Woorden werden naakt als keien.
Hun betekenis is afgeschaft.
Te veel kletskonten, advocaten,
te veel dichters hebben ze geslepen,
tot paslaag gemetseld. De mortel
mist het cement voor samenhang.
Het ontbreekt aan substantie. We
dwalen tussen de regels en zoeken
radeloos naar verloren inhoud.
In de spleten liggen slechts splinters
van epiforen, op lettergrepen valse
accenten. We herkennen elkaar niet
meer aan de taal. Een overdosis van
stijlen zet ons op een dwaalspoor.
De doorsneemetafoor is te moeilijk,
de moeder van alle beeldspraak in
barenswee verkrampt. Voor liefde,
het verdwijnpunt en wat daarna
komt schieten woorden tekort.
© mark naessens