Pijnacker in 1924

ALGEMEEN

bedrijven

Op 15 januari 1924 heeft F. van Beurden  een sigarenmagazijn in Pijnacker  [Delftsche Courant 15 januari 1924, blz. 4] Later is sprake van G. van Beurden [Haagsche Courant 6 februari  1924, blz. 7]

Op 17 januari 1924 biedt C. van der Toolen uit Nieuwkoop B101 zich aan als koetsier voor luxe  als vrachtwagen. P.G. [Delftsche Courant 17 januari 1924, blz. 4]

Op 18 januari 1924 biedt J.J. Verburg te koop aan omnibusbrikken, Delftse tilbury's, buggies op gummibanden, Utrechtse wagens en dogcars en andere rijtuigen. Ook inruil mogelijk  [Nieuwsblad, gewijd aan de belangen van de Hoeksche Waard en IJsselmonde 18 januari 1924. blz. 12 ]

Bij vonnis van de arrondissementsrechtbank te 's Gravenhage van 10 maart 1924, is uitgesproken het faillissement van Johannes Buitendijk te Oude Leede, gemeente Pijnacker, met benoeming van Mr. C. J. J. de Joncheere tot rechter-commissaris en van ondergetekende tot curator. 't Welk certificeert, Mr. M. G. J. Bevers, Binnenwatersloot 9 te Delft [Delftsche Courant 15 maart 1924, blz. 4] 

Op 12 maart 1924 adverteert Burgers Rijwielen uit Deventer met "het nieuwste rijwiel". In Pijnacker te koop bij H. Franx [Delftsche Courant 12 maart 1924, blz. 4; Delftsche Courant 7 mei 1924, blz. 6]. In Delfgauw is K. Hazeu de leverancier [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 8]

Op 27 maart 1924  wordt de smid A. Massar, Noordeinde [Noordweg] te Pijnacker failliet verklaard [Het Vaderland 28 maart 1924, blz. 2] Op 11 april 1924 wordt gemeld dat het failissement is opgeheven [Haagsche Courant 11 april 1924, blz. 19]

Op 29 april 1924 wordt H. Wezenaar uit Pijnacker failliet verklaard. Mr. A. de Gidts is curator [Het Vaderland 29 april 1924, blz. 2]

Op 7 augustus 1924 wordt gemeld dat A.J.F. Reichholdt van het Uitpad in Pijnacker 22 wikkels van Wennex Bleekpoeder heeft ingeleverd met daarop aan de binnenzijde letters die verdeeld over de 22 wikkels de tekst "Pakje Wennex Bleekpoeder " opleveren. De firma Wennekes en Van Neck uit Oosterbeek heeft de heer Reichholdt daarop een wasmachine geschonken. De machine is nog te bekijken bij winkelier B.J. Stolk in Pijnacker [Rotterdamsch Nieuwsblad 7 augustus 1924, blz. 15]

Op 15 september 1924 wordt  koopman J. Boerlage Jr failliet verklaard [Het Vaderland 16 september 1924, blz. 3]. Op 20 september 1924 wordt het faillissement opgeheven wegens gebrek aan baten [Limburger koerier 20 september 1924, blz. 6]

belastingen

Donderdag 22 mei 1924 zal de heer Wagtendonk (oud accountant van de belastingen) een spreekdag houden te Pijnacker van 10.00-12.00 uur en van 13.00-14.00 uur in liet café van den heer van Schie, waar hij gratis zijn hulp zal verlenen bij het invullen van aangiftebiljetten voor de inkomstenbelasting en vermogensbelasting [Delftsche Courant 17 mei 1924, blz. 7]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad.De voorzitter deelt mede, dat het verhoogde tarief voor het heffen van tolgelden op den Klapwijkschen weg bij kon. besluit is goedgekeurd [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

De gemeenteraad vergaderde op 3 december 1924. Bij de post "opbrengst hondenbelasting" wordt op voorstel van één van de leden besloten de verordening op de hondenbelasting te herzien en zo mogelijk deze belasting te verhogen. Nader zal overwogen worden of het wenselijk is een straatbelasting in te voeren. Het heffingspercentage van de inkomstenbelasting wordt voorlopig bepaald op 1 % (vorig jaar 1,1%). Hierna wordt de begroting, nadat nog enkele kleine wijzigingen zijn aangenomen, vastgesteld, zoals dezelve door B&W was aangeboden. Op het verzoek van G. de Heer om teruggave van beIasting over het jaar 1920/1921 wordt afwijzend beschikt. Voorts ontving B&W een brief van de rijksontvanger, berichtende dat hij genoegen neemt met de voorwaarden waarop hem een lokaal vooor zijn zitdagen is toegezegd. In de ten laste van de gemeente komende kosten zal hij f 10 tegemoetkomen.  [Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 6]. 

cultuur

Dinsdag 29 januari 1924 zal de toneelvereniging „De Rederijkers" van Delfgauw in de grote zaal van het Bondscafé van den heer G. C. van Schie aan de Oostlaan een openbare opvoering geven van het blijspel in drie bedrijven, getiteld: „De gebroeders Kalkoen". Ofschoon dit toneelgezelschap eerst in september 1921 is opgericht, heeft het reeds door zijn opvoeringen een goede naam verworven. Een talrijk bezoek is dan ook wel te verwachten [Delftsche Courant 25 januari 1924 , blz. 5]. 

Woensdagavond 6 februari 1924 hield de christelijke muziekvereniging „Excelsior", onder directie van de heer C. P. den Breejen van Rotterdam, in de lokalen van de tweede chr. herv. school in de buurtschap Oude Leede een uitvoering om de bewoners van deze vrij afgelegen buurt eens extra in de gelegenheid te stellen ons kranig muziekkorps te horen. Niettegenstaande het zeer ongunstig weer en de meer dan slechte wegen waren de lokalen zeer goed bezet. Na een inleidend woord van de voorzitter, den heer A. Bijsterveld Bz., werd het uitgebreide programma keurig afgewerkt, terwijl in de pauze oen collecte werd gehouden tot. aanschaffing van een klok voor het schoolgebouw. De collecte bracht f 63 op. Na afloop dankte de penningmeester van het schoolbestuur, de heer G. Sonneveld, de directeur en de medewerkers voor het muzikaal genot aan de Oude Leedse bewoners verschaft en de aanwezigen voor hun milde bijdragen in de gehouden collecte [Delftsche Courant  8 februari 1924, blz. 5] 

Op dinsdagavond 8 april 1924 zal door de Chr. zangvereniging „Halleluja", onder leiding van haar directeur, de lieer L. Zuiderduin uit Rotterdam, in het kerkgebouw van de Ned. hervormde gemeente. daartoe welwillend door heren kerkvoogden afgestaan, een buitengewone uitvoering plaats hebben, afgewisseld door orgelspel van de heer J. L. Blok, hoofd van de eerste Chr. herv. school in de Stationsstraat. Van de bezoekers zal een matig entrée geheven worden ten bate van de kas der vereniging, die door grote uitgaven in de Iaatste tijd een stevige versterking nodig heeft [Delftsche Courant 3 april 1924, blz. 6; Delftsche Courant 10 april 1924, blz. 3]

Er bestaan op 15 mei 1924 plannen om in Pijnacker een kinderkoor op te richten onder leiding van de heer L. Zuiderduin uit Rotterdam, directeur van de gemengde zangvereniging "Hallelujah" in Pijnacker. Jongens en meisjes, die de leeftijd hebben bereikt van twaalf tot zestien jaar kunnen zich opgeven tot en met donderdag 22 mei 1924, bij de voorzitter van de chr. zangvereniging "Halleluja'', de heer A. H. Middeldorp, Kerkweg 58 te Pijnacker. Indien er minstens veertig leden zijn, kan de vereniging tot stand komen. Het is te hopen dat vele ouders hun kinderen als lid zullen opgeven. Nadere inlichtingen worden verstrekt aan bovengenoemd adres [Delftsche Courant 1924, blz. 3. Op 27 mei 1924 wordt gemeld dat 50 kinderen zich hebben aangemeld. Vrijdag 30 mei 1924  wordt de eerste repetitie gehouden in het lokaal van de Hervormde gemeente aan de Kerkweg. Dan kunnen ook anderen zich nog opgeven [Delftsche Courant 27 mei 1924, blz. 6]

Excelsior behaalt op 30 juli 1924 in Zwijndrecht op de 19e wedstrijd van de Hollandsche Bond van Christelijke Harmonie- en Fanfarekorpsen een derde prijs in de eerste afdeling fanfare [De Standaard 1 augustus 1924, blz. 1]

Op donderdag 4 december 1924 hoopt de Chr. gemengde zangvereniging ,,Hallelujah" alhier in de Ned. hervormde kerk een uitvoering te geven onder leiding van haar directeur, de heer L. Zuiderduin van Rotterdam. Onderwijl zal een orgelbespeling plaats hebben en ook een kinderkoor zich doen horen [Delftsche Courant 28 november 1924, blz. 2; Delftsche Courant 3 december 1924, blz. 2]

De Zuid-Hollandse IJsvereniging, afdeling Pijnacker, heeft op maandag 8 december 1924, om 19.30 uur een algemene ledenvergadering uitgeschreven. Onder de aanwezigen heeft de verloting plaats van een paar schaatsen en een kistje sigaren [Delftsche Courant 3 december 1924, blz. 2]

evenementen

Vrijdag 23 mei 1924 vergaderde het bestuur  van  de Oranjevereniging „Pijnacker'' in het Bondscafé van de heer G. C. van Schie. Besloten werd de verjaardag van de koningin te herdenken op woensdag 10 september 1924. Het voorlopige programma voor die dag werd vastgesteld als volgt: Des morgens 8.00 uur aanvang van de kinderspelen; s middags 14.00 uur ringrijderij voor paren met tilbury of dogcar; 15.00 uur diverse volksspelen en des avonds pl.m. 23.00 uur schitterend vuurwerk op het feestterrein. De heer G. C. van Schie heeft ook dit jaar zijn terrein, gelegen aan den Noordweg, beschikbaar gesteld [Delftsche Courant 26 mei 1924, blz. 2]

Op 12 juni 1924 wordt gemeld dat de Oranjevereniging van Delfgauw deze week haar jaarvergadering zal houden waar o.m. zal behandeld worden: het jaarverslag  en rekening en verantwoording door de peningmeester. Ook zal een nieuw bestuur verkozen moeten worden. De voorzitter is, naar wordt verondersteld, voornemens af te treden [Delftsche Courant 12 juni 1924, blz. 2]

Op 17 juli 1924 wordt gemeld dat, evenals in vorige jaren. ook ditmaal door de chr. jongemannenvereniging in Pijnacker een bazar gehouden zal worden ten bate van haar fonds tot stichting van een eigen gebouw en wel van 21 juli 1924 tot en met 25 juli 1925 in de eerste chr. hervormde school aan de Stationsstraat. Op maandag 21 juli 1924 om 19.30 uur zal de erevoorzitter van de veretniging, ds. C. A. de Bruin, de bazar openen. Verder vermeldt het programma, dat op dinsdag, woensdag en donderdag de gelegenheid bestaat de bazar van 14.00 tot 17.00 uur en 's avonds van 19.30 tot 22.30 uur te bezoeken. Dinsdag is er een concert en een extra theedag, terwijl er woensdag buitengewone aantrekkelijkheden zullen zijn. Verschillende spelen, zoals hengelsport. Amerikaanse hoepla, sjoelbakken en een schiettent zullen onderwijl talrijke bezoekers lokken. Op vrijdagavond worden de feestelijkheden besloten met de vermelding van de uitslag van der verlotingen en wedstrijden [Delftsche Courant 17 juli 1924, blz.. 3]. 

Op 1 augustus 1924 wordt gemeld dat de uitgestelde Oranjefeesten zijn voortgezet onder begunstiging van het mooiste weer dat zich denken laat. Om 14.00 uur werd het terrein voor het publiek opengesteld. Begonnen werd met ringrijden door paren op versierde rijwielen. Een prijs voor de schoonste versiering werd toegekend aan de heer P. Kas alhier. Prijzen voor het ringsteken verwierven de volgende dames en heren: 1. P. C. Kas, 2. H. Kleij, 3. J. v. d. Eijk 4, A. de Wilde, 5. M. Bakker, 6. L. de Bruin, 7. L. Rip, 8. J. Admiraal, 9. A. Kas. Daarna volgde het balwerpen voor heer en dame op paard in versierds sjees. De versieringsprijzen werden toegekend aan de heren L. Rip en J. Letterman. Deze in Delfgauw nieuwe attractie viel blijkbaar niet mee; na een hardnekkige strijd konden de prijzen worden toegekend aan: 1. J. Letterman, 2. N. de Bruin 3. C. Poot en A. Rodenburg. De oefeningen van de gymnastiekvereniging  „Hollandia", werden vlot afgewerkt en trokken grote belangstelling. De gymnasten, met muziek van het dorp afgehaald, weerden zich dapper en gaven blijk op sportief gehied heel wat te kunnen presteren. De burgemeester die de gehele middag de feesten bijwoonde, bracht een woord van dank aan de voorzitter en de leden van ,Hollandia" en overhandigde een medaille, door de Oranjevereniging beschikbaar gesteld. De voorzitter van de vereniging, de heer v. d. Laar, dankte met een kort woord. Tot besluit der feestelijkhedon werd om 22.00 uur een schitterend vuurwerk afgestoken. De heer Romein uit Delfgauw komt hiervoor een waarderend woord toe. De prijzen werden met een toepasselijk woord beurtelings door de burgemeester en de voorzitter van de Oranjevereniging aan de winnaars uitgereikt waarna het officieel program was afgewerkt, Het bestuur der Oranjevereniging mag terugzien op een uitstekend geslaagde feestviering. Drommen van mensen verdrongen zich vooral in de avonduren om de verschillende attracties op het terrein, terwijl er naar hartelust gedraaid, geschommeld en paard gereden werd. De burgemeester van Pijnacker dankte het bestuur en de commissie voor de leiding en deed de toezegging het hem aangeboden beschermheerschap van de vereniging te aanvaarden. De voorzitter van het bestuur dankte daarna de burgemeester voor zijn gewaardeerde tegenwoordigheid en sprak de wens uit dat de vereniging in bloei zal mogen blijven toenemen. Om middernacht  deed bet bestuur het terrein ontruimen, hetgeen ordelijk plaats had. In het dorp bleef een gezellige stemming heersen [Delftsche Courant 1 augustus 1924, blz. 6]

Op 25 augustus 1924 is het programma van de Oranjevereniging in Pijnacker m.b.t de feestelijke herdenking van de verjaardag van de koningin bekend gemaakt. Het feest zal plaats hebben op woensdag 11 september 1924 op een weiland aan de Noordweg. Om 9.00 uur begint het met kinderspelen, terwijl om 10.00 uur een ringrijderij gehouden wordt met paarden onder de man. Des namiddags om 13.30 uur heeft een gecostumeerde nationale ringrijderij plaats met paarden en tilbury; om 15.00 uur hardlopen met hindernissen voor jongens van 12-16 jaar; om 16.00 uur stoelendans per fiets; om 16.30 uur ringrijderij per rijwiel door dames; om 17.00 uur tobbetje steken voor jongens, terwijl het feest 's avonds om 22.00 uur wordt besloten met een schitterend vuurwerk. Op het terrein worden geen bijzondere muzikanten toegelaten, maar vindt men verschillende aantrekkelijkheden, zoals een zweefmolen, een vistent, hoepla en een schiettent. Op de dag vóór het feest hebben op hetzelfde terrein 's middags 16.00 uur verschillende atletiekwedstrijden plaats. Vele mooie prijzen zijn voor de deelnemers beschikbaar gesteld [Delftsche Courant 25 augustus 1924, blz. 3]

Het weer van de vorige dag beloofde niet veel goeds voor de Oranjefeesten, die hier op woensdag 10 september 1924 zijn gehouden, maar het is meegevallen. Het weiland aan de Noordweg, waarop de spelen plaats hadden, was wel doorweekt van de regen, maar daar stoorden de bezoekers zich niet aan. Om negen uur traden de schoolkinderen, onder geleide van het onderwijzend personeel op het terrein om door vertoning van de oud-Hollandsche poppenkast en verschillende goocheltoeren prettig bezig gehouden te worden.. De ringrijderij met het paard onder de man, die ook 's ochtends plaats had, had tot uitslag, dat de le prijs werd gewonnen door M. van Winden, de 2e door J. Zegwaard, de 3e door A. Kranenburg en de 4e door M. van der Kooij. Jammer .was het dat de jeugd, rijk versierd met oranje en vlaggen, als in vorige jaren, geen optocht door het dorp hield. Het ongestadige ochtendweer was daarvan de oorzaak. Van de wedstrijden des namiddags trok het meest de aandacht de grote nationale ringrijderij met paard en tilhury, waaraan 24 paren deelnamen. De le prijs werd behaald door J. Vreugdenhil, de 2e door M. van der Kooij, de 3e door T. Millenaar en de 4e door C. Hazeu. Bij het hardlopen met hindernissen voor jongens van 12 tot 16 jaar ontving E. Kemp den le, T. Verkade de 2e en C. Kemp de 3e prijs. Bij het tobbetje steken verkreeg W. Kluiters de le, P. van der Helm de 2e, C. Kemp de 3e en A. van Vliet de 4e prijs. Ringsteken op de fiets: le prijs N. van Vliet, 2e pr. M. van der Kooij, 3e pr. T. Kemp. Stoelendans: le prijs M. Boerlage, 2e pr. mej. van Rierendanck, 3e pr. mej. Gijzenberg. Onderwijl speelde onze muziekvereniging ,, Excelsior" haar vrolijke deuntjes. Verschillende vermakelijkheden op het terrein werden druk bezocht, bovenal de zweefmolen, maar ook de consumptie- en schiettenten hadden niet te klagen. Des avonds, toen de wind heel wat bedaard en veel vreemdelingen aanwezig waren, werd het feest besloten door een werkelijk keurig vuurwerk [Delftsche Courant 12 september 1924, blz. 2]

Op 8 november 1924 vindt de internationale hondententoonstelling van de afdeling Rotterdam van de Nederlandse New-Foundlander Club in Rotterdam plaats. Zeer de aandacht trok ook „Jonker Bruno van de Negerhut" van de heer C. Kentie uit Pijnacker. Dit donkerbruine, langharige dier was zeer zeker een zeldzaam exemplaar. In die kleur ziet men wel  New-Foundlanders, doch nimmer op éénjarige leeftijd zo groot [Voorwaarts 10 november 1924, blz. 8]

financiën

Op 8 september 1924 wordt gemeld dat  de heer C. H. de Gidts, gemeente-ontvanger, per 1 januari 1925 zijn betrekking als kassier van de Boerenleenbank heeft neergelegd. Tot zijn opvolger is door het bestuur benoemd de heer J. G. Ravenek, bouwkundige alhier. Mede op de voordracht stonden de heren K. W. Geul, W. A. Kuijvenhoven, E. Huisman en J. 't Hart, allen ingezetenen van deze gemeente [Delftsche Courant 8 september 1924, blz. 2]

Woensdagavond 5 november 1924 werd in het bondscafé Van Schie, aan de Oostlaan, het 12½-jarig bestaan gevierd van de coöperatieve Boerenleenbank. Een groot aantal leden was opgekomen naar de versierde zaal. De voorzitter, de heer G. Sonneveld, opende de vergadering met een hartelijk woord van welkom tot de aanwezigen en vond het aangenaam, dat op de laatst gehouden algemene vergadering besloten was het 12½-jarig bestaan van de bank feestelijk te herdenken, waarmee dan kon samenvallen het afscheid van de oud-kassier, de heer C. H. de Gidts. Spreker ging de geschiedenis van de boerenleenbank na en concludeerde dat de boerenleenbank in een werkelijke behoefte voorziet. Spreker roemde tevens de goede verstandhouding die altijd bestaan heeft tussen bestuur, raad van toezicht en kassier. Daarna sprak de voorzitter de afgetreden kassier ongeveer op de volgende wijze toe: „Mijnheer de Gidts, gedurende al die jaren hebt gij uw beste krachten aan de bank gegeven en met de meeste nauwgezetheid vervuld. Voor al uw arbeid breng ik u onze hartelijke dank en het is mij aangenaam u namens de leden een vulhaard als blijvend aandenken te kunnen aanbieden". De heer de Gidts dankte de voorzitter voor zijn waarderende woorden en de leden voor het huldeblijk. Daarop werd de nieuwe kassier, de heer J.G. Ravenek, geïnstalleerd. Thans werden nog enige besprekingen gevoerd over de vraag of de leenbank geldelijk deel zal nemen in de voorgenomen stichting van een eigen gebouw voor de Chr. Jongemannenvereniging. Het bestuur stelt voor daarop bevestigend te antwoorden. Besloten werd dat het bestuur met een vast omlijnd plan en met de nodige gegevens op de volgende algemene vergadering dit punt opnieuw ter sprake zal brengen. Aan de graanmalerij "Ons Doel" werd tijdelijk f 30.000 boven het tegenwoordige krediet toegestaan. Nadat op voorstel van de heer S. van der Kooij de oud-kassier tot erelid van de coöperatie was benoemd, werd de vergadering in een gezellige feestelijke bijeenkomst voortgezet, totdat omstreeks het middernachtelijk uur sluiting plaats had [Delftsche Courant 7 november 1924, blz. 2]

gemeente

Bevolking op 1 januari 1924 : 2224 mannen, 2087 vrouwen; totaal 4311 [Delftsche Courant 10 januari 1924, blz. 3]

Gemeenteveldwachters Peter van Loon (42 jaar) en Arie Goudswaard (32 jaar) . Secretarie-ambtenaren zijn Jan Enno Hesselt van Dinter en Wilhelmus Arnoldus Rotteveel.

In het gerestaureerde raadhuis had op 18 januari 1924 een bijeenkomst plaats van de gemeenteraad en de oud-raadsleden tot bezichtiging van de verbouwing en uitbreiding van deze bestuurszetel. Alleen de oud-raadsleden P. Zeeuw en M. van Winden ontbraken. De voorzitter, burgemeester jhr. J. K. Hesselt van Dinter, heette de aanwezigen welkom en ging na, hoe het gegaan was met de verbetering van raadhuis en secretarie. Hij dankte de oudraadsleden voor hun tegenwoordigheid en zei, dat de verbeteringen in overeenstemming zijn gebracht met het een jaar geleden genomen raadsbesluit tot restauratie. Dagelijks ondervindt hij het genot van de zo noodzakelijke veranderingen en hoopt in de gerestaureerde secretarie nog veel in het belang van de gemeente tot stand te mogen brengen. Op deze woorden volgden ondubbelzinnige tekenen van instemming. De heren P. van Buijsen en J. O. J. van der Leeuw spraken hun blijdschap uit over de verbeteringen. De wethouder G. Sonneveld betuigde zijn waardering voor het volbrachte werk en zei verder: „In de raadzittingen zijn nogal eens harde woorden gevallen, doch ik hoop, dat de vergaderingen, die hier in de toekomst zullen worden gehouden, zich kenmerken zullen door een geest van verdraagzaamheid. Ik wil trachten daaraan mede te werken. En mogen we onder de onmisbare zegen van de Heer, die wij bij de aanvang van onze vergaderingen steeds vragen, allen samenwerken tot eer van Zijn naam en tot zegen van de gemeente". De heer P. Sonneveld, oud-raadslid, die gedurende 17 jaren als raadslid en wethouder de belangen van de gemeente Pijnacker heeft gediend, hoopte, dat B&W met de raadsleden in deze gerestaureerde raadszaal steeds met genoegen in het belang der gemeente zullen samenwerken. Nadat de heer M. van der Velden namens de oud-raadsleden de dank had uitgebracht voor de uitnoodiging, werden eenige ververschingen aangeboden en daarop alles bezichtigd. Achter de secretarie bevindt zich een ruime wachtkamer voor het publiek en een brandvrije kluis dient ter berging van gewichtige gemeentestukken, terwijl in de voorgevel gekleurd glas is aangebracht, waarin het wapen van de gemeente prijkt [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 2]

De raad zal a.s. zaterdag 2 februari 1924 vergaderen ter behandeling van de volgende onderwerpen: Wijziging begroting; Vaststelling uitkering aan de besturen van de bijzondere scholen over 1922; Verordening heffing schoolgelden; Bouwplan huis hoofd der O. L.-school nr. 3, met daaraan verbonden plan voor de verkoop van het oude schoolgebouw met onderwijzerswoning; Verzoek van de rijksontvanger B.G. om een lokaal aan te wijzen voor de zitdagen; Verzoek wed. J. van der Hoek om verlenging van de toeslag op haar pensioen; Verzoek J. van Bergen Henegouw om subsidie voor de autobusdienst; Verzoek van R. O. wijk-en kraamverpleging te Pijnacker om subsidie [Delftsche Courant 30 januari 1924, blz. 2]. Enkele wijzigingen werden in de begroting aangebracht. Over 1922 had het openbaar onderwijs gekost ƒ 4.204.61. De openbare scholen werden bezocht door 190 leerlingen. Vergoeding exploitatiekosten per leerling voor de bijz. scholen werd dus vastgesteld op ƒ 22,13. Het verzoek om subsidie voor de autobusdienst van J. v. Bergen Henegouw, wordt afgewezen. Na heftige discussie wordt met 7 tegen 5 stemmen aan de R.K. Wijk- en Kraamverpleging ƒ 100 subsidie verleend [De Standaard 5 februari 1924, blz. 5]

Op 25 maart 1924 wordt gemeld dat door het vertrek van G. van der Stoep naar Sommelsdijk een vacature in de gemeenteraad ontstaat. Als zijn opvolger is aangewezen de heer C.M. van der Vaart, de nummer twee op de lijst van de anti-revolutionairen [Delftsche Courant 25 maart 1924, blz. 2].

Op 21 mei 1924 hebben Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland vastgesteld, dat op de begroting van de gemeente Pijnacker voor 1924 de jaarwedde van de ontvanger uitgetrokken is tot een bedrag van ƒ 1500, terwijl deze functionaris volgens de laatstelijk bij K.B. getroffen regeling aanspraak heeft op een jaarwedde van ƒ 2000.  GS verhoogt de salarispost met f 500. GS nodigt vervolgens de Raad uit om de nodige dekkingsmiddelen voor deze verhoging aan te wijzen. De Raad heeft geweigerd daaraan  uitvoering te geven, GS heeft daarop besloten om, nu het evenwicht tussen de plaatselijke inkomsten en uitgaven gehandhaafd moet blijven, de post „onvoorziene uitgaven'' met ƒ 500 te verminderen [De Maasbode 22 mei 1924, blz. 1].

De gemeenteraad zal morgen 31 mei 1924, 's voormiddags te 9.30 uur, vergaderen. De agenda bevat: Beëediging van het nieuw benoemde raadslid C. M. van der Vaart; verzoek hoofdingenieur van de telegrafie tot uitbreiding van den kosteloze bestelkring van telegrammen; verzoek N. Struyk e.a. om een bijdrage in het onderhoud van de Dwarskade; geldlening groot f 17.000 ter bestrijding van de kosten van de Klapwijkseweg, straatwerken te Delfgauw, uitbreiding electrisch net; verkoop schoolgebouw te Delfgauw en aanbesteding onderwijzerswoning; mededelingen [Delftsche Courant 30 mei 1924, blz. 5].  Allereerst legde de heer C.M., van der Vaart, opvolger als lid van de raad van de heer G. van der Stoep, in handen van de voorzitter de vereiste eden af, waarna hij door de voorzitter wordt gefeliciteerd [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]. Aan de coöperatieve maalinrichting „Ons Doel" zal een indertijd ingediende rekening van ƒ 1000 worden betaald wegens opslagloon enz. van diverse artikelen voor de gemeente gedurende enige jaren. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]. Aan W. Stoorvogel zal ƒ 120 worden gerestitueerd voor een door hem betaalde accountantsrekeninng. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]. 0p een verzoek van Gedeputeerde Staten om middelen aan te wijzen op de begroting 1923 voor de verhoging van de wedde van de gemeente-ontvanger wordt afwijzend beschikt. Ingekomen was verder een schrijven van Gedeputeerde Staten, houdende mededeling, waar de raad weigerachtig bleef, thans door hun college de begroting is gewijzigd in verband met de bij besluit vastgestelde jaarwedde van de ontvanger. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3].

