Als de hoofdgisting afgelopen is, hevelen we het jonge bier over naar een glazen mandfles of vat met een waterslot.
Nu kan het bier rijpen en helder worden. De dode gistcellen zakken naar de bodem, waarbij allerlei andere vaste stoffen worden meegenomen.
Dit proces duurt 1 tot 3 weken, afhankelijk bij welke temperatuur het gebeurt.
Als de nagisting voorbij is (wanneer er niet of nauwelijks koolzuur gevormd wordt), kunnen we bottelen.