Vlucht- of Weertorens

In de vaak woelige tijden van het Ancien Regime was een kerk meer dan een gebouw voor religie alleen. In de meeste Loonse gemeenten was de kerk het eerste, en vaak nog eeuwenlang het enige stenen gebouw en daardoor per definitie een toevluchtsoord. Zeker in de Kempen bepaalde de parochiekerk het dorp, niet het kasteel. Veel van de oudste kerken zijn trouwens gebouwd door de plaatselijke heren die op hun domein een kerk lieten bouwen, zelf een priester aanstelden om zo hun zieleheil af te kopen en prestige te winnen. De gemeentelijke archiefkist (gemeynte compe), het gemeentegeld en de alarmklok kwamen in de toren (foto: archiefkist in het inkomportaal van de St-Martinuskerk van Stevoort). Zeker de westertorens zijn in heel veel gevallen opgetrokken als echte versterkingen: - zij zijn extra hoog met uitzicht over de wijde omgeving: ongewenste personen kunnen al van zeer ver worden opgemerkt. - de muren zijn zeer dik en meer dan tegen ‘een stootje’ bestand. - de noodklok weergalmt tot buiten de grenzen van de gemeente bij ieder alarm.- veel westertorens waren origineel enkel voorzien van kleine lichtgaten die er uit zien als schietgaten.

- vaak was er enkel een toegang tot de westertoren van in de kerk en dan nog op verdiepingsniveau (met een ladder). In een aantal kerken is er nog steeds geen toegang tot de westertoren van buitenaf. Pas in de late 18de eeuw werden de meeste torens open gebroken voor een gelijkvloerse toegangsdeur.

- In de Sint Gertrudiskerk van Vorst (Laakdal) bevinden zich nog talloze 'kluisjes' waarin mensen hun kostbaarheden verborgen om ze nadien terug dicht te metselen. In de kerktoren is er verder nog een houten schuilhuisje aanwezig.

- heel veel 'licht'-openingen in oude torendelen komen nu nog steeds duidelijk over als schietgaten.

Voor een inventarisatie wordt uitgegaan van een opsplitsing per eeuw, naar bouwjaar...:

10de eeuw - 11de eeuw - 12de eeuw - 13de eeuw - 14de eeuw - 15de eeuw - 16de eeuw - 17de eeuw - oude archiefkisten

1483 - Peer

Vele inwoners en partijgangers van de prins-bisschop stierven de vuurdood in de kerk en de toren van Peer

1579 - Koersel (11.01.1579)

183 mensen kwamen om in de door soldaten (Waalse en Duitse voetknechten in Spaanse dienst) in brand gestoken kerk.

1651 - Sint-Huibrechts-Lille (01.04.1651)

30 mensen verbranden levend toen de Lotharingers de kerk in brand staken.

1632 - Mechelen-aan-de-Maas

Tijdens de bezetting door Spaanse troepen zochten veel mannen en vrouwen hun toevlucht tot de kerkzolders. Twee mensen stierven er.

1635 - Genk

De hele kerk met 18 à 19 huizen banden uit met alles wat de inwoners er in veiligheid hadden gebracht.

1646 - Grote-Brogel, Eksel en Achel

Op bevel van de prins-bisschop werden een aantal kerken geïnspecteerd. Overal trof men kisten aan, zakken vol graan, spinnewielen en zelfs hespen die aan het doksaal hingen. Zo probeerden de mensen hun bezittingen uit de handen te houden van de voorbij trekkende soldaten.

1762 – Kozen

Een contract over de kerkbouw in Kozen tussen de gemeentenaren en de abdij van Averbode bepaalde dat bij oorlog of grote nood de dorpsbewoners in de kerk mochten vluchten met meubels en kostbaarheden, vee uitgezonderd. Ze moesten wel eerst de pastoor verwittigen….