Kampen in 1776

Terwijl men nog aan het herstellen was van de stormramp van 1775, volgde een jaar later opnieuw een zeer zware storm. Dit keer was het een zuidwesterstorm op 20 en 21 november. De zeedijken braken op diverse plaatsen door. Het dorp Beulake werd voor de tweede keer zwaar getroffen en nu definitief verlaten. De eilanden in de Zuiderzee liepen opnieuw onder. Een driemaster dreef dwars over Schokland heen en strandde op de Zwartendijk bij Kampen. Het zoutgehalte van het water in de Zuiderzee was door de stormen gestegen, waardoor de beruchte paalworm ook vat kreeg op de beschoeiing van Schokland.

Kampen, Hasselt, Zwartsluis en Genemuiden stonden opnieuw geheel onder water. In Kampen bereikte de vloed 's nachts tussen 2 en 4 uur het hoogste punt. In de huizen aan de Vloeddijk en Groenestraat stond het water een halve voet hoger ‘dan tevoren’.

Gedenksteen met de waterhoogten van 1775 en 1776 in de noordgevel van het Cellebroedersklooster in Kampen, in 1776 in gebruik als Grootburgerweeshuis.

De Leeuwarder Courant van 1 december 1776 wist te melden dat ‘(…) gansch Mastenbroek en de Koekoek (…) gansch en al onder geloopen. In Mastenbroek is het water op zommige plaatsen tot an de toppen der huizen geweest: die in de Koekoek zyn op zes na weg, alsmede byna alle de Turf’. In Mastenbroek verdronken vier mensen, waaronder een moeder en twee kinderen in de Koekoekspolder.

Rechts de dijkdoorbraak tussen Vollenhove en Kampen op 21 november 1776. Een familie brengt zichzelf op paard en wagen in veiligheid. Op de voorgrond wordt vee op het droge gebracht. Op de dijk staan mensen klaar om het gat te dichten.

©cultuurZIEN 2022