14 april 2008
We staan om 5:15 u op. In gedachten denken we nog even aan de korte “speech” die Evelien gisteren onverwacht hield. Over het ledigen van gedachten en vergeten van zorgen.
Enfin, Ivo komt om 6:20 u en brengt ons naar Maastricht. Het is slecht weer, veel regen. In Maastricht nemen we afscheid.
De trein naar Luik vertrekt keurig op tijd. Aangekomen op het station van Liége-Guillemins zien we de Thalyss al klaar staan. Een perronmedewerker ziet gelijk dat we naar Santiago de Compostela willen gaan, hij herkent de schelp ( coquille) op de pelgrimstok.
De Thalyss vertrekt stipt. Het comfort in de trein valt een beetje tegen, zoveel zitruimte heb je niet. Maar het gaat wel snel, om 12:00 u komen we aan op Paris Gare du Nord. In de Thalyss hadden we al een metrokaartje gekocht dus zoeken we gelijk de metro die we ook snel vinden. De metro ( lijn 4) is erg rammelig en Tiny voelt zich niet echt op haar gemak. Na een kleine 20 minuten zijn we bij de halte Paris Montparnasse. Via een serie ondergrondse tunnels komen we op het station. Hier staat plots een meneer voor Tiny die haar een hand geeft. De schelp was weer opgevallen en we maken een praatje. De meneer, die de camino al eens gelopen heeft, gaat verder naar Toulouse. Wij gaan wat eten en lopen daarna naar de trein. Onderweg wordt ons weer gevraagd of we naar Santiago de Compostella gaan. Om 12:10 u vertrekt de TGV. We zien het landschap veranderen, eerst veel gele koolzaadvelden, dan bij Bordeaux de wijnvelden en ten zuiden van Bordeaux veel bos ( in de streek Les Landes). In Bayonne aangekomen moeten we eerst kaartjes kopen voor de trein naar St. Jean Pied de Port. Dan vertrekt onze laatste trein.
Deze wordt eigenlijk alleen maar gebruikt door pelgrims. Duitsers, Oostenrijkers, Scandinaviërs, Fransen en natuurlijk Nederlanders. Het gaat omhoog door een heel mooi landschap met veel tunnels. En het zonnetje schijnt.
In St. Jean Pied de Port aangekomen vinden we al gauw de herberg L ‘esprit du chemin van Huberta Wiertsema en Arno Cuppen. We worden hartelijk ontvangen door beide Nederlanders en maken kennis met andere pelgrims die hier overnachten: Noren, Oostenrijkers, Duitsers en een Nederlander.
Huberta en Arno runnen deze gastvrije herberg sinds 2003. Daarbij worden ze ondersteund door een hospitalero voluntario, oftewel een vrijwilliger die in een herberg werkt. Een Duitse heer uit Keulen vervult op dit moment deze nobele taak. ‘s Avonds krijgen we een goede maaltijd, het blijkt dat we ook nog een jarige in ons midden hebben, de Noorse heer die 50 jaar is geworden.