Zelem

De schansreglementen van Tessenderlo, Zelem, Meldert (Geenmeer-Oude Schans), Houthalen (Brelaarschans), Genebos + Mellaar + Geneiken (Lummen), Houterschans (Wijchmaal), Genebroek (Meerhout), Bocholt (Lechtenschans), Obglabbeek, Eksel (Hoxenterschans), Overlaar (Mol)

en in Nederland: Moeselschans + Swartbroek (Weert), Elsenschans + Keyserbosch (Neer) + Swalmen (Roermond)

SCHANSREGLEMENT ZELEM

Vooreerst zal ieder schansgezel gehoorzaamheid en onderdanigheid verschuldigd zijn aan de Gouverneurs en de bouwmeesters «int allent ghene sy met verdragh sullen gouverneren statueren ende goet vinden tot gemeyn welvaert ende profyt welke Gouverneur ende Bouwmeesters sullen doen collecteren ende inmaenen ... ».

Over alle inkomsten en uitgaven zal jaarlijks een rekening opgemaakt en voorgelegd worden aan de andere schansgezellen, die de gouverneur en de bouwmeesters gekozen hebben. «Ende tot dien eynde geven die naerbeschreven schansgesellen midts desen onwederroepelyck consent ende volmacht aen den Gouverneur ende Bouwmeesters om hun lieden sonder contradictie te panden voor... ende penen als sy sullen hebben tegent naerheschreven misbruyck ende reserveert de officiers penen van vechten, diveryen en andersins».


