PenDel, de werking

Werking

PenDel is een pendelautomaat voor gelijkstroom locomotieven. 
Een pendelautomaat laat een locomotief of trein van een station naar een ander station rijden. De locomotief wacht daar even en rijdt dan weer terug naar het andere station. Animatie onder de tekst toont het principe.

Na het aansluiten, plaats een gelijkstroom-locomotief op de rails tussen de melders en druk op knop S. Locomotief gaat pendelen tussen de melders.

PenDel gaat  bepalen waar de locomotief staat, zoeken naar een melder. Als gevonden bepaald PenDel de minimale snelheid waar de locomotief op wil rijden, te zien omdat de locomotief even heen en weer wiebelt.  Daarna rijdt de locomotief op volle snelheid naar het andere station, daar aangekomen weer op volle snelheid terug. Dit was om de lengte van het traject te meten.
Daarna  gaat PenDel in gewoon bedrijf.
Langzaam trekt de locomotief op en begint op tijd weer af te remmen om langzaam het andere station binnen te rijden.
Wacht een willekeurig of ingestelde tijd en rijdt daarna het traject weer terug. (zie hiervoor de instellingen verderop de bladzijde)

Voor PenDel zijn minimaal twee sensoren of terugmelders nodig. Meer sensoren op 1 melder ingang, kan ook.  Zie de voorbeelden
Deze moeten actief worden als de locomotief aankomt in het station.  Deze melders sluit je aan op de schroefconnector M1 en M2. Daar is ook een 5V aansluiting voor de voeding van deze actieve sensoren. Het actief worden van een melder kan hoog-actief, van GND naar 5V  of laag-actief, van 5V naar GND.
Dit is in te stellen met de jumpers JM1 en JM2 en afhankelijk van de eigenschappen van de sensoren.
Alle soorten sensoren zijn te gebruiken, maar ook een schakelrail of reedcontact die de 5V schakelt naar de M1 of M2.
Bij gebruik van meerdere sensoren op 1 melder ingang, de uitgangen van de sensoren via diodes aan elkaar verbinden om te voorkomen dat ze elkaar 'kortsluiten'. 
De loc rijdt altijd van de ene melder naar de andere melder en dan weer terug. Als de loc vertrekt van melder 1 en 'onderweg' weer een melder tegenkomt aangesloten op melder 1 dan rijdt de loc gewoon verder, deze 'zelfde-melder-als-de-vertrekmelder' wordt genegeerd. Dit geeft heel veel extra toepassingen voor meer uitgebreide routes.  Zie de voorbeelden.

In te stellen per melder is of de locomotief moet keren in het station of juist niet.  Voor een gewone heen-en-weer moeten beide melders op keren. Voor een ovaal met twee stations waar de trein even moet stoppen beide melders op niet keren. Ook een heen-en-weer traject met een stop-plaats in het midden is te maken, zie de voorbeelden.
De rails wordt aangesloten op de rails schroefconnector. Verder heeft het geheel een voeding nodig van 9~12V.

Bij kortsluiting op de rails gaat de automatische kortsluit beveiliging in werking en wordt de stroom op de rails uitgeschakeld. 
Te zien omdat beide leds hysterisch knipperen.
Verhelp de kortsluiting en herstart PenDel. 

Aansluitingen en andere zaken

Instellingen

PenDel is volledig voorgeprogrammeerd en klaar om te gebruiken.
Soms is er een situatie dat het net even anders moet, daarom de programmeermodus.
Om terug te gaan naar de basis instellingen (factory):  (alle zelf gemaakte instellingen worden gewist)
Houdt knop S ingedrukt en zet PenDel aan (of druk op de reset knop), wacht een paar seconden, laat knop S los en herstart PenDel of druk even kort op reset. 



Nu nogmaals drukken op S beëindigd de program modus. Beide leds lichten even op ter bevestiging.Instellingen worden opgeslagen.

Ook als de PenDel uit is worden de instellingen bewaard.