HOOFDSTUK 2
Schiermonnikoog moet in het oorlogszuchtige brein van Adolf Hitler een aparte plaats hebben ingenomen. De oorzaak hiervan was dat Schiermonnikoog van groot strategisch belang was voor Duitsland. Het was Hitler's oogappel. Dat kwam vooral tot uitdrukking in de wijze waarop hij zijn oprukkende legers op tien mei 1940, tijdens de verraderlijke overval op ons land, bevel had gegeven erg behoedzaam te werk te gaan bij de bezetting van dit Waddeneiland. Hitler beschouwde Schiermonnikoog als een stukje Duitsland. Dit omdat het eiland in zijn geheel eigendom was van de Duitse graaf Bechtold Eugen von Bernstorff, wiens familie sedert 1897 de, Heerlijkheid Schiermonnikoog, beheerde. Gemakshalve vergat Hitler, dat het Waddeneiland onverbrekelijk tot de Nederlandse staat behoorde. En dat de zeshondertwintig inwoners Nederlanders, en voor het overgrote deel van Friese afkomst waren. Terwijl de nazi-legers met geweld en overmacht, om precies vijf minuten over vier, in de ochtend de groene grenzen van Nederland hadden geschonden, waarbij zij meer en daadkrachtiger weerstand ondervonden dan de Duitse legerleiding had verwacht, werd de invasie van Schiermonnikoog naar het leek, uitgesteld.
Het twintig man sterke detachement, samengesteld uit marine, lucht en grondtroepen, dat met de verdediging van het eiland was belast, was volledig paraat en voorbereid op het ergste. De leiding van de militairen berustte bij sergeant Veldkamp (thans professor Dr. C.J.Veldkamp).
Zelfs toen Nederland, gedwongen door het wrede en laffe bombardement van Rotterdam door de stuka's van Herman Goering, op veertien mei 1940 had gecapituleerd, was er op Schiermonnikoog nog geen schot gevallen. Het enige opvallende was de Duitse hulpkruiser, die sedert dertien mei opvallend patrouilleerde langs de kust van het eiland en 's avonds voor anker ging nabij het Friese Gat.
De eilanders wachtten in spanning en ook met angst in het hart de onafwendbare ontwikkelingen af. En omdat de geregelde veerdienst met de vaste wal sedert het uitbreken van de oorlog was stopgezet, was men wat betreft de nieuwsvoorziening uitsluitend aangewezen op de verwarde en paniekerige radioberichten. Het was inmiddels vijftien mei geworden! Nog steeds voer het geheimzinnige oorlogsvaartuig op ongeveer twee mijl uit de kust van Schiermonnikoog, schijnbaar zonder kwade bedoelingen, heen en weer.
16
De waarnemingspost van de marine die op de, door Willem de Tweede in 1854 gebouwde, vuurtoren de, als trawler gecamoufleerde boot, scherp in de gaten had gehouden, meldde dat zich op het dek van het vreemde schip kanonnen bevonden. De vuurmonden waren overtrokken met hoezen en canvas. Ook Taeke Holwerda, die graag na een storm met paard en wagen over het strand trok (om wat stuwplanken voor de nieuwe stal en brandhout voor de kachel te jutten), had vanaf de duinreep bij paal acht met grote ongerustheid het laverende schip gezien. Hij vermoedde dat dit een soort afleidingsmanoeuvre was van de Duitsers. Maar niemand had er enig idee van dat er heel andere zaken achter deze opzettelijk uitgestelde invasie scholen. Tijdens het opkomend water van de zestiende mei 1940, om half negen precies, zette het grijze oorlogsschip plotseling vanuit open zee koers naar de Oude Steiger van Schiermonnikoog en voer door de met lange staken aangegeven vaargeul regelrecht naar de Oude Steiger. Nu stonden op het voordek enkele mitrailleurs opgesteld en de oorlogsvlag van de Duitse Marine wapperde in de westenwind. Toegesnelde Schiermonnikogers zagen tot hun grote verbazing hoe burgemeester van den Berg in vol ornaat en omhangen met de zilveren ambtsketen zich over de hobbelige keiendam naar het kleine steigertje spoedde, als verwachtte hij hooggeëerd koninklijk bezoek.
