Poëzie

Liiane Van Runckelen

COCON

(voor Liliane)

In je cocon als onberoerd van vele vragen

slaapdronken wiegend in de armen van de dood

nog mooi steeds met je haren zacht

om je wasbleke gelaat

verglijd je langzaam in zijn koele schoot

Versluierd in je ogen die me eens zoveel bewaarden

rust je nu verstild in je gebaren

Alsof nooit je lichaam me had toebehoord

verlaat je me

berustend, zonder zelfs een laatste woord

De bruidegom die je nu draagt

behaagt je meer, want in je glimlach

ligt verlangen naar zijn koele hand

Treur niet meer, fluistert je lach,

ik ben niet dit albasten kleed

ik ben de vlinder in het verre land

Aan 't raam fladdert er een witte vlinder

Ik volg hem in zijn vlucht tot aan de zon

hij klimt tot in het felste licht

waar hij een schaduw wordt

Als ik mijn ogen sluit zie ik hem nog

Ik glimlach, want ik heb de witte vlinder lief

Jules Grandgagnage