De gemeenteraad zal op woensdag 6 augustus 1924 om 9.00 uur, vergaderen ter behandeling van de volgende onderwerpen : Gunning onderwijzerswoning te Delfgauw, toestand straatweg te Delfgauw, verzoek dr. J. A. Bos om bouwgrond te kopen aan de Stationsstraat, verzoek W. Hazeu en G. Tetteroo e. a. om aansluiting aan het electrische net voor de helft van de vastgestelde prijs, uitbreidingsplan, mededelingen [Delftsche Courant 4 augustus 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Het verzoek van dr. J. A. Bos om bouwgrond te kopen wordt ingewilligd voor ƒ 0,50 per meter [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Besloten wordt een rekening-courant te openen met de Bank van Nederlandsche gemeenten en overtollig kasgeld ook bij die Bank te beleggen en ten dienste van de gemeente-ontvanger een brandkast aan te schaffen [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. In de kosten van uitbreiding van de begraafplaats van de Ned. Herv. gemeente, op welke begraafplaats ook de burgerlijke gemeente mag begraven, en ook lijken worden begraven van personen, behoord hebbende tot een ander- of tot geen kerkgenootschap, wordt besloten twee derde gedeelte bij te dragen tot een maximumbedrag van ƒ 2000. [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Er wordt besloten een partij oude schoolbanken te verkopen [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]


Belanghebbenden worden op 3 november 1924 er op gewezen, dat aangifte voor huisslachtingen vier dagen te voren aan de secretarie van deze gemeente moet worden gedaan. Door B&W zijn met inachtneming van art.. 5, eerste lid van de Woningwet de volgende bouwvergunningen verleend: aan A. Heinsbroek, wonende te Delft, tot het bouwen van een bouwmanswoning in de Ackerdijkse polder; aan G. de Vreede te Delfgauw, tot het bouwen van een bouwmanswoning in het Zuideinde van Deifgauw; aan A. Westmaas te Delfgauw, tot het bouwen van een woonhuis aan de Pijnackerseweg [Delftsche Courant 3 november 1924, blz. 2]

De gemeenteraad vergaderde op 3 december 1924. Tegenwoordig alle leden. De voorzitter opent onder het uitspreken van het formuliergebed de vergadering. Hierna komt in behandeling de begroting voor het jaar 1925. Op voorstel van B&W wordt besloten de post „ophalen van vuilnis en asch" met f 500 te verhogen en dit in het vervolg met paard en wagen te doen. Ingekomen is nog een schrijven van dr. J.A. Bos, dat hij afziet om de grond aan de Stationsstraat te kopen; één van J. J. Veder, verzoekende zijn aan de raadsleden gezonden adres niet in behandeling te nemen; Hierna wordt de vergadering gesloten [Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 6].

geslaagden

Op 29 juli 1924 slaagt C. van Laan uit Pijnacker in Den Haag voor het examen MULO [De Maasbode 30 juli 1924, blz. 5].

Op 2 augustus 1924 wordt gemeld dat W. Stoorvogel Jr in Rotterdam is geslaagd voor het examen boekhouden van de Federatie van de vereenigingen van handels- en kantoorbedienden in Nederland  [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3].

Op 26 augustus 1924 wordt gemeld dat de heer H. J. Vonhof slaagt in Den Haag voor het examen Duits L.O. [Delftsche Courant 26 augustus 1924, blz. 3]

Op 17 september 1924 slaagt P. van Loon uit Pijnacker in Amsterdam voor het Poltiediploma met aantekening van de Algemene Nederlandsche Politiebond

Op 30 november 1924 wordt gemeld dat  mr. C. Plet uit Pijnacker  is geslaagd voor het 3e deel van het notarieel staatsexamen [Het Vaderland 30 november 1924, blz. 3]

gezondheidszorg

Dinsdagavond 26 februari 1924 hield de afdeling Pijnacker van de vereniging „Het Groene Kruis" in de grote zaal van het bondscafé van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan haar voorjaarsvergadering. Dadelijk na de opening vroeg het bestuurslid, de heer J. C. J. van der Leeuw, het woord om te protesteren tegen het niet convoceren van de leden van de in oktober 1aatstleden opgerichte R.K. wijkverpleging. De voorzitter antwoordde hierop, dat de leden van de R.K. wijkverpleging zich kennelijk van het „Groene Kruis" hadden afgescheiden, wat duidelijk bleek uit het contract met die vereniging gesloten om haar met name genoemde leden tegen -zekere geldelijke vergoeding- gebruik te laten maken van het verplegingsmateriaal in het magazijn van het „Groene Kruis". Hierop ontstond een zeer geanimeerd, soms vrij heftig debat tusschen voor- en tegenstanders, waarvan het slot was, dat de vergadering geen doorgang had, maar besloten werd zo spoedig mogelijk de jaarlijkse contributie te doen innen, teneinde nauwkeurig te weten te komen, wie er al of niet lid van "Het Groene Kruis" zijn. Wanneer dat geschied is, zal een nieuwe algemene ledenvergadering worden uitgeschreven. De wijkzuster deed alleen nog verslag van haar werkzaamheden [Delftsche Courant 28 februari 1924, blz. 2] 

Op 14 mei 1924 wordt gemeld dat de opbrengst van de verkoop van het Emmabloempje, gedurende de Paasdagen gehouden, de som van f 58.50 heeft opgebracht, beduidend minder dan vorige jaren, daar het ditmaal zeer moeilijk was geschikte collectanten voor Laan en Dorp te bekomen. Jammer voor het goede doel, want de gehele netto-opbrengst komt ten bate van de afdeling van „Het Groene Kruis" in Pijnacker, tot bestrijding van de tuberculose [Delftsche Courant 14 mei 1924, blz. 5]

Op 30 mei 1924 wordt gemeld dat mej. G. J. Bongaards, voorheen wijkzuster van de gemeenten Hoedekenskerke en Baarland, die zich in het najaar 1923 als zodanig vestigde te Pijnacker als wijkzuster in dienst van de afdeling Pijnacker van de vereniging "Het Groene Kruis", thans uit 50 sollicitanten is per 1 juli 1924 benoemd tot verpleegster verbonden aan de Maatschappij „de Schelde" te Vlissingen  [Middelburgsche Courant 30 mei 1924, blz. 1; Delftsche Courant 30 mei 1924, blz.  2].

Maandagavond 16 juni 1924 is in het café van Schie de vergadering gehouden van het „Groene Kruis". De voorzitter verwelkomde de aanwezigen en sprak zijn blijdschap uit over de goede opkomst. Daarna las de secretaris het jaarverslag voor, dat werd goedgekeurd. Hierop bracht de penningmeester rapport uit over het afgelopen boekjaar, waaruit bleek, dat de totale ontvangsten bedroegen f 2568,88 en de totale uitgaven f 2125,01, wat, vermeerderd met het batig saldo van 1922, ten bedrage van 1.287,74, een eindsaldo gaf van f 1731,61, waaronder de rekening van de tuberculosebestrijding begrepen is. De rekening werd voorlopig goedgekeurd. De commissie toch, die in het voorjaar de rekening te onderzoekon had, bestond uit drie personen, die allen tot de R. K. wijkverpleging waren overgegaan, zodat aan de nieuwe commissie, in de najaarsvergadering te benoemen, tevens het nazien van de rekening over 1923 zal worden opgedragen. De afgevaardigde naar de jaarvergadering in oktober 1923 te Rotterdam gehouden, de heer C. Visser, bracht verslag uit. De overeenkomst, door het bestuur met de R.K. wijkverpleging aangegaan over liet medegebruik van de verplegingsartikelen uit het magazijn van het „Groene Kruis', werd goedgekeurd. Ten slotte had een bestuursverkiezing plaats wegens de periodieke aftreding van  de heren P. van Buijsen en H.J. Daneel, die beiden met grote meerderheid als zodanig werden herkozen, terwijl in de vacatures, ontstaan door het bedanken van de heren J. en A. van Winden, werd voorzien door de benoeming van de heren G. de Wilde uit Delfgauw, dat nu vertegenwoordigd is en C. Rensen. Het bestuur deelde mede, dat eervol ontslag is gevraagd door de wijkzuster, mejuffrouw G. J. Bongaards, wat zeer betreurd werd. De vergadering keurde goed, dat een nieuwe oproeping zal geplaatst worden tegen dezelfde jaarwedde, als de tegenwoordige zuster geniet. Bij de rondvraag drong de heer P. Kooij, door andere leden gesteund, aan op de instelling van het instituut „Huiszorg". De voorzitter antwoordde, dat het bestuur zich op de hoogte zal stellen van het doel en de strekking daarvan en de hogere kosten, die het meebrengt en te gelegener tijd voorstellen daaromtrent zal doen. De heer Goudswaard verzocht het bestuur in het najaar de beloofde cursus te doen houden over „eerste hulp bij ongelukken", waarop toezegging volgde. Hierop werd de vergadering gesloten. Na afloop van de ledenbijeenkomst werden door het bestuur, dat de functies onderling verdeelde, de afgetreden en herkozen voorzitter en penningmeester, de heren P. van Buijsen en H. J. Daneel, als zodanig herbenoemd [Delftsche Courant 18 juni 1924, blz. 6]

Op 28 juli 1924 wordt gemeld dat door het bestuur van de afdeling Pijnacker van de vereniging ,,Het Groene Kruis" is uit 21 sollicitanten tot wijk- en kraamvrouwenverpleegster benoemd mejuffrouw I. van Zalingen, thans tijdelijk werkzaam in het gemeentelijk ziekenhuis te Rotterdam [Delftsche Courant 28 juli 1924, blz. 3]

In de week van 12 oktober 1924 tot 18 oktober 1924 is er in Pijnacker één geval van buiktyphus [febris typhoïdea] [Ned. Stcrt. 22 oktober 1924, blz. 7]

Dinsdagavond 28 oktober 1924 is in het café van G. C. van Schie vergadering gehouden van de afdeling Pijnacker van het „Groene Kruis". De bijeenkomst was slecht bezocht. De agenda bevatte slechts drie punten. Tot afgevaardigde naar de algemene provinciale vergadering te Rotterdam, werd benoemd de heer C. Visser. De heren W. Koetsier, C. H. N. de Nooijer en M. M. Verkade werden aangewezen tot het nazien van de rekening. Als laatste punt kwam de begroting voor het volgende dienstjaar aan de orde. Volgens verslag van de penningmeester is het totaal van de inkomsten voor 1925 geraamd op f 1775 en dat van de uitgaven op f 2182,05 derhalve een tekort van f 407,05, dat evenwel geheel gedekt wordt door de batige saldi van vorige jaren. De voorzitter wekte de aanwezigen op, zoveel mogelijk nieuwe leden in eigen kring te werven met het oog op de financiële toestand van de vereniging voor de komende jaren. Daarna werd de vergadering gesloten [Delftsche Courant 30 oktober 1924, blz. 5]. 

Op 28 oktober 1924 wordt gemeld dat bij genoegzame deelname de doktoren alhier, de heren C. G. Tichelaar en J. A. Bos, vanwege de afdeling Pijnacker van de vereniging het „Groene Kruis" voor de leden op nader te bepalen tijd en lokaliteit een cursus van zes lessen houden over het onderwerp „Eerste Hulp bij ongelukken", tegen een geringe geldelijke vergoeding. Voor niet-leden van het „Groene Kruis", die aan deze cursus wensen deel te nemen, bedraagt de bijdrage f 2.50 [Delftsche Courant 30 oktober 1924, blz. 5]. 

In de week van 9 november 1924 tot 15 november 1924 is er in Pijnacker één geval van roodvonk [Ned. Stcrt. 19 november 1924, blz. 7]

Op 24 november 1924 wordt gemeld dat de cursus over het onderwerp: „Eerste hulp bij ongelukken", die vanwege de afdeling Pijnacker van de vereniging "Het Groene Kruis" door beide doktoren uit Pijnacker  zou gehouden worden, gaat niet door wegens te geringe belangstelling [Delftsche Courant 24 november 1924, blz. 3].

De gemeenteraad vergaderde op 3 december 1924. Aan de afdeling van het Groene Kruis wordt voor het jaar 1925 een subsidie verleend van ƒ 150 voor de wijkverpleging en aan de R.K. wijk-en kraamverpleging f 100 [Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 6]

Door de gemeentelijk geneesheer voor 1924, dr. C. G. Tichelaar, werden over dat jaar 123 kosteloze vaccinaties verricht [[Delftsche Courant 28 januari 1925, blz. 2]

godsdienst

Mejuffrouw A. J. Ravenek nam op zondag 24 februari 1924 wegens haar huwelijk en vertrek uit de gemeente, afscheid van de zondagsschool van de Ned. herv. kerk, waaraan zij gedurende acht jaar als onderwijzeres met ijver en trouw is werkzaam geweest. De leerlingen toonden hun dankbaarheid voor het genoten onderwijs door het aanbieden van een huwelijksgeschenk, bestaande in twee prachtige schilderijen, een zomer- en een wintergezicht. Daarop werden de kinderen door de scheidende onderwijzeres op gulle wijze onthaald [Delftsche Courant 25 februari 1924, blz. 3]

Op 1 april 1924 wordt gemeld dat gedurende de nu ingetreden zomertijd de godsdienstoefeningen in de Ned. hervormde kerk, in plaats van des ochtends half tien en des namiddags twee uur, respectievelijk om tien uur en half drie zullen beginnen. Ook de lessen van de zondagsschoolleerlingen vangen dan een half uur later, om half drie, aan, terwijl in de Gereformeerde kerk de middagdiensten door avondbeurten worden vervangen [Delftsche Courant 1 april 1924, blz. 6]

Op 14 augustus 1924 wordt gemeld dat in de laatstgehouden gecombineerde vergadering van kerkvoogden en notabelen van de Nederlands hervormde kerk is besloten tot uitbreiding van de begraafplaats, welke het eigendom der Ned. hervormde gemeente is. Volgens het opgemaakte plan kan het kerkhof met 180 graven vergroot worden. Door de toeneming van de bevolking is de uitbreiding noodzakelijk geworden. Aan de gemeenteraad zal voor dit werk een subsidie aangevraagd worden, aangezien de burgerlijke gemeente door de kerk van de zorg voor de aanleg van een eigen begraafplaats ontheven is, 

Op 14 augustus 1924 wordt gemeld dat wegens het vertrek van de heer J. L. Blok, hoofd van de eerste christelijk hervormde school aan de Stationsstraat, naar Rotterdam. is met ingang van 1 september 1924 door de kerkeraad van de Ned. herv. kerk tot tijdelijk voorlezer en voorzanger benoemd de heer M. Clements in Pijnacker [Delftsche Courant 14 augustus 1924, blz. 2]

Op zondag 17 augustus 1924, hoopt in de voor- en namiddagdienst in de Ned. herv. kerk op te treden onze vroegere dorpsgenoot ds. A. Verwaal, predikant te Alkmaar [Delftsche Courant 14 augustus 1924, blz. 2]

Donderdagavond 18 september 1924 is in de consistoriekamer van de Ned. hervormde kerk een vergadering belegd door het bestuur van de Chr. Jongemannenvereniging „Onze hulp is in den naam des Heeren", met de kerkeraad en kerkvoogden en notabelen, ten einde van deze colleges raad en voorlichting te ontvangen over het plan binnenkort over te gaan tot stichting van een eigen gebouw, waarvoor de grond inmiddels is aangekocht en waarvoor reeds een niet onaanzienlijk fonds bestaat. Na breedvoerige discussies, waarbij het denkbeeld geopperd werd in het te stichten gebouw de Boerenleenbank te vestigen, opdat van die zijde wellicht financiële hulp te verwachten is, werd een commissie benoemd, waarin naast het bestuur van de Chr. Jongemanenvereniging een paar leden uit de kerkenraad en uit het college van Kerkvoogden en Notabelen zitting hebben, teneinde te gelegener tijd een uitgewerkt plan ter tafel te brengen [Delftsche Courant 20 september 1924, blz. 3]. 

Op 24 september 1924 wordt gemeld dat Ds. W. Bech, predikant van de gereformeerde kerk te Pijnacker—Nootdorp, het beroep naar de gemeente Aalten (Gld.) heeft aangenomen [Delftsche Courant 24 september 1924. blz. 6]

Bij gelegenheid van het optreden van oud-zendeling, de heer G.W. Blinde, in de ochtendgodsdienstoefening van zondag 28 september 1924 in de Ned. Herv. kerk, werd in de dienst een collecte gehouden voor zes samenwerkende zendingcorporaties te Oegstgeest, die de aanzienlijke som van f 218,66½ opbracht. Hieruit blijkt wederom de offervaardigheid voor de nood van de zending, welke de protestantse gemeenteleden alhier, kenmerkt. Bovendien kwam 's middags nog een bedrag van f 24,40 binnen van de spaarcenten der leerlingen van de zondagsschool [Delftsche Courant 29 september 1924, blz.  3]

Op 8 november 1924 wordt gemeld dat de heer A. Sonneveld, kandidaat t. d. H. dienst te Pijnacker zondagnamiddag om 17.00 uur  zal spreken bij de Confessioneele Evangelisatie in Delft in het gebouw voor christelijke belangen [Delftsche Courant 8 november 1924, blz. 3]

Op woensdag 26 november 1924 trad in de Ned. Herv. kerk in Pijnacker op de heer van der Waals, vroeger r. k. priester, thans predikant bij de Gereformeerde kerk te Brussel. De bijeenkomst werd geopend met gebed door de heer van der Sande, die ook de spreker met een enkel woord inleidde, daarbij vooral de nadruk erop leggende, dat men geen haat tegen, maar broederlijke liefde voor de R.K. mede-christen wenste te kweken. De heer van der Waals besprak het verschil van het katholicisme, zoals het in apologetische geschriften, conferenties voor andersdenkenden geleerd wordt en het katholicisme, zoals het in de specifiek roomse landen wordt beleefd. Tenslotte wekte spreker de gemeente op, toch vooral te bidden voor de broeder in de R.K. kerk. Voor de aanvang was enige lectuur verspreid. Bij het uitgaan werd gecollecteerd, teneinde de gemaakte onkosten te kunnen bestrijden. [Delftsche Courant 28 november 1924, blz. 2]

Op 1 december 1924 wordt gemeld dat door de kerkeraad van de Ned. Herv. gemeente zijn respectievelijk tot ouderling en diaken benoemd de heren J. Mast en J. Sonneveld Gz. ter vervanging van de aftredende broeders J. Rodenburg en I. Verwaal. Volgens de hier bestaande vaste gewoonte worden de aftredende kerkeraadsleden nimmer dadelijk herkozen [Delftsche Courant 1 december 1924, blz. 3]

Op 28 januari 1925 zal de zondagsschool der Ned. hervormde kerk, die in de openbare school op het dorp en in die van de Katwijksebuurt gehouden wordt haar vijftigjarig bestaan herdenken [Delftsche Courant 25 november 1924, blz. 2]

Op 5 december 1924 wordt n.a.v. zijn overlijden gemeld dat ds M. Ozinga op 26 juni 1881 vertrok naar Pijnacker en daar door ds. A. van Schelven Sr., werd geïnstalleerd als gewoon evangelist. In 1884, toen Pijnacker een predikant beriep, werd ds. Ozinga, conform art. 8 van de Dordtse Kerkorde hulpprediker van de Oud-Gereformeerde Gemeente te Amsterdam, later officieel beroepen, geëxamineerd en als leraar geordend op 2 november 1884 [[Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 10]

Maandagavond 8 december 1924 trad ds. de Veij Mesdagh, predikant te Rotterdam, op in de Ned. Herv. kerk hier ter plaatse. Ofschoon het weer bijzonder ongunstig was, was de opkomst vrij bevredigend te noemen. De spreker, die werd ingeleid door onze predikant, ds. C. A. de Bruin, had tot onderwerp gekozen de kerkvader Augustinus.  Hij tekende daarop de bekering van de kerkvader in treffende woorden en stelde Monica, de moeder van Augustinus, ten voorbeeld voor vele ouders. Aan het eind van de lezing werd een collecte gehouden, allereerst- om de onkosten te dekken en om het overschot te bestemmen voor het fonds tot het verkrijgen van een eigen gebouw van de Chr. Jongemannenvereniging. De collecte bracht ruim f  71 op  [Delftsche Courant 3 december 1924, blz. 2]

Maandagavond 8 december 1924 zijn door de stemgerechtigde manslidmaten der Ned. Hervormde kerk tot notabelen herkozen de aftredende leden, de heren G. Sonneveld, voorzitter, en J. Zegwaard Ezn., secretaris. De opkomst aan de stembus was zeer gering. Benoeming. Door notabelen van de Ned. Hervormde kerk is met algemene stemmen tot kerkvoogd herbenoemd de heer G. Weerheim [Delftsche Courant 10 december 1924, blz.  2]

infrastructuur

Een eigenaardig geval. In de loop der laatste jaren lieten verschillende personen zich in Pijnacker, juist bewesten de Spoorweg der Z.H.E.S.M., een huis bouwen, nadat zij zich ten gemeentehuize vergewist hadden, dat hun huizen aan de publieke weg zouden komen te staan. De weg naar deze nieuwe woonwijk zou spoedig in tekening verschijnen en aan de Raad voorgelegd worden. De toegang naar hun terrein bestond voorshands nog slechts uit een koolaspad, doch met een straat in uitzicht, stelden de bewoners zich voorlopig met dat pad tevreden. Toen nu echter dit koolaspad door de spoorwegmaatschappij, die de enig rechthebbende daarop bleek te zijn, opgeëist werd, kon met recht verwacht worden dat de gemeente ingrijpen en de beloofde straat geven zou. Het is toch immers onredelijk dat, terwijl men belasting moet opbrengen, men niet eens in of uit zijn huis kan. De gemeente deed echter niets, doch liet toe dat een ander te eigen nutte de verbindingssstrook tussen die wijk en de publieke weg kocht, en daar eenvoudig tolgeld van de bewoners tracht te verkrijgen. Betaalt men niet dan laat deze koper de mensen verbaliseren P. V. [Rotterdamsch Nieuwsblad 4 januari 1924, blz. 5] 

Deze kwestie krijgt een vervolg in een op 8 februari 1924 door Joh. J. Veder aan de krant ingezonden stuk: 

Wanneer u mij een weinig ruimte in uw geëerd blad wilt toestaan, zou ik gaarne enige onnauwkeurigheden in uw artikel „Buiten Wonen" (Tweede blad van 7 febr. onder Stadsnieuws) willen verbeteren en tevens enig commentaar geven. Dit artikel laat het voorkomen alsof de burgemeester van Pijnacker mij niet een toezegging van een straat gedaan zou hebben. Dit is geheel onjuist. De burgemeester heeft mij, vóór ik de grond kocht, gezegd: „Als u besluit die grond van de heer Sonneveld te kopen, denk er dan aan dat U niet anders koopt dan vanaf elf meter uit de spoorsloot, want daar komt een straat". Duidelijker kon het niet! Dat Z.Ed.Achtbare, zoals hij thans verklaart, die toezegging niet kon doen, heeft hij dus blijkbaar later pas ingezien; het doet aan het feit niets af. De heer Sonneveld, die toen wethouder was, zal - bij goed geheugen — dit kunnen beamen, want bij het uitmeten van het terrein heb ik hem al dadelijk verklaard dat ik juist van de burgemeester kwam, die mij dat gezegd had. Deze heer Sonneveld nu, wees mij als voorlopige uitweg, het koolaspad aan, door hem over de gedempte spoorsloot gelegd, met de mededeling, dat dit een tijdelijke toestand was, doch dat daar een goede weg zou komen. Dit was dus een officieuse bevestiging van de woorden van de burgemeesters. Met deze dubbele toezegging kon ik dus niet anders dan aannemen, dat de toestand er wel beter, maar niet minder op kon worden. Nu nog dit: Aangezien de heer Sonneveld niet door de Nederlandse Spoorwegen gedwongen is geworden het bestaande pad op te ruimen, doch slechts meer huur moest gaan betalen, is hij dan ook de enige verantwoordelijke persoon, nu, als gevolg van. zijn weigering aan de Spoor om die huur te betalen, het koolaspad, dat hij als uitweg aan zijn kopers had aangewezen, verdwijnen moest. De heer S., voelende, dat er een nieuwe weg komen moest, zei de bewoners van de van hem gekochte percelen aan, dat zij hun pad zouden moeten missen, doch dat hij voor een weg zou zorgen mits de heren maar betalen wilden. Met financiele steun van anderen zou dus een weg gekocht worden, doch de medebetalenden zouden er van de heer S. geen eigendomsrecht op krijgen. Erg vriendelijk, nietwaar? Ik heb de heer S. toen rechtuit gezegd, dat ik daar niet op inging en dat het zijn plicht was voor de weg te zorgen. Toen hij zich echter nog eens ten mijnent vergewist had, dat hij van mij niets te verwachten had, was zijn antwoord: „Als u niet betaalt, dan laat ik de grond door mijn zoon kopen", om aldus onder dwang met bordjes „Verboden toegang. Art.... Wetboek van Strafrecht" tot betaling te nopen. Dit alles, terwijl de gemeenteraad van Pijnacker besliste - u zegt dit terecht — dat, als de heer Sonneveld bouwgrond verkoopt, hij dan ook zelf maar voor een weg moet zorgen. Als dus de Raad aan de heer S. zulk een verplichting oplegt, waarom gaat er dan niet tevens drang van de Raad uit op S. om deze verplichtingen na te komen en aldus de wantoestanden uit de wereld te helpen? De heer S. is voorzitter van het Polderbestuur, waarin de burgemeester de functies van penningmeester en van secretaris vervult [Rotterdamsch Nieuwsblad 9 februari 1924, blz. 5]

En daarop reageert P. Sonneveld als volgt:  

Aangezien de heer Veder in zijn ingezonden schrijven een wegkwestie tracht recht te zetten, waar hij zelf in betrokken is en heel veel belang bij heeft, wil ik het hem niet kwalijk nemen, dat hij te zijnen gunste die wegkwestie aan het publiek naar zijn inzicht voorstelt, doch daardoor noodzaakt de heer Veder mij, om de persoonlijke beschuldigingen, welke Z.Ed. in zijn schrijven richt aan het adres van de burgemeester en mijn persoon, te weerleggen. Noch de burgemeester, noch ik hebben tegen de heer Veder kunnen zeggen: Daar komt een weg of straat voor de door u gekochte grond, omdat, toen in 1920 de heer Veder grond van mij kocht, het uitbreidingsplan, dat nu in behandeling is, toen nog geen teken van leven liet zien. Maar B&W. waren verplicht er zoveel mogelijk voor te zorgen dat, als er in de gemeente gebouwd werd, er geen gebouwen werden geplaatst, die een uitbreidingsplan in de weg zouden staan. Vandaar dan ook, dat B&W die voorzorgsmaatregel hadden genomen om 11 M. uit de spoorsloot vrij te houden voor een eventuele weg, wanneer een uitbreidingsplan in de gemeente werd vastgesteld en tot stand kwam (thans nog niet vastge steld). Om verdere onjuistheden in het betoog van de heer Veder aan te tonen kan ik meedelen, dat wanneer de Z. H. E. S. M. mij voor het vergunningsrecht voor dat pad een billijke huur gevraagd had, ik dat zeker had aangenomen, en ik geen moeite had gedaan om een weg te kopen, die mij met inbegrip van arbeidsloon en materiaal ƒ 13.000 moest kosten, waarvoor ik van de vijf bewoners, welke van die weg konden gebruik maken, een bijbetaling van slechts 50 cent per meter gekochte grond wilde hebben. Alle bewoners daar ter plaatse gingen daar onmiddellijk mee akkoord, alleen de heer Veder niet, die had voor die uitweg niets over en dit is oorzaak geworden dat ik de grond voor de nieuw aan te leggen weg niet kocht; nu kan ik door tuingrond en groene weide ongeveer 600 meter ver baden om op de openbare weg te komen. Het schijnt mij toe dat de heer Veder het op hoge prijs stelt een landweg bij zijn landhuis te gebruiken [Rotterdamsch Nieuwsblad 14 februari 1924, blz. 9] 

De heer Veder reageert dan weer op hetgeen Sonneveld te berde heeft gebracht: 

Mag ik nog even in uw geëerd blad op het artikel onder opschrift „Buiten wonen" terugkomen'? De heer Sonneveld moge trachten te weerleggen wat ik meedeelde over de toezeggingen door de burgemeester van Pijnacker en door hemzelf, wethouder, over een weg gedaan, door aan te voeren dat uitbreidingsplannen toen nog geen tekenen van leven lieten zien; de grote fout zat 'm juist daarin dat zij, nu erkennende, dat zij die toezeggingen niet konden of mochten doen. deze in 1920 in werkelijkheid wèl gedaan hebben. Daar baseert een mens, die in goed vertrouwen een stuk grond van een wethouder van een gemeente koopt, zich wel degelijk op, en hij verwacht niet dat door diezelfde persoon getracht zal worden later alles te ontkennen. De heer Sonneveld geeft in zijn artikel toe dat hij, na jaren geleden bouwgrond aan mij verkocht te hebben, achteraf om 50 cent per vierkante meter komt vragen, alleen omdat hijzelf in gebreke blijft aan de Spoorwegmaatschappij te betalen de huursom van het pad, dat hij mij per notariele acte ais uitweg heeft aangewezen. De andere bewoners daar ter plaatse hebben van de heer Sonneveld geen grond gekocht, doch kochten een huis dat een bouwer daar gezet had, en waren zodoende aan de heer Sonneveld min of meer overgeleverd, tenzij ook zij bewijzen kunnen, dat het koolaspad over de spoorsloot hun als uitgangsweg uitdrukkelijk was toegewezen. Hoe het ook zij, hier had een gemeentelijke oplossing dienen plaats te vinden, want het is voor iemand als de heer Sonneveld ook niet prettig ƒ 13.000 uit zijn zak te moeten betalen. Als hij echter dit bedrag verkiest uit te geven in plaats van een huursom aan de Spoor, is dat zijn zaak. 

(Sluiting van dit debat. — Red.) [Rotterdamsch Nieuwsblad 15 februari 1924, blz. 5] 

Op 28 februari 1924 wordt gemeld dat de bewoners van de Westlaan hebben besloten een adres aan de gemeenteraad te richten met verzoek die weg te doen verbeteren [Delftsche Courant 28 februari 1924, blz. 2].