Sergeant Veldkamp was in zijn gezelschap maar het was duidelijk te zien dat beide mannen geen vrienden van elkaar waren. De sergeant bleef opzettelijk enkele passen achter de burgervader, wiens zwarte jaspanden hem het aanzien van een kraai gaven, toen de wind deze tot vleugels bolde. Geroutineerd en uiterst voorzichtig loodste de Duitse marinekapitein zijn vaartuig vlak langs de eikehouten richel van het steigertje en op dat moment sprongen twee matrozen, in volle wapenrusting, aan wal en legden een loopplank uit. Burgemeester van den Bergs lippen plooiden zich in een vriendelijke glimlach, die van sergeant Veldkamp leken meer op een venijnige streep in zijn verontwaardigd gezicht. De jaspanden van burgemeester van den Berg flapperden vrolijk, toen hij sergeant Veldkamp gelastte zich met zijn gehele detachement om twee uur 's middags gepakt en gezakt te melden voor de ingang van hotel Van der Werff, welks eigenaar zich reeds opmaakte de 'beschermers' van Schiermonnikoog met omeletten van eendeëieren en oude wijn, te onthalen. Een donkere regenwolk schoof even voor de zon en dat kwam sergeant Veldkamp symbolisch voor. Hij besefte dat Nederland nu volledig onder de knoet kwam en dat die 'bescherming' en 'Freundschaft' slechts de dekmantel vormden voor knechting, onderdrukking en uitbuiting.
'Ik zal u een copie geven van het telegram dat ik straks radiotelegrafisch aan 'Mein Führer' zal doen toekomen en waarin ik hem over uw brief en en van het feit, dat vanaf vandaag de Marine oorlogsvlag op Schiermonnikoog is gehesen, op de hoogte zal brengen. Verder zal ik de Führer meedelen, dat het dertig man sterke militaire apparaat op uw eiland in krijgsgevangenschap is weggevoerd.' zei kapitän Mettenheimer.
17
Sergeant Veldkamp ging per fiets naar de post van de Nederlandse kustwacht om zijn bevel neer te leggen en over te dragen aan de Duitse marine officieren, die snel voor het gebouwtje een wacht plaatsten en zelf naar hotel v.d. Werff togen, waar dé feestmaaltijd gereed stond. De met peterselie bereide omeletten werden door Sake van der Werff persoonlijk opgediend. Ofschoon sergeant Veldkamp op last van hogerhand tijdens de eerste oorlogsdagen de wijnkelder van het hotel had leeggehaald en alcoholische dranken had laten wegvloeien in de gootsteen, had van der Werff toch nog een paar goede flessen achter de hand kunnen houden, die de 'beschermers' met hun sympathisanten op luidruchtige wijze leegden, nadat de dertig Nederlandse militairen aan boord waren gebracht van de hulpkruiser. Toen het vloedwater de geul weer had gevuld voer de kruiser onmiddellijk richting Wilhelmshafen.
Op zestien mei 1940 wapperde de dreigende oorlogsvlag met het hakenkruis van de vuurtoren op Schiermonnikoog. De lichten van de vuurtoren waren gedoofd ten teken van rouw over de verloren vrijheid.
Ook Taeke Holwerda en zijn zoons Jan en Jackel bevonden zich onder de eilanders die het vertrekkende groepje militairen uitwuifden. Ze spraken hen moed in en overlaadden hen met kleine geschenken toen 'onze jongens' terneergeslagen en met norse gezichten van teleurstelling en onmacht, langs de moestuintjes marcheerden.
Sergeant Veldkamp had zijn vriend korporaal de Weerd ingelicht over de merkwaardige brief van burgemeester van den Berg.
Beiden kwamen tot de conclusie, dat wanneer het waar was wat die Duitse commandant had beweerd, iemand in het geheim dat bewuste schrijven in handen van de Duitsers had gespeeld. En dat moest dan gebeurd zijn in de nacht van de vijftiende op de zestiende mei 1940.
'Wie zou dat zijn de Weerd.... ik pijnig mijn hersens er al uren over. Heb jij enig vermoeden?'
'Ja, ik verdenk er twee personen op het eiland van. Hun namen spreek ik nog niet uit. Ik heb daar mijn redenen voor. Van den Berg zèlf kan het niet geweest zijn,' antwoordde hij.
