Eeuwig - altijd durend of oneindig leven

In het Christendom wordt er veel gesproken over een eeuwig leven. Eigenlijk zou men beter in plaats van "eeuwig" leven spreken over een leven zonder einde, "een eindeloos" of "oneindig" leven praten. Want een " eeuwig" leven is er een zonder begin (geen geboorte) en geen einde (geen dood). Eeuwigheid hoort alleen God toe. Enkel de Elohim Hashem Jehovah behoort eeuwigheid toe. Hij alleen was, is en zal er steeds zijn. Alle andere wezens hebben een begin of ontstaan, bij hun geboorte en zijn sterfelijk.

Verlossing of toekenning van een oneindig leven

Hieronder kan je een selectie van verzen vinden die aantonen dat we geen verlossing kunnen verdienen, het wordt gratis door God gegeven.

Jezus maakt duidelijk dat het oneindige leven een geschenk is van een liefdevolle God:

“ Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat alwie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben.” (Joh 3:16 WV78)

De apostel Paulus vertelt ons dat de dood het gevolg is van onze zonden, maar door genade kunnen we de gave van eeuwig leven door Jezus ontvangen:

“ Maar de genade van God laat zich niet afmeten naar de misstap van Adam. De fout van een mens bracht allen de dood, maar allen schonk Gods genade rijke vergoeding door de grote gave van zijn genade, de ene mens Jezus Christus.” (Ro 5:15 WV78)

“ Want het loon van de zonde is de dood, maar de gave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer.” (Ro 6:23 WV78)

Uiteindelijk is het geloof dat tot het eeuwige leven leidt:

“ Maar de Schrift heeft alles opgesloten in de macht der zonde, zodat de belofte gegeven wordt aan hen die geloven, en wel op grond van het geloof in Jezus Christus.” (Ga 3:22 WV78)

In Johannes 17 v 1 tot 5 bidt Jezus dat mensen zullen weten dat Gods plan om eeuwig leven te geven inhoudt dat ze erkennen dat hij door God is gezonden:

“1 Zo sprak Jezus. Toen sloeg Hij zijn ogen ten hemel en zei: ‘Vader, het uur is gekomen. Verheerlijk uw Zoon, opdat de Zoon U verheerlijke. 2 Gij hebt Hem immers macht gegeven over alle mensen om eeuwig leven te schenken aan allen die Gij Hem gegeven hebt. 3 En dit is het eeuwig leven, dat zij U kennen, de enige ware God en Hem die Gij hebt gezonden, Jezus Christus. 4 Ik heb U op aarde verheerlijkt door het werk te volbrengen dat Gij Mij hebt opgedragen te doen. 5 Gij, Vader, verheerlijk Mij thans bij Uzelf en geeft Mij de heerlijkheid, die Ik bij U had eer de wereld bestond.” (Joh 17:1-5 WV78)

Loskoping of vrijkoping voorzien

Jehovah God heeft aan de wereld zijn eniggeboren zoon Jezus Christus geschonken. Die is het die de wereld heeft vrij gekocht van de straf voor de erfzonde (of doodzonde).

Die losprijs welke door Jezus betaald is zou niets waard zijn indien God deze niet aanvaard had. Enkel doordat Jehovah God Jezus' zoenoffer aanvaard heeft is het tot nut gekomen voor ons. Het 'Lam Gods' is zo Gods grootste geschenk aan de mensheid geworden.

Door middel van 'de vrijlating door middel van losgeld' kunnen we 'vergeving van onze overtredingen' krijgen.

“ in wie wij de verlossing hebben door zijn bloed, de vergeving van de zonden, dank zij de rijkdom van zijn genade.” (Efe 1:7 WV78)

Het is het fundament van de hoop op eeuwig leven, hetzij in de hemel of op een paradijsaarde.

“ En Jezus sprak tot hem: Voorwaar, Ik zeg u: Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs.’” (Lu 23:43 WV78)

“ Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat alwie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben.” (Joh 3:16 WV78)

“ zoals ook de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen.’” (Mt 20:28 WV78)

God vroeg niet dat er duizenden miljoenen individuele mensen een offerandelijke dood zouden sterven om overeen te stemmen met elk individu van Adams nageslacht. Er moest maar één onbesmet iemand (iemand zonder fouten) zich aanbieden als losprijs. ONs kan vergeving en eindeloos toe komen door die ene mens die als vervanging optrad voor die andere ene mens door wie zonde en dood in het leven kwam.

“ Hij is het, die ons door het geloof de toegang heeft ontsloten tot die genade waarin wij staan; door Hem ook mogen wij ons beroemen op onze hoop op de heerlijkheid Gods.” (Ro 5:2 WV78)

“ Door een mens is de zonde in de wereld gekomen en met de zonde de dood en zo is de dood over alle mensen gekomen, aangezien allen gezondigd hebben.” (Ro 5:12 WV78)

En „aangezien de dood door een mens geschiedt”, zou de verlossing van de mensheid ook „door middel van een mens” kunnen komen.

“ Want omdat door een mens de dood is gekomen, komt door een mens ook de opstanding der doden.” (1Co 15:21 WV78)

Geloof in die zoon van God, Jezus Christus, is een niet te verwaarlozen belangrijk aspect voor de 'Redding', toegang tot het Koninkrijk van God en het oneindig leven.

Wij mogen blij zijn dat het betalen van het loon voor Adams zonde voorziet in de vernietiging van het doodvonnis over Adams nakomelingen!

“ Zijn gave is sterker dan die ene zonde. Het oordeel dat volgde op de ene misstap liep uit op een veroordeling, maar de gratie die na zoveel overtredingen verleend werd betekende volledige kwijtschelding.” (Ro 5:16 WV78)

Iedereen kan nu op die kwijtschelding rekenen, indien hij bereid is ze te aanvaarden, want anders zal ze van generlei nut zijn. In juridische zin wordt de vernietigende kracht van de zonde bij de bron afgesneden. De loskoper ‘smaakt de dood voor ieder mens’ en draagt ​​de gevolgen van zonde voor alle kinderen van Adam.

“ Maar wel zien wij hoe Jezus, die voor een korte tijd beneden de engelen was gesteld, nu met luister en eer gekroond is, omdat Hij de dood heeft verduurd. Door Gods genade kwam zijn sterven aan allen ten goede.” (Heb 2:9 WV78)

“ Hem die geen zonde heeft gekend, heeft God voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij door Hem Gods eigen heiligheid zouden worden.” (2Co 5:21 WV78)

“ In zijn eigen lichaam heeft Hij onze zonden op het kruishout gedragen, opdat wij aan de zonden zouden afsterven en gaan leven voor gerechtigheid. Door zijn striemen zijt gij genezen.” (1Pe 2:24 WV78)

Die dood van Jezus op de martelpaal heeft onze zonden witgewassen en de weg geopend naar leven. Zelfs naar een leven dat geen einde zal kennen. Het kende wel een begin, met onze geboorte en voor de meeste was er een onderbreking of pauze, door de tijdelijke doop of het zijn als in een 'diep slaap'. Eens zal de dag komen dat de teruggekomen Jezus de levenden en de doden uit de herinneringsgraven zal oproepen en oordelen ofwel tot een tweede dood ofwel tot de toegang tot oneindig leven in het aards paradijs.