Geschiedenis van de Sweet

De Sweet was eigenlijk nauwelijks een nieuwe groep toen zij hun eerste hit scoorden met Funny Funny. Ze waren meer als veteranen die meer dan 3 jaar bezig waren als de Sweet. Daarvoor hadden alle 4 leden al een muziekverleden. Daarin waren ze niet alleen; ook Slade, Marc Bolan van T.Rex, David Bowie en Gary Glitter werkten al langere tijd in de muziekwereld alvorens door te breken.

Het begin

De eersten die elkaar vonden waren Brian Connolly en Mick Tucker.

Mick Tucker zat 6 maanden bij Wainwright Gentlemen als drummer, toen Brian Connolly in 1965 na een auditie bij Wainwright Gentlemen terecht kwam.

Toen Brian na verloop van tijd vernam dat de groep af wilde van drummer Mick Tucker, omdat hij te flamboyant zou zijn, werd hij boos, hij mocht Mick graag; zijn stijl, hij had een showbizz-uitstraling; hij wilde samen met Mick een groep formeren. Brian Connolly nam zodoende ontslag bij Wainwright Gentlemen en ging een koppel vormen met Mick Tucker, even later voegde Frank Torpey van WG zichzelf toe aan dit 2-tal.

De groep wist zelf niet wat ze als 3-tal muzikaal moesten spelen, ze waren goed in harmoniespel, maar ze wilden wat wilder, ruigere muziek spelen.

Ze gingen vervolgens op zoek naar een basspeler. Ze kwamen Steve Priest tegen in de groep the Army. Brian Connolly belde Steve op; ze wilden hem in hun groep, waarna Steve ook tot de Sweet toe trad.

Naam Sweet

In februari 1968 hadden ze als 4-tal nog geen naam, ze kozen voor Sweetshop. Ze speelden vooral covers. Op 4-3-68 speelden ze hun eerste optreden (gig) in de Hemel Hempstead Paviljoen. Ze hadden slechts een repertoire van 20 minuten; dat was nauwelijks genoeg voor1 set, terwijl ze een contract hadden voor 2 sets.

The Sweetshop regelden een manager; Paul Beuselinck. Hij wilde dat ze “down to earth” gingen coveren, maar ze wilden liever “Baby come back” doen; die ging helaas voor hun naar the Equals, die er groot mee werden. Paul wilde dat ze meer Bee Gees-songs gingen doen, maar zij wilden zelf iets doen wat het publiek nog niet kende. Zo kwam Paul met “Slow motion” dat op 19-7-68 werd uitgegeven ”de start van de Sweetshop.

Echter, er bleek al een band te bestaan met de naam Sweetshop; ze veranderden hun naam in the Sweet.

False start

De single “Slow motion” deed echter niets in de hitparade.

Begin 1969 zagen de 4 leden van Sweet de oud WG-leden Ian Gillian en bassist Roger Glover; deze 6 werden dikke vrienden, Glover en Connely woonden zelfs even samen in een flat.

De Sweet verdienden eind jaren 60 nog niet veel, niemand was echt gelukkig en uiteindelijk verliet in juli 1969 Frank Torpey, de gitarist, de Sweet. Hij had er genoeg van, hij wilde een huis kopen.

Frank was nog maar net weg, toen Mick en Brian al een vervanger hadden gevonden in Gordon Fairminer, maar deze bleef maar enkele weken, totdat Mick Stewart hem verving. Mick kwam van Johnny Kid and the Pirates, totdat Kid overleed na een auto-ongeluk. Mick kon echter de songteksten en koorinvallen niet goed bijhouden of hij vergat ze gewoonweg. Ze oefenden nog meer samen, want er waren de nodige optredens gepland.

De volgende single, met Mick Stewart, was Lollipop Man, gecomponeerd door Albert Hammond en Mike Hazelwood. In deze periode kwam de studio-opname van de Archies “Sugar sugar” in de hitlijsten; deze werd enorm populair en kwam op nr. 1 terecht. Het werd een van e best verkochte platen van de jaren zestig. De Sweet vonden het toe meer een grap, maar ze vonden het wel een leuke song.

Lollipop Man was een van Brits eerste pogingen om de Amerikaanse dominantie van bubblegum-muziek terug te slaan. Maar de single flopte, de Sweet zelf vond het eigenlijk ook gewoonweg shitmuziek.

De Sweet bleef optreden, de inkomsten bleven echter laag, zo laag dat het huwelijk van Steve Priest op 26-3-69 geen feest kon krijgen.

Rondom kerst 1969 moesten ze optreden in de Piper Club te Rome, een avontuur op zich, want niemand was ooit eerder in het buitenland geweest.

De volgende single werd “All you’ll ever got from me”, geschreven door Greenaway en Cook. De airplay was echter mager; ze konden de plaat niet promoten omdat ze in het buitenland waren.