  1. De bouwmeesters mogen slechts hun ontslag aanbieden of herkozen worden nadat zij hun rekening hebben voorgelegd.
  2. De gouverneur en de bouwmeesters zijn verplicht «goet opsicht te nemen voor het vier te bewaeren ende generalyck voor allen ongemack int bewercken aen de wallen dycken en alles wat van noode mocht wesen op de peen van -30 stuyvers soo sy in hun officie negligent waeren ende die schanse daerdeur eenigh ongemack aanquaeme».._
  3. Ieder schansgezel zal aan de gouverneur en de bouwmeesters gehoorzaam zijn zonder opmerkingen te maken; hij zal zich onthouden dezen tegen te spreken of bedreigingen te uiten al of niet in hun tegenwoordigheid, op de boete van 3 gulden.
  4. Gebeurt deze overtreding een tweede of derde maal, dan wordt de boete verdubbeld «datelyck executeren daervoor tot dien eynde daer toe met nemen om de misbruycker te executeren soo veel van de andere schansgesellen alst den gouverneur oft bouwmeesters goetduncken sal, die hetselve oock niet en sullen moghen weygeren op de pene van 10 stuyvers».
  5. In geval deze geldelijke maatregel niet zal volstaan, dan zal «de misbruycker met gemeyn verdragh van de schanse afgedreven worden ent confisceeren syn plaetse met den timmer oft hem condemneren in alsulcke peen als sy sullen vinden te behooren»,
  6. Het is ten strengste verboden wanorde te scheppen onder de soldaten die voor de schans komen; ze zullen door de bouwmeesters, de gouverneur of de burgemeester ontvangen worden, op de boete van 10 stuivers.
  7. Telkens er geboden wordt te werken, zelfs met karren, moet elkeen hieraan gehoorzamen, op de boet van 16 stuivers.
  8. Iemand die belet is te werken dient zich van een plaatsvervanger te voorzien, op de boete van 16 stuivers.
  9. In geval iemands knecht of plaatsvervanger iets misdoet, wordt de meester hiervoor dadelijk verantwoordelijk gesteld.
  10. Ieder schansgezel dient zich te voorzien van een goed geweer, poeder en lood op de boete van 16 stuivers. Deze boete wordt verdubbeld in geval een dergelijke tweede en derde vaststelling wordt gedaan.
  11. De gouverneur zal de plaatsen en huizen die aan vreemden werden verkocht mogen veranderen ten bate van de schans, zonder dat de vrienden van de verkoper hiertegen iets in te brengen hebben «daer eenighe actie toe sullen hebben om te vernadere want dieselve gehouden woorden voer gereede have».
  12. In geval iemand zijn plaats verkoopt, zal de verkoper ten behoeve van de schansen 3 gulden moeten betalen voor een hele plaats «half na er advenant verkocht synde aen vremde persoonen maer aen de schansgesellen niet en soo hy dat nyet en doet sal vallen in de peen van dobbel 6 gulden».
  13. Niemand mag soldaten op de schans toelaten. Indien zij iemand willen spreken dient sulks voor de poort te geschieden, 'op de boete van 1 gulden 5 stuivers en daarbij' zullen zij alles moeten betalen wat door de soldaten verteerd of beschadigd werd.
  14. Wordt er geboden bomen of struikgewas achter de wallen te plaatsen, dan dient elkeen dit te doen op de boete van 16 stuivers.
  15. Niemand mag 's nachts of overdag koeien, paarden of varkens op de schans laten lopen in schuren, stallen of huizen, zonder dat ze gebonden zijn, dit om geen beschadigingen aan te brengen, op de boete van 1 gulden en de betaling van de geleden schade.
  16. Iemand die zijn varkens wil laten lopen, moet ze uit de schans drijven; de dieren moeten voorzien zijn van een dwarshout van 3 stokken rond de hals. Ze moeten bovendien geringd worden zoals bepaald in art. 12 van het keurboek, op de boete van 30 stuivers per varken.
  17. Niemand mag door de grachten gaan of de diepte ervan meten, op de boete van 6 gulden. De tweede en derde vaststelling dubbel tarief.
  18. Wanneer men moet waken, moet elkeen met zijn geweer op zijn post zijn en zijn opdracht stipt volbrengen. Bij elkeen die als schildwacht slaapt zal het geweer afgenomen worden; de schuldige zal 3 gulden als boete betalen.
  19. Gezien het grootste gevaar en ongemak gelegen is in de bestrijding van brand, wordt op de schans als volgt gehandeld.
  20. Ieder is, ertoe verplicht de schouwen goed te onderhouden en om de 14 dagen te kuisen, op de boete van 10 stuivers.
  21. Iedereen zal er voor zorgen op zolder niets tegen de schouw te leggen dat licht ontvlambaar is zoals hooi, stro, kemp of brem, op de boete van 30 stuivers. Voor de tweede en derde vaststelling dubbel tarief.
  22. Niemand mag toelaten dat zijn kinderen vuur halen en over de schans dragen, op de boete van 3 gulden.
  23. Bovendien zullen de echtgenoten of dienstmeiden ook geen vuur mogen halen «sonder hetselve wel te bewaeren in eenen klonck oft ketel wel toeghestopt met een deksel» op de boete van 3 gulden. .
  24. Wanneer door iemands onachtzaamheid de schans in brand zou komen, zal de schuldige «vervallen in peen van al wat hij heeft had en erve. Ende daerenboven sulcke familie voor eeuwiglyk gebannen uyt de heerlyckheidt alles tot profyt des beschadighden».
  25. Niemand mag zijn kinderen bij het vuur laten zitten «sonder ander goede hoede» op de boete van 3 gulden.
  26. Niemand mag zijn vee rond het vuur of in de keuken zetten «sonder gescheyt van eenen wandt» op de boete van 30 stuivers.
  27. Niemand mag «eenighe bedsteden omtrent het vuer daer peryeckel of soude konnen komen ten minste ses voeten van het vuer op de peen van 40 stuyvers».
  28. Niemand mag 's nachts in de stallen gaan, noch gevaarlijke 'plaatsen betreden met kaarsen of andere lichten zonder lantaarnen op de boete van 6 gulden.
  29. Niemand mag zijn kinderen laten de oven stoken «rnaer verstandt volck» , op de boete van 3 gulden.
  30. Na zonsondergang is het verboden de oven opnieuw aan te steken op de boete van 30 stuivers.
  31. Iedereen is verplicht «syn keucken daer men vuer stoockt snaghs wel schoon te houwen van strooy, kempbolsteren ende anderzints opdat ter geen ongemack deur en kompt» op de boet van 30. stuivers.
  32. Eenieder zal «den solder boven die keucken ten minste een ghebondt doen solderen oft plecken met leem, sender dat hoey, strooy oft andere foeyeragie meer daer al door hangt daer peryeckel af komen kan» op de boete van 30 stuivers.
  33. Eveneens moeten alle schouwen «die te meer voor andere daecken komen gehooght worden naer behooren» op de boete van 30 stuivers.
  34. Ook zal men vermijden in de mate van het mogelijke loverachtig hout te stoken of slechte brem» in die leege schouwen daer die voncken soo lichtelyck gloeiende uytvligen «op de boete van 20 stuivers.
  35. Niemand mag asse «op den blooten solder gieten maer in tonnen, kuypen oft andersintst staende uyt den peryeckel van strooy ende die Bouwmeesters sullen deselve moghen comen visiteeren, die plaetsen daer die liggen soo dikwyls alst hun sal believen» op de boete van 30 stuivers.
  36. Niemand mag «eenighe torfasschen op der schansen uytgieten op den mesthof of andere plaetsen, maer dieselve met ketels oft andersints vander schansen draegen als dieselve sullen kout syn» op de boete van 3 gulden. De tweede en derde vaststelling dubbel tarief.
  37. Van alle voormelde boeten zal het vierde deel ten goede komen aan de bouwmeesters. De andere drie vierden zullen als ontvangst in de schansrekening ingeschreven worden.
  38. Het werk dat aan een schansgezel wordt opgelegd zal bepaald warden in evenredigheid van het aantal plaatsen, die hij en zijn huisgezin in de schans bewoont.
  39. In geval er meer artikels in dit reglement zouden moeten opgenomen worden «sullen toevlucht nemen tot de oude schanse, waeruyt dese genomen syn. Ende ons daer naer volghens hoewel hier nyet geschreven syn welcke articulen voor schepenen van Zeelhem vervonnist syn op den 13sten January 1654 opt Jaergedinghe».

Dit reglement werd door notaris Janssen opgetekend met de melding: Copia concordat cum sua originali copia, quod attestor.

Het werd ondertekend door: Nandus Dullaerts, schansmeester, Loots ]., bouwmeester, Joannes Loots, Franciscus Loots, Joris Lenaerts, Dionisius Luyten, Goossens Joannes, Gerardus Huybrechts, schansgezellen.