'Ik geloof dat we dezelfde mensen op het oog hebben, korporaal!' Fluisterend wisselden zij enkele namen uit. De wind verwaaide hun stemmen.
Om onbegrijpelijke redenen werd alleen korporaal de Weerd 's nachts in Borkum van boord gehaald. Terwijl het schip met de andere krijgsgevangenen verder voer naar Wilhelmshafen, werd de Weerd aan een streng verhoor onderworpen door de geheime Marine politie.
18
De Weerd werd daarna urenlang aan de tand gevoeld over een, volgens de ondervragers, geheime telefoonkabel tussen Schiermonnikoog en Engeland, die volgens de Duitsers was aangelegd door in burgerpakken gestoken medewerkers van Scotland Yard. Korporaal de Weerd bleef halsstarrig en waarheidsgetrouw volhouden niets van die mysterieuze activiteiten van de Engelsen te weten. Of hij wist waar de Britten, die Schiermonnikoog hadden willen annexeren, waren gebleven? Wat voor kleding droegen de Scotland Yard mensen? Waar logeerden zij? Niet bij hotel van der Werff, dan wisten zij het wel! Liep die geheime kabel onder de zeewering? Vertelt u het maar 'Herr' de Weerd.... U bent toch ook postduivenhouder in dienst van het Nederlandse leger....! Heeft u veel berichten met uw gevleugelde vrienden verzonden in de afgelopen dagen? Onze marinemannen hebben twee duiven, die op Schiermonnikoog waren opgestegen uit de lucht geschoten.... was daar een vogel van u bij? Komm, komm Herr de Weerd.... Sie wissen doch alles was auf den Insel passiert! hadden de Duitsers gefleemd.
'Ik merk heren, dat u bijzonder goed op de hoogte bent van wat er op Schiermonnikoog niét is gebeurd, maar ik kan u één ding verzekeren. Uw zegsman is een sprookjesverteller, een spion dilettant van het ergste soort, die u met zijn praatjes over Engelse militairen en kabels wat op uw mouw heeft gespeld.... ik wéét niets en ik zèg verder ook niets,' had de Weerd tenslotte geantwoord. 'Die geheime Polizei' had respect voor de houding van de korporaal die, tot zijn grote verbazing en opluchting, zonder verdere plichtplegingen enkele dagen later terug werd gebracht naar Nederland, waar hij voor dominee ging studeren.
Fascimelé van het briefje (de authenticiteit van dit invitatie geschrift, compleet met handtekening van burgemeester H.W. van den Berg, staat onomstotelijk vast) ligt in het streekarchief van Dokkum.
De burgemeester van Schiermonnikoog verzoekt derhalve het gehele eiland Schiermonnikoog onder Duitse bescherming te stellen.
Schiermonnikoog, 16 mei 1940
De burgemeester voornoemd,
H.W. van den Berg
Let op het woord 'derhalve' in de tekst. Dit betekent 'om die reden Iedereen vraagt zich af: welke reden? Het is mogelijk dat er ergens, of mondeling of schriftelijk een reden is genoemd of geschreven, maar dat geheim is nog niet of zal nimmer opgelost worden. Ook 's lands historicus Dr. L. de Jong bevestigt in deel II afd. Landmacht de onomstotelijke echtheid van de omstreden burgemeestersbrief.
Telegram van Kapitän Mettenheimer aan zijn superieuren in Borkum, waar zijn flotille was uitgevaren.
Telegram is om 20.00 uur verstuurd van de zestiende mei 1940.
Dit stuk kwam in 1972 boven water, toen Mettenheimer vlak voor zijn overlijden de merkwaardige correspondentie tussen hem en de oud burgemeester overdroeg aan zijn neef die apotheker was in Rotterdam en die e.e.a. doorgaf aan het Streekarchief.
