Het bezoek van klokkenluidersgilde ''Geert van Wou'' uit Kampen aan het klokkenluidersgilde in Zwolle (2015)
Der Besuch der Glockenläutergilde „Geert van Wou“ aus Kampen bei der Glockenläutergilde in Zwolle (2015)
Rond Geert van Wou sr treffen we vier keer de naam Willem van Wou aan, in vier opeenvolgende generaties:
In der Umgebung von Geert van Wou Sr finden wir den Namen Willem van Wou viermal in vier aufeinanderfolgenden Generationen:
eerste generatie: vader Willem van Wou
Geert van Wou sr was waarschijnlijk een zoon van Willem van Wou, klokken- en geschutgieter in Nijmegen, overleden voor 10 oktober 1461.
erste Generation: Vater Willem van Wou
Geert van Wou Sr war wahrscheinlich ein Sohn von Willem van Wou, Glocken- und Waffengießer in Nimwegen, der vor dem 10. Oktober 1461 starb.
tweede generatie: broer (of neef) Willem van Wou
In de generatie van Geert van Wou sr zelf is sprake van een broer (of neef) Willem van Wou, die ook klokkengieter was. In 1502 goot deze Willem van Wou twee klokken voor de kerk van Zuidwolde (Drenthe). Willem van Wou verhuisde in 1503 van Zwolle naar Utrecht. Daar moest hij tijdelijk plaats maken voor Geert van Wou sr ten tijde van het gieten van de klokken voor het Domkapittel (1505). Willem van Wou overleed voor 26 augustus 1510, toen voogden over zijn minderjarige kinderen werden aangesteld. Willem van Wou had een zoon Henricus, die ook weer klokkengieter was.
zweite Generation: Bruder (oder Cousin) Willem van Wou
In der Generation von Geert van Wou Sr selbst gibt es einen Bruder (oder Cousin) Willem van Wou, der ebenfalls Glockengießer war. Im Jahr 1502 goss diese Willem van Wou zwei Glocken für die Kirche von Zuidwolde (Provinz Drenthe). Willem van Wou zog 1503 von Zwolle nach Utrecht. Dort musste er zum Zeitpunkt des Glockengusses für das Domkapitel (1505) vorübergehend Geert van Wou sr Platz machen. Willem van Wou starb vor dem 26. August 1510, als Vormunde für seine minderjährigen Kinder eingesetzt wurden. Willem van Wou hatte einen Sohn Henricus, der ebenfalls Glockengießer war.
derde generatie: zoon Willem van Wou
Binnen de familie van Wou was het de gewoonte om de oudste zoon Willem te noemen. Zoon Willem Geertsz van Wou was waarschijnlijk de oudste in het gezin. Willem was getrouwd met Hermken en samen kregen zij zeven kinderen: Timen, Gerrit, Jan, Willem, Mechteld, Geertruyt en Meynse. Willem van Wou was aanvankelijk reder, maar dat ging hem niet goed af. Hij en zijn vrouw stierven in behoeftige omstandigheden. Willem werd in 1560 in de St. Nicolaas- of Bovenkerk begraven, ''omdat zijn ouders zo veel voor de kerk betekend hadden''. Zijn graf bleef eigendom van de kerk. Zijn vrouw Hermken overleed kort na Willem.
dritte Generation: Sohn Willem van Wou
In Van Wous Familie war es üblich, den ältesten Sohn Willem zu nennen. Sohn Willem Geertsz van Wou war wahrscheinlich der Älteste in der Familie. Willem war mit Hermken verheiratet und zusammen hatten sie sieben Kinder: Timen, Gerrit, Jan, Willem, Mechteld, Geertruyt und Meynse. Willem van Wou war zunächst Reeder, doch das lief für ihn nicht gut. Er und seine Frau starben in ärmlichen Verhältnissen. Willem wurde 1560 in der St. Nicolaas- oder Bovenkerk beigesetzt, ''weil seine Eltern der Kirche so viel bedeutet hatten''. Sein Grab blieb Eigentum der Kirche. Seine Frau Hermken starb kurz nach Willem.