Chinn & Chapman

Mick en Brian zagen op een gegeven moment Publisher Phil Wainman en vroegen hem een song te geven. Phil zei dat hij wel iets voor hen had, een bubblegum–nummer. Wainman had aan Nicholas Chinn, een ex-autoverkoper en garage-eigenaar, een Engelse lyricusschrijver, de naam van de Sweet doorgegeven. Chinn wilde graag doorbreken als tekstschrijver, liefst in het buitenlann.

Chinn gaf aan een Australische songwriter te hebben ontmoet, met wie hij samen wil werken, nl. Michael Donald Chapman, die de band Tangerine Peel van liedjes voorzag, zonder successen. Phil Wainman moest maar aan Chin&Chapman vertellen wat voor soort muziek hij wilde en de hitkansen, zij zouden het hem vervolgens leveren.

Ze schreven als eerste gezamenlijk “Funny funny”, een echt Britse bubblegum.

Uiterlijk van de Sweet

Phil Wainman gaf aan de Sweet te kennen dat zijn eigen mensen de muziek gingen spelen en dat de Sweetleden de vocals (lees Brians stem) en visueel gezicht was naar buiten toe. Veel bands zeiden in die tijd “het is niet de kleding dat telt, maar de muziek”. De Sweet dacht daar echter anders over, versterkt doordat zij de instrumenten niet zelf speelden op de singles. Zij geloofden dat kleding, het voorkomen en de show voor 50% het succes bepaalt. Dus daar zorgden ze zelf voor, de andere 50% was voor Chinnichap (zoals Chinn & Chapman ook werden genoemd). De Sweet mocht wel zelf de b-side van de singles spelen.

Op zoek naar een vaste gitarist.

Inmiddels speelden de Sweet steeds met verschillende gitaristen. Ze hadden een vaste gitarist nodig voor hun optredens. Ze nodigden in augustus 1970 gitaristen uit om auditie te doen. Tucker en Priest namen de auditie af, Brian deed iets anders, het scheelde hem niet zo veel, waarschijnlijk dacht hij; of de band gaat door, of de band valt uit elkaar en dan ga ikzelf verder als solozanger. Mike Chapman zat ook in de auditie-jury en had feitelijk de leiding.

De auditie was bijna klaar, toen Andy Scott op kwam, hij was geweldig. Niet alleen zijn spelen was overtuigend, ook zijn optreden en stem viel goed op, waaronder het gemak om de hoge noten te halen. Hij kon ook muziek schrijven, dat imponeerde de Sweetleden. Hij kwam bij de Sweet terecht.

Doorbraak

Phil Wainman zag ons als zangers, als harmony-zangers. Het repertoire van de Sweet bestond in het begin vooral uit covers van Who, Free, Cream en Hendrix bij hun live-optredens. Ze verdienden eind oktober 1970 40 pond per avond voor 2 x 45 minuten sessies, veel in clubs en danshallen.

Voor Funny Funny werd het tv-optreden steeds belangrijker, evenals hun haardracht en kleding. Op 22-12-70 kwam de Sweet voor het eerst op tv met Funny Funny voor Granada’s TV Lift-pop show. Ze kochten hiervoor ongewone kleding; broeken met 1 rood been + 1 zwart been en ze hadden allen een zwarte top aan. Ze kregen van de tv de naam mee als bubblegum-muzikanten, dat deerde hen niet, want dat was ook precies wat ze deden. Maar eenmaal op het podium waren ze anders.

Funny Funny

De single kwam uit op 29-01-1971, meer dan 6 maanden nadat het gemaakt was. Het werd in Engeland een redelijk grote hit, maar in het buitenland werd het een nog grotere hit, zoals in Zuid-Afrika, Joegoslavië, Scandinavië, Benelux, Duitsland en Venezuela.

Het enige schaduwpunt was, zei Connolly later, dat het een rotsong was.

Ze wilden echter doorbreken, helaas kregen ze daardoor een stempel opgedrukt, waar ze lang last van kregen; Sweet was bubblegum, terwijl ze een rockband wilden zijn.

Covers

Hun optredens was erg populaire muziek met een vleugje rock en de show werd steeds levendiger. Ze speelden van de Who o.a. My generation, I can’t explain, Happy Jack, Substitute en nog 8 andere songs van de Who. Maar ook nummers van de Beatles zoals Paperback writer; ideale songs voor live-gitaar, basdrum en 4-stemmig bandstemmen. Ze hadden echter niet een echt vooropgezet plan.

Co Co

Funny Funny werd opgevolgd door de zomerhit Co Co, veel marimba en koeiebellen. Het zou en trend worden voor de Sweet; plaat opnemen terwijl de vorige hit nog gaande was.

Ook hier speelden de Sweetleden niet zelf de instrumenten, maar werden sessiemuzikanten ingezet. De Sweetleden zongen wel de partijen zelf in.

Co Co werd uitgegeven in mei 1971, het is een echte pophit, geliefd bij jongeren en jong in het hart.

Co Co werd ook in Europa een grote zomerhit. De Sweet kwam overal op de tv; met Brian in het rood gekleed, met 3 steeldrummers achter de bandleden. In Engeland kwam het op nr. 2 terecht, in het buitenland kwam het in 14 landen op nr. 1 terecht. Ze kregen het druk, maar gelukkig waren ze niet.

