Natuurmonumenten

Natuurmonumenten begon zijn activiteiten in Holland en zorgt vandaag de dag voor meer dan 100.000 hectare natuur in Nederland. Natuurmonumenten beschermt ongeveer 20.000 hectare natuur, verdeeld over meer dan 60 natuurgebieden en landgoederen. De natuur had lange tijd een weinig populair imago, natuurliefhebbers werden overwegend voor gek versleten door het publiek. De industriële revolutie, stadsuitbreiding, spoorlijnen en wegen veranderden het landschap ingrijpend eind 19de eeuw. Er was minder ruimte voor de natuur en naast de massale scheepsbouw-behoefte was hout meer en meer nodig als grondstof voor de explosief groeiende hoeveelheid stoommachines in de industrie, stoomschepen en locomotieven. De eeuwwisseling vormde het startpunt. Leraren als Jac. P. Thijsse trokken de stadsnatuur in en veroorzaakten hiermee een ommezwaai, 't Reveille. Bestuurders wensten de inpoldering in feite voort te zetten door gebruikmaking van het stadsafval. Amsterdam had zelf geen ruimte meer. Natuurmonumenten wist een afvalberg bij Naarden te voorkomen. De eerste gebieden werden aangekocht in 1906. En vele gebieden worden testamentair geschonken. Amsterdam heeft het afval na het conflict tegen lagere kosten en om gezondheidsredenen vervolgens vervoerd naar de polder bij Amstelveen.

© 2019 Frederik N. Heinsius