19
Het Duitse woord ‘daraufhin’betekend letterlijk ‘daaropvolgend’, waaruit zonder meer kan worden opgemaakt dat vóór de Duitsers aan wal kwamen op Schiermonnikoog zij een brief in bezit hadden.Requisitoir (aanklacht) der 4000 verdronken Nederlandse zeelhelden.Miljoenen mensen in Nederland, Belgie, Duitsland tot Groot Britanië toe, hebben via de pers, radio en televisie kennis kunnen nemen van de rol van de omstreden oorlogsburgemeester Hendrik van den Berg van Schiermonnikoog gedurende de tragische meidagen in 1940. Zonder twijfel is ‘Schiermonnikoog oogappel van Hitler’daardoor het meest besproken boek van 1985 geworden. Stuurman eerste klas op de grote vaart C.J.W. Everts uit Alkmaar, die grote bekendheid verwierf als schrijver van de marine historie van Nederland gedurende de Tweede Wereldoorlog analiseert op heldere en logische manier het uiterst laakbare gedrag van de ex-burgervader op de dag dat de marine en koopvaardij van ons land de verbeten en bloedige strijd tegen de vijand, ter zee voortzette, waarbij 4000 mannen –van-stavast sneuvelden.
20
In het 25 jaar geleden verschenen generale stafwerk over de Stelling van Den Helder 1940, komt op blz. 93 de volgende passage voor:
'Op 14 mei liep een gewapende Duitse trawler het Friese Zeegat een eindweegs binnen in de richting van Schiermonnikoog, maar koerste daarna weer naar buiten. Dit herhaalde zich op 15 mei; de trawler kwam toen bijna tot de aanlegsteiger. In de namiddag van 16 mei arriveerden de Duitsers opnieuw met drie gewapende trawlers en een klein motorbootje. Zij gingen toen aan wal. Een Duitse matroos stelde zich op met de oorlogsvlag, klaar om deze te hijsen, waarop een Duitse officier de merkwaardige woorden sprak: 'Der Bürgemeister von Schiermonnikoog hat um deutschen Schutz gebeten; ich habe ihm diesen gewährt'. Hierna liet hij met enige plechtigheid de vlag hijsen. (einde citaat) En een stafwerk wordt na gedegen onderzoek samengesteld!
Steeds is men er van uitgegaan, dat de door de officier gesproken woorden berustten op gewichtigdoenerij ; zo spreekt Dr.L. de Jong in zijn werk over 'een officier, die zijn fantasie de vrije loop liet'. (Deel III, blz. 382)
Na de krantenberichten over en het bijwonen van het kort geding tegen de heer W.Bergmans, n.a.v. diens boek 'Schiermonnikoog, oogappel van Hitler', benevens na inzage van een in zijn bezit zijne copie van een telegram van de 'Marinenachrichtendienst', van het model, zoals in gebruik bij de 'Kriegsmarine' (een soortgelijk model komt voor in Deel III, blz. 296 van Dr. L. de Jong) geloof ik niet meer in die 'fantasie' van die Duitse zeeofficier.
De inhoud is dan ook niet mis: het behelst een bericht van de commandant van de 6e Hafenschutzflotille aan de commandant van de le Abschitt (militaire sector) Borkum, ge-dateerd 16 mei 1940, 20 uur, vermeldend o.a. 'Bürgemeister von Schiermonnikoog hat schriftlich um deutschen Schutz gebeten. Wir haben daraufhin Insel besetzt und um 16.30 Uhr Kriegsflagge gesetzt. 30 Gefangene sind an Bord. Laufe ein. Chef 6e Hafenschutzflotille (volgt handtekening)'. Nu heeft de berichtgeving van militaire instanties onderling van welke krijgsmacht ook, niets aan leuterpraat, maar zoveel temeer aan feiten!
En om het bestaan van een door de burgemeester ondertekend schriftelijk verzoek, luidende: 'De burgemeester van Schiermonnikoog verzoekt zijn gemeente, derhalve het gehele eiland Schiermonnikoog onder Duitse bescherming te stellen, Schiermonnikoog, 16 mei 1940, de burgemeester voornoemd (volgt handtekening)', kon zelfs rechter Attema in de opsomming der feiten, die tot zijn uitspraak hebben geleid, niet heen!
21
De opmerking, dat dit na de feitelijke bezetting van het eiland zou hebben plaatsgevonden, doet m.i. niets ter zake. De oorlog met Duitsland duurde óók voor het Koninkrijk der Nederlanden tot 8 mei 1945 en niet tot 15 mei 1940!
Hier is sprake van een burgemeester, die de vijand als het ware 'inviteert'. Ongeacht de motieven, die hem daartoe hebben gebracht, moet een dergelijk schrijven als een zeer laakbare handeling worden beschouwd.