Kleding

De Sweet merkte dat de industrie aandacht aan hun besteedde, waaronder Micky Most. Ze probeerden met kleding van hun artiesten de Sweet na te doen, ze probeerden in de tv-optredens met dezelfde kleding te komen.

Elke keer als de Sweet op Top of the Pops kwam, maakten ze goede reclame voor zichzelf, hun product en hun frisse geluid.

Voor promotie-activiteiten reisden ze o.a. ook in Spanje met o.a. Middle of the Road.

Ze maakten hun live-optredendebuut in West-Duitsland, alwaar ze in de komende jaren heel populair waren. In die periode maakten ze ook hun eerste album (Funny how Sweet CoCo can be). Vooral geproduceerd door Chin & Chapman.

In Zweden treden ze op met hun hits en met een paar andere C&C-hits zoals Chop Chop en met Tom Tom Turnaround.

Alexander Graham Bell

De volgende single werd “Alexander Graham Bell”, opgedragen aan de uitvinder van de telefoon. Het was minder goed dan hun vorige 2 nummers, ook al mocht Brian het graag zingen. Het is een betere compositie, niet zo simpel als voorheen.

Het werd niet goed verkocht, het flopte gewoon.

Poppa Joe

De opvolger Poppa Joe scoorde veel beter, vooral in het buitenland.

Ze raakten er wel gefrustreerd van dat ze zelf goede muzikanten waren, maar niet op de singles mochten spelen en ook niet hun eigen repertoire, rockmuziek, mochten schrijven. Het verzet daartegen verstomde ook wel eens; ze werden lui en accepteerden de songs van Chinnichap.

Poppa Joe kwam uit in januari 1972. Het energieke nummer sloeg aan. In 7 landen kwam het op nr. 1 terecht, waaronder in Nederland.

Vooral in West Duitsland werden ze een nr. 1 popgroep, evenals in Zweden. Ze ontvingen veel brieven van meisjes uit die landen.

Glamrock-historie

In Top of the Pops schreef Steve Priest glamrock-historie, zonder het zelf te beseffen, omdat hij bij het optreden met Poppa Joe alleen een paar groene satijnen pants en rode en gele platte schoenen droeg.

De Sweet trokken hun kledinglijn door tot in het bizarre, maar ze waren niet dom. In Engeland werd dit niet als een grap gezien; het is de stijl van de Sweet met hun belachelijke kleding, volgens sommige media. Veel mensen sabelde de Sweet hierdoor neer, zonder ze ooit gezien te hebben.

De mensen die wel kwamen kijken naar de shows, werden plezierig verrast. Ze verwachtten dat ze de singles gingen spelen, maar ze speelden de b-sides, de rockplaten. Ze hadden de ambitie om deze als a-side te gaan schrijven.

In de ban

Ze maakten een nieuwe stage-act met opvallende kleren. Connolly hield de microfoon voor zijn kruis. Dat zag lang niet iedereen, maar wel een promoter in Portsmouth; hij stormde het podium op en stuurde de band weg. De Sweet was een en al obscene, in actie, woorden en alles.

Mecca deed de band in de ban, omdat ze sexuele acties op het podium deden. De Sweet bezweerde dat er niets offensiefs in hun optreden is en dat zij geen enkele klacht van het publiek hebben gekregen.

De ban deerde de groep totaal niet, ze werden constant gevraagd op te treden, de kinderen genoten ervan.

Glamrock

De glamrock kwam net op in Engeland, de Sweet liep er echter een beetje op vooruit.

In 1972 kregen Slade, T.Rex de naam de pioniers van glamrock te zijn. Chicory Tip met "Son of my father" volgde terwijl Poppa Joe populair was.

De make-up en glitter kwam opzetten. De Sweet hadden daarvoor echter al make-up op, 3 jaar eerder al. Ze gebruikten een uur om zich op te maken met lipstick, oogschaduw, nep-wenkbrauwen en glitters op hun gezichten.

De Sweetleden maakten hun wenkbrauwen zwart, ook

de platte schoenen werd een hype. Deze schoenen kwamen snel in de glam band’s klerenkasten, ook al waren het simpele modegevoelige accessoires.

Maar zij vertegenwoordigden ook een status, van individualisme, uniciteit en persoonlijkheid. Na de meisjes hebben de jongens nu ook iets om zichzelf te promoten.

Ze overdreven het soms wel, maar ze waren zeker geen homo’s.

Brian Connolly deed minder actief mee met dit gittergedoe. Hij was de oudste van het stel, hij hoefde ook niet zonodig op te vallen door gek te doen. Hij haatte het soms zelfs, hij wilde gewoon zingen, op de kop van het podium staan en in het centrum van de belangstelling.

De fans

Sommige meisjes lieten alles zien wat ze hadden aan Brian, Mick en Andy, de jongens kwamen op Steve af. Steve deed het echter alleen voor de show. De Sweet deed het ook om de lachers op hun hand te krijgen. Ze deden dit ook maar bij een paar singles, maar iedereen kan het zich nog herinneren.

