Heers (Horpmaal)

Heer, Horpmaal, Motte

Op ongeveer een 300-tal meter zuidoostelijk van de kerk, langs de weg Heks-Oreye, bevindt zich nog een prachtige motheuvel in goede staat van bewaring. De hoogte van de heuvel bedraagt ruim 4 à 5 m. Aan de voet heeft hij een omtrek van circa 140 m, boven op het plateau van circa 47 m. De thans droogliggende ringgracht heeft nog een breedte van 3,5 à 4 m, eertijds werd hij door een nabijgelegen, krachtige bron gevoed.

Horpmaal was eertijds een heerlijkheid afhangende van de graven van Loon. De oudst gekende heer is Vrient, ridder van Horpmaal die stierf in 1264. Een grafsteen uit de kerk van Horpmaal vermeldt anno 1309 de eerste vrouw van Daniel van Horpale.

We vinden heren van Horpmaal tot in de 15de eeuw 17. Ze beschikten over het leen Ter Motten van Dilsen en over een leen te Maaseik. Van beiden kennen wij een verheffing in 1422 door Walter van der Motten van Horpale. Deze bezat ook het Ter Mottenhof van Zolder.

IBE: In de Dumontlaan stond een versterkte toren, vermeld in 1424 als turris, die reeds in XVIII B was afgebroken.

  • Van Mottoren tot Kasteel, Publicatie 14 van het Provinciaal Gallo-Romeins Museum van Tongeren, A. Claassen, 1970, blz. 36 (de hogere tekst is hieruit over genomen).
  • Horpmaal (Heers), Dumontlaan: IBE-2114