De kernvraag van deze pagina is: Creëren wij als mensen onze eigen werkelijkheid of is die gegeven?
Een andere manier om deze vraag te stellen is: Bestaat er een objectieve werkelijkheid, die in principe voor alle mensen geldt, of is alles subjectief en relatief?
Ten diepste gaat het hier om de verhouding tussen zijn en kennen. Ligt het primaat bij de ontologie (zijnsleer) of bij de epistemologie (kennisleer)? Of is dit mogelijk een verkeerde vraag en zijn en kennen op een bepaalde manier met elkaar verweven?
Het kernpunt van het transcendentaal idealisme van Immanuël Kant (1724-1804) is dat de empirische waarnemingen, zoals die aan ons verschijnen, beoordeeld en naar ruimte en tijd geordend worden door onze rede. De bron van de waarnemingen is het Ding-an-sich, dat op zichzelf onkenbaar is maar voor ons kenbaar wordt door de rationeel geordende fenomenen.
Kennis begint volgens Kant dus bij de zintuiglijke aanschouwing. Wij doen indrukken op. Die indrukken zijn ruimtelijk en tijdelijk. Maar ‘ruimte’ en ‘tijd’ zijn zelf geen zaken waar we afzonderlijke indrukken van hebben; het zijn algemene karakteristieken van al onze zintuiglijke indrukken. Dus veronderstelt elke waarneming twee a priori-elementen. Het voorstellingsvermogen ordent de gewaarwordingen door middel van die a priori-vormen van de waarneming: ruimte en tijd.
Ruimte en tijd bestaan volgens Kant niet op zichzelf; het zijn vormen die inherent zijn aan ons waarnemingsvermogen en ze zijn derhalve algemeen en noodzakelijk. Zij vormen een vast bestanddeel van ons kenvermogen. We kunnen alleen iets waarnemen of ons voorstellen in ruimte en in tijd.
Ruimte en tijd zijn volgens Kant dus geen ontische gegevenheden, maar epistemische.
Perspectivisme is de filosofische visie dat de werkelijkheid als zodanig niet kan worden gekend omdat alles vanuit een bepaald perspectief wordt bekeken.
Het begrip verwijst, vooral door de invloed van Friedrich Nietzsche, naar het vrijwel volstrekte onvermogen van de mens terug te gaan tot de laatste gronden. Het enige wat voor de mens verschijnt is een veelheid van over elkaar heen vallende en met elkaar in strijd zijnde perspectieven. Nietzsche breekt met de illusie van de 'ware werkelijkheid' en benadrukt dat we de werkelijkheid uitsluitend fragmentarisch kunnen ervaren.
Het begrip is door Leibniz in de filosofie geïntroduceerd.
Het constructivisme of constructionisme is een groep van kennistheorieën die de nadruk legt op het feit dat kennis tot stand komt door een actieve constructie, eerder dan een passieve representatie van de werkelijkheid. Waaruit juist deze actieve daad van constructie bestaat, en welke dingen juist geconstrueerd worden, is object van onenigheid. Zo kan het verwijzen naar een individueel psychisch proces waarin de menselijke hersenen de werkelijkheid op een getransformeerde manier weergeven, een transcendentaal proces van het subject die de wereld vormgeeft via een reeks categorieën, een sociaal proces waarin de maatschappij de ervaring van de wereld vormgeeft, of een materieel proces waarin wetenschappelijke instrumenten de wereld transformeren en nieuwe fenomenen creëren.