Op 16 mei 1924 melden B&W van Pijnacker dat het plan van uitbreiding, vastgesteld in de raadsvergadering van 3 mei 1924, met kaarten en grondtekeningen op de gemeentesecretarie ter inzage is gelegd van 14 mei 1924 tot en met 27 mei 1924 [Delftsche Courant 16 mei 1924, blz. 3]

Op 31 mei 1924 behandelt de raad het verzoek van N. Struyk e. a. om bijdrage in het onderhoud van de Dwarskade. Besloten wordt voor eens een bijdrage te geven van ƒ 100. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]. Voorts wordt besloten een geldlening aan te gaan van f 18.000, ter bestrijding van de kosten van aankoop en verbetering van de Klapwijkseweg, uitbreiding van het electrisch net op de Westlaan en Vlielandseweg, vernieuwing van het transformatorstation, straatwerken op Delfgauw en rioleringswerken [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]

De gemeenteraad vergaderde op 3 december 1924. De voorzitter deelt nog mede, dat Gedeputeerde Staten hebben toegezegd 90% gedeelte bij te dragen in de kosten van vernieuwing van de straatweg nabij Delfgauw,  indien de weg naar de provincie overgaat, dat het bestek echter nog niet is goedgekeurd door dat college, maar dat dit waarschijnlijk spoedig is te wachten, waarna met de vernieuwing kan worden begonnen [Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 6]. 

Burgemeester en Wethouders van Pijnacker zullen aanbesteden op maandag 29 december 1924 om 10.30 uur op het Raadhuis aldaar. Het maken van 1000 meter straatwerk met betonbanden en 4 stuks ijzeren straatkolken, te Delfgauw, gemeente Pijnacker. Benodigde steen wordt geleverd door de gemeente, franco Delft. Bestek à f l verkrijgbaar bij de gemeente-opzichter. Aanwijzing op zaterdag 27 december 1924 om 10 uur op het werk [Delftsche Courant 17 december 1924, blz. 4]. Er zijn geen inschrijvers uit Pijnacker [Delftsche Courant 31 december 1924, blz. 2]

koop en verkoop

Op 30 januari 1924 zal ten huize van J.C. van der Kooij aan de Zuideindseweg te Delfgauw een openbare verkoping van enkele meubilaire goederen plaatsvinden [Delftsche Courant 28 januari 1924, blz. 4]. 

Op 22 februari 1924 worden te koop aangeboden witte leghorns, Hamb. Goudpel. en blauwe Andelusius. Alle prachtdieren. Eerste en tweede leg en waarvan bekroond op tentoonstelling. van Vliet, Westlaan. Pijnacker [Rotterdamsch. Nieuwsblad 22 februari 1924, blz. 8]

BOELHUIS — om contant geld — op woensdag 23 april 1924, om 10.00 uur, ten huize van den heer G. J. Tetteroo, aan de Noordweg 19 te Pijnacker, ten overstaan van de notaris H. P. Bok uit Delft, van: vier koeien, een aftandse hit (mak bij de weg), voorts een melkwagen, een boerenwagen, een driewielde kar, een lattenkar, een handwagen, een ploeg, kaasvaten, melkkoelders, een kaarn, kaastobben, melkemmers, twee tuigen, circa 2500 kilo best gewonnen hooi, 35 kippen en een haan en hetgeen meer ten verkoop zal worden aangeboden. Te bezichtigen een uur voor de aanvang van de verkoping [Delftsche Courant 19 april 1924, blz. 8] 

Op vrijdag 15 augustus 1924 om 10.00 uur wordt in Delfgauw een openbare houtverkoping gehouden [Delftsche Courant 13 augustus 1924, blz. 4]

Op 11 september 1924 zijn te koop 11 kippen broed 1923 en 7 broed 1924 (witte leghorn), 20 meter ren en 2 nachthokken. Zuidweg 91-7 in Pijnacker, 's avonds na 6.30 uur. [Delftsche Courant 11 september 1924, blz. 4]

Op 27 september 1924 heeft Jan Neeleman te koop twee kiepkarren, twee draaischijven, een wissel, een zware trap van 6 meter lang [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 3]

Op 15 november 1924 zijn te koop prima vette slachtkippen, à f 1.75, f 2,- en f 2.25. Franco thuis bezorgd. F. de Vries, Pijnacker. 

Op 24 december 1924 hebben de Gebroeders Sonneveld een Westlander van 12 ton te koop [Delftsche Courant 24 december 1924, blz. 3] 

landbouw en tuinbouw

De omzet van de veiling is in 1923 f 700.000

Op 25 maart 1924 wordt gemeld: Nu er door het milde weer enig leven in de tuinbouw komt zullen de veilingen van de coöperatieve groentenveilingvereniging "Pijnacker en omstreken "deze week weer beginnen en voorlopig op dinsdag en vrijdag [Delftsche Courant 25 maart  1924, blz. 2]

De deurwaarders Verbeek en Abbink zullen op donderdag 26 juni 1924, om 11.00 uur, in de nieuwe zaal van de weduwe Koot aan de Broerhuissteeg te Delft, publiek verkopen : ongeveer 3,78 hectare te veld staand grasgewas (in 2 percelen), gelegen aan de Dwarskade onder Pijnacker nabij Delft, grenzende aan het eigendom van de heer Struijk, benevens het etgroen [Delftsche Courant 21 juni 1924, blz.  4]

Op 4 juli 1924 is G. Weerheim uit Pijnacker mede-ondertekenaar van een adres waarin een vurig pleidooi wordt gehouden voor het uitbreiden van de cultuurgrond in Nederland. Er zijn te weinig boerderijen en de landbouw is de kurk waarop de economie drijft. Duizenden zoeken naar een boerderij. Domeingronden zouden vaker ter beschikking van de boerenstand moeten komen; de Groningse en Friese Wadden zouden ingepolderd kunnen worden en het indijken van de Zuiderzee zal 200.000 hectare goede cultuurgrond kunnen opleveren. Tenslotte wordt gedacht aan intensivering en vergroting van het aantal boerderijen door het opknippen van grond in kleinere percelen. Niet percelen van 20-40 hectare. maar ook van 5-15 hectare [Algemeen Handelsblad 16 juli 1924, blz. 10]

In de op zaterdag 13 september 1924 gehouden alg. ledenvergadering der coöp. land- en tuinbouwvereniging ,,Ons Doel" was aan de orde de rekening en vrantwoording over het algelopen boekjaar, waaruit bleek, dat de omzet ruim f 55000 meer had bedragen dan in het vorige jaar en nu bedroeg ruim f 245000; de winst is ƒ8700. Besloten werd de winst geheel te bestemmen voor afschrijving. In dit jaar werd ruim twee millioen kilo verkocht. De administratie en het geldelijk beheer werden in orde bevonden. Als bestuurslid werd herkozen de heer P. Sonneveld Jr. en als commissaris de heer W. Hazeu Sr., als commissaris werd gekozen de heer J. Mast. Alle benoemden namen de functie aan. Vervolgens hadden besprekingen plaats over reeds gekocht en nog te kopen veevoeder. In beginsel werd besloten een vrachtauto aan te schaffen. Na rondvraag sloot de voorzitter de vergadering [Delftsche Courant 15 september 1924, blz. 3]

Een journalist doet op 27 september 1924 verslag van een bezoek aan de veiling bij Den Hoorn: "Aan het einde van de loods bezochten wij de inmakerij. Daar worden allerlei tuinbouwproducten ingemaakt o.a. bloemkool voor Engeland en Amerika. Dit gebeurt met behulp van uitstekend pompwater. Dat is niet meer dan vanzelfsprekend zal men zeggen, doch in het vermaarde Pijnacker maakte men deze zomer nog vlijtig in slootwater de bloemkool in." [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat door de coöperatieve land- en tuinbouwvereniging „Ons Doel" een Ford vrachtauto is aangekocht. Deze wagen is geleverd door de vertegenwoordiger van de Ford automobielen te Delft, de heer Habekotté [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3].

Woensdagavond 19 oktober 1924 werd in Pijnacker een vergadering gehouden in het café „Rust wat", om te komen tot de oprichting van een afdeling van de Ned. Chr. Landarbeidersbond. Als spreker trad op de heer L. van Vliet met het onderwerp: „Wat moeten de tuinarbeiders doen?" Spreker stelde de noodzakelijkheid tot organiseren in het licht, waardoor ook door de arbeider macht kon worden ontwikkeld. Tevens gaf hij aan, hoe die macht moet worden uitgeoefend. De vergadering werd door de spreker met dankgebed gesloten. Daarna gaven zich 29 arbeiders op als lid [Delftsche Courant 31 oktober 1924, blz  2]. 

Op 20 november 1924 wordt gemeld dat in Pijnacker bij Delft feestelijk is herdacht, dat de groentenveiling in het seizoen 1924 voor niet minder dan ƒ 700.000 heeft omgezet [De Tijd 20 november 1924, blz. 7]

De gemeenteraad vergaderde op 3 december 1924. Aan de orde is een verzoek van de land-en tuinbouwbond om subsidie. Aan de vereniging wordt een subsidie toegekend van f 75 voor een te houden landbouwcursus [Delftsche Courant 5 december 1924, blz. 6]

leger

Op vrijdag 22 februari 1924 wordt in de NH Kerk te Pijnacker een kerkavond gehouden ten bate van het Chr. Tehuis voor Militairen, waar de heer J. Groenendijk, huisvader van het tehuis, zal spreken over: „Het graf van de onbekende soldaat.'' Voorts wordt medewerking verleend door de Chr. gemengde zangvereniging „Halleluja", mej. Heemskerk uit Rozendaal (zang) en orgelbespeling door hoofdonderwijzer J. H. Blok. Allen, zoowel spreker als medewerkers, geven zioh belangeloos voor dit doel. De aanvang is vastgesteld op 19.00 uur precies [Delftsche Courant 16 februari 1924, blz. 7-8; Delftsche Courant 25 februari 1924, blz. 3]

maatschappelijke hulpverlening

Maandagavond 18 februari 1924 had in de grote zaal van het bondscafé van de heer G. C. van Sohie aan de Oostlaan de algemene ledenvergadering plaats van de werkliedenvereniging. „Eigen Hulp" die bedoelt uitkering aan de leden te verschaffen bij ziekte of ongeval tegen een geringe wekelijkse contributie. De voorzitter kon in zijn openingswoord van de bloeienden toestand van de vereniging gewagen, die thans 250 leden telt. Hij herdacht het grote verlies, dat „Eigen Hulp" heeft geleden door het overlijden van de heer G. van Beurden die van de oprichting af als bestuurslid met grote ijver voor de belangen van de vereniging was werkzaam geweest. Uit de rekening en verantwoording over het boekjaar 1923 bleek, dat do ontvangsten hebben bedragen f3.757,05 en de uitgevan f1.110,03, zodat er een kassaldo is van f 2.647, ruim f 200 meer dan aan het einde van 1922. Namens de commissie, uit de leden gekozen tot het nazien van deze rekening, verklaarde de heer R. Klos, dat zij in de beste orde bevonden was. Onder dankzegging werd daarop de penningmeestergedéchargeerd De aftredende bestuursleden de heren W. Stoorvogel, Th. C. Tetteroo en G. de Wilde, werden met nagenoeg algemene stemmen herkozen, terwijl in de plaats van het overleden lid G. van Beurden, diens zoon P. van Beurden, werd benoemd. Na afloop dezer werkzaamheden bleven de zeer talrijk opgekomen leden met hun vrouwen of meisjes nog lange tijd bijeen om te genieten van de mooie voordrachten, begeleid door p.ano en viool, van het gunstig bekende toneelgezelschap „de Rederijkers" van Delfgauw, welke voordrachten en vooral het aardige toneelstukje „Rooie Sander" zeer in de smaak vielen. Aan het eind gekomen bracht de voorzitter warme dank aan het Delfgauwse gezelschap voor hun schoon spel en riep hun, zeker namens alle aanwezigen, een welgemeend „tot weerziens" toe. De vergadering, die eerst tegen twaalf uur eindigde, was zeer goed geslaagd en alles liep in de beste orde af [Delftsche Courant 20 februari 1924, blz. 2]

Op 4 maart 1924 wordt gemeld dat de 34 arme Hongaarse kinderen van Protestantse ouders, die alhier bij verschillende ingezetenen gedurende drie maanden zullen gehuisvest worden, komen a.s. woensdag 5 maart 1924 met het electrisch spoor van 16.23 uur aan en worden door onze hervormde predikant, ds. C. A. de Bruin, van het station te Utrecht afgehaald. De pleegouders uit de kom der gemeente worden verzocht de kinderen hier aan het station te ontmoeten, terwijl ze voor de bewoners van de meer afgelegen buurten, Oude Leede, Delfgauw en Katwijk per auto zullen gebracht worden [Delftsche Courant 4 maart 1924., blz. 6]. Op 10 juni 1924 wordt gemeld dat aan de pleegouders, die hier in maart Hongaarse kinderen tijdelijk hebben opgenomen, is medegedeeld, dat er in juli a.s. een transport naar Hongarije terugkeert. Zij, die hun pupillen tegen die tijd wensen te laten vertrekken, hebben zich in de loop van deze week aan te melden bij de hervormde predikant ds. C. A. de Bruin [Delftsche Courant 10 juni 1924, blz. 2]. Zaterdag 12 juli 1924 vertrekken dertien van de vier en dertig Hongaarse kinderen, die hier vanaf half maart in verschillende huisgezinnen zijn opgenomen, onder geleide van onze hervormde predikant, ds. C. A. de Bruin, per auto naar Zoetermeer. Vandaar gaan ze naar Utrecht, als verzamelplaats voor de jeugdige Hongaren, die met een transport naar hun geboorteland teruggaan [Delftsche Courant 15 juli 1924, blz. 3]

Op 22 april 1924 wordt gemeld dat uit de rekening van de diaconie der Ned. Hervormde gemeente, over het afgelopen jaar blijkt, dat de zuivere ontvangsten bedroegen: aan renten f 3221,64, aan collecten f 1726,25 en aan giften f 12, totaal f 4959,89, De zuivere uitgaven beliepen: aan bedeling f 2585.50, aan huishuur ƒ 208, aan bedeling op oudejaarsavond f 275,30: aan extra giften f 195,25, aan diverse betalingen f 629, 87 wat met het batig saldo van f 1065,97 eveneens een totaal geeft van f 4959.89 [Delftsche Courant 22 april 1924, blz. 6]

Op 20 augustus 1924 wordt gemeld dat op uitnodiging van de heer A. D. Visser, lid van het hoofdcomité van Zeeuwen in Delft, die een collecte willen houden voor de nagelaten betrekkingen van de bij de ramp van 18 juli 1924 omgekomen vissers uit Viissingen en Arnemuiden, is hier een subcommissie gevormd met hetzelfde doel, die bestaat uit de volgende Zeeuwen, de heren: E. W. Geul, C. H. N. de Nooijer, A. W. Swart, L. van Dijke en J. L. Toussaint. Zij zullen in de verschillende wijken van de gemeente lijsten bij de ingezetenen aanbieden om giften voor het goede doel in te zamelen. Het plan bestaat ook om in Nootdorp te komen tot het oprichten van een dergelijke subcommissie en zich daartoe in verbinding te stellen met een Zeeuw, de heer L. Casteleijn„ hoofd der openbare school in Nootdorp [Delftsche Courant 20 augustus 1924, blz. 6].

Op dinsdagavond 23 september 1924 is een buitengewone vergadering gehouden van de werkliedenvereniging „Eigen Hulp" in het café van van Schie. In de eerste plaats werd besproken het feit, dat op 1 juli 1924 de vereniging 25 jaar heeft bestaan en unaniem verklaarde men zich voor een feestelijke herdenking. In de tweede helft van november 1924 zal het feest plaats hebben, waarvan de regeling aan het bestuur wordt overgelaten. Het tweede punt, een voorstel van enige leden om de contributie te verhogen tot f 0.20 en de uitkering tot f 13 per week, lokte heel wat discussies uit. Bij stemming bleek, dat de grote meerderheid zich verklaarde voor bestendiging van de tegenwoordige toestand, n.1. f 0,10 contributie en een uitkering van ƒ 6 per week. Hierna werd de vergadering gesloten [Delftsche Courant 25 september 1924, blz. 3]

Maandagavond 17 november 1924 had in het bondscafé van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan de feestviering van het 25-jarig bestaan plaats van de werkliedenvereniging ,,Eigen Hulp", die uitkering doet bij ziekte of ongeval tegen een geringe wekelijkse contributie. De zaal was versierd met bloemen en planten en de opkomst bijzonder groot. De voorzitter opende de vergadering met een woord van welkom tot de aanwezigen en hield daarop een feestrede, waarin hij duidelijk aantoonde, dat er alle reden bestond om het zilveren jubileum der vereniging feestelijk te herdenken. Hij gaf daarbij in korte trekken de geschiedenis van de grote ontwikkeling van „Eigen Hulp" aan en wekte de leden op in eigen kring zoveel mogelijk nieuwe deelnemers te werven. De voorzitter sprak nu enige welkomstwoorden tot de genodigden, waaronder de beide doktoren hier ter plaatse en het oudbestuurslid, de heer ]. Heesterman van Rijswijk. Hij deelde mede, dat van de zeven oprichters nog drie in leven zijn, die al die 25 jaren in het bestuur hebben gezeten en nog steeds met ere de bestuurstaak vervullen. Daarop las de secretaris de notulen voor van de eerste algemene ledenvergadering om het verschil aan te tonen tussen het heden en het verleden, terwijl de penningmeester een overzicht gaf van de financiële toestand van de vereniging gedurende het 25-jarig bestaan. Hij kan meedelen, dat op dit ogenblik een som van circa ƒ 2600 in kas is. Eén van de leden sprak een aardig gedicht uit, betrekking hebbende op de vereniging en haar bestuur. Verder werd de avond gevuld door keurige komische voordrachten van drie humoristen uit Rotterdam, waarbij vooral het muzikale gedeelte, het pianospel en de zang, van veel talent getuigde. Aan het eind van de bijeenkomst dankte de voorzitter de Rotterdamse gasten voor het geschonken genot en de vergaderden voor de uiterst ordelijke wijze, waarop feestgevierd was, terwijl hïj de wens uitsprak, dat de aanstaande Ziektewet het voortbestaan van de zo zuinig beheerde particuliere ziekenkassen niet in de weg zou staan. De dames Vroomans, die geheel onverplicht de ziektebriefjes afgeven, werden door het bestuur tot ereleden van de vereniging benoemd. Eén van de leden, de heer T. van der Elst, bracht uit naam van de vergaderden, een welgepast woord van dank aan het bestuur voor zijn jarenlange, belangeloze bemoeïingen [Delftsche Courant 19 november 1924, blz. 2]. 

misdaad

Op 2 januari 1924 wordt bericht dat H.S. uit Pijnacker is veroordeeld tot een boete van 3 x f 1  subs 3 x 1 dag met verbeurdverklaring van de in beslag genomen gewichten wegens overtreding van de IJkwet. Voorts A.J. G. uit Pijnacker tot een boete van f 2,50 subs 2 dg wegens het in Delft met een voertuig de Oostpoortbrug anders dan stapvoets berijden. En tenslotte Th. H. van der V. uit Pijnacker tot eenzelfde boete wegens het te Delft met een voertuig de Dirklangestraat van verboden zijde berijden [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 5]

Op 9 januari 1924 veroordeelt de kantonrechter  Th.A.A. uit Pijnacker tot een boete van f 2,50 subs 2 dg  wegens het in Pijnacker met een voertuig een weg halfslag berijden [Delftsche Courant 21 januari 1924, blz. 6]

Op 31 januari 1924 wordt gemeld dat de kantonrechter te Den Haag de Pijnackerse melkveehouder C.N. heeft veroordeeld tot f 20 boete subs 10 dg wegens het doen afleveren van bussen melk aan een melkinrichting in Den Haag, terwijl die melk zeer grote hoeveelheden vuil bevatte.  Beklaagde erkent de melk te hebben geleverd, welke door een melkrijder naar de inrichting was vervoerd. Gedurende 40 jaar levert hij melk af, en thans was het de eerste maal, dat gezegd werd dat er vuil in was. Hoe dit er in gekomen moet zijn weet hij niet, want ze was gefiltreerd met dezelfde filter, die hij ook nu nog gebruikt en die goed werkt. Door de keurmeester de L. was bevonden, dat er koeharen en koefaeces in de melk aanwezig waren. Wanneer beklaagde beweert, dat die melk gefiltreerd was, dan deugde zijn filter niet. Beklaagde moet, vóór hij gaat melken. de uiers goed schoonmaken [Haagsche Courant 31 januari 1924, blz. 7] 

Op 3 februari 1924 wordt gemeld dat enkele dagen geleden in Pijnacker een partij gezouten bonen werd opgegraven, waarmee de coöp. verduurzaaminrichting De Kroon na afloop van de oorlog was blijven zitten en waarmee men destijds geen raad wist. Deze rommel wilde men nu naar Duitsland uitvoeren. Onze keuringsdienst, waarbij Pijnacker is aangesloten, kwam er gelukkig achter en heeft het vieze goedje vernietigd [Het Vaderland 3 februari 1924, blz. 1]

Er verschijnt daarna meer informatie

Dicht bij Delft ligt de gemeente Pijnacker, waar de tuinbouw één van de belangrijkste takken van bedrijf uitmaakt. Geruchten waren tot ons doorgedrongen, luidende, dat getracht werd in den grond gestopte en voor consumptie ongeschikte bonen, opnieuw in de handel te brengen en zo mogelijk naar Duitsland uit te voeren. Maandagmorgen hebben wij in Pijnacker een uitgebreid onderzoek naar een en ander ingesteld. Door de fabriek „de Kroon" werd in de mobilisatiedagen begonnen met het inleggen van pronksnijbonen e.d. In november 1918 is de uitvoer van die artikelen verboden. De Coöperatieve fabriek, waarbij ongeveer 50 tuinbouwers uit Pijnacker e. o. waren geïnterresseerd. had tot voornaamste leiders de heren J. B. Kromkamp, C. M. Roodenburg, P. Bregman, ....Termoshuizen en P. Zonneveld, allemaal te Pijnacker woonachtig en van christelijke beginselen. Ongeveer 2000 vaten met pronksnijbonen, alsmede voorraden rode kool en komkommers vonden geen afzetgebied en werden, onder ambtelijk toezicht, in 1921 vernietigd en begraven. We hebben ter plaatse een onderzoek ingesteld en geconstateerd, dat over een oppervlakte van 20 bij 25 meter deze tuinbouwproducten inderdaad waren begraven.  Inwoners van Pijnacker verklaarden ons, dat de grond in 1921 daarvoor 1 à 1,5 meter werd afgegraven en daarna de vaten in de kuilen werden geledigd. Niet alleen de verduurzaamde groenten, doch ook de ijzeren banden van de vaten verdwenen in de grond. Daarna werd alles met één of twee spit grond weer afgedekt. Drie jaar heeft de inhoud van 2000 vaten levensmiddelen zo gelegen en stond de fabriek, — die wij meteen eens bekeken hebben — ongebruikt. Zaterdag voor een week zijn losse werklieden, die ook wel bij de Gemeente werkten, de begraven rommel, die voor veevoeder ongeschikt was, gaan „opgraven". Ons was meegedeeld, dat deze opgegraven rommel in de fabriek werd gereden, daar gewassen en in een schuit geladen om, naar men vermoedde, naar Leiden te worden vervoerd. Vandaar zou het na. een bewerking zo mogelijk voor de consumptie naar Duitsland worden verkocht. Men had ons verzekerd, dat er aan de fabriek een auto met zakken zout was aangekomen, om de bonen nadat ze gewassen waren, opnieuw te zouten.  In de onmiddellijke nabijheid van het station Pijnacker, waar de electrische tram van Rotterdam naar Den Haag vele malen daags passeert, staat het fabriekje. Het wordt begrensd door de haven en de spoorweg. Vanuit de Stationsstraat komt men door een kleine zijstraat op een weiland. Bij de fabriek is een deel van dat weiland, groot 20 à 25 meter, overdekt met boontjes en rode kool. Dat is „de begraafplaats" van de in 1921 ter aarde bestelde levensmiddelen. Hoe dat ging behoeft dus geen toelichting. In de fabriek „De Kroon" staan 6 grote betonnen kuipen.  In twee van die kuipen hebben de werklieden flinke hopen opgegraven boontjes gestort, om die opnieuw te wassen. Een stapel met aangevoerde zakken ruw zout stond in een aangrenzend lokaal. Het is bij de aanvang van deze werkzaamheden geweest, dat de Haagse keuringsambtenaren er een stokje voor gestoken hebben.  Om ons behoorlijk op de hoogte te stellen, hebben wij ons gewend tot de heer Bregman B 63, die over het spoor een aanzienlijk tuinbouwbedrijf exploiteert. Nadat wij het doel van ons bezoek hadden uiteengezet, bleek de heer Bregman gaarne bereid ons inlichtingen te verschaffen. Is het juist, zo vroegen wij de heer Bregman, dat de bedoeling voorzat de begraven bonen weer voor consumptie geschikt te maken? Wie was - zo vroegen wij verder - de koper? De heer La Blans uit Leiden, Haven 22, aldaar, aldus de heer Bregman, had zich tot ons gewend. De heer La Blans wilde zien in hoeverre de partij geschikt was om die eventueel naar Duitsland uit te voeren. Hoe vindt u zelf die boontjes, vroegen wij. De bonen zijn niet slecht, antwoordde de heer Bregman; de heer De Hoog, expediteur van groenten te Pijnacker, heeft ze zelf gegeten en vond ze niet bepaald slecht. Het lijkt ons toch minder geschikt voor menselijk voedsel, repliceerden wij. Voor een hongerige maag, aldus de heer Brugman, zijn de bonen goed om te eten. Vergeet U vooral niet om juist in Uw blad te doen uitkomen, dat een eerste klas handelaar gevraagd heeft de bonen te laten opgraven, voegde de heer Bregman er aan toe. Zijn er dan opgegraven bonen vervoerd, vroegen wij. Ja, antwoordde de heer Bregman. Ze werden in putten gegooid en gewassen in de fabriek. Vandaar zijn ze naar een éérste klas zouterij vervoerd, waarvan we de eigenaar liever niet noemen, doch die 300 zouterijen in het land heeft. Komen die boontjes weer in de handel, vroegen, wij. Neen, daarvan is geen sprake, zei de heer Bregman. De ambtenaren hebben ze afgekeurd, met petroleum overgoten en vernietigd. Zijn die ambtenaren van de keuringsdienst ook hier, bij U thuis geweest? Ja. Ze hebben zich brutaal opgesteld, vergezeld van 2 agenten hebben de ambtenaren in opgewonden toestand mij aangesproken „over de boontjes", waarover ik bij de burgemeester nog mijn beklag denk te doen. Weet U niet,  vroeg de heer Bregman, dat dezer dagen ook uit Hoogezand bonen uit de oorlogstijd zijn uitgevoerd die nog f 25—f 40 per vat hebben opgebracht? Ons was dit niet bekend. Wij vroegen evenwel de heer Bregman wat de indruk was van de heren die nu „de Kroon" zo over de straat zagen rollen. Het Is een zeer ongezellige zaak, zei de heer Bregman. Een inmiddels gearriveerde buurman. beaamde dit en zeide dat „De Kroon" een grote lijdensgeschiedenis heeft. De fabriek „De Kroon", vertelde de heer Bregman ons, is altijd een strop geweest voor de tuinders uit deze gemeente. Het artikel dat ingelegd werd-, was niet voor Nederlands verbruik bestemd, doch voor Duitse soldaten in de loopgraven. De regering besliste in 1918 dat het artikel in het land moest blijven. De voorraad kon niet van de hand worden gedaan en de regeringspersonen hebben ons toen aangeraden de 2000 vaten met pronkbonen te vernietigen. Deze raad werd ons gegeven door de heer van Sprangen, president-directeur van het Rijksbureau voor groenten en fruit. Natuurlijk, zo vervolgde de heer Bregman, leed de onderneming „De Kroon", feitelijk een coöperatie, grote verliezen. Kreeg de combinatie vergoeding van het Rijk voor de schade? vroegen wij. De minstvermogenden kregen de tekorten op hun bedrijf vergoed uit de kas van het Koninklijk Nationaal Steuncomité. De gewone bedrijven kregen regeringskredieten, op voorwaarde, dat als het bedrijf winst maakte, rente betaald moest worden en de kredieten terugbetaald. Die kredieten zijn voor de duur van 3 jaar verstrekt; de termijn is nog niet afgelopen: Van de f 180.000 die de regering beschikbaar stelde is f 20.000 geschonken aan de kleine tuinbouwers die door  de  de „De Kroon"-onderneming ten zeerste waren gedupeerd. Er werkten in de bonencampagne 30 vrouwen en 10 mannen in „De Kroon" doch er is nooit iets van betekenis verkocht; de hele zaak is een strop geweest voor de tuinbouwers uit Pijnacker, verzekerde de mededeelzame heer Bregman ons. 