Dat het eiland zonder briefje ook wel zou zijn bezet, zou een reden temeer geweest zijn om dan geen briefje te sturen. En als men heel Nederland zonder briefje bezet, zou men dit dan 'ter legalisering' wel nodig hebben voor Schiermonnikoog?
Dit laatste past alleen in een situatie, waarin een slappe autoriteit zich heeft laten gebruiken door buiten schot gebleven lieden op de achtergrond, die bij en of na een Duitse bezetting van het eiland hun boterham aan de Duitse zijde het best geboterd meenden. Waarbij mede een faktor kan zijn geweest, dat het eiland sinds 1897 eigendom was van de Duitse graaf von Bernstorff. Duitsland was een vergroting van zijn invloed in dit gebied, liefst met sympathiebetuigingen van bewoners, uiteraard welkom. In een voor hen gunstige situatie, zou het met politieke en militaire druk Nederland hebben kunnen bewegen om (tijdelijk) afstand te doen van Schiermonnikoog ter beheersing van de aanloop naar de Westereems.
Hoe dan ook, niet een Duitse officier heeft hier zijn fantasie de vrije loop gelaten, maar een Nederlandse burgemeester heeft de Duitse belangen in de kaart gespeeld.
C.J.W.Everts
Verklaring van Prof.Dr.G. Veldkamp uit de Bildt, destijds sergeant Kustwacht Schiermonnikoog.
22
Letterlijke tekst:
Toen het Duitse oorlogsschip aanlegde bij de steiger, stond ik daar met burgemeester Van Den Berg. Er is op geen enkele wijze pressie op Van Den Berg uitgeoefend om het eiland onder Duitse bescherming te stellen. De vijand en de burgemeester zijn daarna naar hotel v.d. Werff omeletten gaan eten. Ik ben van mening, dat het briefje op instignatie van v.d. Werff tot stand gekomen kan zijn.
Gedeelte uit uitvoerig verslag van korporaal Eikelboom van de kust
wacht op Schiermonnikoog in de oorlogsdagen. Het is met de hand geschreven op 14 juni 1940, en het stuk berust in het Bureau sectie krijgsgeschiedenis en ceremonieel HKKL, Bureau DC, Den Haag. Het gehele rapport heet: Verslag over de lotgevallen van de N.K.W. post Schiermonnikoog, gedurende de oorlogsweek en de krijgsgevangenschap daarna. Eikelboom beschrijft nauwgezet de aankomst van de Duitsers op de steiger en opmerkelijk is hoe duidelijk en gedocumenteerd hij de woorden van de bevelvoerende kapitein Mettenheimer weergeeft op die zestiende mei 1940:
Letterlijke tekst:
'Ondertussen kwam een ander Duits officier met enige onderofficieren en manschappen. Een matroos ging met een Duitse oorlogsvlag de kaap op en nadat de onderofficier en manschappen de houding hadden aangenomen, zei de bevelvoerende officier: 'Der Bürgemeister von Sch'oog hat um Deutschen Schutz gebeten. Ich habe ihm diesen gewährt.' Als teken hiervan zou nu de vlag van het Groot Duitse Rijk gehesen worden. Er klonk een fluitje, men salueerde en de vlag werd gehesen.'
Verklaring van Dominee H. de Weerd uit Budel, in mei 1940 korporaal kustwacht op Schiermonnikoog, afgelegd tegenover W.Keune, streekarchivaris te Dokkum, waar alle stukken van Schiermonnikoog '40 - '45 zijn ondergebracht.
23
Letterlijke tekst:
'Burgemeester van den Berg was beslist geen held en hij werd sterk beïnvloed door hotelhouder oud-veldwachter v.d. Werff. Deze beiden zouden op zedelijk gebied te veel van elkaar weten. Van der Werff stond bekend vanwege zijn Duitse nazi sympathieën. Ik acht het niet onmogelijk, dat het bewuste briefje in de loop van de nacht van 15 op 16 mei 1940 door de gemeentewerker Veldhuis (nog in leven W.B.) of door de voormalige zee-kapitein Van Bon naar het heen en weer kruisende Duitse oorlogsschip zou zijn gebracht.'
24