De 19- en 20-jarigen kwamen niet naar de Sweet kijken, want hun broertjes en zusjes van 10 jaar jonger hadden de singles in hun handen, daar wilden ze niet bij horen. Dat was jammer, want de Sweet hadden goede shows, met films, monster penis, rookbommen. Ze raakten verveeld om voor dit publiek te spelen, zodat ze elkaar tot fouten maken uitdaagden.

Little Willy

Na Poppa Joe werd Little Willy de volgende single, door Chinn & Chapman geschreven. Ze hadden “Little fucking Willy”, maar Brian wilde niet zingen over een “fucking little Willy “(kleine penis), toch haalden ze hem over het te doen. De tekst hield niet over, maar muzikaal hielp het de Sweet wel vooruit te komen en het was eigenlijk best grappig en goed in het gehoor liggend. Het was pittiger dan de vorige nummers, het was al wat meer pop-rock.

Ook Andy had schik van de gitaarlijn, het nummer werd dan ook opgenomen in hun live-acts.

Voor Steve was Little Willy echter een grap, een dolletje.

De live-shows werden steeds wilder. Een versie van “Chirpy chirpy cheep cheep” kwam in hun setting voor, iets wat niet door de makers van Middle of the Road herkenbaar zou klinken. Ze veranderden de teksten naar “waar zijn jouw tieten gebleven, met de nippels erop”? Ze zongen het met heel lage stemmen, waarna een paar dames op het podium kwamen om mee te zingen. Het publiek genoot ervan.

België

In Luik te België echter ging het voor de Sweet op 13-05-1972 fout. Na de show werden Steve en Brian gearresteerd. Dat moest een misverstand zijn, Brian kreeg in het begin van de show een elektrische schok, waardoor hij de microfoon steeds ter hoogte van zijn kruis hield; dat werd als obsceen gebaar aangemerkt, zou suggestief zijn. Steve werd ook vanwege obscene gebaren gearresteerd. De aanklacht was dat Steve zijn hand op een meisjesrok had gelegd, wat niet zo was; hij duwde haar slechts het podium op.

Na 5 dagen werden ze vrijgelaten, maar slechts op borgtocht, iets wat ze niet eens zelf wisten.In 1974 werden Brian en Steve uiteindelijk veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf voor beiden als ze in België zouden komen.

Eigen nummers

Little Willy zou de laatste single zijn die de Sweet niet zelf maakten. Ze vertelden Chin&Chapman dat ze dit soort muziek niet meer wilden maken; de volgende single moet iets van hun zelf zijn.

De sessiemuzikanten zetten, om financiële redenen (zij zetten alles sneller op de plaat dan de Sweetleden zelf, en tijd is geld, aldus manager Phil Wainman) nog steeds de muziek op de plaat; nu wilden ze alles zelf doen. De b-sides van hun singles, geschreven en gespeeld door de Sweet zelf, werden echter steeds sneller op de plaat gezet, zodat het financiële argument van Phil niet meer op ging. De kwaliteit was ook al beter geworden. Zodoende dreigde Mick Tucker de samenwerking met Chinnichap en Phil te verbreken als de belofte niet zou uitkomen. Ze konden ook zo overstappen naar een andere platen maatschappij; daar hadden ze een punt.

De Sweet werd met hun streven geholpen door het gewijzigde beleid van de Musicians Union; alleen artiesten die hun eigen muziek spelen mogen in tv-shows optreden, zoals Top of the Pops. Dus moest er wat gebeuren. Op deze manier zou de Sweet niet meer op tv te zien zijn (t/m Little Willy werd gemaakt door sessiemuzikanten) en daarmee hun songs niet meer gepromoot. Dat moest worden voorkomen. Dat deed Mike Chapman stof geven tot nadenken, hij ging de Sweet eens goed bekijken en beluisteren; hij kwam tot de conclusie dat de Sweetleden net zo goed, zo niet beter, zijn als de sessiemuzikanten op de platen, ze gooiden er ook al hun zorg en persoonlijkheid in.

Wig wam bam

De Sweet mocht hun eigen platen maken. Ze gingen meteen de studio in om te werken aan hun nieuwe single, waar Chinnychap nog mee aan kwam: “Wig wam bam”.

“Wig wam bam” werd geen muzikale mijlpaal, maar het was wel hun bevrijding. Ze lieten hun vleugels uit. Het was een song waar alle frustaties van de band naar buiten kwam. Het werd een blauwdruk voor alles wat nog gaat komen. Het is commercieel, maar met meer identiteit van gitaarspel; het was gewoonweg voor hun geschreven. Er was echter één restrictie met de Sweet afgesproken: ze mochten niet langer over de plaatopname doen dan de sessiemuzikanten deden; 3 uur opnametijd, 2 daagse studiebezetting.

ChinnyChap gaf de Sweet het nummer; luister ernaar en beslis of je dit wil opnemen en het spelen of niet (dat was heel anders dan voorheen, toen moesten ze wel).

