Magie

Alle teksten in dit hoofdstuk werden vrijgegeven onder de licentie CC BY-SA 2.0 en mogen voor gelijk welk doeleinde gekopieerd en veranderd worden, mits te voldoen aan de verplichte naamsvermelding: "Auteur: Julien Grandgagnage"

Wereldbeeld

Magie verwijst naar het manipuleren van de werkelijkheid door middel van rituelen en bezweringen. Magie is echter niet alleen een techniek, want het gaat onvermijdelijk uit van een achterliggend wereldbeeld, een manier waarop alles wat gebeurt begrepen en verklaard wordt. Met magie wordt dus ook een wijze van rationaliteit, een kosmologie, beschreven waarbij ervan uitgegaan wordt dat onzichtbare krachten veranderingen kunnen teweegbrengen in de materiële werkelijkheid. Die werkelijkheid wordt begrepen als een samenhangend geheel van onderling afhankelijke en bezielde delen. Overal ter wereld is het de taak van de magiër om die relaties (via omens, tekenen) te kennen en een verbinding of verzoening te bewerkstelligen door het uitvoeren van magische rituelen. De sympathische magie, die later in dit boek wordt uitgelegd, werkt volledig volgens dit principe. Door deze animistische en holistische visie onderscheidt magie zich van het wetenschappelijk verklaringsmodel.

Onderscheid met religie

In het westen wordt magie onderscheiden van vormen van religiositeit die ook beroep doen op het bovennatuurlijke om dingen te verklaren, al is dit vanuit antropologisch standpunt niet goed verdedigbaar. Sedert het einde van de 19e eeuw houden vooral antropologen zich bezig met de wetenschappelijke studie van de functie en de rituelen van magie in historische en tegenwoordige (primitieve) gemeenschappen. Magie kan een universeel verschijnsel genoemd worden, want het komt voor in de meeste culturen. In het westen hebben intellectuelen zich door de opkomst van de wetenschap weliswaar afgekeerd van magie, maar praktijken als handlezen en astrologie blijven bijzonder populair onder het gewone volk. In niet-westerse samenlevingen blijft magie een grotere rol spelen. Praktijken die als magisch worden beschouwd zijn onder meer voorspellen, astrologie, bezweringen, alchemie, tovenarij en spiritisme.

Vanuit een niet-theïstisch standpunt lijken veel religieuze rituelen en overtuigingen erg op, of zijn identiek aan magische opvattingen. Zo zijn gebed en een magische incantatie te beschouwen als een vorm van beroep doen op een bovennatuurlijke kracht. Deze god of dit wezen wordt dan gevraagd om te interveniëren ten behoeve van de persoon die het gebed formuleert. Theoretisch is het verschil dat een gebed van een gelovige gericht is aan een godheid met een onafhankelijke wil (die al dan niet het verzoek kan inwilligen), terwijl dit bij magie anders is.

Magie wordt geacht effectief te zijn:

    • door uitvoering van de magische handeling zelf
    • door de kracht van de wil van de magiër
    • doordat de magiër gelooft dat hij wezens uit de geestenwereld kan bevelen.

Als een gebed in een religie niet helpt, dan betekent dat in de praktijk dat de god verkozen heeft om niet in te grijpen. Als magie faalt, dan ligt dit aan een fout in de magische procedure zelf. Vandaar dat magische rituelen exact geformuleerd moeten worden en minder ex-tempore zijn.

Etymologie

Magie stamt etymologisch af van het Griekse magikē, vrouwelijke vorm van magikos (μαγικός), waarmee de magische kunsten worden aangeduid, refererend aan de Magoi, - enkelvoud mágos, (μάγος) - Zoroastrische priesters die astrologische voorspellingen deden. De Griek Heraclitus (6e eeuw v.Chr.) was de eerste die de mágos en hun 'goddeloze rituelen' vernoemde.

