinga, die ook eigenaar was van de boerderij op Sjungadijk 3, tegenwoordig Frans Hettinga. In 1880 was Klaas Klazes Hettinga en later Jarig Klazes Hettinga eigenaar. De molen is ergens tussen 1896 en 1913 gesloopt. De bemaling van deze landerijen zat later op het gemaal van Kroondijk.

Molen 15

Deze molen behoorde bij de boerderij van Tette Wiersma en maakte deel uit van het landgoed van Donia-state dat in 1832 eigendom was van de erven van Taeke Mesdag.

De molen is voor 1929 vervangen door een windmotor die er intussen ook al lang niet meer is.

 

Molen 16

Deze molen stond op de kruising Hemert, Paaldijk en Sjungadijk. De weg van Hichtum kwam tussen Hettinga en Vellema bij de Sjungadijk. Dit is in 1935 verandert. De molen, een spinnekop met achtkante houtgedekte ondertoren, komt al voor op de kadastrale kaart van 1832 en is dan eigendom erven Pieter de Kok de eigenaar van de boerderij van Altenburg Sjungadijk 22. In 1880 zijn de molen en boerderij eigendom van Lijklama a Nijholt, later van Rudolf van der Weij. Jacob Steginga was huurder van de boerderij en molenaar. De molen is in 1942 gesloopt.

kaart uit 1832

Molen 17

Op de kaart hiernaast uit 1832 staat aan de Schwartzenbergweg een molen die de boerderij op Sjungadijk 5 hoorde en eigendom  van Gosse Lieuwes Bootsma was. De spinnekop met vierkante ondertoren is rond 1880 gesloopt.

Molen 18

Deze molen bemaalde de landerijen tussen de Lollumervaart en Paaldijk. Deze landerijen behoorden bij de boerderij Andelahuis die op de plek stond waar nu het huis van Rob Smit staat en was eigendom van het St. Antonie Gasthuis uit Bolsward. De molen die hier al voor 1832 stond is in  1915 gesloopt. De bemaling is vervolgens overgenomen door de Aylvapoldermolen.

Molen 19

Ysbrand Martens Galema die op Hemert 5 boer was, was in 1832 de eigenaar deze molen. Rond  1894 molen verdwenen en was toen eigendom van Boele Jacobus Kok Kantonrechter te Bolsward.

Molen 20, de Himertermolen. Meer over deze molen klik hier

Terug naar Molens