Ziehier nu eens een staaltje van de veelgeprezen „resultaten" van het particulier initiatief. Een stinkende massa bonen, die in de buurt een ongekende stank verspreidde, werd bijna opnieuw het Duitse volk in de maag gestopt door winsthongerige zakenlui, die hun vee nog niet zullen voeden met zulke zwijnerij. De ambtenaren, die flink deze zaak hebben aangesneden en het afgekeurde en stinkende product van de christelijke tuinders met petroleum deden overgieten, handelden correct. Zij verdienen hulde. Opnieuw bewijst deze zaak, dat aan de winsthonger de „christelijke" beginselen worden opgeofferd en onder kapitalistisch regiem niet de gelijke bevrediging van de behoeften doel is, doch uitsluitend het winstmaken, hét leidende motief van velen is [Voorwaarts 5 februari 1924, blz. 2]. 

Op 4 februari 1924 reageert dan een krantelezer die kopt met de titel "Zelf laten opeten" en ondertekent met de naam Zonneheld als volgt: 

"Onlangs trof mij de zeer juiste uitspraak van een Amerikaanse rechter, die aan een neger, die een automaat met kauwgom gevuld onrechtmatig geopend had om zich met de inhoud te verrijken de straf oplegde, alle stukjes tot het laatste toe op  te kauwen. Nu het Nieuwsblad van 4 februari one bericht geeft, dat er in Pijnacker mensen zijn, die zich niet schamen groenten op te graven, die jarenlang onverpakt onder de grond lagen, teneinde deze door hun medemensen, voor goed geld, te laten opeten en aldus onze naam op buitenlandsclie markten te bederven, moest hetzelfde als op die neger toegepast kunnen worden: „zelf opkauwen tot op het laatste gram" [Rotterdamsch Nieuwsblad 6 februari 1924, blz. 5] 

De tekst is ondertekend door Zonneheld. En dan voelt ene Jan Sonneveld Lzn zich geroepen in de krant te verklaren dat aan de ondertekening Zonneheld onder het Ingezonden Stuk niet de gedachte mag worden verbonden aan de naam Sonneveld, die veel in de buurt van Pijnacker voorkomt. Hij had liever gezien dat, om verwarring te voorkomen, een ander pseudoniem was gekozen  [Rotterdamsch Nieuwsblad 8 februari 1924, blz. 10]

Op 9 februari 1924 krijg de affaire opnieuw ruime aandacht; De bonenkwestie blijkt slechts een gedeelte van een omvangrijke sjacherpartij te zijn met oude en bedorven, in elk geval voor consumptie ongeschikte pronksnijbonen. De heren speculanten die in de oorlogsjaren het volk voldoende levensmiddelen onthielden, door het opjagen van de prijzen aan de veilingen en het opslaan van ontzaglijke hoeveelheden ingelegde groenten, worden thans in dat bedrijf gevolgd door heren, die er niet vies van zijn bijna waardeloze zwijnerij opnieuw voor goed geld onder het volk te brengen. Gaf ons overzicht van de opgegraven snijbonen aan, dat winsthongerige lui getracht hebben om de stinkende "Kroon"-produkten het hongerige Duitse volk in de maag te stoppen, wij zouden geenszins durven beweren dat niet hetzelfde getracht is in Nederland te doen. In Delft bijvoorbeeld is bij een groentenhandelaar een flinke partij, 20 à 25 vaten van een veel grotere voorraad snijbonen aangeland waaromtrent wij in het vervolg van dit artikel een uitgebreid verslag doen voigen. De firma Blad & Prins is één van de grootste ondernemingen uit ons land die in de oorlogstijd tuinbouwartikelen opkocht, opsloeg en "prijsregelend" optrad. Kwamen aan de veilingen partijen groenten, dan waren de commissionairs van Blad & Pnns steeds bij de hand de prijzen der in de oorlogsjaren zo begeerde levensmiddelen op te jagen, zodanig, dat het voor kleinhandelaars bijna onmogelijk was, het product machtig te worden voor prijzen, die de consumenten konden betalen. Schreeuwend duur waren de groenten; voor de arbeidersvrouwen bijna niet te krijgen. De grootsjacheraars stapelden voorraad op voorraad, wachtende op uitvoervergunningen. di« aanvankelijk werden gegeven, doch in het laatst der mobilisatie uitbleven. ,De Kroon" bleef met 2000 vaten pronksnijbonen zitten. De firma Blad & Prins met 6000 vaten van 400 à 500 pond inhoud. Iedereen begrijpt dat deze laatste partij in de mobilisatiejaren ingelegd, in 1918-1919 voor onze levensmiddelenvoorziening grote betekenis kon hebben gehad, want de hoeveelheid bedroeg minstens 2,5 miljoen pond.  De firma Blad & Prins kon, evenals "De Kroon", deze vaten niet meer van de hand doen tegen de door haar gewenste , zo hoog mogelijke prijs. Steeds bleef de ontzaglijke voorraad liggen in Pijnacker op het terrein, gelegen tussen Oostlaan en Stationsstraat, met een nauwe gang grenzende aan de dorpsstraat. Tenslotte werd de voorraad van de hand gedaan aan de heer S. Bodegraven te Nieuwkoop (Z-H). Eén dezer dagen vernamen wij, dat een partij van deze bonen was verkocht door een zekere van K., uit Pijnacker aan een groentenhandelaar in Delft. Toen ons gistermiddag daaromtrent meer positieve gegevens bereikten, o.a. dat getracht was door bedoelde handelaar bij een groentehandelaar een vat snijbonen te plaatsen en dat een ander voor f 32 een vat had gekocht, hebben wij ons weer naar Pijnacker begeven en opnieuw ons georiënteerd op dit terrein van gevaren voor het aanzien van de bona fide groentenhandelaren, dit terrein van waaruit. de volksgezondheid voortdurend wordt bedreigd. Tot onze voldoening is ons nu ook gebieken, dat de gemeentepolitie te Pijnacker deze zaakjes behoorlijk aan het rollen heeft gebracht, waarvoor wij haar warme hulde brengen. Gelukkig, dat zelfs in zulke kleine dorpjes deze ambtenaren hun plicht doen, alle knoeierij en domperij ten spijt! Thuisgekomen hebben we onmiddellijk de heer Bodegraven intercommunaal opgebeld. Wij maakten ons bekend en vroegen hem het volgende: 

Heeft u indertijd de in Pijnacker opgeslagen bonen van de firma Blad & Prins gekocht? Hoe groot was die voorraad en hoeveel bedroeg de inhoud van elk vat? „Ik heb", aldus de heer Bodegraven, „de hele partij gekocht, n.l. 6000 vaten, elk van 400 a 450 pond."                                                           Waren deze bonen niet meer voor consumptie geschikt, toen de oorlogsjaren pas achter de rug waren ?.  "Dat geloof ik wel, doch de firma Blad & Prins wilde er een flinke prijs voor hebben, die ze er niet voor kon krijgen. Zodoende heb ik tenslotte de voorraad voor veevoeder gekocht". Ging deze ontzaggelijke voorraad in grote partijen van de hand ? Ook wel eens 100 vaten tegelijk ? "Och dat ging bij 1, 2, 5, 10 soms 20 vaten" Hoeveel brachten deze vaten met groenten op ?  "Dat werd steeds minder. Thans zijn de vaten weggegaan (400 pond inhoud) voor f 2 tot  f 6". Acht u de inhoud van deze vaten voor consumptiedoeleinden geschikt ?  "Nee, ik verkocht de vaten voor veevoeder. Een gedeelte heb ik ook laten begraven, omdat het bedorven was, als de vaten een kleinigheid gaan mankeren, moet de inhoud onmiddellijk worden opgeruimd". Tot ons zijn geruchten doorgedrongendat ook in Delft een partij vaten, wel degelijk voor consumptie bestemd, zijn ingevoerd. Weet u daarvan iets af? "Wel heb ik aan veehouders geleverd, doch niet aan groentenhandelaars. Doch ze kunnen in de tweede of derde hand komen en zo is het mogelijk, dat ze bij groetenhandelaars terecht zijn gekomen. Onder geleidebiljet van de belastingambtenaren is de verzending aan de veehouders geschied. Voor koeien is het een voedsel dat bij kleine hoeveelhend gebruikt kan worden".  Dus voor menselijk gebruik achtte U de inhoud van de vaten niet geschikt.  "Nee, daarvoor heb ik ze ook niet verkocht. Wat er evenwel met al die vaten tenslotte gebeurd is, weet ik niet" 

We dankten de heer Bodegraven voor zijn inlichtingen. Vast staat dus, dat de waarde van den inhoud van de vaten, voor veevoeder bestemd, f 2 à f 6 -— bedroeg, terwijl alleen de vaten. toen ze gemaakt werden door de kuiperijen al  f 12 of meer kosttenl Welk een schat aan levensmiddelen en geld is door deze speculaties verloren gegaan: ook de heer Bodegraven heeft er, volgens zijn eigen verklaring een strop aan gehad !  [Voorwaarts 9 februari 1924, blz. 2].

Op 11 februari 1924 wordt gemeld dat in juni 1922 door de firma Blad en Prins een partij pronksnijbonen is verkocht, om als veevoeder te dienen. Nu is gebleken, dat de koper, landbouwer/veehouder Kerklaan uit Pijnacker, een restantje [enige vaten] heeft overgedaan aan een groentenkoopman in Delft. Door politie en keuringsdienst is een onderzoek ingesteld.  [Haagsche Courant 11 februari 1924, blz. 9; De Maasbode 11 februari 1924, blz. 2; Voorwaarts 11 februari 1924, blz. 2]

De krant Voorwaarts laat de zaak niet los. Op 12 februari 1924 wordt gemeld dat ze zaterdagmorgen een bezoek hebben gebracht bij de veehouder Kerklaan in Delfgauw, gemeente Pijnacker. In de stal van zijn boerderij stond de heer Kerklaan ons direct een onderhoud toe. Wij brachten het gesprek op de bonenkwestie. 

Heeft U, zo vroegen wij, een partij bonen van de voorraad van „Blad en Prins" gekocht? En heeft U daarvan een aantal vaten weer verkocht aan een Delftsche groentenhandelaar? De heer Kerklaan beantwoordde onze vragen bevestigend. Hoeveel vaten kocht U en met welk doel? Ik kocht een vijftigtal vaten voor veevoeder van de heer Bodegraven uit Nieuwkoop, die de hele partij van Blad en Prins had gekocht. Was het artikel goed voor veevoeder? vroegen we verder. Puik, best, antwoordde de heer Kerklaan. Als het vee dat goedje zou eten, dan had het minder last van mond- en klauwzeer. Er zit zout in; ik heb het met plezier gevoerd. Juist kwam de knecht van den boer binnenstappen. Waren de boontjes niet lekker? vroeg de baas aan zijn knecht. „Ze waren best", antwoordde deze. Vele menschen zijn om een maaltje geweest en m'n vrouw heb ik eens verschalkt door in plaats van haar eigen bonen een maaltje van Blad en Prins-product in de pan te doen. Zij had er altijd wat op te zeggen, doch toen ik vroeg na het eten hoe ze gesmaakt hadden, zei ze, dat ze lekker waren. Hebt U, vroegen wij verder, alle 50 vaten verkocht of zelf voor veevoeder gebruikt? „Neen", zei de heer Kerklaan, 10 vaten ervan heb ik in de grond gestopt, gaat U maar mee dan zal ik de plaats wijzen. En met z'n drieën trokken we naar den trein waar de voor veevoeder niet geschikte boontjes begraven waren en nog gedeeltelijk boven de grond uitstaken. Dus U hebt er ook nog een gedeeltelijke strop aan gehad, vroegen wij verder. Dat is waar, doch er waren bonen bij die nog heel goed waren. Nu er schaarste is aan dit artikel tracht men het op te kopen. En ik kon met de verkoop aan de groentenhandelaar te Delft flink wat verdienen. Ze zijn voor ƒ 2 à ƒ 6 per vat verkocht door de heer Bodegraven en thans verkoopt de Delftse groentenhandelaar ze reeds voor ƒ 32 per vat, merkten wij op. Dat is een mooie prijs, daar wint hij aardig aan, antwoordde de heer Kerklaan. Dus u achtte de boontjes voor menselijk gebruik wel geschikt. Ik heb ze zelf gegeten en vond ze lekker, besloot de heer Kerklaan ons vraaggesprek, 't Is jammer, ik heb gister juist het laatste gedeelte opgeruimd, anders had ik u gaarne een monster meegegeven.  

Na ons bezoek bij den heer Kerklaan bezochten wij de Inspectie der Rijksbelastingen aan de Molslaan te Delft. Deze Inspectie verschafte ons op ons verzoek direct enkele inlichtingen met deze zaak verband houdende. 

In verband met de zoutaccijns waren de 6000 vaten onder voortdurend toezicht van de belastingambtenaren. Toen de fa. Blad & Prins de zaak niet meer van de hand kon doen en voor veevoeder verkocht had, berichtte zij dit en had op verzoek de afschrijving plaats op de rekening voor de zoutaccijns. De Belastingadministratie stelde daarmee vast, dat ze voor menselijk gebruik ongeschikt werden geacht, en de 6000 vaten mochten door de heer Bodegraven alléén voor veevoeder worden verkocht. 

Dit klopte dus met de ons telefonisch door de heer Bodegraven verschafte inlichtingen. Nu de belastingadministratie evenwel bemerkt, dat desniettemin dit veevoeder weer voor de consumptie wordt verkocht door veehouders zal een tweede keer een dergelijk geval niet meer zo worden afgedaan en zal zij hoger eisen stellen. Met de wet in de hand kan tegen de plaats gehad hebbende transacties door de Belastingambtenaren niets worden gedaan.

Gistermorgen hadden wij een onderhoud met dr. Philippo, directeur van de Gem. Keuringsdienst in Den Haag. 

Deze deelde ons mede, dat tegen de tuinbouwer Bregman te Pijnacker in verband met de verkoop van voor menselijk gebruik ongeschikte pronksnijbonen van ..De Kroon," welke bonen bij Roelofarendsveen zijn aangehouden door ambtenaren van zijn dienst, proces-verbaal is opgemaakt. De bij Delftse groentenhandelaren door de ambtenaren aangehouden boontjes, zijn aan het laboratorium gekookt en wel voor consumptie goed bevonden. 

Wij hadden in Den Haag gelegenheid tot een onderhoud met de heer D. Lint, ambtenaar van den Keuringsdienst, die de zaak van „De Kroon" en van de 6000 vaten van Blad en Prins behandelde. 

Toen de geruchten van „De Kroon"-affaire tot de Keuringsdienst waren doorgedrongen, constateerde deze ambtenaar dat de opgegraven boontjes met slootwater waren aigewassen en gezouten werden met ruw zout. Twee schuiten, beladen met dit frisse artikel waren naar Roelofarendsveen vervoerd. Ambtenaren van de Keuringsdiensten te Leiden en Den Haag vonden daar deze zaak; reeds lagen enkele vaten voor vervoer naar Duitsland gereed. Hoe komen zulke zaken feitelijk ter kennis van den Keuringsdienst? vroegen wij. Ieder die ons omtrent een en ander inlichtingen verstrekt kan er op rekenen, dat een serieus onderzoek namens de Keuringsdienst wordt ingesteld. Is er nu met hetgeen bij „de Kroon" in de grond zit nog iets te beginnen? Neen, daarmee is niets meer te beginnen, antwoordde de heer Lint. Hoeveel straf staat op de overtreding, waarvoor de heer Bregman een proces-verbaal kreeg. Dat is 6 maanden hechtenis of ƒ 2000.— boete volgens de Warenwet. Welke vaten bleven goed? Van Blad en Prins zijn de vaten die niet open gesprongen zijn goed geweest, doch aan de vaten waaraan lekkage is, die zijn voor menselijk gebruik ongeschikt Die bijgepekeld waren zijn best. Al de gecontroleerde vaten (3 stuks), waarop beslag was gelegd te Delft, zijn vrijgegeven. Er waren evenwel 25 vaten door de heer Kerklaan verkocht aan twee groentehandelaren, waarvan één te Pijnacker en één te Delft woonachtig, De 3 vaten die aangeslagen waren en gedeeltelijk zijn uitverkocht hadden dus een inhoud voor consumptie wel geschikt. Omtrent de 20 vaten die volgens informatie's naar Den Haag zijn gegaan en aan de Noordwal liggen, wordt een nader onderzoek ingesteld. Hoe is het mogelijk dat de drie in Delft gecontroleerde vaten wel goed waren voor consumptie. Dit kwam doordat deze vaten uitstekend waren gesloten en met zware pekel waren bedekt. Hoe zwaarder men de boonen zout hoe malscher ze worden en hoe beter ze blijven. Om een partij boonen jaren goed te houden is het noodig dat de vaten steeds worden omgelegd onder bedekking van stroomatten en regelmatig worden bijgepekeld met zware pekel waar een ei in drijft. Omdat dit te veel kostte heeft Blad & Prins ze opgeruimd. Doordat J; (litschland weer de artikelen ging betrekken werd naar deze pronksnijboonen weer omgekeken. Ten slotte verzekerde de ambtenaar de Lint ons dat uit deze geschiedenis weer blijkt dat de handel niet zonder voogdij kan en de keuringsdiensten noodig zijn voor de bescherming van den geheelen handel en de consumenten in binnen- en buitenland. 

Naar wij vernemen worden in Pijnacker eensdeels onze beschouwingen over de bonenkwestie toegejuicht, doch natuurlijk door de heren handelaars in consumptie-artikelen gelaakt. Zelfs moet dominé zondag in de kerk een extra preek aan de zondaars hebben gewijd en toen te Pijnacker dezer dagen op een kwartier afstand van het station een brand was uitgebroken, riep men vanuit de trein en hoorde men in de omtrek dat men bezig was de boontjes te verbranden! 't Stille dorpje is vol van de bonenkwestie [Voorwaarts, 12 februari 1924, blz. 2]. 

In Voorwaarts 13 februari 1924, blz. 8 reageert J. van der Kooy jr. uit Delfgauw E70. 

Hij distancieert zich van de afkeurenswaardige knoeierijen. Hij merkt op dat de bonen al verkocht waren aan het buitenland maar niet uitgevoerd mochten worden van de regering. De 60 leden van de coöperatie kwamen daardoor in financiële problemen. Om de schuld van De Kroon te delgen verstrekte de overheid een zgn. kwekerskrediet. De kwekers moesten rente en aflossing gaan betalen als ze winst maakten. Maar bij de uitvoering blijkt dat -winst of geen winst- rente moet betaald worden. Zo niet dan wordt gedreigd met faillissement. Niet de regering maar de kwekers hebben de strop. In de oorlogsjaren hield het rijk een zeker percentage van het geveilde bedrag in voor het Rijksbureau voor groenten en fruit. Het aldus gevormde fonds is in de rijkskas gestort. 

De zaak eindigt met een weerwoord van zes direct bij de zaak betrokken beslissers [Rotterdamsch Nieuwsblad  27 februari 1924, blz. 5] . 

Nadat zoveel in de bladen is geschreven over de opgegraven inmaakbonen te Pijnacker verzoeken ondergetekenden, medebetrokkenen in dit geval, beleefd het volgende in uw kolommen op te nemen. Over genoemde zaak wensen wij de juiste lezing te geven, in tegenstelling met zovele opgenomen berichten. Waarheid is, dat een eerste klasse handelaar, die voorzeker een naam heeft op te houden in het buitenland, de bonen, met ons goedvinden in handen had genomen, om te trachten in zijn inrichting hiervan iets te maken, hetzij als menselijk, hetzij voor dierlijk voedsel. Voorzeker bieden dergelijke, bij grote partijen ingekuilde gezouten bonen enige verrassing. Door meerdere personen, bij het opdelven tegenwoordig. zijn ze gegeten en goed genoemd. De keuringsdienst zou in elk geval zijn oordeel ook nog moeten uitspreken. Kan het zowel verwondering wekken, te trachten nog iets te redden van wat nog te redden is van het enorme geldelijk verlies, ten koste van enkele tientallen tuinders, ten behoeve van het gehele Nederlandse volk geleden? Indertijd hadden deze bonen zonder verlies kunnen worden verkocht. De Nederlandse Regering evenwel, gezwicht voor de bedreiging van de Entente-mogendheden, om bij uitvoer van deze onder Rijkscontrole geteelde en ingemaakte bonen, afgesneden te worden van de aanvoer van tarwe, verbood de uitvoer, volgens de rede, door de Minister van Landbouw gehouden op 3 juli 1920 in de Tweede Kamer. Daar de uit dit verbod voortspruitende verliezen voor bijna alle deelnemers in deze zaak niet om te dragen waren, werd in deze nood door de Regering steun en krediet verleend. Steun aan hen, die al arm waren en al meer hadden betaald dan ze konden betalen. Ongeveer ƒ 180.000 evenwel werd onder strenge voorwaarden aan de andere deelnemers verleend als krediet. De malaise in het tuinbouwbedrijf deze laatste jaren brengt mee, dat aan de verplichtingen daaromtrent, vrij algemeen, niet kan worden'voldaan. Na veel bedreigingen wordt thans reeds tot faillietverklaring van sommigen overgegaan. Aan een Tweede Kamerlid, in deze om hulp gevraagd, vernamen we, dat dit door hém niet zo heel erg werd geacht. Na meermalen met Minister en Tweede Kamerleden over deze zaak te hebben onderhandeld en mildere toepassing te hebben gevraagd, is geen enkel resultaat bereikt en zien nog vele kwekers in onze omgeving de besluiten der Regeringscommissie voor kwekerskrediet, als het zwaard van Damocles boven hun hoofd, het bestaan bedreigend voor hun en hun gezinnen, alles ten behoeve van de binnenlandse voedselvoorziening in de oorlogsjaren. J. Termoshuizen, P. Sonneveld,  C M. Rodenburg, J. R. Kromkamp, Gs Sonneveld, P. Bregman.

De Correspondent van Voorwaarts komt op 4 maart 1924 nog met een nabrander, die hier niet wordt weergegeven omdat daarin geen nieuwe inzichten blijken voor te komen   [Voorwaarts  4 maart 1924, blz. 2]. 

Op 5 juni 1924 wordt gemeld dat enkele weken geleden uitvoerig melding is gemaakt van een handel in voor de consumptie ongeschikte pronksnijbonen - gewas 1918 - die dankzij het doortastend optreden van de Haagse Keuringsdienst tijdig werd ontdekt en beëindigd. Volgens de heer Bregman, één van de ondernemers, waren deze boontjes die onverpakt in de grond begraven waren "voor 'n hongerige maag wel geschikt". De boontjes werden opgegraven en in schuiten geladen en naar Roelofarendsveen vervoerd, waar "een 1e klasse zouterij voor de verdere behandeling van het product zorgdroeg." De ambtenaren hebben de boontjes afgekeurd — ze stonken als de pest — deden ze met een petroleumoplossing overgieten en zo voor de consumptie ongeschikt maken. Tegen de heer Bregman werd proces-verbaal opgemaakt.. Gistermorgen om elf uur werd deze zaak voor het kantongerecht te Delft behandeld. Terecht stonden de heeren P. Bregman, P. Zonneveld, C. M. Rodenburg en J. Kromkamp. De kantonrechter stelde aan de heer Bregman de vraag: "Waren de boontjes ingemaakt?' 

Bregman: "Ja, 2200 vaten. Er kwam iemand om de bonen te zien, n.l. de heer e Blanch uit Leiden, die ze begeerde en de lonen betaalde voor het werkvolk. 

Aan de heer Zonneveld vroeg de kantonrechter: "Van wie was de grond waar de bonen lagen?" 

De heer Zonneveld: Van ons zessen. 

Kantonrechter: "Wat is Uw beroep?" 

Zonneveld: Particulier. 

Kantonrechter: Wist U van de transacties af? 

Zonneveld: "We hebben le Blanch gezegd dat we er geen kosten aan wilden besteden. We hebben toestemming gegeven de zaak op te ruimen". 

Een andere beklaagde vertelde dat het hem niet bekend was dat de bonen voor Duitsland bestemd waren. De ambtenaar van de Keuringsdienst, de heer De Lint werd door de Kantonrechter de vraag gesteld hoe de zaak zich had toegedragen. 

De Lint: "Er was bij de Keuringsdienst een klacht ingekomen van de burgemeester van Pijnacker, dat bonen opgegraven werden en met zout bewerkt. De directeur van de Keuringsdienst heeft ons er toen heen gezonden en we hebben het terrein bezocht en de heer Bregman gaf de beklaagden aan als z'n vennoten. Aan de burgemeester hebben zij bevestigd dat zij het terrein in gebruik hadden. De bonen waren ongeschikt voor menselijk gebruik. Toen spr. in Roelofarensveen kwam vond hij 5 ingekuipte vaten geheel gereed voor verzending". 

De ambtenaar van het Kantongerecht: "Wilt U dit onder eede handhaven". 

De Lint: "Zeker!"

Kantonrechter: "Verkeerden de bonen in ondeugdelijke toestand?"

De Lint: "Ze waren snotterig en verwekten een weerzinwekkende reuk. Er was nortonpompwater, waardoor de snotterigheid en stank er werd afgehaald. De kiem van rotting zat er in." 

Kantonrechter: "Zuurkool ruikt toch ook". 

De Lint: "Zuurkool heeft een natuurlijke verzuring. Doch hier was door gisting een rottingsproces begonnen."

Een tweede ambtenaar van de Keuringsdienst verklaarde nog dat vier werklieden op last van Bregman op het terrein werkzaam waren. Bij dit werk verspreidde zich een weerzinwekkende stank. De bonen werden ook in een sloot afgewassen, waarin zich miljoenen bacteriën ophielden. De bonen werden later zó serieus behandeld zodat ze niet voor veevoeder, doch wel voor menselijk gebruik klaar gemaakt moesten worden"" . Tenslotte werd tegen vier van de beklaagden ƒ 100.— boete subs. 20 dagen hechtenis geëist. [Voorwaarts 5 juni 1924, blz. 2]. Op 25 november 1924 zal om 14.30 uur in hoger beroep voor de rechtbank te Den Haag de zaak behandeld worden van de transacties met de bedorven snijbonen uit Pijnacker. De kantonrechter te Delft heeft destijds de tuinders die bij deze transacties betrokken waren vrijgesproken. Het zijn de verongelijkte keurmeesters, die thans in hoger beroep zijn gegaan. Wij zijn er benieuwd naar, hoe de Haagse Rechtbank deze zaak zal behandelen. De vrijspraak van de Pijnackerse tuinders, die zich er niet voor geneerden bedorven rommel opnieuw voor de handel gereed te doen brengen-zij het dan door bemiddeling van een commissionair, die zaken deed voor één van de eerste conservenfabrieken van ons land-deze vrijspraak was niet minder dan een. schandaal en een vrijbrief voor handel. in bedorven groenten [Voorwaarts 14 november 1924, blz. 2].  ln deze taak zijn de tuinders Sonneveld, Kromkamp, Rodenburg en Bregman, door de kantonrechter te Delft vrijgesproken, op grond van een fout in de dagvaarding. Gisteren diende deze zaak voor de rechtbank in Den Haag in hoger beroep. Aan beklaagden was te laste gelegd, dat zij "als kooplieden" onder zich hadden een partij bedorven boontjes. Beklaagden echter verklaarden dat zij geen kooplieden doch tuinders waren, en de benaming kooplieden niet op hen kon slaan, daar ze dat niet waren. Als eerste getuige werd opgeroepen C. van Lent, keurmeester te Den Ilaag, die hen verbaliseerd had. 

Rechter: "U hebt de boontjes gezien niet waar, en hoe waren ze". 

van Lent: "Ze waren met slijm bedekt en stonken geljjk beer en waren dus rot". 

Rechter: "Hebt u aan beklaagden de vraag gesteld of de beklaagden kooplieden waren".  

van Lent: "Ja Edelachtbare. Ik heb aan hen de volgende vragen gesteld waarop beklaagden steeds met ja hebben geantwoord. Bent u tuinman? ja; bent u koopman! ja; is die tuin bij U in gebruik? ja. 

Rechter: "Weet u zeker dat u deze vragen tot beklaagden hebt gesteld. 

van Lent: .Ta, Edelachtbare. 

Rechter tot beklaagden: "Als aan jullie gevraagd zou worden zijn jullie kooplieden, zouden jullie daar dan niet ja op antwoorden. 

Beklaagden: Nee Edelachtbare, daar zouden wij zeker geen ja op antwoorden, daar wij tuinders zijn maar geen kooplieden. 

Rechter tot van Lent: Dus u blijft bij uw beweren dat u deze vraag aan beklaagden hebt gesteld. 

van Lent: Ja Edelachtbare. 

Rechter: Goed dan kunt u gaan zitten. Als tweede getuige verschijnt A. D. van Doodt, keurmeester te 's-Gravenhage. Rechter:"U hebt de bonen gezien en hoe vond u ze. 

van Doodt: "Het waren geen goede bonen, er zat een luchtje aan, en ze waren erg slijmerig". 

Rechter: "Is de beklaagden naar hun beroep gevraagd". 

van Doodt kan zich dat niet meer herinneren. 

Rechter: Heeft u niet gehoord of get. van Lent aan beklaagden vroeg, bent u tuinder, bent u koopman, is die tuin bij u in gebruik. 

van Doodt: Ja, nee ik heb wel gehoord, maar ik kan me dat niet goed meer herinneren. 