Definities van magie

Antropologen houden het meestal bij een definitie zoals

  • "De vermeende kunst van het beïnvloeden van gebeurtenissen met occulte middelen". (Alan Barnard: 'Encyclopedia of Cultural and Social Anthropology')

De definitie die occultisten geven van 'magie' is vaak bijzonder gelijklopend. Meestal verwijzen zij naar de kunst van de magie:

  • "Magie, beschouwd als een wetenschap, is de kennis van de beginselen en de middelen waarmee de alwetendheid en almacht van de Geest en zijn controle over de krachten van de natuur kan worden verkregen door het individu, terwijl het nog steeds in zijn lichaam zit. Beschouwd als kunst, is magie de toepassing van die kennis naar de praktijk." (Helena Blavatsky, Amerikaanse occultiste, in 'Isis Ontsluierd')
  • "Magie is de Wetenschap en Kunst van het veroorzaken van verandering, optredend in overeenstemming met de Wil." (Aleister Crowley, Brits occultist)
  • "Magie is de studie en de praktijk van de manipulatie van de geheime krachten van de natuur" (Papus- Gérard Encausse, Frans occultist.)

Principes van de magie

Adepten van de magie verklaren de werking van de magie op basis van de volgende door hen vooronderstelde principes:

    • werking van elementaire krachten die niet door de wetenschap gedetecteerd kunnen worden
    • tussenkomst van geesten
    • een 'mystieke kracht' die bestaat in alle dingen, ook in magische objecten zoals ringen en stenen.
    • manipulatie van de 4 elementen (Aarde, Water, Vuur en Lucht) door de wil van de magiër, met symbolen of objecten die de 4 elementen vertegenwoordigen.
    • manipulatie van de energie van het menselijk lichaam door bijvoorbeeld handoplegging en het uitspreken van formules.
    • manipulatie van symbolen; adepten geloven dat symbolen de plaats kunnen innemen van het ding of fenomenen die ze vertegenwoordigen. Door het symbool te manipuleren proberen magiërs de werkelijkheid te veranderen die het symbool representeert.
    • de principes van de sympathische magie van James George Frazer, zoals uitgelegd in zijn The Golden Bough Deze principes omvatten ook de 'Wet van gelijkaardigheid' (law of similarity) en de 'Wet van het contact' of van 'besmetting'. (Law of contact, of contagion). De magische manier van denken gaat er dus volgens Frazer van uit dat het 'gelijke het gelijke aantrekt' en van het ogenblik dat ze met elkaar in contact zijn gebracht ook vanop afstand invloed op elkaar kunnen blijven uitoefenen. Anders geformuleerd: het gevolg lijkt op zijn oorzaak.
    • concentratie of meditatie: door zich te concentreren op een al dan niet aanwezig object hoopt de magiër een soort vereniging van subject en object te bewerkstelligen, wat magisch manipulatie mogelijk maakt.
    • de magische kracht die de onbewuste geest kan uitoefenen: magiërs proberen het onbewuste (door o.a. symbolen en rituelen) ervan te overtuigen om veranderingen te bewerkstelligen, door geesten en energieën.
    • verbondenheid met de kosmos, die alles verbindt
    • de eenheid in alles, gebaseerd op het concept van het monisme, poneert de eenheid van het het universum

Niet alle theorieën zijn hier opgesomd, en veel praktiserende occultisten zullen deze concepten vermengen. De sleutelbegrippen voor het gebruik van magie zijn eigenlijk eenvoudig te resumeren: concentratie en visualisatie. Het uitspreken van bezweringen gebeurt vaak onder een "trance", die beschreven wordt als een soort meditatieve toestand om zich beter op het beoogde effect te kunnen concentreren en het doel te kunnen visualiseren.

De nauwkeurig omschreven handelingen kunnen onder andere dansen of lichamelijke oefeningen zijn. Het gebruik van hallucinogene middelen kan bij de uitvoering van magische handelingen soms ook een rol spelen. Sommige mensen beweren dat ze door het beoefenen van meditatie een verhoogde bewustzijnstoestand kunnen bereiken, de materie rechtstreeks denken te kunnen beïnvloeden zonder fysieke hulpmiddelen. In werkelijkheid zijn er dan waarschijnlijk veranderingen in het zenuwstelsel teweeggebracht.

Magie houdt zich bezig met gebeurtenissen, die geen aanwijsbare oorzaken (lijken te) hebben. Magie dient daarbij onderscheiden te worden van illusionisme en goochelen. Een gebeurtenis met een effect zonder waarneembare oorzaak kan namelijk ook het werk zijn van een illusionist of een goochelaar, zoals een vrouw doormidden zagen of kaarten te laten verdwijnen en verschijnen.

Circe Offering the Cup to Odysseus.jpg