Dat was de doorbraak voor de Sweetleden.

Haal de tekst van de song weg en het is niet eens een slechte song. Het heeft een echte gitaar-sound, aldus Andy.

Niet alleen de muziek van “Wig wam bam” sloeg aan, maar ook de flamboyante homo-image van Steve Priest viel op in de song. Daarna maakten ze opnieuw naam, zeker met de tekstdeel “try a little touch …”.

In oktober 1972 traden ze op in de Seychellen, waar ze voor 10.000 mensen optraden. In deze tijd hadden de bandleden veel sex en ze dronken veel.

Block Buster

Chinnichap wilde een single die representatief was voor de Sweet; dit keer volgden C&C de Sweet en niet andersom.

De riff was geweldig. De sirene werd toegevoegd, vanuit een Amerikaanse politie. De sirene werd in de USA-versie weggelaten, om angst of alarmering of misleiding van motorrijders te voorkomen.

Dit werd de ruigste plaat die ze tot dan toe hadden gemaakt. Ze geloofden er ineens allemaal in; het is een unieke plaat.

Block Buster bereikte 4 weken de nr. 1 positie in Engeland; hun enige nr. 1 –hit aldaar. Tot teleurstelling van de groep zelf, die vooral ook Ballroomblitz graag als nummer 1 in Engeland hadden gezien. "Block Buster" werd na "Little Willy" en "Wig-wam-bam" de 3e hit in de USA, De tour in de USA begon te lokken.

Nachtmerrie

Inmiddels werd het publiek van de Sweet iets ouder; de jonkies volgden nu de Osmonds, iets wat de Sweet een goede ontwikkeling vond. Het publiek kwam niet alleen meer om te schreeuwen van de hits, maar ze kwamen nu ook voor de bandleden zelf.

Zo ook in Schotland, Kilmarnack. Dit werd een nachtmerrie; ze konden nergens meer lopen zonder fans om hun heen. Toen ze het podium opkwamen, werden ze bekogeld door lege bierpullen, glazen en andere spullen. Ze wisten niet wat ze moesten doen.

Steve werd bijna geraakt, zodat ze het podium verlieten Ze hebben er een song over gemaakt; Ballroomblitz. Daarna werden vele van hun shows op deze manier ontluisterd. Het was net een Beatlemania, de hotels waarin ze verbleven werd hun gevangenis.

Hellraiser werd hun volgende single. in april 1973.Het bleef in Engeland op nr. 2 steken in Engeland, net achter Dawn (en later Wizzard).

Dit nummer was nog maar net uit, of Chinn & Chapman presenteerde al weer een nieuwe single; Ballroomblitz.

Ballroomblitz

De introductie van de teamleden is origineel. Op advies van Chapman werd hiermee de andere Sweetleden in de picture gezet door Brian, die al genoeg op de voorgrond staat.

Ook dit nummer bleef op nr. 2 steken, wederom achter Wizzard, tot frustratie van de Sweet. Als dit nummer al niet op nr. 1 terecht komt, wat dan nog wel? Dit was hun allerbeste single, vonden ze zelf.

Na de Ballroomblitz stopten de Sweetleden met de glitter make-up rond hun ogen.

Ondanks succes niet tevreden

De Sweet hielden hun concertprijzen erg laag, ze verdienden er niet veel geld mee; hun inkomsten kwamen ergens anders vandaan; single-verkoop, tv-optredens, reclame e.d.

Ondanks alle single-successen waren de Sweetleden gefrustreerde musici. Het was fijn om succes te hebben, het was hun broodwinning en goed voor hun image. Maar muzikaal bevredigde de hits allemaal niet.

Teenage Rampage

Dat bleek ook uit hun nieuwe single “Teenage rampage” . Geen van allen vonden het een fijne song. Ze geloofden veel meer in hun eigen repertoire; deze single was veel te commercieel, maar ze hadden niets anders te bieden, zodat ze akkoord gingen met deze single van Chinn & Chapmann.

De single kwam uit in januari 1974 in een periode waarin veel soortgelijke titels uit kwam, zoals Teenage Dream van T.Rex, Teenage Lamen van Alice Cooper, Rebel Rebel van David Bowie.

“Rampage” was het juiste woord; het was vanaf het begin een ramp. Chinn&Chapman sloegen opnieuw toe, echt een commerciële zaak. De plaat opent met veel geschreeuw, juichen van het publiek voordat de Sweetleden in actie kwam.

De single kwam ook al op nr. 2 terecht in Engeland, ditmaal achter Tigerfeet van Mud (ook van Chinn & Chapman).

Breuk met Chinn & Chapman

De verhouding met Chinn & Chapmann werd er niet beter op, wat uiteindelijke leidde tot een breuk.

De Sweetleden ergerden zich ook over dat de pubers de singles al kochten zonder ze te hebben gehoord, omdat ze de stijl van de Sweet wel kenden. Het was voor hun een extra stimulans om hard te werken aan hun album “Sweet Fanny Adams”.