De volgende getuige is de burgemeester van Pijnacker. Rechter tót deze getuige: "Heeft u de beklaagden verhoord of is het verhoor in uw tegenwoordigheid geschied". 

Burgemeester: "Het is in mijn tegenwoordigheid geschied door getuige van Lent". 

Rechter: "Hebt u gehoord of de Lent de vraag tot de beklaagden heeft gericht: bent u kooplieden". 

Burgemeester kan zich dit niet meer herinneren; wel waren twee beklaagden niet bij het verhoor aanwezig. 

Rechter: "Hoe beschouwt U dan deze beklaagden, als tuinders of als kooplieden. 

Burgemeester: "Als tuinders". 

Rechter: Dus geen kooplieden.   

Burgemeester: "Neen". 

Volgende getuige is van Loon, gemeenteveldwachter te Pijnacker. Ook deze getuige wist zich niet meer te herinneren of de bewuste vraag: Is u koopman, tot de beklaagden gericht is geworden. Mogelijk is echter dat gedurende zijn afwezigheid (getuige is even weg geweest) deze vraag aan de beklaagden gesteld is geworden. Wel zou hij verwonderd zijn geweest als deze beklaagden betiteld waren als kooplieden. Hij beschouwde deze lieden als tuinders. De volgende getuige Goudswaard, gemeenteveldwachter te Pijnacker, weet eveneens niet meer of de vraag van „Is u koopman" door getuige van Lent aan beklaagden is gesteld gedurende het verhoor. Ook deze getuige beschouwde de beklaagden als tuinders, niet als kooplieden. De verdediger van beklaagden, mr. de Gids, kreeg hierna het woord. Hij sprak echter erg zacht, zodat hij moeilijk te volgen was. Spreker beriep zich op de keuringsverordening van Pijnacker en de Warenwet en meende dat deze hier niet van toepassing waren. Over de vraag „Is u koopman" wilde verdediger niet veel zeggen. Misschien is, zo zei hij, het begrip „koopman" voor getuige de Lent niet zo nauw omschreven, echter vond hij het wel gek dat deze getuigen de beklaagden als tuinders en alleen getuige de Lent de beklaagden als kooplieden beschouwt. Verder werd er niets meer over deze zaak gezegd. De uitspraak volgt over 14 dagen. Zoals men uit bovenstaande kan bemerken, liep deze gehele rechtzaak over de vraag: Is u koopman, welke voorkomt in de dagvaarding. En daar de mening van bijna alle getuigen dezelfde is en beklaagden niet als kooplieden, doch als tuinders beschouwden, zo vrezen wij dat jammer genoeg deze beklaagden weer vrijgesproken zullen worden [Voorwaarts 26 november 1924, blz. 2]. 

Op 14 februari 1924 wordt gemeld dat de politie bij enige winkeliers in Pijnacker in beslag heeft genomen z.g. „prikborden", die in strijd zijn met de Loterijwet. Men kon een prijs winnen als men gaatjes prikte op bepaalde plaatsen in het bord. Men betaalde daarvoor meestal 10 cent [De Gooi- en Eemlander 14 februari 1924, blz. 2].

Op 6 februari 1924  wordt P S. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van 2 x f 5 subs 2 x 2 dg wegens overtreding van de Arbeidswet  Voorts P.J. van A. tot een boete van f 50 subs 10 dg en f 5 subs 3 dg  wegens overtreding van de Vleeskeuringswet. [Delftsche Courant 16 februari 1924, blz. 11].

Op 20 februari 1924 wordt melkrijder N. van W. uit Pijnacker door de Rotterdamse kantonrechter veroordeeld tot een boete van f 50 subs 25 dagen hechtenis omdat hij met een gewond paard voor zijn vrachtwagen heeft gereden [Rotterdamsch Nieuwsblad 20 februari 1924, blz. 13] 

Op 20 februari 1924 wordt P.T. van S. veroordeeld tot een boete van 2 x f 2,50 subs 2 x 1 dg omdat (1) rijdend op het motorrijtuig het nummer en de letter  niet helder verlicht zijn, en (2) wegens rijden zonder licht  Voorts J. van B. en W. van V. wegens rijden zonder licht met de fiets tot een boete van ieder f 2 subs 1 dg. Wegens rijden met een rijwiel zonder bel krijgt L.C. B. een boete van f 1 subs 1 week tuchtstraf. Tenslotte A.J.L. tot een boete van f 15 subs 7 dg wegens straatschenderij  [Delftsche Courant 29 februari 1924, blz. 5].

Op 27 februari 1924 wordt L.C. van de S. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dg wegens het van de verboden zijde berijden van de Dirklangestraat in Delft. A.J. krijgt een boete van f 1 subs 1 dg en P.A.K  een boete van f 2 subs 1 dg [Delftsche Courant 7 maart 1924, blz. 5]

Aan de Oude Leede in Pijnacker is in de middag van 10 maart 1924, terwijl de bewoners afwezig waren, ingebroken ten huize van de landbouwer A. van der Kooy. Een bedrag van ƒ 300 aan contanten zomede enige effecten werd door de dieven meegenomen [De Maasbode 11 maart 1924, blz. 2]. Achteraf blijkt dat van der Kooy een valse aangifte heeft gedaan. Er wordt tegen hem proeces-verbaal opgemaakt [De Indische Courant 26 april 1924, blz. 5]

Op 12 maart 1924 wordt C. van A. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dg wegens het na zonsondergang rijden met een rijwiel zonder licht. [Delftsche Courant 21 maart 1924, blz. 5]

Op 19 maart 1924 worden C.K  en J.V. veroordeeld tot ieder een boete van f 3 subs 3 dg  wegens het als bestuurder van een voertuig halfslag berijden van een weg. Voorts P.J. B. tot een boete van f 2 subs 1 dg wegens het rijden met een rijwiel zonder bel [Delftsche Courant 2 april 1924, blz. 6]

Op 16 april 1924 wordt J.B. van der E. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag  wegens het zonder noodzaak met een rijwiel links van de weg blijven rijden  [Delftsche Courant 25 april 1924, blz. 3]

Op 7 mei 1924 wordt A.M.B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag  wegens het rijden met een rijwiel zonder licht. [Delftsche Courant 7 mei 1924, blz.  ]

Op 14 mei 1924 wordt J.M.V. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 2,50  subs 1 dag wegens het los en onbeheerd laten staan van een trekdier [Delftsche Courant  24 mei 1924, blz. 11]

Op 2 juni 1924 wordt gemeld  dat een auto uit Pijnacker vorige week op de Voorstraat voorbij de Molenstraat te Delft reed, zonder dat de chauffeur een signaal gaf, waardoor een meisje op een rijwiel werd aangereden en de fiets vernield. Na even te hebben gestopt, wilde de chauffeur wegrijden; het meisje sprong echter op de treeplank, waarna het publiek den auto tegenhield. Een politieagent had toen gelegenheid procesverbaal op te maken [De Gooi- en Eemlander 2 juni 1924, blz. 3] 

Op 4 juni 1924 wordt W. B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag wegens rijden zonder licht op de fiets. En J.B. wegens  overtreding van de vleeskeuringswet  tot een boete van f 10 subs 5 dagen [Delftsche Courant  14 juni 1924, blz. 10]

Op 11 juni 1924 wordt  J. v.d. B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete vna f 5 subs 3 dg wegens het met een voertuig niet behoorlijk uitwijken [Delftsche Courant 21 juni 1924, blz. 10]

Op 6 augustus 1924 wordt M.H. van N. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag wegens rijden zonder licht. Voorts  A. van W. uit Pijnacker tot een boete van f 3 subs 2 dg wegens overtreding van de Leerplichtwet en L.G. v.d. S. wegens overtreding van de Invaliditeitswet tot een boete van f 5 subs 3 dg  [Delftsche Courant 15 augustus 1924 , blz. 5]

Op 10 september 1924 wordt in de nacht ingebroken bij de landbouwer J. Sonneveld in Delfgauw. Een bedrag van f 8000 aan contanten wordt ontvreemd uit de brandkast waarin de sleutel was blijven zitten. Er zijn geen braaksporen gevonden. Wellicht is de dief al 's avonds binnengeslopen. [De Maasbode 10 september 1924, blz. 2; Nieuwe Rotterdamsche Courant 10 september 1924, blz. 10; Delftsche Courant 17 september 1924, blz. 2].  

Op 17 september 1924 wordt A.H. uit Pijnacker  veroordeeld tot een boete van f 2,50  subs één dag wegens rijden zonder achterlicht met een motorrijtuig [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 17 september 1924 wordt W.S. uitPijnacker veroordeeld tot een boete van f 2 subs één dag wegens links blijven rijden [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 17 september 1924 wordt N.W.K. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 2,50 subs één dag wegenseen arbeidswetovertreding [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 24 september 1924 wordt W. van B. uuit Delfgauw  veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag. Voorts  P.T. van S. uit Pijnacker tot een boete van 2 x f 5 subs 2 x 3 dagen wegens met een motorrijtuig rijden zonder voor- en achterlicht [Delftsche Courant 4 oktober 1924, blz. 10]

Op 8 oktober 1924 staat P. Th. van S. uit Pijnacker voor de Haagse kantonrechter terecht, omdat hij op 5 juni 1924. op de Damlaan te Veur met een auto zodanig is achteruitgereden, dat hij tegen een hondenkar aanreed. Beklaagde zegt wel achter zich gekeken te hebben toen hij achteruitreed, doch blijkbaar dit niet ver genoeg te hebben kunnen doen, want de wagen had hij niet gezien. Getuige van M. deelt mee, dat zijn broodwagen waarvoor een hond gespannen was, aan de kant van de weg stond. Bezig zijnde een klant te bedienen, hoorde hij ineens de slag van de aanrijding. De auto was toen 15 à 16 meter achteruitgereden, doch getuige heeft niet gezien of beklaagde daarbij omgekeken heeft. Als gevolg van de aanrijding was een stuurboom van de wagen gebroken en een daarover hangende regenjas vernield, waarvoor getuige betaling verlangt van resp. ƒ 3.20 en ƒ 20 als schadevergoeding. Aanvankelijk had beklaagde zich bereid verklaard de jas te vergoeden, doch was hierop later teruggekomen onder opmerking, dat getuige's wagen geen kapstok was. De veldwachter G. was ooggetuige van de aanrijding geweest en had gezien, dat beklaagde wel met z'n hoofd buiten de auto hing, doch niet zover, dat hij de bakkerswagen kon zien. Hij had de beklaagde nog toegeroepen te stoppen, doch blijkbaar had deze dit niet gehoord door het werken van de motor. De hond was eerst over de kop geslagen en daarna vooruitgeschoven. Ook had getuige gezien, dat de jas en de stuurboom vernield waren. In verband met het vrij groot schadebedrag, hetwelk van de beklaagde gevorderd is, eist de ambtenaar van het O. M. een geringe straf, nl. ƒ 5 boete of 3 dagen hechtenis. Uitspraak doende veroordeelt de kantonrechter beklaagde tot ƒ 3 boete of 1 dag heohtenis en betaling van ƒ 23.20 als schadevergoeding [Haagsche Courant 8 oktober 1924, blz. 2]

Op 10 oktober 1924 wordt gemeld dat J.F. van S. , P.S., L.H.D.  en A.M.K. uit Pijnacker zijn veroordeeld  tot een boete van f 2 subs een dag wegens rijden zonder licht. Voorts H.F. uit Pijnacker tot een boete van 2 x f 5 subs 2 x 2 dagen  wegens meervoudige overtreding van de Arbeidswet, C. van de S. uit Pijnacker tot een boete van f 50 subs 10 dagen wegens overtreding van de Warenwet. Voor wateren buiten een urinoir in Delft wordt P.V uti Pijnacker veroordeeld tot een boete van  f 1 subs 1 dag en J.W. uit Pijnacker tot een boete van f 1 subs 1 dag wegens rijden met een rijwiel zonder bel [Delftsche Courant 10 oktober 1924, blz. 5]

Op 15 oktober 1924 wordt A.B. uit Pijnacker  veroordeeld tot een boete van f 2,50 subs 1 dag wegens overtreding van de Arbeidswet [Delftsche Courant 15 oktober 1924, blz. 10]

Op 20 oktober 1924 deed P. van W.  uit Delfgauw op de fiets een boodschap bij de smederij van Van W. Toen hij daarna buiten kwam was zijn fiets verdwenen [Delftsche Courant 21 oktober 1924, blz. 3]

Een 61-jarig boertje uit Pijnacker had een koebeest geslacht zonder het eerst te laten keuren. Daarvoor had hij een bijzondere reden. Hetgeen vanmorgen 29 oktober 1924 voor het kantongerecht alhier duidelijk genoeg bleek. Het boertje vertelde de kantonrechter, dat hij een koe had, die aan mond- en klauwzeer leed. Hij had 's morgens het beest de hals afgesneden. Zijn vrouw had het gezouten en in de kuip gedaan. Kantonrechter: Maar u wist toch dat u dat zo maar niet doen mocht? Beklaagde: Jawel, maar die keuring, dat geeft zo'n rompslomp. Kantonrechter: Maar was er geen andere reden; is het waar dat het vlees zo stonk, dat de mensen het buiten konden ruiken ? Beklaagde.: Welneen, Edelachtbare, maar ik had al scha genoeg en toen dacht ik: ,,'t Is misschien nog goed voor varkensvoer?" Als getuige wordt een ambtenaar gehoord, tegelijk deskundige, die verklaart, dat het dier zijn natuurlijke dood gestorven was en dat het vlees een onaangename geur verspreidde. Het vlees was ondeugdelijk en het is voor de consumptie afgekeurd. De ambtenaar vraagt. f 25,— boete subs. 10 dagen hechtenis. Beklaagde: O, meneer, alstublieft geen boete, want ik heb toch al zo'n hoop scha aan dat beest. De kantonrechter deed uitspraak conform de eis [Delftsche Courant 29 oktober 1924, blz. 3]. 

Op 29 oktober 1924 wordt  E. van der L.  uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van  f 3   subs  1 dag wegens varen met een motorboot in boezemwater van Delfland [Delftsche Courant 10 november 1924, blz. 5]

Op 29 oktober 1924 wordt J.G. de H. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van  f 1 subs  1 dag wegens rijden met een rijwiel zonder licht [Delftsche Courant 10 november 1924, blz. 5]

Op 29 oktober 1924 wordt J.N. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 25 subs 3 dagen wegens overtreding van de Vleeskeuringswet [Delftsche Courant 10 november 1924, blz. 5]

Op 29 oktober 1924 wordt F.J.S. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 1 subs 1 dag wegens [Delftsche Courant 10 november 1924, blz. 5]

Op 4 november 1924 wordt gemeld dat tegen J.L. Noordam uit Delfgauw proces-verbaal is opgemaakt wegens overtreding van art. 13 van het Bijzonder Visscherijreglement nr. 1 [Delftsche Courant 4 november 1924, blz. 5]

Bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Rotterdam van 24 november 1924 is Johannes Drijver, geboren te Rotterdam 8 januari 1884, koopman, wonende te Pijnacker, ter zake van 1°. het verkopen van flessen portwijn, op welker verpakking het merk, waarop de wijnhandelaar Pieter van den Heuvel recht heeft, zij het met een geringe afwijking, is nagebootst", en 2°. „het verkopen van flessen portwijn, welke op de verpakking valselijk voorzien zijn van het merk, waarop genoemde van den Heuvel recht heeft", gepleegd als voortgezette handeling, bij verstek veroordeeld tot een geldboete van tweehonderd gulden, subsidiair één maand hechtenis, met last tot openbaarmaking van deze uitspraak door plaatsing van een uittreksel in de Nieuwe Rotterdamsche Courant op kosten van veroordeelde. Na door veroordeelde gedaan verzet, is dit vonnis door gemelde rechtbank op 20 januari 1925 bekrachtigd. Rotterdam, 17 februari 1925.  De Officier van Justitie: (get.) J. A. de Visser. [NRC 19 februari 1925, blz. 8]

Op 19 november 1924 wordt T. van der E. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 1 subs  1 week tuchthuis wegens rijden met een rijwiel zonder licht [Delftsche Courant 4 december 1924, blz. 3]

Op 19 november 1924 wordt D.S. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 1 subs  1 dag wegens rijden met een rijwiel zonder bel [Delftsche Courant 4 december 1924, blz. 3]

Op 19 november 1924 wordt P.S. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 5 subs 3 dagen wegens te snel rijden met een motorrijtuig [Delftsche Courant 4 december 1924, blz. 3]

Op 3 december 1924 wordt gemeld dat bij de politie in Pijnacker is gedeponeerd een geldstuk, dat een verzilverde cent bleek te zijn en was ontvangen voor een kwartje. Volgens geruchten  zouden meer van deze munten in omloop zijn [Delftsche Courant 3 december 1924, blz. 2]

Op 10 december 1924 wordt W. van de K. uit Pijnacker vrijgesproken van een overtreding van de Woningwet [Delftsche Courant 27 december 1924, blz. 9]

Op 10 december 1924 wordt J.P. van de B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 3 subs 2 dagen een overtreding van de Woningwet [Delftsche Courant 27 december 1924, blz. 9]

Op 30 december 1924 wordt gemeld dat bij de landbouwer S. te Delfgauw in deze gemeente enkele maanden geleden een bedrag van ongeveer ƒ 7000 uit de brandkast werd gestolen. Naar verluidt heeft nu de heer S. door bemiddeling van een tussenpersoon het vermiste geld terugontvangen [De Telegraaf 30 december 1924, blz. 5]

Op 31 december 1924 wordt P. van B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag wegens overtreding van de Motor-en Rijwielwet en het Rijwielreglement [Delftsche Courant 14 januari 1925, blz. 6]

nutsvoorzieningen  

Onze correspondent te Pijnacker schrijft op 21 maart 1924: Reeds enige jaren heeft in de gemeenten Zoetermeer-Zegwaard, Pijnacker en omliggende dorpen betere drinkwatervoorziening een punt van bespreking uitgemaakt. Waren oorspronkelijk Zoetermeer en Zegwaard de gangmakers om tot de stichting van een waterleiding te komen, spoedig ontstond ook in de omliggende gemeenten daarvoor belangstelling. Verschillende conferenties hadden dan ook plaats van de betrokken gemeentebesturen met Boskoop en Delft om te onderzoeken in hoeverre deze gemeenten bereid waren in de behoefte aan water te voorzien. Al deze besprekingen hadden echter weinig resultaat. Wel werd algemeen het nut en de wenselijkheid van een goede watervoorziening ingezien, maar de soms tegenstrijdige belangen van de verschillende gemeenten maakten het moeilijk om tot overeenstemming te komen. Bovenal was het financiële gedeelte voor vele gemeenten een hinderpaal, die lastig te overkomen scheen. Daarbij kwam nog, dat het zeer moeilijk was tot een beslissende stap te komen door het ontbreken van een enigszins vast omlijnd plan. Het comité voor de waterleiding te Zoetermeer-Zegwaard heeft toen de knoop doorgehakt en stelde zich in verbinding met de provinciale adviseur, professor Chr. K. Visser te Delft, met het gevolg, dat aan prof. Visser opdracht werd verleend plannen te ontwerpen, die zouden leiden tot de meest economische oplossing van het watervraagstuk. Nu deze plannen uitgewerkt zijn en reeds in verschillende gemeentebesturen zijn besproken, schijnt de tijd aangebroken er meer ruchtbaarheid aan te geven, door ook de bevolking van de verschillende gemeenten ermee bekend te maken. Ofschoon het wel niet nodig zal zijn het nut van een goede watervoorziening te bepleiten, is het toch niet overbodig enige voordeden daarvan naar voren te brengen. Het is allereerst onweerlegbaar in het belang van de volksgezondheid, dat tot een goede watervoorziening wordt overgegaan. Ook voor de industrie, veehouders- en tuindersbedrijven kan een waterleiding van groot nut zijn. Op het platteland komen veel plaatsen voor, waar het, door de gesteldheid van de bodem, onmogelijk is goed drinkwater te verkrijgen, zodat daar de mensen geheel zijn aangewezen op het gebruik van regenwater. Tot welke ongewenste toestanden dit kan leiden bij ccn droge zomer is van algemene bekendheid. Door prof. Visser is nu een plan ontworpen, dat voorziet in de levering van water voor de aan het hoofd van dit artikel genoemde gemeenten. De omvang van dit plan kan men eerst goed beoordelen, als men weet, dat de totale lengte van het daarvoor benodigde buizennet ± 88 km bedraagt. Bij de samenstelling van dit plan is er opgerekend, dat de genoemde gemeenten alle tot de combinatie zullen toetreden. Wanneer echter enige gemeenten zich afzijdig houden, zou. zoals van zelf spreekt, de economische basis geheel herzien moeten worden. Aangenomen dat voor de overblijvende gemeenten de uitvoering van het plan nog mogelijk is, heeft dit tot gevolg dat de waterprijs aanmerkelijk zou stijgen. Wanneer echter al de betrokken gemeenten tot de combinatie zullen toetreden, dan zal het in aanmerking komende plan zeer wel levensvatbaarheid hebben. Bij de beoordeling van het plan is ook van groot belang, waar men het water denkt te halen en of de kwaliteit ervan aan redelijke eisen voldoet. Daar het nu vrij zeker is, dat in de kring van de bedoelde gemeenten geen goed water gevonden wordt, moet het benodigde water van een andere gemeente betrokken worden. Hiervoor komen n.l. in aanmerking het gemeentelijk waterbedrijf te Boskoop en de N.V. ,,de Goudsche waterleiding". Bij beide is de kwaliteit van het water uitstekend, alleen is het water van Boskoop enige graden harder dan dat van Gouda. Daarbij is de waterprijs van Gouda lager dan die van Boskoop, waartegenover staat, dat de transportleiding vanaf Boskoop veel minder kostbaar is. Tevens dient opgemerkt, dat de waterdruk te Boskoop 55 m. bedraagt en te Gouda slechts 46 m. Bij het ontwerpen van het plan is uitgegaan van de gedachte, dat de waterlevering zou plaats hebben door Gouda. Daar het niet wel mogelijk is, hier de gehele begrooting, de rentabiliteitsberekening en alles wat daaraan vast zit uit te werken, zal er mee worden volstaan alleen weer te geven, wat voor de gebruiker het meeste belang is, n.l. de daaraan voor hem verbonden kosten. Nu blijkt bij de beoordeling van het financieel gedeelte van het plan duidelijk, hoe economisch en voorzichtig de zaak is opgezet. Echter heeft prof. Visser daarbij als grondslag aangenomen, dat de betrokken gemeenten de verplichte aansluiting zouden invoeren. Het behoeft geen betoog, dat dit principe zeer goed zal zijn om te bevorderen, dat het bedrijf spoedig renderend is. Echter zal de verplichte aansluiting wel op enige tegenstand stuiten. Het zal aan ook zaak zijn in plaatsen, waar de verplichte aansluiting bestaat, te onderzoeken, hoe dit instituut werkt. Wanneer de verplichte aansluiting kan worden ingevoerd, is het vrij zeker, dat het bedrijf reeds na 3 of 4 jaar winstgevend kan worden. In zijn berekening komt prof. Visser tot de conclusie, dat de kostprijs van het water zal bedragen f 0.26 en dat voor elke aangesloten inwoner per jaar gemiddeld een bedrag van f 4.20 betaald zal moeten worden. Dit laatste bedrag is voor een dergelijke groepswaterleiding zeer matig te noemen, vooral als men weet, dat er ook combinaties zijn, waar dat bedrag oploopt tot 5 à. 6 gulden. Prof. Visser betoogt verder in zijn rapport, dat uit de genoemde cijfers een tarief kan worden opgebouwd, dat alleszins billijk is en waarbij de waterprijs niet hoog kan genoemd worden. Wanneer het water van Boskoop zou worden betrokken, is de waterprijs hoger. Daar staat tegenover, dat de te maken transportleiding aanmerkelijk minder zal kosten. wat de rentelast evenredig verlichten zal. Daarbij komt, dat Boskoop bereid is een bedrag ineens te storten voor een eventueel medegebruik van een gedeelte van de persleiding. Door deze factoren kan volgens prof. Visser, ook bij levering door Boskoop, het gemiddelde bedrag van ƒ 4.20 worden aangenomen. Nu dient nog nagegaan te worden wat de financiële gevolgen zijn voor de aan te sluiten gemeenten. Het zou natuurlijk mogelijk zijn, evenals in het Westland, een naamloze vennootschap op te richten. De ondervinding heeft echter geleerd, dat een zodanig lichaam niet soepel genoeg werkt. Men denke maar aan het grote tijdverlies, verbonden aan de oprichting van een N.V., de goedkeuring van de statuten enz. Daarom is in overleg met de provinciale griffier een gemeenschappelijke regeling onlworpen, waarbij de gemeenten, door gezamenlijk een bedrag van f 1000 af te zonderen, een stichting zouden oprichten, genaamd:  "De tien gemeenten".  Elk van de gemeenten moet dan in het kapitaal van de stichting f 100 bijdragen. Zodoende krijgt men een lichaam, dat zeer soepel werkt en waaraan bovendien voor de gemeenten dit voordeel is verbonden, dat deze stichting zelf het benodigde kapitaal kan opnemen door het aangaan van geldleningen. Hierdoor wordt voorkomen, dat de kapitaaldienst van de verschillende gemeenten wordt bezwaard door leningen ten behoeve van de waterleiding. Uit de aard der zaak moeten echter de gemeenten de betaling van de rente en aflossing garanderen. Dit behoeft geen bezwaar te zijn, daar mag worden aangenomen, dat de aflossing eerst in het derde jaar begint en dus het risico voor de gemeenten zeer gering zal zijn. Door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland wordt dit plan krachtig ondersteund en zelfs is door hen reeds aan de gemeentebesturen meegedeeld, dat de regeling voor de op te richten stichting hun goedkeuring wegdraagt. Wellicht zal bij de bespreking van dit plan op de heersende malaise gewezen worden. Maar Iaat men dan vooral niet vergeten het groote belang in deze zaak voor de volksgezondheid. Wanneer de gemeenteraden de zaak nuchter bekijken en er nog iets over is van de Hollandse ondernemingsgeest, dan kan een goede drinkwatervoorziening tot stand komen. Laat men bedenken, dat de tien kleine gemeenten afzonderlijk niets tot stand kunnen brengen zonder ontzaglijke kosten. En wanneer men dan voor ogen houdt het devies: "Eendracht maakt macht", dan zal. naar wij hopen, binnen korte tijd geconstateerd kunnen worden dat ten bate van de gemeenschap en de volksgezondheid een hoogst nuttig werk is verricht [Delftsche Courant 21 maart 1924 , blz.  2]

Op 1 april 1924 wordt gemeld dat naar aanleiding van het „tiengemeentenplan" zal vanwege de Delftsche waterleiding heden dinsdagavond in het bondscafé van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan een lezing gehouden zal worden, waarbij o. a. met lichtbeelden de gevaren zullen worden aangetoond, waaraan men zich blootstelt bij voortdurend gebruik van enkel regen- en pompwater. Trouwe opkomst van alle belangstellenden wordt zeer gewenst [Delftsche Courant 1 april 1924, blz. 6] Het is gebleken, dat de lezing met lichtbeelden, die hier dinsdagavond in het café van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan vanwege de Delftse waterleiding zou worden gehouden een aprilgrap is geweest. Van de hele zaak was aan het bestuur van de Delftse waterleiding niets bekend. Toch zijn er maar weinig belangstellende ingezetenen ingelopen, allicht gewaarschuwd door een aanplakbiljet met het opschrift ,,1 April!" Van wie de grap is uitgegaan, is onbekend. Wel heeft de commissie uit onze gemeenteraad, die verleden jaar rapport had uitgebracht over de mogelijkheid van waterlevering door Delft, bericht gekregen, dat van de Delftse waterleiding hierop binnenkort een antwoord te wachten is. [Delftsche Courant 3 april 1924, blz. 6]. Naar aanleiding van het watervoorzieningsplan „de tien gemeenten" hield de Christelijk-historische kiesvereniging „Voor vorstin en vaderland" in de eerste Chr. hervormde school aan de Stationsstraat een ledenvergadering. De voorzitter, de heer J. L. Blok, opende de bijeenkomst met gebed en heette de weinig talrijke aanwezigen welkom. Daarop gaf hij in het kort een overzicht van de politieke toestand, waarna de heer Gs. Sonneveld enige toelichting gaf op het plan van de „tien gemeenten". Hierop volgde een geanimeerde bespreking. Over het algemeen achtte de vergadering een waterleiding wenselijk, maar het genoemde plan minder geschikt. Met dankgebed sloot de secretaris, de heer Johs. Bregman, de vergadering [Delftsche Courant 5 april 1924, blz. 3]

Op zaterdag 19 april 1924 is op een vraag van een lezer geantwoord  dat de electrische stroom in Pijnacker duurder is dan in Delft. De directeur der bedrijven in Delft schrijft  het volgende: "Wij zijn zo vrij uw aandacht erop te vestigen dat dit tot onze spijt niet het geval is. Het tarief voor lichtstroom bedraagt in Pijnacker 25 cent per kilowatt-uur, verhoogd met de kolenclausule dus 28 cent per kilowatt-uur. Dit tarief berust op een overeenkomst, afgesloten in 1912, waarbij de wereldoorlog en nog minder zijn gevolgen konden worden voorzien. Door B&W van Delft is getracht aan de gemeente Pijnacker de billijkheid onder het oog te brengen van een verhoogd tarief als gevolg van de veranderde tijdsomstandigheden, doch dit is ook bij herhaalde pogingen niet mogen gelukken. 

