2. Prioriteiten

Als we stellen dat de grondbehoeftén van de mens die aan veiligheid (bescherming) en uitbreiding (groei, avontuur) zijn, kunnen we verwachten dat in het volkomenheidsideaal van ieder mens daarvan sporen te zien zijn. Als we de mens in zijn communicatie met de medemens, de wereld, het leven gadeslaan, blijkt echter dat behalve deze overeenkomsten ook grote verschillen in doelstelling waar te nemen zijn. De moeilijkheid schijnt te zijn dat deze wereld niet alleen de voedingsbodem voor onze groei en de schuilplaats voor onze kwetsbaarheid is, maar ook een belemmering voor onze ontplooiing en een bedreiging voor onze veiligheid. Het is daarom mogelijk zich op verschillende manieren een wereld voor te stellen die een optimaal groeigevoel paart aan een optimaal veiligheidsgevoel en dat in de gewenste verhouding. Men kan dan zo'n ideaaltoestand in eerste instantie nastreven langs vier hoofdbanen. Het zijn de strevingen naar:

• Superioriteit (heersen).

• Acceptatie (behagen).

• Controle (ordenen).

• Gemak (ontwijken).

Binnen deze hoofdstrevingen zijn nuances te zien door de keuze van waardeschalen. Wie bijvoorbeeld rijkdom kiest als de beste vorm van superioriteit, onderscheidt zich van wie daarvoor beroemdheid of een hoge machtspositie kiest.

Maar ook binnen een waardeschaal zijn verschillen te zien, die veroorzaakt worden door de keuze van de methode die gebruikt wordt om op de waardeschaal te stijgen. Wie bijvoorbeeld gemak als hoofddoel of prioriteit heeft gekozen, daarbinnen conflictloosheid als waardeschaal, kan kiezen voor het vermijden van contacten of juist voor de 'good-mixer'-methode van het veelvuldige, oppervlakkige, onverbindende contact. Zo'n laatste keuze, die van de methode, zal vaak beïnvloed worden door de volgorde van de andere prioriteiten. Wie als tweede prioriteit acceptatie nastreeft, zal meer voelen voor de 'good-mixer'-methode, wie controle op de tweede plaats heeft, voor de vermijdingsmethode.

Ondertussen zijn we al verdelende al weer op een zo groot aantal levensstijlen uitgekomen, dat we de uitspraak dat ieder mens zijn eigen unieke levensstijl heeft, dicht genaderd zijn.

Om een levensstijl, ook die van onszelf, te kunnen doorlichten is enig inzicht in de mogelijke waardeschalen en methoden nodig. Een vraag die zich echter ook nog opdringt, is die naar de juistheid, nuttigheid, gezondheid van een bepaalde levensstijl. Bij de beschouwingen over de afzonderlijke prioriteiten moeten dus de volgende vragen telkens aan de orde komen:

A. Hoe ligt het met de groei- en veiligheidsaspecten?

B. Wat is de invloed van de andere prioriteiten?

C. Welke waardeschalen zijn beschikbaar?

D. Welke methoden zijn bruikbaar?

E. Wat is de invloed van het gemeenschapsgevoel op het gezondheidsaspect?

3. Superioriteit.