De band brak met de managers van Chinn&Chapmann, zij gingen zichzelf managen. Maar eerlijk is eerlijk; ze wilden wel singles blijven maken; voor het publiek, niet voor zichzelf. Het liefst wilden ze toch een album maken, op hun eigen manier.

Brian stem kwijt, bijna het einde van de Sweet

Begin 1974 stapte Brian op een avond in zijn auto, toen 2 kerels hem met een fles sloegen; hij werd op de grond geslagen en zij begonnen te schoppen; Brian heeft ze niet eens gezien, zo snel ging het allemaal. Ze renden weg en lieten Brian buiten bewustzijn achter, met de portemonnaie nog naast hem liggend.

Gelukkig vond een jong stel hem en bracht hem naar het ziekenhuis. De schade was groot, Brian was 2 tanden weggeslagen, hij moest op diverse plekken in zijn gezicht worden gehecht, zijn stem zou nog maanden hersteltijd nodig hebben.

Hij kreeg steeds meer last van zijn keel. Ondanks specialistische behandelingen kwam zijn stem niet in orde. De gehele Sweet-tour werd afgelast en het is een feit dat de Sweet daarna niet meer zo goed klonk als voorheen.

Dit incident werd aanvankelijk verzwegen voor de pers, ze waren bang voor het verminderen van opdrachten. De Sweet konden echter geen pauze van een paar maanden gebruiken, ze waren nl. bijna klaar met hun album Sweet Fanny Adams. Een arts gaf Brian een aantal pijnstillers en medicijnen, zodat hij de songs die nog niet klaar waren kon zingen. Maar Brian moest wel zijn tol betalen; zijn herstelduur werd er langer door, hij moest zelfs weer terug naar het ziekenhuis voor nadere behandelingen. Hun album "Sweet Fanny Adams" kwam inmiddels uit in april 1974.

De stem van Brian was slecht gedurende 9-10 weken, maar werd wel steeds beter. Hem werd na een tijdje toch weer afgeraden om te zingen; Brian zong toch; het is immers niet fair voor de kinderfans en om hen gaat het nu, zei Brian zelf. Hij kon niet zo scherp en goed zingen, maar toch.

Het ging echter weer mis met zijn stem, de dokter greep in; 6 weken absolute rust. Geen optredens, geen plaatopnamen, geen repetities; niets. En dat op een moment dat de Who hun hand gevraagd met hen op te treden bij een festival in Charlton Athletic-voetbalstadion; dit kon helaas niet doorgaan.

Dat was bijna het einde van de Sweet. De mooiste show, hun droom, met hun idolen kon niet doorgaan.

Even werd zelf overwogen of Brian uit de band te verwijderen en een vervanger te zoeken. Voor de Sweetleden was dit optreden met de Who de kans om zich op een andere manier te presenteren, zoals ze zelf wilden.

Het optreden zou ook goed zijn geweest voor de verkoopcijfers van hun album, dat lukte niet nu.

The Sixteens

De laatste goede single die Chinn&Chapmann voor de Sweet schreef was "The Sixteens". Het is ook de laatste stuiptrekking van glamrock in het algemeen.

The Sixteens was niet zoveel geschreeuw als in Teenage Rampage. De stem van Brian klonk wat dieper en donkerder dan normaal. Later gingen de Sweetleden dit nummer steeds meer waarderen. Ze betitelden het zelfs als het beste wat Chinn&Chapmann hen had gegeven. Het paste ook meer in hun eigen favoriete muziekstijl.

Het kwam het in Engeland niet verder dan nr. 9, het publiek wilde deze muziek blijkbaar niet horen.

Problemen (1)

De single “Turn it down” werd een flop. Het kwam niet hoger dan nr. 41 in Engeland, hun slechtste prestatie ooit. Steve Priest was er erg boos over; in zijn ogen was het de beste Sweetsingle die ze ooit maakten, maar het publiek moest het niet; ze wilden liever gemakkelijk in het gehoor liggende muziek met rijmende teksten.

Toen begonnen de Sweetleden zich te beseffen dat ze niet meer zo’n grote groep waren.

Er kwamen problemen aan. Connolly en Scott konden elkaar eigenlijk niet luchten of zien, dat was al langer zo. Dat kwam vooral omdat Scott meer op de voorgrond wilde en meer wilden zingen als frontzanger.

Andy Scott wilde dat Brian net als Pete Townhsend deed bij de Who, zanger Roger Daltrey ruimte geven.

Zo kwam het dat Scott en ook Tucker, enigszins bezig waren om Brian uit de band zien te bewegen, hoewel ze niet echt doorzetten. Ze wilden hem niet echt uit de band zetten, Brian moest zich echter wel rustig houden en de interviews aan iemand anders over laten, liefst aan Andy Scott.

Fox on the run

De Sweet had een nieuwe single nodig om te interne problemen te verbloemen en te overwinnen. Er was echter niet echt een single beschikbaar op hun nieuwe album. Totdat ze zeiden: "haal 3 tracks van het album door elkaar, herschrijf het tot een single i.p.v. albumtrack, doe dat met “Fox on the run”.