Op 31 mei 1924 behandelt de raad een schrijven van Gedeputeerde Staten  om vóór 6 juni 1924 een beslissing te nemen inzake aansluiting aan het waterleidingsnet. Het betreft hier het bekende gemeentenplan. Verscheidene leden spreken hun afkeuring over dit schrijven uit, aangezien het de schijn heeft alsof men hier voor deze zaak niet actief is. Er wordt een zekere pressie uitgeoefend, een beslissing te nemen, wat met het oog op het belang van de zaak in een zo kort tijdsbestek niet wel mogelijk is. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3].

Zaterdag 14 juni 1924 vergaderde de Raad van de gemeente Pijnacker in openbare zitting. Als enig onderwerp werd behandeld „waterleiding". Na lange discussie werd met algemene stemmen besloten, een gemeenschappelijke regeling aan te gaan met de gemeenten Benthuizen, Berkel en Rodenrijs, Bergschenhoek, Moerkapelle, Nootdorp, Zevenhuizen, Zoetermeer, Zegwaart en Bleiswijk, betreffende de bouw en de exploitatie van een waterleiding, overeenkomstig het plan van prof. ir. Chr. K. Visser te Delft [Delftsche Courant 17 mei 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Het besluit om in vereniging met andere gemeenten leidingwater te betrekken  wordt gewijzigd, aangezien de  gemeente Bergschenhoek nog niet tot een besluit is kunnen komen. Een gemeenschappelijke regeling met acht andere gemeenten inzake het waterleidingplan wordt vastgesteld. In de waterleidingcommissie worden benoemd de heeren Gs. Sonneveld, P. van Buysen en B. van der Burg [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Aan B&W wordt een krediet toegestaan om een deskundig advies in te winnen of het mogelijk is deze gemeente van gas te voorzien, hetzij alleen hetzij in gemeenschap met de gemeenten Zoetermeer, Zegwaart en Berkel [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 22 november 1924 wordt gemeld dat in het bestuur van de waterleiding van deze gemeente zijn benoemd de heren G. Sonneveld, A. E. van der Burg en P. van Buijsen. De eerste te houden vergadering zal namens Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland spoedig worden uitgeschreven, tot regeling van de voorbereidende werkzaamheden [Delftsche Courant 22 november 1924, blz. 3]

Op 22 november 1924 wordt gemeld dat van de gemeenten Zoetermeer en Berkel en Rodenrijs een schrijven is ingekomen dat zij geen gelden beschikbaar stellen voor een deskundig onderzoek inzake gaslevering aan de gemeenten Pijnacker, Zoetermeer Zegwaard en Berkel en Rodenrijs. De gemeenteraden van Pijnacker en Zegwaart hebben besloten daarvoor wel een bedrag ter beschikking te stellen [Delftsche Courant 22 november 1924, blz. 3]

onderwijs

Op 4 januari 1924 wordt gemeld dat van de door de Gereformeerde School van Pijnacker gesloten obligatielening de nummers 30 en 161  zijn uitgeloot, aldus de secretaris-penningmeester  G. Voogt [De Standaard 5 januari 1924, blz. 4]

Op 12 februari 1924 wordt door J.L Blok wegens ziekte gevraagd een tijdelijke onderwijzer(es) met de akte nuttige handwerken [De Nederlander 12 februari 1924, blz. 4]

Op woensdagavond 13 februari 1924 had in de eerste chr. herv. school aan de Stationsstraat de jaarvergadering plaats van de leden van de chr. hervormde schoolvereniging Wegens het ongunstige weer was de opkomst maar matig te noemen. De jaarverslagen van secretaris en penningmeester gaven geen aanleiding tot bijzondere opmerkingen en werden onder dankzegging goedgekeurd. De periodiek aftredende bestuursleden, de heren J R. Kromkamp en P. Bregman werden met nagenoeg algemene stemmen als zodanig herkozen. Aan het einde van de vergadering had ten bate van de school een verloting plaats van voorwerpen van huishoudelijken aard. De twee fraai gewerkte spreien vielen ten deel aan de dames  van de heren P. Sonneveld en J. Rodenburg [Delftsche Courant 15 februari  1924, blz. 2]

Op 20 februari 1924 werd in de O.L. school nr. 1 op het dorp vanwege de oudercommissie een ouderavond gehouden. Als punten van bespreking stonden op de agenda vermeld de verhoging van de leeftijdsgrens voor schoolkomende leerlingen en de nieuwe schoolgeldheffing, die door een commissie uit de gemeenteraad ontworpen wordt. Onder vele geanimeerde gesprekken werd besloten zich aan te sluiten bij de beweging tot afwijzing van de leeftijdsgrensverhoging en pogingen aan te wenden tot de oprichting van een bewaarschool. M.b.t. het schoolgeld zal aan B&W worden verzocht de inning daarvan m.i.v. 1 april 1924 te laten plaatsvinden door het schoolhoofd, daar de huidige inningswijze aanleiding geeft tot gegronde klachten.  Verder moest een geheel nieuwe oudercommissie worden benoemd doordat vele van de huidige leden geen kinderen meer op school hadden. Gekozen werden de heren J. Sonneveld Lzn tot voorzitter, H. Daneel als secretaris, Joh. Prins, P. Kooy, A. Hoogenboezem, J. Potters en Joh. van der Velden. Na rondvraag sloot de voorzitter  de vergadering met dank aan de leden voor hun opkomst [Delftsche Courant 22 februari 1924, blz. 3]

Op 20 februari 1924 had in de chr. herv. school aan de Stationsstraat een algemene ledenvergadering plaats van de Ned. herv. schoolvereniging waarin o.a. besloten werd met het oog op de opening van de school in de Oude Leede  het bestuur met twee leden uit te breiden. Gekozen werden C. Weerheim Czn en C. Schotte, beiden aldaar wonend. Wegens de verhoging van de leeftijdsgrens voor leerplichtige kinderen waren reeds plannen in bespreking  tot het oprichten van een bewaarschool. Plannen die al in een vergevorderd stadium zijn. Er werd een commissie benoemd om deze planne verder uit te werken. In die commissie werden benoemd de heren J.L. Blok, Joh. Bregman en T. Koetsier [Delftsche Courant 22 februari 1924, blz. 3]

Op 22 februari 1924 wordt gemeld dat tijdelijk tot onderwijzeres aan de chr. herv. school is benoemd mevrouw D. de Vries-Kikkert [Delftsche Courant 22 februari 1924, blz. 3; De Amsterdammer 27 februari 1924, blz. 2]

Op 3 maart 1924 wordt gemeld dat mej. B. van de Marel uit Pijnacker is benoemd tot onderwijzeres in Noordeloos [De Nederlander 3 maart 1924, blz. 3]

Op 26 mei 1924 wordt gemeld dat met ingang van 1 september 1924 J.H. Vonhof, onderwijzer aan de Chr. MULO-school in Doesburg, is benoemd tot hoofd van de Hervormde school in de Stationsstraat te Pijnacker. Vonhof heeft de benoeming aangenomen. Hij is de opvolger van J.L. Blok [De Standaard 26 mei 1924, blz. 6; Delftsche Courant 26 mei 1924, blz. 2].

Op 31 mei 1924 besluit de raad om  de oude school en onderwijzerswoning op Delfgauw op 18 juni 1924 en 25 juni 1924 publiek te verkopen en een nieuwe woning te bouwen voor het hoofd van de school. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]

Per 1 juli 1924 wordt een onderwijzer voor de middelklassen gevraagd aan de Chr. school in de Oude Leede [De Nederlander 18 maart 1924, blz. 4] 

Per 1 september 1924 is J.L Blok uit Pijnacker benoemd tot hoofd aan de nieuw geopende Herv. Willem de Zwijgerschool aan de Jan van Loonslaan te Rotterdam [De Standaard 17 maart 1924, blz. 6]. Hoewel deze eervolle benoeming de bekwame en beminnelijke onderwijzer gaarne gegund wordt, zullen velen hem met groot leedwezen naar Rotterdam zien vertrekken [Delftsche Courant 17 maart 1924, blz.  6]

Mej. A. W. Groenendal vierde donderdag 15 mei 1924 haar vijfentwintigjarig jubileum als onderwijzeres aan de openbare school. 's Morgens werd zij door drie leden van de oudercommissie per auto van haar woning afgehaald en de school binnengeleid, waarvan het middenlokaal keurig met planten en bloemen was versierd. Nadat door de kinderen een lied was gezongen, deed de burgemeester, die met de beide wethouders was verschenen, uitkomen, hoezeer de arbeid van mej. Groenendal op prijs gesteld wordt. Hij reikte haar een enveloppe met inhoud over als een bewijs van waardering van het gemeentebestuur. Daarop sprak de heer A.W. Swart, oud hoofd van de school op het dorp, enige woorden, welke eveneens van grote waardering getuigden. Nadat  H. Bezemer. het tegenwoordige hoofd van de school een kort woord had gesproken, vertolkte het lid  van de oudercommissie, de heer Joh. Prins, de gevoelens van de ouders van de leerlingen voor mejuffrouw Groenendal en bood haar een keurig gecalligrafeerd album aan met sierlijke pentekeningen van de overreiker met de namen van de gevers van het huldeblijk  dat bestond uit een prachtige damesstoel en een geschenk onder couvert. Van enige oud-leerlingen was een bijzonder fraai boeket ingekomen. Met enkele gepaste woorden dankte de jubilares allen. Nadat de kinderen verscheidene liederen hadden gezongen, begeleid door pianospel en gul onthaald waren, was de ochtendbijeenkomst afgelopen. Des namiddags van drie tot vijf uur hield mej. Groenendal receptie voor allen, die haar wilden complimenteren, waarvan een druk gebruik werd gemaakt. Des avonds om acht uur verzamelden zich in het schoollokaal tal van genodigden, voorstanders van het openbaar onderwijs, die met muziek en zang en allerlei voordrachten tot laat in de nacht aangenaam werden beziggehouden [Delftsche Courant 17 mei 1924, blz. 3] 

Op zaterdagmorgen 30 augustus 1924 om 10.00 uur zal in de 1e chr. hervormde school aan de Stationsstraat het afscheid plaats hebben van het hoofd van die school, de heer J. L. Blok, wegens vertrek naar Rotterdam en van de onderwijzeres mej. A. Wassink, die wegens aanstaand huwelijk de school verlaat. Daarop volgt de installatie van het nieuwe hoofd, de heer H. J. Vonhof uit Doesburg en van de nieuw benoemde onderwijzeres, mej. D. van Hoeven, uit Delft [Delftsche Courant 26 augustus 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Tot lid in de commissie tot wering van schoolverzuim wordt benoemd de heer J. H. Vonhof, in de plaats van de heer J. L. Blok, die wegens vertrek uit  de gemeente als zodanig heeft bedankt. [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 21 oktober 1924 vergadert de gemeenteraad. Op een verzoek van de oudercommissie van de o. l. school no. 1, om de school beschikbaar te stellen voor een spreker over volksonderwijs, wordt afwijzend beschikt [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Donderdagavond 13 november 1924 werd in de vergaderhal van de Ned. hervormde gemeente aan de Kerkweg een vergadering van genodigden gehouden, uitgeschreven door de oudercommissie van de openbare school no. 1 op het dorp, waarin als spreekster optrad mej. Antoinette Tuininga uit Amsterdam met het onderwerp "De openbare school, de school voor allen". Na de overtuigende rede werd besloten tot de oprichting van een afdeling van de vereniging "Volksonderwijs", waarvoor zich dadelijk 68 personen opgaven, wel een bewijs, dat de hoorders met het gesprokene instemden [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 3].

Op woensdagavond 19 november 1924 had in het vergaderlokaal van de Ned. Herv. gemeente aan de Kerkweg een ledenvergadering plaats van de onlangs opgerichte afdeling Pijnacker van de vereniging „Volksonderwijs", om een definitief bestuur te kiezen, waartoe verkozen werden mej. M. van Buijsen en de heren H. Bezemer, J. L. Toussaint, S. van Vuurde, 0. H. N. de Nooijer, W. Bos, P. van der Kooij en O. Jager. Staande de vergadering traden 20 nieuwe leden toe, zodat het ledental thans 74 bedraagt. Ook in Nootdorp bestaan plannen tot oprichting van een afdeling van „Volksonderwijs". [Delftsche Courant 28 november 1924, blz. 2]

Op 29 november 1924 wordt gemeld dat aan de Ned. Herv. school no. 1, aan de Stationsstraat is benoemd voor het geven van vakonderwijs, mej. C. A. de Bruin uit Pijnacker [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 2]

onheil

Op 7 februari 1924 rond 19.00 uur  branden in Pijnacker in een weiland in de Overgauw een hooiberg en een schuur van de vrachtrijder T. van der Elst uit Berkel af. De uitgerukte brandweer kon met de brandspuit weinig uitrichten. De gloed was in een deel van Delft te zien. Vooral aan de Rotterdamseweg zag men het brandend geraamte hel verlicht, duidelijk tegen de hemel afsteken.  Om zes uur ontstaan, was het vuur tegen 22.00 uur nog tot ver in de omtrek zichtbaar. Een koe, veertien varkens en 200 kippen zijn in de vlammen omgekomen. De oorzaak van de brand is onbekend. De schuur was verzekerd, het hooi en het vee niet­ [Arnhemsche Courant 8 februari 1924, blz. 2; De Maasbode 8 februari 1924, blz. 2; Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 2]. Vlg Voorwaarts 8 februari 1924, blz. 5 ging het om  15 varkens en 300 kippen.

Op 24 april 1924 wordt gemeld dat in Pijnacker het 2,5 jarig kind van de landbouwer Langelaan in de Klapwijksebuurt nabij de ouderlijke woning in een sloot is geraakt en verdronken. De pogingen aangewend door de zuster van Het Groene Kruis en later door Dr. van Tichelaar, om de levensgeesten weder op te wekken faalden [De Maasbode 24 april 1924, blz. 2] 

Dinsdagmiddag 10 juni 1924 heeft een windhoos in de tuin van de tuinier R. aan de Vlielandseweg in deze gemeente, ruim 30 broeiramen vernield. Bovendien werden door de neervallende glasscherven een groot aantal planten en veldvruchten stuk geslagen, terwijl het opruimen, vooral van het warenhuis, de ganse middag in beslag nam [Delftsche Courant 12 juni 1924, blz. 2]

Zondagnamiddag 27 juli 1924 is het jongste kind van L. B. aan de Wéstlaan, een meisje van vier jaar, verdronken gevonden in een open put aan de achterzijde van één van de nieuw gebouwde, maar nog onbewoonde huizen aan de Westlaan, waar het liep te spelen. Toen het kind wat lang uitbleef, ging men overal zoeken en vond het eindelijk levenloos in een van de putten. De droefheid der ouders over dit onverwacht verlies van hun jongste lieveling laat zich moeilijk beschrijven [Delftsche Courant 28 juli 1924, blz. 3]  Op de Westlaan nabij het Verlaat te Pijnacker staan nog verschillende landhuisjes leeg en de tuinen van deze villatjes zijn voor de Pijnackerse jeugd zeer gezochte speelplaatsen. Enige weken geleden is het steigerhout verkocht en zijn ook de bedekkingen van de zakputten meegenomen. Door het hoge gras waren de putten onzichtbaar. Om 13.00 uur waren daar weer enige kinderen aan het spelen en toen is de 4-jarige Coba Bos in een put gelopen. Eerst geruime tijd later werd haar verdwijning opgemerkt en werd de kleine door haar broer opgehaald. De geneesheer, die onmiddellijk ter plaatse was, kon slechts de dood constateren [Rotterdamsch Nieuwsblad 28 juli 1924, blz. 2].  

Zaterdagnamiddag 2 augustus 1924 begeven twee zussen zich per rijwiel naar Delft. Op de Pijnackerseweg slipt de fiets van één van de dames. Zij komt  zo ongelukkig terecht, dat zij een been breekt. Ze wordt bij de korenmolenaar, de heer P. van der Marei, binnengebracht. Men zendt een auto, die haar naar een ziekeninrichting te Delft vervoert. [Delftsche Courant 4 augustus 1924, blz. 3].

Op donderdagmiddag 29 augustus 1924 omstreeks 16.00 uur brak brand in een hooiberg, staande op de werf van de landbouwer F. Veldwisch op de Oudeleedeweg. De onmiddellijk uitgerukte motorspuit wist het vuur te beperken tot de kap van de berg en een gedeelte van het hooi. De brand is ontstaan, doordat een klein meisje buiten een oude courant had verbrand en de stukken van deze tegen de hooiberg waren opgewaaid [Delftsche Courant 29 augustus 1924, blz. 3].

Dinsdagmiddag 30 september 1924 werd een twaalftal koeien door de Oude Leedsche buurt onder deze gemeente gedreven door een paar koedrijvers. Eén van de beesten maakte daarbij een uitstapje en ging door de keukendeur de woning van de heer Den Braver binnen. Nadat ze daar nogal schade had aangericht, o.a. een paar stoelen had stukgetrapt, gelukte het de bewoners het dier te verjagen [Delftsche Courant 2 oktober 1924, blz. 7]. 

Dinsdagochtend 7 oktober 1924 is een persoon uit deze gemeente, die indertijd een beroerte heeft gehad en nog gebrekkig is aan arm en been, in de vaart aan de Kerkweg te Pijnacker, tegenover de werkplaats van de heer N. W. Kluiters te water geraakt. Spoedig werd hij op het droge gehaald, van droge kleren voorzien en per voertuig naar zijn woning gebracht [Delftsche Courant 8 oktober 1924, blz. 2] 

Woensdagochtend 19 november 1924 reed de melkwagen van A. Gravensteijn uit de Oude Leedse buurt onder de gemeente aan de Molenkade te water: De bestuurder en een zoontje van de eigenaar deden een nat pak op. Hoewel paard en wagen spoedig weer op het droge waren gebracht, was het toch een schadepost voor Gravensteijn, daar veel melk verloren was gegaan [Delftsche Courant 28 november 1924, blz. 2]

Op 24 november 1924 wordt gemeld dat de tuinder A. van Velzen uit Nootdorp met zijn wagen bij de timmerman Bazuin in de Katwijksebuurt in Pijnacker stond toen het paard achteruit liep en daardoor met kar en al te water geraakte. De voerman kwam met een nat pak en de schrik vrij, terwijl de wagen enigszins beschadigd werd. Het paard was vrij spoedig op het droge gebracht [Delftsche Courant 24 november 1924, blz. 3]

Op 25 november 1924 wordt gemeld dat D. Slootweg uit de Oude Leedsche buurt toen hij in Pijnacker in de omtrek van de Zuideindseweg aan het jagen was op eendvogels, zijn geweer uit elkaar knalde, dat blijkbaar te sterk was geladen, met het ongelukkige gevolg, dat hem een duim werd afgerukt en twee vingers deerlijk werden gewond. Nadat de Pijnackerse dr. Bos een voorlopig verband had aangelegd, werd de patiënt per auto naar de ziekeninrichting „Bethel" te Delft vervoerd [Delftsche Courant 25 november 1924, blz. 2]. Een andere bron weet te melden dat het om zelf gemaakte patronen ging. De hoeveelheid kruit daarin was te groot [De Tijd 25 november 1924, blz. 7] 

Door het subcomité van vijf Zeeuwen, woonachtig in Pijnacker, is de oollecte onder de ingezetenen gehouden voor de weduwen en halve wezen der omgekomen vissers bij de stormramp te Vlissingen en Arnemuiden, ten bedrage van f 302,01, aan de hoofdcommissie te Delft afgedragen [Delftsche Courant 25 november 1924, blz. 2]

onroerend goed

Op 19 januari 1924 worden te huur aangeboden enige percelen weiland in de Klein Vrijenbansche Polder  tussen Dwarskade en Middenweg, gemeente Pijnacker. Gezamenlijk groot 11.24.67 hectare, ook in gedeeltes. Aanvaarding onmiddellijk na de toewijzing. De verhuurder behoudt zich het recht voor de huur te gunnen aan wie hij wil. Inschrijving dient plaats te vinden bij L. van Spronsen Anthz, Herenstraat 43 in Monster  onder vermelding van twee solide borgen [Delftsche Courant 19 januari 1924, blz. 4]

Op 13 februari 1924 wordt gemeld dat Th. G. Wubben en M. Wagenveld een bijdrage van f 600 hebben ontvangen voor de bouw van woningen [Ned. Stcrt. 13 februari 1924, blz. 11]

Op 14 februari 1924 is te koop een huisje en bouwgrond in Pijnacker nabij het station. Solide gebouwd. Hypotheek mogelijk [Rotterdamsch Nieuwsblad 14 februari 1924, blz. 10

Op 8 maart 1924 is te koop een aardig buitenhuis met tuin te Pijnacker onder de rook van Rotterdam, Grootte pl.m. 250 ca, 6 kamers, electr. licht. Onder architectuur gebouwd. Koopprijs ƒ 7500. Als hypotheek kan ƒ 5500 gevestigd blijven [Rotterdamsch nieuwsblad 8 maart 1924, blz. 4]. 

Openbare verkoping krachtens artikel 1223 B.W. van een warmoezierswoning met erf en tuin aan de Katwijkse Vaart te Pijnacker. Notaris Th . P. J. Hoppe te Delft, is voornemens op woensdag 25 maart 1924 bij veiling en op woensdag 2 april 1924 bij afslag, telkens des voormiddags te elf uren, in het Bondshotel „Het Raadhuis" aan de Oostlaan te Pijnacker, in het openbaar te verkopen: Een warmoezierstuin met twee woningen, onder één dak, mattenschuur en varkensschuur aan de Katwijkse Vaart onder de gemeente Pijnacker, bij het kadaster van die gemeente bekend als sectie B. nrs. 1151, 1302, 1300, 1301, tezamen groot 58 aren, 40 centiaren. Het huis gemerkt nr. 27 is in eigen gebruik en bevat: voorkamer, slaapkamer, huiskamer, keuken en zolder. Het huis gemerkt nr.. 28 bevattende: kamer, keuken en zolder, is bij de week verhuurd voor f 2,- per week. Grondlasten f 17.18. Droogmaking in de Oude of Hoge polder van Pijnacker f 11.68. Oude of hoge polder van Pijnacker ƒ 8.17. Delfl. sluisgeld ƒ 6.33. Aanvaarding, wat de tuin betreft, onmiddellijk na de toewijzing, wat de behuizingen aangaan op 15 mei 1924. Betaling van de kooppenningen op 15 mei 1924. Dagelijks te bezichtigen. Nadere inlichtingen te bekomen ten kantore van bovengenoemde Notaris Hoppe, Nickersteeg te Delft [Delftsche Courant 8 maart 1924, blz. 7]. De warmoezierswoning met erf en tuin aan de Katwijkse Vaart te Pijnacker, groot 58.40 aren, staat in bod en verhoging op ƒ6500.-. Gelegenheid tot bodsverhoging tegen genot van 10% van de verhoogsom ten kantore van de notaris.  [Delftsche Courant 29 maart 1924, blz. 4]

Openbare verkoping krachtens artikel 1223 B.W. van een herenhuis met erf en tuin, pakhuis en bovenwoning aan de Stationstraat te Pijnacker. Notaris Th. P. J Hoppe te Delft is voornemens op woensdag 26 maart 1924 bij veiling en op woensdag 2 april 1924 bij afslag, telkens des voormiddags te elf uren, in het Bondshotel: "Het Raadhuis" aan de Oostlaan te Pijnacker in het openbaar te verkopen: Het Herenhuis met erf en tuin, pakhuis zeer geschikt voor garage en bovenwoning aan de Stationstraat te Pijnacker, bij het kadaster der gemeente Pijnacker bekend in sectie C. no. 2859 ter grootte van 5 Aren. 60 centiaren, plaatselijk gemerkt nos. A 228, 229 en 230. Het perceel is door zijn gunstige ligging, in de onmiddellijke nabijheid van het station van de Electrische Spoor Den Haag -Rotterdam, uitnemend geschikt voor stationskoffiehuis met speeltuin, ook zeer goed in te richten voor pension. Het pand bevat marmeren vestibule, gang met open trap, twee kamers ensuite met marmeren schoorsteenmantel, serre, keuken met aanrecht, kasten, W.C., kelder. Boven: gang met kast, drie slaapkamers, waarvan één met balkon, dienstbodekamer. Pakhuis waarin kantoor met afzonderlijke bovenwoning bevattende: drie kamers, keuken, berghok en W.C. Het bovenhuis is verhuurd voor f 400 per jaar tot 1 mei 1924, grondlasten f 47.65, polderlasten f 70 Delfl. sluisgeld ƒ 5.57. Het herenhuis met pakhuis is te aanvaarden op 1 mei 1924, het bovenhuis onder gestanddoeniug van de bestaande huurovereenkomst. Betaling van de kooppenningen op 1 mei 1924. Te bezichtigen dinsdag en donderdag voor de veiling, op vertoon van toegangsbewijs af te geven, door bovengenoemde notaris, des namiddags van 2 -4 uren [Delftsche Courant 8 maart 1924, blz. 7] Op 29 maart 1924 wordt gemeld dat het herenhuis met erf en tuin, pakhuis en bovenwoning aan de Stationstraat no. 228, 229 en 230 te Pijnacker, in bod staat op ƒ 9300. [Delftsche Courant 29 maart 1924, blz. 4]. Op 3 april 1924 wordt gemeld dat de villa en het pakhuis met bovenwoning aan de Stationsstraat, vlak tegenover het station van het electrisch spoor, woensdagochtend door notaris Hoppe van Delft, f 3.000 boven het veilingsbod, voor de som van f 12.300 is verkocht aan de firma Harkema te Groningen. Door genoemde firma is achter de villa een kuiperij gevestigd en zij deed deze aankoop vermoedelijk om haar werkzaamheden uit te breiden, zodat er van de vestiging van een café-restaurant met speeltuin of van een pension wel niets komen zal [Delftsche Courant 3 april 1924, blz.  6].

Ten overstaan van de Notarissen P. C. L. Eikendal en O. J. van Gendt te 's-Gravenhage zal op donderdagen 10 april 1924 en 17 april 1924 in het Café „De Koophandel" op de hoek van de Beestenmarkt en de Broerhuisstraat te Delft in het openbaar worden geveild en verkocht: zes percelen weiland gelegen in de drooggemaakte Bieslandse polder onder de gemeente Pijnacker, kadaster gemeente Pijnacker sectie E nummers 603, 598, 595, 604, 597, 596 en 605 ter gezamenlijke grootte van 8.64.70 hectaren. Breder omschreven bij verkoopbiljetten. Grondbelasting 1924 ƒ 52,56, Delflands sluisgeld 1924 ƒ 76,95. Aanvaarding vrij van huur onmiddellijk na toewijzing. Betaling kooppenningen op 2 juni 1924 onder bijbetaling van een rente ad 6% sedert de aanvaarding. Onraadspenningen 8%, trekgeld 1%. Gedurende een half uur na de veiling en een half uur vóór de gunning kunnen verhogingen worden aangeboden tegen vergoeding van een premie van 10% van de som, waarmee verhoogd is, welke alleen uitbetaald wordt als toewijzing plaats heeft. Nadere inlichtingen en biljetten gratis te bekomen ten kantore van genoemde Notarissen, Noordeinde 38, te 's-Gravenhage. Bij de op 10 april jl. gehouden veiling  zijn deze ingezet als volgt: Perceel I groot 1.48.80 op ƒ4000,-. Perceel II groot 1.61.20 hectare op ƒ4200,-. Perceel III groot 1.50.60 hectare op ƒ4100—. Perceel IV groot 1.34.53 hectare op ƒ3100,—. Perceel V groot 1.38.54 hectare op ƒ2900,-. Perceel VI groot 1.31.03 hectare op ƒ 2700,-. De gunning blijft bepaald op donderdag 17 april a.s., ten elf uur v.m., in het Café „De Koophandel," op de hoek van de Beestenmarkt en de Broerhuisstraat te Delft, alwaar gedurende een half uur vóór de gunning gelegenheid bestaat tot het doen van verhogingen. Inlichtingen en biljetten gratis te bekomen ten kantore van de notarissen P. C. L. Eikendal en O. J. van Gendt te 's Gravenhage, Noordeinde 38 [Delftsche Courant 12 april 1924, blz. 8]. 

