De Romeinse schrijver Plinius zou in een van zijn naslagwerken de natuur bespreken van Germania Inferior, de romeinse naam voor Nederland, waarbij ook de naam Holland is verklaard. Verkenners van de Romeinen zoals de geograaf Pomponius Mela en de militair Julius Caesar hadden de opdracht om nauwkeurig na te gaan hoe het onderworpen gebiedsdeel in de Rijndelta in elkaar stak. Plinius noemt zich een militair die tegen het water vecht en geeft enkele waterstaatkundige aantekeningen. De naam Holland zou hierbij duiden op de rivierbodem, op het diepe, holle deel van het laagland. Hollowland, Holeland, of Alamagna Bassa Terra. Dit kennen wij nu als het ingelijfde, gebatailleerde, onderworpen, inferieure, laagliggende, Romeinse landsdeel Batavia. Het Bassa Terra levert volkeren op als de Busartori of Lage Gronders. Waar Caesar vooral de verkenner en veroveraar van het inferieure landsdeel is, was Drusus de aannemer en uitvoerder van waterstaatkundige werken, om die inferieure tekortkomingen weg te werken. Met de Drususgrachten en Drususdijken is Holland drooggelegd, middels ingenieuze slingerbewegingen van de rivieren in Germania Superior. Die vertraging van de bovenloop van de Rijn in dit Drususland (Duitsland) alsmede het oprekken van de rechter zijarmen van de Rijn hadden de drooglegging en gebiedscreatie van Hollowland (Holland) tot gevolg. Dit betekende dat het droge Batavia ging behoren tot het onvrije Romeinse deel, en het door water gescheiden Frisia, tot het vrije, Germaanse gedeelte.
Plinius
© 2019 F. N. Heinsius