Ze herschreven het, zetten er een refrein in. Het kostte de Sweet 3 dagen in januari 1975 om dit te herschrijven. Het werd hun eerste zelfgemaakte, gecomponeerde single.

Het werd een van de best verkochte singles van de Sweet. Het belandde 2 weken op nr. 2 in Engeland en werd in vele landen een grote hit, ook in de USA.

Dit nummer is in de jaren vanaf 2000 de meest gedraaide nummer van de Sweet op de radio's. In de Top 2000 van december 2015 is het nog het enig overgebleven Sweet-nummer in de lijst.

Action

Action kwam eind mei 1975 uit, het werd een mini-opera, met veel vocale overdubs. In die tijd kreeg ook Queen aandacht voor de Sweet; er zijn 5,6 Queen-songs die een vleugje Sweet in zich hadden. Kijk maar eens naar het laatste deel van Bohemian Rapsody, dat veel weg heeft van Action, maar dat vonden de Sweetleden geen enkel probleem. Queen zingt ook in harmony, net als zijzelf.

Problemen (2)

Drugs deed hun intrede bij de Sweet, cocaïne. Brian dronk daarnaast veel alcohol.

De bandleden zagen Brian afglijden, naar zijn einde.

In augustus 1975 vertrokken de Sweet voor een tour naar Australië en Nieuw Zeeland. Ze maakten in september 1975 hun tourdebuut in de USA.

In Duitsland pleegde een teener-meisje zelfmoord, vanwege een onbeantwoorde liefde voor Brian. De pers gaf Brian de schuld van dit drama, terwijl Brian niet eens wist dat zij überhaupt bestond.

Het luidde het einde van een tijdperk in. Totdan liep alles soepel voor de Sweet; sex, drugs en ze waren toch wel gelukkig, ze twijfelden nooit over zichzelf.

In Engeland stelden ze niet meer veel voor, ze waren oudjes voor hen. Ze verkochten nog wel singles in Europa, maar dat interesseerde hun niet echt. Eind 1975 veranderde dat:

Tour in USA

De groep ging eind 1975 voor het eerst naar de USA; ze waren nerveus. Alles was gefocust op de USA. Ze wisten dat ze het nu moesten maken, anders was het gebeurt met de Sweet. Ze konden zich geen fouten permitteren, in deze 42 shows.

De Amerikanen accepteerden de Sweet als rock ‘roll-band, niet als bubblegumband. Zo wilden ze ook worden gezien, zo zagen velen hen ook in Europa.

Deze tour werd hun langste en vreselijkste. Ze gingen van de ene bus in de andere bus, vliegtuig in en uit.

Brian had er ook genoeg van; hij wilde naar huis.

De relatie tussen Brian en Andy werd steeds slechter, ze spraken elkaar nauwelijks meer op deze tour. De tour startte met veel afgelastingen, de shows verkochten gewoonweg te weinig kaartjes. Ze verdienden niets aan de ze tour, maar ze leden ook geen verlies. Ze kwamen teleurgesteld terug in Engeland.

The lies in your eyes

Deze single werd in januari 1976 uitgegeven. Het was een niet erg krachtige keus. Het was een goede song met een sterk voorkomen, maar het was niet echt toegankelijk voor het grote publiek. Het behaalde slechts een 35-positie in Engeland.

Het was duidelijk; de Sweet was geen single-groep meer.

Stuiptrekkingen

Brian was ten tijde van het album “Off the record” degene die zich af vroeg of hij nog wel in de band wilde blijven. De muzikale richting beviel hem niet, het was geen Sweetmuziek, het was zonder richting, ze hadden geen zelfvertrouwen meer.

De cocaïne kwam steeds vaker in de studio van de Sweet, Brian’s drankprobleem werd steeds meer een probleem.

In oktober 1976 ging het nog verder bergafwaarts met de Sweet. Er waren dagen waarin Brian met niemand van de band sprak, hij kwam binnen, zong zijn song in en vertrok of zat stil in een hoek.

In 1976 was er nog een tour in West-Duitsland, hier werd ‘Lost angels” zelfs nog een hit, zoals wel in meer landen van Europa, maar niet in Engeland. In Engeland dachten ze nog steeds dat we met make-up liepen en leefden in wig-wams.

Daarnaast moesten ze een andere uitgever zien te vinden, ze vonden Polydor.

Ze konden nog een tour door de USA maken met Aerosmith, maar dat wilden ze zelf niet. Ze konden elkaar niet meer luchten of zien.

De Sweet wilde zelf stoppen als band, maar ze hadden inmiddels een contract met Polydor; ze waren gedwongen om bij elkaar te blijven en platen te maken.

Ze realiseerden zich dat er een groot verschil zat tussen muziek maken dat verkocht en muziek maken dat artistiek voldoening gaf.

Steve en Andy wilden iets specifieks maken op de plaat, Mick en Brian wilden zich bij de basis houden.

Scott rekruteerde een keyboardspeler en zij kwamen met een vrouwelijke zangeres Stevie Lange, om duetten te zingen met Connolly.