Donderdagavond 3 april 1924 had in het bondscafé van de heer G. C. van Schie, aan de Oostlaan, een ledenvergadering plaats der woningbouwvereniging „Pijnacker". De voorzitter, de heer Johs. Bregman, opende de bijeenkomst en betreurde het, dat, zeker ook door het vergevorderde seizoen, maar weinig leden aan de oproeping hadden gehoor gegeven. Hij deelde mee, dat de vereniging was toegetreden tot de afdeling Zuid-Holland van de Nationale Woningraad, waarbij zich reeds 51 verenigingen hadden aangesloten en waardoor men hulp en voorlichting kan bekomen bij administratieve moeilijkheden. De secretaris meldde in zijn jaarverslag, dat het aantal leden afneemt en op het ogenblik 71 bedraagt. Hij klaagde over de langzame afwikkeling van de zaken door de ambtenarij en de omstandigheid, dat alles van het ministerie van arbeid over het gemeentebestuur gaat, wat de afdoening van de zaken niet bespoedigt. Uit de rekening en verantwoording over het afgelopen jaar van de penningmeester bleek, dat Blok I aan huur heeft opgeleverd f 4230,- en een saldo verlies van f 2204.— Voor Blok II zijn die cijfers respectievelijk f 3302,40 en f 1928,68, welke tekorten voor drie vierden door het rijk en voor één vierde door de gemeente worden aangezuiverd. De commissie tot nazien van deze rekening verklaarde bij monde van de heer J. van der Salm, dat alles in de beste orde was bevonden. Tot leden van de commissie voor het nazien van de rekening voor het lopende jaar werden benoemd de heren J. Bloemendaal, P. Kooy en B. Bijsterveld en tot hun plaatsvervangers de heren Joh. Blom, A. Mosterd en H. van der Elst. Het aftredend bestuurslid, de heer Johs. Bregman, werd met nagenoeg algemene stemmen als zodanig herkozen en nam die herbenoeming aan. Bij de rondvraag bespraken enkele bewoners gewenste herstellingen of verbeteringen aan hun huizen, waarop het bestuur, zover mogelijk, voorziening toezegde. Hierna werd de vergadering gesloten [Delftsche Courant 5 april 1924, blz. 3] 

Op 7 april 1924 zijn huizen te huur te Pijnacker, met evenredige belastingen. Personele belasting op een huis van ƒ 3.— per week met alle grondslagen ƒ4.— per jaar. Voor een huis van fl 7- per week f 74.25 per jaar. Inlichtingen L. LOCK, Westlaan 27, Pijnacker [Delftsche Courant 7 april 1924, blz. 8]

Op 10 april 1924 is te koop of te huur een herenhuis met een voor- en flinke achtertuin, voorzien van electra en waterleiding, staande aan de Westlaan te Pijnacker. Huur ƒ 55,- per mnd. Koopsom ƒ 10.000,—. Dagelijks te bezichtigen. Te bevragen bij  C. Bijsterveld, Stationsstraat 290a. 

Op 12 april 1924 staat te koop een aardig buitenhuis met tuin, onder architectuur gebouwd en zéér gunstig gelegen te Pijnacker, onder de rook van Rotterdam. Bevat 6 kamers, electrisch licht. Lage belasting. Koopprijs slechts f 7.500. Hypotheek evt. f 5.500.-. Brieven aan P. C. & S. B. Lange Haven 103, Schiedam. [De Maasbode 12 april 1924, blz. 7; Rotterdamsch Nieuwsblad 21 mei 1924, blz. 20]

Op 18 april 1924 is te huur ongeveer 9 hectaren goed weiland  in de gemeente Pijnacker. Ook bij percelen te huur. Te bevragen bij P. Keukenmeester in Leidschendam [Delftsche Courant 18 april 1924, blz. 4]

Notaris E. E. Croin zal op de woensdagen 23 april 1924 en 30 april 1924, bij veiling en afslag telkens om 11.00 uur in Bondshótel „Het Raadhuis'' van de heer G. C. van Schie, Pijnacker, publiek verkopen twee percelen tuinland met woonhuis, stenen wagenschuur grote mattenloods, schuurtje, regenwaterput, en een perceel weiland, alles aaneengelegen te Pijnacker, in de Drooggemaakte Polder aan de Oude Leedeweg D. nr. 8 nabij het Station Berkel van de Electrische Spoor, kadastrale sectie [1] C nr. 418, huis, schuren en tuinland, groot 83.30 are, in bod op f 9100 met verhoging op f 10.200; [2] nr. 420, tuinland, groot 1.35 hectare, in bod op f 6900; [3] nr.  419, weiland, groot 1.20.70 centiare, in bod op f 4100, met verhoging op f 4900. Met het recht van uitweg van en naar de Groene Kade ten behoeve van perceel 420 en ten laste van perceel Pijnacker C no. 416. Tesamen 3:39 hectare, te veilen in 3 percelen  en combinaties. Te aanvaarden terstond na de toewijzing [Delftsche Courant 12 april 1924, blz. 4; Delftsche Courant 24 april 1924, blz. 4; Delftsche Courant 26 april 1924, blz. 8]

Op 23 april 1924 wordt gemeld dat J.G. Hijgemann een bijdrage van f 300 heeft ontvangen voor de bouw van een woning [Ned. Stcrt. april 1924, blz. 13]

Ten overstaan van notaris B.W. Oomen te Wateringen, zullen op de donderdagen 1 mei 1924 en 8 mei 1924, telkens om 10.30 uur (zomertijd), resp. bij veiling en afslag, in Hotel-Café „'t Scheepje" aan de Burgwal 8 te Delft, in het openbaar worden verkocht, in één koop het woonhuis met schuur, erf en tuin, wijk E no. 81 en de arbeiderswoning met erf, wijk E no. 80, aan de Schoolkade te Delfgauw, kadastrale gemeente Pijnacker, sectie G nrs. 231, 827 en 828, samen groot 15,66 are. No. 81 is bij verkoper in eigen gebruik en bevat: beneden: voorkamer, keuken en gang, boven twee kamers, daarboven zolder. No. 80 is van week tot week verhuurd voor f 1,75 p. w. en bevat beneden: woonkamer en keuken, waarin kelderkast, daarboven zolder. De lasten bedragen per jaar totaal: grondlasten f 13,72, polderlasten en waterkering f 5,82, Delflands Sluisgeld ƒ 2,81. Aanvaarding: van no. 81 geheel ontruimd 15 mei 1924, van no. 80, in genot van huur, bij de betaling der kooppenningen. Betaling op 16 juni 1924. Bezichtiging elke werkdag, n.m. 14.00 - 1600 uur [Delftsche Courant 12 april 1924, blz. 12]

Op 9 mei 1924 zijn in Pijnacker te huur tegen een zeer lage prijs nog slechts enkele vrijstaande woningen, bestaande uit: beneden: 2 grote kamers en suite, keuken en vestibule, boven: 3 grote slaapkamers en 2 kleine kamers, bovendien een voor- en achter tuintje en achter een stenen loods. Aanbevolen wordt spoed-aanvragen in te zenden onder no. 8238, aan het Advertentiebureau Bril, Schietbaanlaan 104 te Rotterdam [Nieuwe Rotterdamsche Courant 9 mei 1924, blz. 18]

Openbare verkoping op 14 mei 1924 en 21 mei 1924 krachtens art. 1223 B.W. in het Bondshotel te Pijnacker om 11.00 uur, van zes onder architectuur gebouwde zeer nette middenstandswoningen met grond, groot elk 300m2, op de beste stand — de Westlaan — te Pijnacker, nabij station Z. H. E. S  Den Haag-Rotterdam en nabij Delft. Van de koopsom kan 70 % als eerste hypotheek worden verstrekt, notaris De Gidts. Ze staan elk in bod op f 6200 [De Maasbode 25 april 1924, blz. 4; Delftsche Courant 17 mei 1924, blz. 3]

Op 31 mei 1924 wordt gemeld dat het oude schoolgebouw en onderwijzerswoning te Delfgauw geveild en verkocht zal worden in het openbaar in het Bondshotel te Pijnacker op de woensdagen 18 en 25 juni 1924 door Notaris De Gidts [Delftsche Courant 31 mei 1924, blz. 3]

Op 31 mei 1924 staat een geheel vrij woonhuis te huur of te koop met 2 kamers, suite, keuken, slaapkamer en diverse gemakken. Voor- en achtertuin. Te bevragen bij Van  Vliet. Westlaan 153/37 in Pijnacker [Rotterdamsch Nieuwsblad 31 mei 1924, blz. 16].

Notaris J. W. van Hamersvelt te Zoetermeer zal op de woensdagen 4 juni 1924 en 11 juni 1924, v.m. 11.00 uur, in café Veelenturf te Zegwaart, ten verzoeke van de erven Mej. wed. J. van Mullem A.zn., publiek verkopen de bouwmanswoning "Weltevreden," met diverse percelen weiland, een perceel tuingrond en een geriefelijk ingericht woonhuis, alles bij elkander in de Katwijksebuurt te Pijnacker, ter gezamenlijke grootte van 10 hectaren 1 are 78 centiaren, te veilen in 5 percelen. In bod gekomen voor [1] op f 8.000 [2] f 5200, [3] f 4900, [4] f 5000. Samen op f 23.100. En het woonhuis op f 4200 De woning met land is verhuurd aan de heer Jac. van Mullem Jzn. voor ƒ 1700 per jaar, onder beding als in de veilingboekjes omschreven tot november/kerstmis 1931 en 1 mei 1932, met 5 optiejaren. Het woonhuis is direct te aanvaarden. Veilingboekjes met kaart gratis verkrijgbaar ten kantore van de notaris [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 8; Delftsche Courant 31 mei 1924, blz. 8; Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 8]

Op 5 juni 1924  is te koop of te huur het huis aan de Westlaan 153/34 te Pijnacker Beneden twee Kamers ensuite, vestibule, keuken, enz. Boven twee grote en twee kleine kamers Voor en achter het huis tuin. Te bevragen bij de bewoner H. Bongaards. [Rotterdamsch Nieuwsblad 5 juni 1924, blz.  23]

Er gaan op 10 juni 1924 geruchten, dat in de Stationsstraat te Pijnacker een paar nieuw gebouwde, nog leegstaande, huizen in beslag zijn genomen voor het inrichten van een asy| voor daklozen en zwervers. De bewoners van de nette Stationsstraat en de daarin uitkomende Kroonstraat zijn daar lniet over gesticht en reeds heeft daar een adres aan de burgemeester gecirculeerd, waarop haast alle belanghebbenden hebben getekend, met verzoek de uitvoering van het plan te verhinderen. Het is de vraag in hoeverre des burgemeesters bevoegdheid in deze gaat, maar zeker is het, dat door de stichting van een dergelijke inrichting de nieuwe, nog steeds leegstaande, huizen in de Stationsstraat lang op bewoners zullen kunnen wachten [Delftsche Courant 10 juni 1924, blz. 2] 

Mijnheer de Redacteur. Filantropie is zeer goed, tenminste wanneer een onschuldige derde daar niet de dupe van wordt. Hetgeen staat te gebeuren op Pijnacker. Een vereniging, wier naam angstvallig verzwegen wordt, heeft in de Stationsstraat gekocht (of in voorkoop genomen) twee herenhuizen, om daar in te vestigen.... een asyl voor daklozen, drankzuchtigen en wat er verder aan menselijk gezonkens langs de wegen zwerft. Daar dit in de kom van de gemeente is, verwekt dit bij de omwonenden, .vooral bij hen die kinderen hebben, grote verontwaardiging. Niet dat men zich beter acht, maar het laag gevallene in de maatschappij dient toch verwijderd gehouden te worden van 't opkomend geslacht, dat helaas zonder gemelde lieden toch al genoeg leert wat men liever niet wil. Nu zullen de onbekende H. H. bestuursleden van de te vestigen inrichting wel zeggen, dat hun landlopers onder behoorlijke controle en tucht staan, maar ondergetekende heeft zelf in een dergelijke inrichting te 's Gravenhage gezien, hoe die mensen om hun tehuis zwermden, en dat was waarlijk verre van verheffend, om 't maar op z'n zachtst uit te drukken. In de grote steden zet men zulke inrichtingen dan ook in afgelegen gedeelten buiten de stad, waar men er niemand mee hindert. 't Is wel jammer, dat de wet ons hiertegen geen bescherming kan bieden, zodat alleen het zedelijke bewustzijn van de bestuursleden van de vereniging ons voor deze strop zou kunnen vrijwaren. Als men zich echter het lot der beschermelingen zo aantrekt, laat men hen. dan in eigen omgeving opnemen, maar er niet ons mee opknappen. Men sticht hier nu meer kwaad dan goed. Met dank voor de verleende plaatsruimte Hoogachtend Joh. P. Namens veel bewoners der Stationsstraat [Rotterdamsch Nieuwsblad 10 juni 1924. blz. 5]. 

Op 10 juni 1924 is te huur of te koop Westlaan 153/34 in Pijnacker. Beneden: twee kamers ensuite. vestibule, keuken, enz. Boven:  twee grote en twee kleine kamers. Voor en achter het huis tuin. Te bevragen bij de bewoner H. Bongaards [Rotterdamsch Nieuwsblad 10 juni 1924, blz. 3]

Notaris Th . P. J. Hoppe te Delft, is voornemens op donderdag 19 juni 1924, in het Venduhuis der Notarissen aan de Voldersgracht te Delft, des voormiddags om 11.00 uur, in het openbaar te verkopen en te verpachten: A. Vier perceelen sterk te veld staand grasgewas aan de Middelweg, nabij de Brasserskade onder Pijnacker. [I] Sectie E, no. 957, groot H.A. 2.63.80. [II] Sectie E, no. 958, groot H.A. 2.13.50. [III] Sectie E, no. 959, groot H.A. 1.93.70. [IV] Sectie E, no. 960, groot H.A. 2.35.50. B. De nawei van bovengemelde percelen vanaf het vervoer van het daarop verkocht grasgewas tot Kerstmis negentienhonderd vier en twintig. Betaling van kooppenningen, de helft onmiddellijk na de toewijzing, de andere helft voor het vervoer. Betaling pacht van de nawei 1 augustus 1924. Nadere inlichtingen te bekomen ten kantore van Notaris Th . P. J. Hoppe, Nickersteeg, Delft [Delftsche Courant 10 juni 1924, blz. 4]

Op 17 juni 1924 is, vanwege bijzondere omstandigheden. te koop een woonhuis in Pijnacker met voor-, en achtertuin, gunstig gelegen, groot 2923 c.a., met ƒ 2500 aanbetaling vrij op naam. Hypotheek ƒ 5000, kan tegen matige rente blijven voortbestaan. Aanbiedingen onder nr.. 37879, Bureau van dit Blad [Rotterdamsch Nieuwsblad 17 juni 1924, blz. 8].

Op 18 juni 1924 is te koop of te huur een landhuis. onder architectuur gebouwd, 6 kamers, electrisch licht. Zéér gunstig gelegen te Pijnacker aan de electrische trein Rotterdam. Lage belasting. Koopsom f 7.500.- Hypotheek f 5.600.- voorhanden. Huur f 600.— 's jaars. Adres J. Mulder, Zwart Janstraat 110a, Rotterdam [De Maasbode 18 juni 1924, blz. 12]

Op 16 juli 1924 wordt gemeld dat IJ van Vliet een bijdrage van f 3600 heeft ontvangen voor de bouw van woningen [Ned. Stcrt. 16 juli 1924, blz. 8; Ned. Stcrt. 24 september 1924, blz. 8]

Op 28 juli 1924 wordt gemeld dat de vernieuwde inschrijving voor het bouwen van een nieuwe woning voor het hoofd van de openbare school no. 3 te Delfgauw onder de ambachtslieden in deze gemeente en naar een enigszins gewijzigd plan, had de volgende uitslag: Timmerwerk: J. Bazuin f 4035; A. Kranenburg f 3690: gebr. Schotte f 3680; N. W. Kluiters f 3615 en G. S. Kerklaan f 3250. Metselwerk: G. de Wilde f 3450; P Kas f 3424; M. Schuring f 3370; C. Jager f 3195 ; C. Bijsterveld f 3145 en J. de Graaf f 3089. Verfwerk: .Cs. van Aalst f 635; D. Vrijenhoek f 630; gebr. van Aalst f 615; J. Verwaal f 585 e n J. B. Soeterbroek  f 540. De gunning is aangehouden [Delftsche Courant 28 juli 1924, blz. 3]

Openbare verkoping krachtens art. 1223 B.W. in het Bondshotel te Pijnacker op de woensdagen 30 juli 1924 en 6 augustus 1924, om 11.00 uur, van 15 woonhuizen met grond er vóór en achter, groot elk 300 m2 (de huizen zijn nog niet geheel voltooid) gelegen aan de Westlaan te Pijnacker, in de nabijheid van het station Z.H.E. Spoor Den Haag-Rotterdam en van Delft. Tot een bedrag van 70% van de verkoopprijs kan eerste hypotheek worden verstrekt [De Maasbode 15 juli 1924, blz. 4]. Zeven zijn in veiling gebracht voor f 5.000, twee voor f 5200, twee voor f 5300, drie voor f 5400 en één voor f 5500 [De Maasbode 1 augustus 1924, blz. 12]

Op 7 augustus 1924 wordt gemeld dat de architecten Snijders en v. d. Vlis zullen namens hun principaal, de heer A. C. A. v. d. Marel, trachten aan te besteden op 16 augustus 1924, om 10.00 uur, in 't café „'t Scheepje" te Delft. Het bouwen van een woonhuis in Pijnacker. Bestek en tekening à ƒ 4.- per stel, restitutie f 2,- verkrijgbaar bij J. Snijders, Van Lennepstraat 64b, Rotterdam [Delftsche Courant 7 augustus 1924, blz. 4]

Openbare verkoping ten overstaan van de kandidaat-notaris P. W. M. Esser, als plaatsvervanger van notaris M. L. Henriques de Castro te Rotterdam, op woensdag 20 augustus 1924 bij voorlopige afslag en op woensdag 27 augustus 1924 bij definitieve afslag, telkens om 14.00 uur, in het Notarishuis aldaar van het pand en erf met loods, voor-en achtertuin en water te Pijnacker, aan de Westlaan no. 153/21, kadaster Pijnacker, Sectie C, no. 2923, groot 3 aren 9 centiaren. Grondbelasting ƒ 21,47. Het pand is voorzien van electrisch licht en gelegen in de nabijheid van het station Z.H.E.S.M. Rotterdam-Den Haag en van Delft, is in eigen gebruik geweest en ontruimd te aanvaarden op de dag van de toewijzing. Betaling kooppenningen vóór of op 1 oktober 1924 met bijvoeging van 6% rente over de koopsom sedert de dag van de toewijzing. Bezichtiging 16, 18 en 19 augustus 1924 van 10.00 tot 16.00 uur op vertoon van toegangsbewijs, verkrijgbaar ten kantore van genoemden notaris, Stationsweg 45a, alwaar nadere inlichtingen worden verstrekt [Delftsche Courant  2 augustus 1924, blz. 8]. Op 20 augustus 1924 is de voorlopige afslag van het pand en erf met loods, voor- en achtertuin en water aan de Westlaan nr. 153/21. Trekgeld 5.350 [Nieuwe Rotterdamsche Courant  20 augustus 1924, blz. 3]. Het perceel wordt voor f 5500 verkocht [De Maasbode 27 augustus 1924, blz. 6]

Openbare verkoping door notaris de Gidts krachtens art. 1223 B.W. in het Bondshotel te Pijnacker op de woensdagen 20 augustus 1924 en 27 augustus 1924, om 11.00 uur van vier zeer nette, onder architectuur gebouwde landhuisjes met grond voor en achter aan het stratenplein, bij de Noordweg te Pijnacker, nabij station Z.H.E. Spoor Den Haag-Rotterdam, en nabij Delft, benevens de daarbij behorende wegen met betonbruggen en strookje grond [Delftsche Courant 9 augustus 1924, blz. 4].

Op woensdag 27 augustus 1924 om 11.00 uur vindt in het Bondshotel te Pijnacker afslag plaats van de 4 landhuisjes bij de Noordweg te Pijnacker, die in veiling en verhoging staan op slechts ƒ3800, ƒ3800, ƒ3900 en ƒ4100, benevens een strook grond met weg op ƒ50. Bodsverhogingen en inlichtingen ten kantore van notaris de Gidts [Delftsche Courant 23 augustus 1924, blz. 4]. 

Op 8 september 2020 staan te koop of te huur twee landhuizen in Pijnacker (lage belasting) onder architectuur gebouwd, 6 kamers, voor- en achtertuin, electrisch licht, 5 min. van station, Koopsom ƒ 7500. Hypotheek mogelijk tot ƒ 6000 à 6%. Huurprijs f 600 [Haagsche Courant 8 september 1924, blz. 14]. Op 1 november 1924 is de woning nog niet verkocht  [Rotterdamsch Nieuwsblad 1 november 1924, blz. 8]

Notaris D. Erdman uit Den Haag, zal in het café van Ouds het Raadhuis van G. C. van Schie, aan de Oostlaan te Pijnacker, op de dinsdagen 9 september 1924 en 16 september 1924, om 11.00 uur, respectievelijk veilen en gunnen: Dertien Huizen met tuinen, vlakbij het station van de electrische spoor, aan de Stationsstraat nos. A278 tot en met A282, A284, A285, A330 tot en met A335 te Pijnacker, kad. sectie C nrs. 2936 tot en met 2941, 2945 tot en met 2949, 2951 en 2952, groot resp. 1,67, 1,68, 1,68, 1,68, 1,67, 1,66, 1,47, 2,03, 2,01, 1,93, 1,87, 1,88 en 1,88 are. Breder bij biljetten omschreven. Verhuurd: A281 voor ƒ 45 per maand bij vooruitbetaling, tot 1 november 1924; A285 voor f 45 per maand bij vooruitbetaling, tot nader op te geven tijdstip, A332 voor f 45 per maand bij vooruitbetaling tot 1 juni 1925 met 3 optiejaren en recht van koop voor ƒ 7500,— en A334 voor ƒ 45 per maand bij vooruitbetaling zonder contract. De overige 9 huizen zijn onverhuurd en onmiddellijk te betrekken. Grondlasten over 1924 van de kad.nos. 2945, 2948 en 2951 ƒ 21,40 en van de overige nos. circa ƒ0,20. Sluisgelden en polderlasten zullen nader worden bekend gemaakt. Bezichtiging maandag en donderdag van 2 tot 4 uur; sleutels te bevragen op A283. Aanvaarding direct na de gunning; betaling kooppenningen 1 november 1924, met bijpassing van 6% rente vanaf de dag van de aanvaarding. Combinatie van de perceelen voorbehouden. Nadere inlichtingen ten kantore van voornoemden notaris, lavastraat 46, Den Haag [Delftsche Courant 16 augustus 1924, blz. 8; De Maasbode 30 augustus 1924, blz. 8] 

Dinsdagochtend 16 september 1924 heeft de verkoop plaats gehad bij onherroepelijke volmacht van dertien verleden jaar in de Stationsstraat gebouwde, voor het merendeel nog onbewoonde middenstandshuizen. Koper is geworden de heer J. M. van Leen te 's Gravenhage, tegen de gemiddelde prijs van f 5400 per stuk [Delftsche Courant 17 september 1924, blz. 2] 

Op 17 september 1924 en 24 september 1924 vindt in het Bondshotel te Pijnacker om 11.00 uur openbare verkoop krachtens art. 1223 B.W. plaats van 4 middenstandswoningen met tuin voor en achter, aan de Stationsstraat te Pijnacker, bij het station, door de Notarissen Dam en Reyers te Rotterdam, en de Gidts te Pijnacker, zijnde 3 niet verhuurd en 1 verhuurd tot 1 juni 1925 ad f 510 per jaar. In bod gezet op 2 x f 5200, 1 x f 4800 en 1 x f 4900 [Delftsche Courant 30 augustus 1924, blz. 4; De Maasbode 20 september 1924, blz. 4].

Op 18 september 1924 wordt gemeld dat het bestuur van de polder Nootdorp al het weiland in de Sint Janspolder met alle wegen en wegkanten heeft verhuurd voor 6 jaar. Het gaat om 31 percelen waarvan enkele gehuurd door inwoners van Pijnacker voor de navolgende huurprijzen per jaar:  J. van Leeuwen f 400, J. Sonneveld f 410, L. Hofstede f 370, A. van Buitene f 880 en Jac Ruygrok f 520 [Delftsche Courant 18 september 1924, blz. 2] 

Op maandag 22 september 1924 is H. J.J. van Buijsen, notaris, te Delft, voornemens  bij veiling en op maandag 29 september 1924 bij afslag, beide dagen om 19.00 uur, in het Venduhuis te Delft, publiek te verkopen: (1). Delft. (2 en 3).  Nootdorp.  (4). Een perceel weiland, met recht van uitweg naar de Dwarskade, gem. Pijnacker, kad. sectie E no. 925, groot 1.44.50 hectare. Vrij van huur. In bod gezet op f 5600 (5). Een woonhuis met timmermanswerkplaats, open grond, grote houtloodsen, drie kleine loodsen en een tuin met vruchtbomen, waarin sinds onheugelijke jaren een timmermanszaak is gevestigd, te Delfgauw E nr. 109 gem.. Pijnacker, nabij Delft, kad. sectie F nr. 784, groot 9.77 aren. In bod gezet op f 9100 (6). Een in 1912 nieuwgebouwd woonhuis met stal of schuur te Delfgauw, E nr. 133 gem. Pijnacker, kad. Sectie F nr. 632, groot 1.95 are. In bod gezet voor f 6100. De percelen 1 en 5 zijn te aanvaarden vrij van huur dadelijk na de toewijzing; perceelen 2, 3 en 4 op 15 oktober 1924, of bij overeenkomst vroeger, perceel 6 voor of op 1 mei 1925, tegen vergoeding van f 12 huur per week. Betaling kooppenningen 1 november 1924, percelen 1 en 5 met bijvoeging van 1 maand rente ad 6% per jaar, percelen 2, 3 en 4 met 15 dagen rente; 2/3 van de koopsom van de nommers 1024 en 1025 kan als eerste hypotheek gevestigd blijven ad 5%. Te bezichtigen op donderdag en vrijdag voor de veiling en op de dagen van veiling en afslag van 14.00-16.00 uur. Nadere inlichtingen geeft genoemde notaris [[Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 8; Delftsche Courant 20 september 1924, blz. 11; Delftsche Courant 23 september 1924, blz. 4]

Openbare verkoping krachtens art. 1223 BW in het Bondshotel te Pijnacker op woensdagen 29 oktober 1924 en 5 november 1924 om elf uur, van twee nieuw gebouwde, zeer nette landhuisjes met grond er naast, vóór en achter aan het Stratenplein bij de Noordweg te Pijnacker in de onmiddellijke nabijheid van de bebouwde kom. Onverhuurd Met verhoging in bod gebracht op elk f 5.000 [De Maasbode 14 oktober 1924, blz. 12; Nieuwe Rotterdamsche Courant 1 november 1924, blz. 8]

Op 27 oktober 1924 transporteert Jan Verhoeff, aannemer in Honselersdijk voor f 1500 aan Arie van der Zee een schuldvordering pro resto f 2230 à 6,5% rente ten laste van de Pijnackerse koopman Johannes Theodorus Julius Wichman. De vordering is verzekerd op een huis en tuin in Pijnacker, kadastraal nummer C. 2985.

Op 28 oktober 1924 zijn aan de Zuidweg te Pijnacker twee vrije huisjes met tuintje te huur voor f 5,50 per week. Te bevragen bij Koenen, Zuidweg 91/3 [Delftsche Courant 28 oktober 1924, blz. 4]

Openbare vrijwillige verkoping door notaris H. J. J. van Buijsen uit Delft op woensdag 12 november 1924 bij veiling en op woensdag 19 november 1924 om elf uur in het koffiehuis „Het Raadhuis" te Pijnacker. Een winkelhuis met pakhuis aan den Noordweg A37 te Pijnacker, kad, sectie C108, groot 1.06 are, bevattende: winkel, waarin rijwielhandel, voorkamer, gang met kelder, achterkamer, keuken, binnenplaats met stenen schuur, boven: voorkamer en zolder met beschoten kap, voorts: pakhuis met zolder. Verhuurd voor ƒ 8.50 per week. In bod gesteld met verhoging op f 2300. Te aanvaarden bij de betaling van de kooppenningen op 15 december 1924. Te bezichtigen op maandag en dinsdag voor de veiling om 14.00-16.00 uur en op de dagen van veiling en afslag tussen 9.00-11.00 uur [Delftsche Courant 1 november 1924, blz. 8; Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 11]. 