welstand tot ca. 1540
In 1530 werden Willem van Wou en zijn vrouw ingeschreven in het belangrijke Schepenmemorie, waarvan alleen de belangrijkste Kamper burgers lid waren. Het ging hen toen nog voor de wind. In 1536 komen we Willem in de akten tegen toen hij, via bemiddeling van Jan ten Hoeve (Jan inde Swaan) en zus Jutte, Oudestraat 7 (blauwe ovaal, hieronder) - schuin tegenover zijn ouderlijk huis (rode ster) - huurde van Gheert Krachtsz. Een jaar later, in 1537, zijn de broers Willem en Jasper van Wou borgen voor hun zwager Gheert Cluppell, de man van zus Jutte van Wou. In 1538 ontstond er een conflict tussen de rechtlijnige Kamper pastoor Albert Pigge (wonende in Utrecht) en zijn meer reformatorisch ingestelde lokale vervanger Arent Graet van Collen. De laatste had vooral de sympathie van de schippers en reders, die oostwaarts voeren en waartoe ook Willem en Jasper van Wou behoorden. Het eindigde ermee dat Arent Graet van Collen op 18 oktober verbannen werd uit Kampen, uit Overijssel en uit het stadhouderlijk gebied van Friesland en Groningen. Op 12 december 1539 lieten de neven Willem van Wou en Bernt van Reess beslag leggen op de goederen van Arent Graet van Collen die na zijn vertrek in de pastorie (paarse cirkel) waren achtergebleven. Dit werd gemeld bij de schout, die hierover geen gedoe wilde hebben, want het betrof geestelijke goederen.
Wohlstand bis etwa 1540
Im Jahr 1530 wurden Willem van Wou und seine Frau in der wichtigen Schepenmemorie (Schöffenbruderschaft) eingetragen, der nur die bedeutendsten Kampener Bürger angehörten. Damals lief es für sie noch gut. Im Jahr 1536 begegnen wir Willem in den Urkunden, als er durch die Vermittlung von Jan ten Hoeve (Jan inde Swaan) und seiner Schwester Jutte die Oudestraat 7 (blaues Oval, unten) – schräg gegenüber seinem Elternhaus (roter Stern)– von Gheert Krachtsz mietete. Ein Jahr später, 1537, wurden die Brüder Willem und Jasper van Wou Bürgen für ihren Schwager Gheert Cluppell, Ehemann von Jutte van Wou. Im Jahr 1538 kam es zu einem Konflikt zwischen dem geradlinigen Kamper-Pfarrer Albert Pigge (wohnhaft in Utrecht) und seinem reformierteren örtlichen Stellvertreter Arent Graet van Collen. Letzterer genoss vor allem die Sympathie der ostwärts segelnden Kapitäne und Reeder, zu denen auch Willem und Jasper van Wou gehörten. Es endete mit der Verbannung von Arent Graet van Collen aus Kampen, aus Overijssel und aus dem Statthaltergebiet Friesland und Groningen am 18. Oktober. Am 12. Dezember 1539 beschlagnahmten die Cousins Willem van Wou und Bernt van Reess die Güter von Arent Graet van Collen, die nach seiner Abreise im Pfarrhaus (lila Kreis) verblieben waren. Dies wurde dem Schülze gemeldet, der aber kein großes Aufsehen darüber machen wollte, da es sich um geistige Güter handelte.