Op 24-02-1978 speelden de Sweet weer voor het eerst sinds 3 jaar in Engeland. De show was in mum van tijd uitverkocht en ze traden voor het enthousiast publiek op. De Sweet was zeer tevreden.

Live is like Oxygen

Dit nummer behaalde de nr. 9 plek in Engeland, maar het interesseerde de Sweet al niet meer. Ze hadden het heel druk. Deze single werd zelfs genomineerd als beste single van het jaar, maar het eindigde net achter Baker Street van Gerry Rafferty.

Ondergang Brian

In 1978 gingen ze opnieuw naar de USA voor een tour. Opnieuw kwamen hier problemen; Priest en Scott wilden de leadstem van Brian overnemen, iets wat Brian niet wilde; wat moest hij dan doen als hij niet mocht zingen. Brian ging nog meer drinken, fysiek gleed het verder af, hij was niet meer fit. Breng hem maar naar huis, werd gezegd, om bij te komen.

De Sweet trad dan ook vaak op zonder Brian, kwam hij wel opdagen dan was hij bedwelmd van de drank, hij wist soms niet eens waar hij was.

De Sweet kreeg steeds meer last van Brian, vele shows moesten zonder Brian gedaan worden. Op een show in Birmingham (USA) had Brian vooraf weer gedronken, hij wist niet eens waar hij was, terwijl hij op het podium stond. Een manager van die avondshow stormde het podium op, grabbelde hem op en trok hem van het podium af. De andere Sweetleden maakten de show af, na afloop van hun show waren de manager en Brian nog steeds aan het schreeuwen.

De volgende dag had de groep bijna Brian laten vallen als bandlid en alle optreden afgezegd. Ze besloten hem toch nog een laatste kans te geven, maar 3 dagen later stortte Brian weer in op het podium. De band vloog terug naar Engeland.

Brian was niet meer in staat om te zingen, dus een nieuw album maken werd een probleem. Het was echter wel een afspraak met de platenmaatschappij om te leveren.

Pas 10 jaar na die periode beseften de overige Sweetleden dat het gedrag van Brian een diepere oorzaak moest hebben, dat terugvoerde naar zijn schooljeugd, soms zelfs naar zijn marinetijd, soms zelfs naar het begin van de Sweetperiode. Het adoptieverhaal, waar hij pas achter kwam op zijn 17 a 18ejaar, had diepe sporen achter gelaten. Toen kwam de problemen met Andy Scott er nog eens bij en we dreigden hem ook nog af te pakken wat hij nog over had: Sweetbandlid als frontzanger. Dat werd hem teveel. Zijn stem was weg, toch schoten de Sweetleden hem niet af, ze konden zich niet voorstellen als band zonder Brian.

Uiteindelijk waren het de eigen managers die de knuppel in het hoenderhok gooiden; ze zouden proberen om Brian's solo-wens in vervulling te laten gaan en zelf een vervangerzanger zoeken. Dat deden de Sweetleden dan ook.

Einde van de Sweet

Ook met de Sweet ging het bergafwaarts in 1979.

Steve wilde zelfs permanent naar de VS verhuizen, met zijn aanstaande vrouw Maureen O’Connor. Er kwamen belastingschulden. Brian werd zelfs teruggevraagd, maar dat ging niet door wegens een ongeval van Brian.

Ook Mick Tucker zat het niet mee, zijn vrouw verliet hem na de kerstdagen. Zo was het een slecht jaar 1979 voor de Sweet. Mick werd later ook nog eens ziek, pancreatitis, waardoor hij enkele maanden in het ziekenhuis moest blijven.

De platenmaatschappij was ook ontevreden, ze kregen geen nieuw contract. Niemand was nog geïnteresseerd in de Sweet. Het publiek dat de singles kocht werd ouder, er kwam niemand voor in de plaats.

Steve Priest vertrok naar de USA, naar een klein appartement in New York en hij ging een kleine maatschappij runnen.

Mick Tucker rouwde over zijn overleden vrouw en verloor alle interesse in de band.

Andy Scott wilde carrière maken in een platenproductie.

Op 20-03-1981 speelden de Sweet hun laatste concert, in Brian’s geboortestad Glasgow, daar traden ze nog met hun 3-en op. In de jaren 80 traden ze zo nu en dan als reünie nog eens op, één keer nog met Brian.

In de jaren 2010-2020 treden Andy Scott (in Australië) en Steve Priest (in de VS en Canada) nog steeds op met hun 'eigen Sweet', afzonderlijk van elkaar. Ze brengen dan ook nieuwe albums uit, met covers van hun oude werken.

Wist je dat .......

De Sweet vroegen Status Quo om hun te vergezellen in de USA, ze wezen deze vraag echter af.

In Spanje reisden de Sweet in hun promotietour veel met Manfred Mann en the Equals.

David Bowie zat eens naast Andy Scott, hij vond dat wel een goed idee; hij maakte zijn nagels wit.

(laatst bijgewerkt op 02-03-19)