Your page title

Naar Verona

vrijdag 1 oktober 2010

Ons reiswekkertje liep die ochtend al om 7.00 uur af.

Weliswaar stond onze terugvlucht pas om 16.20 uur gepland, maar we hadden nog een stevige rit voor de boeg.

Ondanks dat het maar 140 kilometer was, gaf Tommie aan dat we er drie uur over zouden gaan doen.

We hadden de hele vakantie geen tolweg gezien en dat wilden we zo houden, hoewel de reis via die tolroute maar anderhalf uur was.

Vandaag zouden we ons niet gaan haasten, want dat hadden we geen enkele dag gedaan.

En ook dit wilden we zo houden.

Rustig ontbijten, de koffers inpakken en uitgebreid afscheid nemen van het meer dan vriendelijke personeel.

Om 9.00 uur reden we weg en alles leek voorspoedig te gaan.

Tot we net buiten Quarto d’Altino kwamen, want daar stond een gigantische file.

Kilometers was het af en toe stapvoets rijden, maar vooral geheel stilstaan.

Na ruim een half uur ging het iets beter. We kwamen op een tweebaansweg, maar ook dat schoot niet echt op door al die vrachtauto’s voor ons.

Pas veel later, op een brede vierbaans snelweg, kon ik wat van de verloren tijd inhalen.

En Tommie leidde ons precies binnen de voorspelde tijd naar Valerio Catullo, het vliegveld van Verona.

Hoe we daar ook zochten, we vonden er geen vestiging van Europcar waar we de auto weer in moesten leveren.Tijdens de meerdere rondjes die we daar reden zagen we wel een opvallend fenomeen.

Op een groot bord bij een grijsbetonnen parkeergarage stond: ‘Parking Rental Cars’.

Er stopte een auto voor de slagboom, een hand kwam buiten het raampje en pakte een parkeerkaart uit de automaat, waarna de slagboom openging en de auto naar binnen reed.

Een speciale parkeergarage voor huurauto’s, zoiets vreemds had ik nog nooit gezien.

Nogmaals de huurovereenkomst bekeken en zagen daar Fillafranca Airport staan.

Zouden we dan toch verkeerd zitten? Was er nog een ander vliegveld?

Fillafranca ingevoerd in onze Tommie en tien minuten later stonden we in het centrum van een modern dorp.

Weer later kwamen we op een enorm industrieterrein, maar nergens konden we iets vinden dat ook maar enigszins op Europcar leek.

Echt om moedeloos van te worden…

In de papieren stond ook, dat de inleverlocatie de ‘desk in terminal’ was.

Had ik altijd al een beetje vreemd gevonden, want je kunt toch niet een vertrekhal binnenrijden?

Verwarring alom, maar er stond duidelijk dat er een desk moest zijn.

Teruggekomen bij het vliegveld, zagen we recht voor de ingang een grote parkeerplaats voor kort parkeren.

Op een groot bord stond in duidelijk Engels: ‘Vijftig cent per half uur’. (Misschien ook een goed ideetje voor Schiphol?)

Eenmaal binnengekomen ontdekte ik veel reizigers, drie winkeltjes en een coffeeshop.

Geen desks van autoverhuurbedrijven en ook geen enkele aanwijzing in de richting van Europcar.

Na een tijdje rondgelopen te hebben zag ik een marechausseefiguur een deur uitkomen.

Deze was natuurlijk voor mij. “Excuse me sir, do you speak English?”, vroeg ik op de man af.

De blik in zijn ogen had ik al vaker gezien deze vakantie en zei me meer dan genoeg...

Gelukkig was hij wel doortastend - anders kom je waarschijnlijk niet bij de marechaussee -

want hij opende de deur en riep er iemand anders bij.

Mijn vraag begreep hij wel, helemaal toen ik het adres op de autopapieren liet zien, maar het antwoorden was wat lastiger.

Dit was volgens mij een collega van die eerste, want hij was net zo doortastend.

“Come!”, riep hij en maakte een armbeweging dat ik hem moest volgen.

We gingen naar buiten en hij wees op de grijsbetonnen parkeergarage. Dat zou toch niet waar zijn…

Het was waar. We reden er naartoe, namen een kaartje uit de automaat, de slagboom opende zich en iets verder zagen we allemaal parkeervakken met bordjes erbij. Hertz, Avis…

Waarom hadden ze die bordjes ook niet aan de buitenkant gehangen met simpel ‘Pick-up’ en ‘Drop-off’ erbij, dan was het allemaal een stuk duidelijker geweest.

Tonnie ontdekte een deel speciaal voor Europcar en ergens weggefrommeld in een hoek een kantoortje met de verschillende balies.

Binnen tien seconden was alles geregeld.

Een wat norse dame vroeg kortaf: “Halen of afleveren?” en ik legde het formulier en de sleutel neer.

Met een harde klap werd er een stempel geplaatst, ik kreeg de papieren terug en stond weer buiten.

Tien minuten later zaten we met onze bagage in de vertrekhal.

De autospeurtocht had een uur in beslag genomen, maar we hadden er nog drie de tijd.

En die waren eigenlijk zo om.

Inchecken, koffers op de band, koffiedrinken in een restaurant met een panoramisch zicht op de gereedstaande vliegtuigen (wel twee...) en wat rondlopen.

Langs de handbagagecontrole waar mijn laptop weer zo nodig uit de tas gehaald moest worden en door het verklikkerpoortje heen.

Deze ging natuurlijk loeien omdat ik de telefoon nog in mijn borstzak had zitten.

Terug, telefoon in het bakje

op de rollerband, weer onder het poortje door en alles was nu in orde.Toen onderweg naar gate 2. Nou ja, we stonden er al praktisch voor. Het was maar een klein vliegveldje.

Iets verderop was een douanehokje en op een bord stond dat je paspoort en instapkaart bij de hand moest houden.

Alleen, niemand liep daarlangs.

Rechts van ons was een enorme glazen wand, waarachter een grote doorlopende wachtruimte voor de vijf gates lag.

In het midden daarvan was een brede opening waar je gewoon doorheen kon lopen.

Hoezo controle?

Na amper een half uurtje gevlogen te hebben, hoorden we de stem van de piloot door het speakersysteem.

“Dames en heren, over een kleine zes minuten gaan we de landing inzetten. Ladies and gentlemen…”

Wij keken elkaar aan en schoten in de lach. Die zou zich wel vergist hebben en over zestig minuten bedoelen.

Even waren we vergeten dat we drie weken daarvoor in Napels geland waren en dat Verona toch een heel stuk noordelijker lag.

Iets over zessen maakte het landingsgestel weer contact met de grond.

We waren geland op de Polderbaan, maar het vliegtuig moest nog ruim een kwartier taxiën naar de slurf.

Ons welkomstcomité bestond uit Nicole en Sven, twee mooie mensen en het was goed om ze weer te zien.

Grote verhalen gingen over en weer tijdens de terugrit.

Thuisgekomen hebben we onze vakantie afgesloten met een gezamenlijke maaltijd.

Geen pizza of pasta, maar gewoon de telefoonchinees.

Gereden: 141 km

Totaal: 1748 km

Terug naar overzicht Vervolg