(Utewael, plattegrond / Karte Kampen, 1598l: rode ster / Roter Stern = erf en woonhuis/ der Hof und Wohnung Geert van Wou; blauwe ovaal / blaue Oval = huis / Haus Willem van Wou; paarse cirkel / violette Kreis = de pastorie / das Pfarrhaus St. Nicolaaskerk; groene cirkel / grüne Kreis = de Venepoort; bruine cirkel / braune Kreis = Agnietenconvent / das Agnietenkloster)
een klok voor Hellendoorn
Rond 1540 begon Willem van Wou steeds meer schulden te maken. In eerste instantie bij mensen uit zijn directe familie- en kennissenkring: Fije Bolhorens, Peter van Wyringen, Rotger Willems en Jochum van Mullem. Eind februari 1545 beloven de broers Willem en Jasper van Wou dat zij binnen een maand een door hun broer Geert jr gegoten klok voor Hellendoorn zullen afleveren bij de waag in Zwolle. Maar dit lukte niet en op 28 april kregen de broers opnieuw uitstel tot 12 mei voor levering van deze klok. Mocht het dan weer niet lukken, dan moesten Willem en Jasper de kerk van Hellendoorn schadeloos stellen voor het naar Zwolle laten komen van twee wagens en zestien paarden voor het vervoer van de klok. Als onderpand voor de eventuele schade stelden de broers hun huizen. Maar op 15 mei was nog steeds geen klok in Zwolle gearriveerd en werd er weer uitstel verkregen, dit maal tot midzomer (21 juni) voor het leveren van een klok van 1600 tot 1800 pond. Wanneer er geen klok kwam, dan zouden Willem en Jasper alle al door de kerk van Hellendoorn gemaakte kosten, alle betalingen aan broer Geert en alle verdere kosten moeten terugbetalen. Hiervoor stelden zij al hun bezittingen als onderpand. Hoe dit is afgelopen is niet duidelijk, maar hierna werden de schulden van Willem van Wou groter. Uiteindelijk nam Willem van Wou een baantje aan als ''schrijver'' op de Venepoort (groene cirkel, hierboven). Dit betekende dat hij een soort douaniersfunctie had, waarbij hij iedereen controleerde en opschreef die via de Venepoort de stad in- of uitging.
Eine Glocke für Hellendoorn
Um 1540 begann Willem van Wou immer mehr Schulden zu machen. Zunächst mit Personen aus seinem engsten Familien- und Bekanntenkreis: Fije Bolhorens, Peter van Wyringen, Rotger Willems und Jochum van Mullem. Ende Februar 1545 versprachen die Brüder Willem und Jasper van Wou, dass sie innerhalb eines Monats eine von ihrem Bruder Geert Jr für Hellendoorn gegossene Glocke an die Waage in Zwolle liefern würden. Dies ist Ihnen nicht gelungen und am 28. April wurde den Brüdern erneut eine Frist bis zum 12. Mai für die Lieferung dieser Glocke eingeräumt. Wenn es wieder nicht klappte, mussten Willem und Jasper die Kirche von Hellendoorn dafür entschädigen, dass sie zwei Wagen und sechzehn Pferde nach Zwolle gebracht hatte, um die Glocke zu transportieren. Die Brüder stellten ihre Häuser als Sicherheit für eventuelle Schäden. Doch am 15. Mai war noch keine Glocke in Zwolle eingetroffen und es wurde eine weitere Verschiebung erwirkt, diesmal bis zum Mittsommer (21. Juni) für die Lieferung einer Glocke mit einem Gewicht von 1.600 bis 1.800 Pfund. Wenn keine Glocke käme, müssten Willem und Jasper alle der Kirche von Hellendoorn bereits entstandenen Kosten, alle Zahlungen an Bruder Geert und alle weiteren Kosten zurückzahlen. Dafür stellten sie ihren gesamten Besitz als Sicherheit. Es ist nicht klar, wie dies endete, aber danach stiegen die Schulden von Willem van Wou. Schließlich nahm Willem van Wou eine Stelle als „Schriftsteller“ am Venepoort an (grüner Kreis, oben). Das bedeutete, dass er eine Art Zollfunktion hatte und jeden kontrollierte und registrierte, der die Stadt Kampen über den Venepoort betrat oder verließ.
vierde generatie: kleinzoon en priester Willem van Wou
Het lijkt erop dat ook binnen de familie Van Wou de Reformatie dwars door de familie liep. In 1572, tijdens de Reformatie, was een Willem van Wou priester in het Agnietenconvent aan de Vloeddijk (bruine cirkel). Het zal een kleinzoon van Geert van Wou sr zijn geweest, maar via welke zoon is onbekend.
vierte Generation: Enkel und Priester Willem van Wou
Es scheint, dass die Reformation auch innerhalb der Familie Van Wou durch die Familie hindurchgegangen ist. Im Jahr 1572, während der Reformation, war ein Willem van Wou Priester im Agnietenkloster am Vloeddijk (brauner Kreis). Es wäre ein Enkel von Geert van Wou Sr gewesen, aber von welchem Sohn ist unbekannt.
©cultuurZIEN, 2022/2024