Praktijk oefenen

Inleiding

Voor A1/3 hoef je niet te oefenen, of in ieder geval niet een bewijs daarvan te overhandigen als deel van je licentie. Voor A2 moet je een "zelf test" doen; dus aangeven dat je geoefend hebt en dus jezelf hebt bekwaamd in het vliegen.
Bij Specifiek is een praktijk test deel van het examen, en dat is onder toezicht van een gediplomeerd instructeur. Die laat je een aantal patronen vliegen, deels met GNNS ondersteuning, en deels zonder. Dan heb je dus een niet positie gestabiliseerde drone, en ga je merken dat wind een issue is...
Ook is er een stuk bepalen oriëntatie, waarbij de instructeur de drone lekker ver weg brengt (jij hebt dan je ogen dicht...) en een kant op zet. Je krijgt dan de sticks weer in de hand en mag op de drone weer veilig terugbrengen. Dat vereist natuurlijk dat je eerst kijkt hoe hij staat door even links/rechts en voor/achter te vliegen om te kijken hoe de drone is georiënteerd.

Hieronder de patronen waar je aan moet denken voor het praktijk vliegen.