Notaris E. E. Croin te Delft, is voornemens op de maandagen 17 november 1924 en 24 november 1924, bij veiling en afslag, telkens om 19.00 uur, in het Venduhuis aan de Voldersgracht te Delft, publiek te verkopen een blok van zes burgerwoonhuizen, elk bestaande uit een afzonderlijke beneden- en bovenwoning, met voor- en achtertuinen en erven, aan de Delfgauwseweg naar Delfgauw in de onmiddellijke nabijheid van Delft, plaatselijk gemerkt E92/15, E92/16, E92/17, E92/18, E92/19, E92/20, E92/21, E92/22, E92/23, E92/24, E92/25 en E92/26, kadaster Pijnacker, Sectie F828, F829, F830, F831, F832 en F833, samen groot 14 aren en 83 centiaren. Terstond na de toewijzing te aanvaarden, onder gestanddoening van de lopende huren. Betaling van de kooppenningen op 31 december 1924, onder bijbetaling van 6% rente vanaf de aanvaarding. Te bezichtigen op donderdag en vrijdag vóór de verkoping en op de dag van de veiling en de afslag van 14.00-16.00 uur. Breder bij biljetten omschreven. Nadere inlichtingen bij de notaris, Noordeinde 3 te Delft [Delftsche Courant 8 november 1924, blz. 8].Y

Op 22 november 1924 wordt gemeld dat door B&W aan de heer C. Kerklaan uit Pijnacker vergunning is verleend voor het bouwen van een woonhuis aan een Klapwijkseweg [Delftsche Courant 22 november 1924, blz. 3]

Op 29 november 1924 wordt gemeld dat door B&W aan de heer L. J. van Immerzeel te Veur, vergunning is verleend voor het bouwen van twee landhuisjes aan de Klapwijkseweg [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 2]

politiek

Op 19 maart 1924 houdt de R.K. Centrale Kiesvereniging "Statenkring Gouda" een algemene ledenvergadering in Gouda. Aan de orde komt de verkiezing van een nieuw bestuur. Onder de voorgestelde kandidaten bevindt zich A. Th. Olsthoorn uit Pijnacker [De Maasbode 14 februari 1924, blz. 1]

Vrijdagavond 16 februari 1924 had in de eerste chr. hervormde school in de Stationsstraat de jaarvergadering plaats van de chr. historische kiesvereeniging „Voor Vorstin en Vaderland". De voorzitter, de heer Gs. Sonneveïd, opende de bijeenkomst met gebed en een kort inleidingswoord. Hij betreurde het, dat de opkomst niet groter was, wat naar zijn inzien getuigde van vertrouwen in het bestuur, maar ook van de laksheid van de leden. De notulen van de vorige vergadering werden onveranderd goedgekeurd. Dc secretaris bracht zijn jaarverslag uit, waarop een warm applaus volgde. De voorzitter dankte dit bestuurslid voor zijn keurig verslag en hoopte, dat hij nog vele jaren met dezelfde opgewektheld en ijver zijn taak zal blijven vervullen. Uit het verslag van de penningmeester bleek, dat er ten tekort is van ruim ƒ 30,-. Deze functionaris werd gedéchargeerd en bedankt voor zijn gehouden beheer. Het volgende punt was de verkiezing van drie bestuursleden door het bedanken van de heer  J. Eijgenraam wegens drukke werkzaamheden, terwijl de heren Gs. Sonneveïd (voorzitter) en G. Weerheim aftraden, daar zij lid van de gemeenteraad zijn geworden. Tot nieuwe bestuursleden werden gekozen de heren J. L. Blok en M. M. Verkade, die hun benoeming aannamen, en de heer C. Weerheim Cz., die van zijn verkiezing in kennis zal worden gesteld. Tot voorzitter werd gekozen de heer Blok, 2e voorzitter C. Weerheim, secretaris Johs Bregman, penningmeester C. Visser. Bestuursleden zonder functie W. Hazeur en M.M. Verkade. Wegens gebrek aan kasmiddelen zal in de winter geen spreker worden uitgenodigd.  De voorzitter nam nu met enige hartelijke woorden afscheid van het bestuur en hoopte als gewoon lid te blijven meewerken aan de bloei van de kiesvereniging. De secretaris sprak daarop de vertrekkende bestuursleden hartelijk toe en sloot na rondvraag de vergadering met dankgebed [Delftsche Courant 18 februari 1924, blz. 6; De Nederlander 11 maart 1924, blz. 2]. 

Op  3 maart 1924 kwam de A.R. kiesvereniging in jaarvergadering bijeen. De heer Scheps van Den Haag gaf een bezielende rede over: "De A.R. partij en haar verhouding tot het ingediende wetsontwerp-Rutgers c.s. voor plaatselijke keuze”. Door een drietal leden werden vragen gesteld, die de spreker gelegenheid gaven zijn onderwerp te verduidelijken. Na het financieel verslag, werd tot bestuurslid gekozen de heer G. de Bruin in de vacature G. v.d. Stoep en tot voorzitter de heer L. Kooyman. Deze dankte de heer v.d. Stoep voor het vele dat hij voor de kiesvereniging had gedaan en ging voor in dankzegging [De Standaard 5 maart 1924, blz. 6].

Op uitnodiging van het bestuur der Chr. Historische Kiesvereniging "Voor Vorstin en Vaderland" trad vrijdagavond 14 november 1924 in de chr. hervormde school no. 1 in de Stationsstraat op de bekende ex anarchistisch colporteur, de heer E. Kloosterman met het onderwerp: „Volksbedrogen sociaal-democratie". Ds. de Bruin ging voor in gebed, waarna door de vice-voorzitter van de kiesvereniging een openingswoord werd gesproken. De heer Kloosterman, nu het woord verkrijgende, verklaarde, dat hij in zijn rede steeds punten van uitgang zou zoeken bij het gedrukte en geschreven woord van de leiders en de pers der SDAP. Uitvoerig wijdde de spreker uit over de houding der sociaal-democraten tegenover de godsdienst, het Neo-Malthusianisme en de praktijk van de partij, die dikwijls met de theorie in strijd is. Ten slotte uitte spreker de stelling, dat het socialisme een economisch en politiek gevaar is en toonde dat met voorbeelden aan, Na een korte pauze werd gelegenheid gegeven tot het stellen van vragen, waarvan door mej. van der Waals van Delfgauw gebruik werd gemaakt. Zij stelde de vraag hoe het mogelijk is zo een vergadering met gebed te openen, terwijl de ganse avond niets dan laster vernomen was? De vice-voorzitter richtte zich tot de vraagster, maar de heer Kloosterman vond, dat de vraag voor hem was. Opponente sprak van laster, maar spreker had bij alles, wat geciteerd was, de bron aangegeven. Opponente kan dus alles woordelijk nagaan. En  nu komt zij dat als laster kwalificeren, zonder ook maar het minste bewijs daarbij te leveren.  Op de vraag of spreker volgende week, als de sociaal-democraten hier een vergadering houden, zou willen komen om te debatteren, antwoordde hij bevestigend als hij de tijd had. Spreker eindigde met de ontboezeming: het hart van de mens is zondig en slechts het kennen van God en het  leven met God kan de vrede brengen. De vergadering werd gesloten met dankgebed [Delftsche Courant 17 november 1924, blz. 3]

Voor een goed bezette zaal trad dinsdag 18 november 1924  J. Spronkers te Pijnacker als spreker op, met het onderwerp: „Alleen het socialisme kan de vrede en de welvaart brengen". Deze vergadering was belegd naar aanleiding van een in de vorige week gehouden vergadering van de Chr.-Hist. Kiesvereeniging met de heer Engeltje Kloosterman als spreker over "Volksbedrog en Sociaaldemokratie". Na afloop gaven zich 12 leden op voor de oprichting van een afdeling van de S.D.A.P. [Het Volk 20 november 1924, blz. 8] 

post en telefoon

Op 31 mei 1924 behandelt de raad een verzoek van de hoofdingenieur van de telegraphie tot inkrimping van de kosteloze bestelkring van telegrammen. Er wordt besloten die kring onveranderd te laten, met het oog op de meerdere kosten, welke bij bekerimping daarvan voor de gemeente komen. [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3] Voorts wordt op verzoek van de directeur der posterijen om vrijdom van tolgeld voor de brievenbode afwijzend beschikt. Er moge voor het rijk een bezuiniging zijn, voor de gemeente betekent het een verlies! [Delftsche Courant 3 juni 1924, blz. 3]

Op 10 augustus 1924 was het de laatste dag, dat onze ijverige postbode, de heer C. van Aalst, zijn gewone rondte deed. Na een dertigjarige trouwe dienst heeft hii pensioen aangevraagd en verkregen. Bij zijn vijf-en-twintig-jarige dienstvervulling is ondubbelzinnig gebleken, hoezeer zijn arbeid door onze ingezetenen werd gewaardeerd. Tot zijn opvolger is benoemd de heer T. H. F. van Zuijlen, adspirant-brievenbesteller te Delft [Delftsche Courant 16 augustus 1924, blz. 3]

sport

Vanwege de afdeling Pijnacker van de Zuid-Hollandse IJsvereniging had dinsdagmiddag 8 januari 1924 op de veenplas aan de Zuidweg, die met heel mooi ijs bevloerd is, een hardrijderij op schaatsen plaats voor de leden van de afdeling. De eerste prijs ad ƒ 20, werd behaald doox D. Slootweg ; de tweede prijs, ad ƒ 15 door T. Kemp; de derde prijs, ad f 10 door P. van Ruitenberg en de vierde prijs, ad f b, door G. v. d. Vliet. Maandagmiddag werd, mede vanwege de afdeling, op de Laanvaart een wedstrijd op schaatsen gehouden voor schooljongens van de leden met de volgende uitslag: Jongens van 8 tot 10 jaar: le prijs f 2 N. Zandbergen, 2e pr. ƒ 1.50 J. v. d Helm, 3e pr. ƒ1 J. Kromkamp, 4e pr. f 0.75 P. Rutten, 5e pr. ƒ 0.50 P. de Vreede. Jongens van 11 en 12 jaar: le prijs ƒ 2.50 S. de Vreede, 2e pr. ƒ 1.75 A. Tetteroo, 3e pr. f 1.25 R. v. d. Helm, 4e pr. ƒ 0.75 M. Schuring, 5e pr. ƒ 0.50 J. Frensch [Delftsche Courant 9 januari 1924, blz. 3] 

Op 15 september 1924 worden in Haarlem de R.K. Nationale Athletiekkampioenschappen gehouden. Bij het hardlopen over 300 meter won A. van Overdam van sportvereniging HDS in Pijnacker  [Limburgs Dagblad 16 september 1924, blz. 2]

varia

Op 30 januari 1924 wordt gemeld dat op Katwijkerbuurt 67 een nette kostganger geplaatst kan worden [Delftsche Courant 30 januari 1924, blz. 4]

Op woensdagmiddag 31 januari 1924 vangt de heer L.L. in Pijnacker een witte mol [Rotterdamsch Nieuwsblad 31 januari 1924, blz. 3]

Op 2 maart 1924 wordt gemeld dat Jac. Stolk uit de Kromstraat in Pijnacker agent in Pijnacker is voor de Maasbode [De Maasbode 2 maart 1924, blz. 6]

veeteelt

Op 21 januari 1924 wordt gemeld dat onder het vee van de landbouwer J.Z. te Pijnacker mond- en klauwzeer is uitgebroken. Reeds een tiental runderen zijn door de ziekte aangetast [De Tijd 21 januari 1924, blz. 7]

In januari 1924 zijn er twee eigenaren die met mond- en klauwzeer besmet vee hebben en één met miltvuur besmet vee [Ned. Stcrt. 13 februari 1924, blz. 10]

In februari 1924 hebben zes eigenaren te maken met mond- en klauwzeer onder het vee en heeft één eigenaar twee dieren met miltvuur [Ned. Stcrt. 17 maart 1924, blz. 10]

Op 3 mei 1924 meldt de Nieuwe Tilburgsche Courant blz. 9 dat twee geiten en een varken van H.R. Pl. te P. vermoedelijk door een hond zijn verscheurd.

In maart 1924 kampen in Pijnacker 40 eigenaren met mond- en klauwzeer bij hun vee [Ned. Stcrt 15 april 1924, nr. 75]. In april zijn dat er nog 39 [Ned. Stcrt. 22 mei 1924, blz. 7]. In mei gaat het om 25 eigenaren [Ned. Stcrt 19 juni 1924, blz. 11]. In juni 1924 zijn er zes eigenaren [Ned. Stcrt. 21 juli 1924, blz. 9], In juli zijn er 4 eigenaren [Ned. Stcrt 28 augustus 1924, blz. 5]. In augustus 1924 is er nog één bedrijf [Ned. Stcrt. 18 september 1924, blz. 7]. In september en oktober zijn er weer twee [Ned. Stcrt. 15 oktober 1924, blz. 9; Ned. Stcrt 18 november 1924, blz. 6]

Op 2 mei 1924 wordt gemeld dat twee geiten en een varken, vermoedelijk door een hond, zijn verscheurd. De slachtoffers behoren toe aan de heer H.R. Pl. uit Pijnacker [Dagblad voor Noord-Brabant 2 mei 1924, blz. 1] 

Op 22 oktober 1924 In het bondscafé van de heer G.C. van Schie aan de Oostlaan werd een vergadering gehouden van de pluimveevereniging „Pijnacker en omstreken." De „Bedrijfspluimveehouder" werd tot cluborgaan gekozen. Voorts zal een onderlinge tentoonstelling gehouden worden en deze winter een propaganda-avond plaats hebben, waarbij een ander op net gebied van pluimvee met lichtbeelden zal worden vertoond. Ook bestaat het plan een proef te nemen met het verven van eieren en met het coöperatief inkopen van graan en ochtendvoeder [Delftsche Courant 24 oktober 1924, blz. 2].

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat bij de veehouder J. van Leeuwen, is een geval van mond- en klauwzeer onder- zijn veestapel geconstateerd [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]


vereniging

Onze jonge afdeling Pijnacker heeft korte tijd na haar oprichting getracht, in overleg met de ter plaatse bestaande patroonsvereniging, tot het afsluiten van een plaatselijk contract te geraken. Het bestuur van deze patroonvereniging schijnt er echter eigenaardige begrippen op na te houden, daar men zelfs weigerde om over de regeling der arbeidsvoorwaarden een onderhoud toe te staan. Het spreekt wel vanzelf dat met een dergelijk optreden geen genoegen zal worden genomen. De afdeling is dan ook terstond en met succes, beginnen te werken aan de versterking van de afdeling. Wij geven de patroons de verzekering dat wij, naar wij hopen spoedig, terug zullen komen opdat wat wij billijk achten wordt verkregen. Intussen is de afdeling waakzaam dat niet getornd wordt aan de rechten van de arbeiders. Laten de onverenigden beseffen dat het ook in hun welbegrepen belang is tot organisatie over te gaan en zich bij ons aansluiten [De bouwer; orgaan van den Algemeenen Nederlandschen Bouwarbeidersbond, jrg 5, 1924, no 23, 05-06-1924, blz. 2] 

Woensdagavond 23 januari 1924 had in de localen van de chr. hervormde school aan de Stationsstraat de jaarvergadering piaats van de Chr. jongelieden- en knapenvereniging, onderafdelingen van de Chr. Jongemannenvereniging in Pijnacker . Het hoofd van de chr. hervormde school, de heer J.L. Blok, opende de vergadering met gebed en het doen zingen van psalm 105 : 5 en hield daarna een lezing over Genesis 37 : 1—14 met een korte inleiding daarover. Uit de verslagen van de secretarissen der beide verenigingen bleek een opgewekt leven, terwijl de penningmeesters een batig kassaldo konden vermelden. Volgens de bibliothecaris werd van het uitlenen van boeken een druk gebruik gemaakt. De gereformeerde knapenvereniging alhier was door een afgevaardigde vertegenwoordigd. Een opstel en twee voordrachten door de leden, alsmede een samenspraak, getiteld: ,,Hoog bezoek", hielden de talrijke aanwezigen aangenaam bezig. Tot slot hield de heer C. A. van Uchelen, onderwijzer aan de chr. hervormde school, een doorwrochte lezing over het onderwerp: ,,Maarten Luther". welke opgehelderd werd door fraaie lichtbeelden en gevolgd door gemeenschappelijk gezang van het Lutherlied: ,,Een vaste burg is onze God". De collecte, in de pauze gehouden, bracht na aftrek van de onkosten een bedrag van f 9,88 op voor het fonds tot stichting van een eigen gebouw. De erevoorzitter, onze predikant, ds. C. A. de Bruin, besloot de welgeslaagde avond met een hartelijk slotwoord en dankgebed [Delftsche Courant 25 januari 1924, blz. 5]

Vrijdagavond 11 april 1924 had in het bondscafé van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan een bijeenkomst plaats van pluimveehouders tot definitieve oprichting van een vereniging, onder de naam: Pluimveevereniging „Pijnacker en omstreken" met aanvankelijk 35 leden. Tot voorzitter werd gekozen de heer Th. A. van Vliet en als overige bestuursleden de heren dr. J.A. Bos, K. W. Geul, H. M. Jonker, P. van Loon, A. Wijnands en T. van der Elst, die de functies onderling zullen verdelen. Bij voldoende deelneming, o. a. van landbouwers, zal overwogen worden ook een dierenveiling in het leven te roepen [Delftsche Courant 14 april 1924, blz. 3]

Van 5 december 1924 tot en met  9 december 1924 vindt in de Stads Doelen te Delft een pluimveetentoonstelling plaats. De beste collectie grote hoenders is van T.F. van Vliet uit Pijnacker [Het Vaderland 5 december 1924, blz. 5].

Vanwege de. pluimveehoudersvereniging "Pijnacker en Omstreken", zal de heer B. van Asperen Vervenne, hoofdassistent van de rijkspluimveeconsulent, op maandag 15 december 1924 in het bondscafé van de heer G. C. van Schie aan de Oostlaan alhier een lezing houden over het onderwerp: ,,De huisvesting en verzorging van het pluimvee" met vertoning van bioscopische lichtbeelden [Delftsche Courant 11 december 1924, blz. 3]. De film is samengesteld door de heren Wijzenbeek en van Asperen Vervenne te 's-Gravenhage. De bijeenkomst werd geopend door de heer Th. F. van Vliet, voorzitter van de pluimveevereniging ,,Pijnacker en Omstreken" die een kort overzicht gaf van de vooruitgang op pluimveegebied, in het bijzonder in het Oosten van ons land. Op het doek zag men in het eerste deel de eendenfokkerij en kippenhouderij in Noord-Holland, meer in 't bijzonder in Waterland. Vertoond werden de zeer primitieve hokken van eenden en kippen, het broeden van de eenden op alle mogelijke plaatsen, in oude melkbussen, enz. In het tweede deel zag men de eiermarkt in Barneveld, het inpakken en laden van de eieren in de wagons en later weer uit de wagons in de schepen voor Engeland. Het derde deel vertoonde het fokstation te Beekbergen, een grote uitgestrektheid met vele modelhokken, opfokhuizen voor kuikens enz. Het laatste gedeelte gaf een overzicht van het bekende hoenderpark ,,De Betuwe" van gebroeders Welleman te Buurmalsen. De kampioenhen van Europa, een kip, die in één jaar 313 eieren heeft gelegd, werd ook op het doek gebracht. Het was voor de kippenliefhebbers een leerzame avond [Delftsche Courant 17 december 1924, blz. 2]

vervoer

Het verzoekschrift aan de inspecteur van het Vervoer der Nederlandse Spoorwegen om te willen bevorderen, dat tussen 8.04 uur en 10.23 uur 's morgens van Pijnacker uit, Rotterdam per electrische bereikt kan worden, is, voorzien van een groot aantal handtekeningen, doorgezonden [Rotterdamsch Nieuwsblad 21 februari 1924, blz. 9]

Op 4 maart 1924 wordt meegedeeld dat eind maart 1924 de bewaking van de spoorwegovergang aan de Veenweg zal worden opgeheven [De Telegraaf 4 maart 1924, blz. 9]

Op 27 mei 1924 wordt gemeld dat Gerrit van der Eyk, caféhouder, wonende te Delfgauw, gemeente Pijnacker E92/29, met ingang van donderdag 29 mei 1924 een autobusdienst Delft—Delfgauw zal openen. Geschikt voor 17 Personen. Tarief 10 cts. Standplaats Delft Oude Langendijk, Delfgauw Café De Wetering [Haagsche Courant 27 mei 1924, blz. 7]

waterstaat

Op 12 juni 1924 herdenkt de watermolenaar A. van der Hoeven, in de polder "de Droogmaking" in de Oude of Hoge polder, de dag, waarop hij 40 jaar geleden als zodanig werd aangesteld. Het polderbestuur meende dat dit feit niet onopgemerkt mocht voorbijgaan en heeft van zijn belangstelling blijk gegeven door de jubilaris bij monde van de voorzitter te complimenteren en hem tevens als een bewijs van waardering een enveloppe met inhoud aan te bieden [Delftsche Courant 12 juni 1924, blz. 2]

Op 12 juni 1924 wordt tot secretaris-penningmeester van de Zuidpolder van Delfgauw  uit 43 sollicitanten benoemd de heer J. D. J. de Winter, secretaris-rentmeester van het Oude en Nieuwe Gasthuis te Delft. De heer De Winter is de opvolger van de heer H.J.J. van Buijsen, notaris te Delft, die voor deze betrekking bedankt heeft. Hij heeft de functie 33 jaar bekleed. zonder ooit één vergadering van het polderbestuur te verzuimen .[Delftsche Courant 12 juni 1924, blz. 2]

werkgelegenheid

Op 15 februari 1924 vraagt mej. Bongaards uit Pijnacker, Westlaan 153/34 z.s.m. een dagdienstbode [Delftsche Courant 15 februari 1924, blz. 4].

Op 21 maart 1924 zoekt een eenvoudige juffrouw van middelbare leeftijd plaatsing als huishoudster of noodhulp. Brieven aan Nieuwkoopseweg 89b in Pijnacker [Haagsche Courant 21 maart 1924, blz. 15].

Op 24 april 1924 wordt op een boerderij in Pijnacker een flinke jongen gevraagd die kan melken. Leeftijd plm 15 jaar [Delftsche Courant 24 april 1924, blz.  4]

Op 8 mei 1924 worden leerling-draaiers gevraagd door de Nederlandsche Fabriek van Autogene Apparaten. Voor directe indiensttreding [Delftsche Courant 8 mei 1924, blz. 4]

Op 12 juni 1924 vraagt mw. de Gidts, Oostlaan, voor dadelijk een dienstbode [Delftsche Courant 12 juni 1924, blz. 4]

Op 5 augustus 1924 wordt gevraagd voor dag en nacht een flinke dienstbode tegen half september. Adres: Mevrouw Tichelaar, Pijnacker [Delftsche Courant 5 augustus 1924, blz. 4]

Op 1 oktober 1924 biedt zich een jonge werkster van buiten aan, van goede getuigen voorzien, L. Slootweg, Oudeleede, Pijnacker [Delftsche Courant 1 oktober 1924, blz. 14]

Op 3 oktober 1924 kunnen geplaatst worden enige nette leerling-draaiers, niet ouder dan 16 jaar, bij de Ned. Fabriek van Autogene apparaten, Pijnacker [Delftsche Courant 3 oktober 1924, blz. 4]

Op 5 november 1924 vraagt een juffrouw van 45 jaar een betrekking als huishoudster in een klein gezin in de omtrek van Rotterdam. Brieven naar A. van Wamelen, Pijnacker, Uitpad, in de poort  [Rotterdams Nieuwsblad 5 november 1924, blz. 11]

Op 11 december 1924 wordt door Mevr. van der Vaart, Westlaan 153/9, een net meisje gevraagd voor dag en nacht [Delftsche Courant 11 december 1924, blz. 8] 

Op 31 december 1924 worden beroepscolporteurs gevraagd om met een zeer gunstig bekend staand geïllustreerd weekblad te colporteren. Vast loon en provisie. Brieven franco aan W. Lammers, Stationsstraat 336 in Pijnacker [Het nieuws van den dag 31 december 1924, blz. 3]


PERSONEN

Petrus Wilhelmus van Heijningen 

Op 4 januari 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende Petrus Wilhelmus van Heijningen (33 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Helena van der Sman (29 jaar). Hij is een zoon van de reeds overleden Anthonius van Heijningen en de in Pijnacker wonende Alida Bakker. Zij is een dochter van de in Pijnacker wonende loswerkman Adrianus van der Sman en Cornelia Bes. Getuigen zijn de gemeenteveldwachter Pieter van Loon en de secretarie-ambtenaar Wilhelmus Arnoldus Rotteveel.

BRONNENinternetkrantenoverige bronnen

Op 5 januari 1924 wordt gemeld dat de fabrieksarbeider J.P. Bouwer met zijn gezin is verhuisd van Delft, Pieterstraat 15 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/5 en E. Alföldy van Delft, Rietveld 182 maar Pijnacker, Kerkweg bij Tetteroo 

BRONNENkrantenDelftsche Courannt 5 januari 1924, blz. 10

P. Quartel

Rond 8 januari 1924 verhuist de N.H. onderwijzer P. Quartel van Dordrecht naar Pijnacker.

BRONNENinternetkrantenDe Dordrechtsche Courant 8 januari 1924, blz. 1overige bronnen
Op 8 januari 1924 wonen in Pijnacker A.J. Alblas en P. Alblas-Dekker [Delftsche Courant 10 janauri 1924, blz. 3]
Op 10 januari 1924 wonen T. van Duijn en P van Duijn-Droppert in Pijnacker. Voorts G. Droppert en G. Droppert-van Schaik [Delftsche Courant 10 januari 1924, blz. 3]

Willem Hazeu 

Op 10 januari 1924* trouwt de in Vrijenban geboren en in Pijnacker wonende tuinder Willem Hazeu (25 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Geertje de Lange (22 jaar). Hij is een zoon van de in Pijnacker wonende landbouwer Willem Hazeu en Willemina Grietje Jager. Zij is een dochter van de in Pijnacker wonende broodbakker Hendrik de Lange en de reeds overleden Anna Hazeu. Getuigen zijn een broer van de bruidegom, de tuinder Harm Hazeu en een broer van de bruid, broodbakker Cornelis Abraham de Lange.

BRONNENinternetkranten

Op 11 januari 1924 wonen in Pijnacker  H.C. Bukman en N. Bukman-Sonneveld. Voorts  S. Bukman [Delftsche Courant 11 januari 1924, blz. 3]

Op 12 januari 1924 wordt gemeld dat N. de Groot is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Buitenwatersloot 192 [Delftsche Courant 12 januari 1924, blz. 10]

Op 12 januari 1924 wordt gemeld dat timmerman C. van Kassel met zijn gezin is verhuisd van Delft, Pieterstraat 18 naar Pijnacker Delfgauwseweg E92/9 [Delftsche Courant 12 januari 1924, blz. 10]

Op...januari 1924  overlijdt  in Pijnacker A.Ma Huisman [62 jaar]  [De Nederlander 14 januari 1924, blz. 3]

Gerardus Petrus de Vreede 

Op 15 januari 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende koopman Gerardus Petrus de Vreede (43 jaar), weduwnaar van Catharina Paulina van den Akker, in Pijnacker met de in Delft geboren en in Pijnacker wonende Margaretha Cornelia Gaemers (25 jaar). Ze is een dochter van de in Delft wonende werkman Adrianus Paulus Philomenus Gaemers en Maria Petronella Frensch. Hij is een zoon van de reeds overleden Hendrik de Vreede en de in Wateringen wonende Catharina Maria van der Knaap. Ze zijn op 3 januari 1924 in ondertrouw gegaan. Gerardus woont dan op Pijnackerseweg 190 in Pijnacker; Margaretha op Buitenwatersloot 181 in Delft. 

BRONNENinternetkrantenDelftsche Courant 3 januari 1924, blz. 4

Gerrit Schellingerhoudt 

Op 16 januari 1924* trouwt de in Koudekerk geboren en daar wonende loswerkman Gerrit Schellingerhoudt (25 jaar) in Pijnacker met de in Berkel en Rodenrijs geboren en in Pijnacker wonende Clasina de Bruin (22 jaar). Hij is een zoon van de in Koudekerk fabrieksarbeider Johannes Schellingerhoudt en Maria van der Hoogt. Zij is een dochter van de in Pijnacker wonende tuindersknecht Gerrit de Bruin en Catharina Alida Keizer. Getuigen zijn een zwager van de bruid, schoenmaker Jan Bloemendaal en een zwager van de bruidegom, koopman in Alphen aan den Rijn.

Op ...januari 1924 wordt in Pijnacker Arie Hofland geboren. Hij is een zoon van K. Hofland en N, Gravesteijn  [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 3]

Op ...januari 1924 wordt in Pijnacker Johanna Bevaart geboren. Ze is een dochter van P. Bevaart en J.M Poot  [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 3]

Op..... januari 1924  wordt in Pijnacker Theodorus Wilhelmus Maria van der Stap geboren . Hij is een zoon van G. van der Stap en M, de Veld   [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 3]

Op ...januari 1924 overlijdt in Pijnacjer Maria van der Helm [74 jaar]. Ze is de weduwe van P.N. van Schie  [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 3]

Op ...januari 1924 gaat H.E. van Barrelo [40 jaar] in ondertrouw met J. de Waal [43 jaar]. Ze is de weduwe van H. van Son [Delftsche Courant 18 januari 1924, blz. 3]

Op 19 januari 1924 wordt gemeld dat M.H. van den Broek is verhuisd van Delft, Joh. Paulinalaan 5 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/12 [Delftsche Courant 19 januari 1924, blz. 4]

Op 19 januari 1924 wordt gemeld dat de fabrieksarbeider W.J. van der Schot en gezin zijn verhuisd van Delft, Pieterstraat 163, naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/25 [Delftsche Courant 19 januari 1924, blz. 4]

Op 19 januari 1924 wordt gemeld dat de dienstbode M. Lamens is verhuisd van Delft, Spoorsingel 77 naar Pijnacker  [Delftsche Courant 19 januari 1924, blz. 4]

Op ...januari 1924 overlijdt in Pijnacker Jacoba Catharina Kouwenhoven [5 mnd] [Delftsche Courant 26 januari 1924, blz. 3]

Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoen

Op 21 januari 1924 wordt in Pijnacker geboren Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoen. Roepnaam Henk. Hij is een zoon van Arnoldus Franciscus van Lamoen en Elisabeth Cornelia Clara Sloots. Hendrik trouwt met Helena Maria Reesinck. Roepnaam Lenie. Ze wordt geboren op 12 maart 1926 in Delft. Ze is een dochter van...en.... Hendrik en H. krijgen kinderen,

..........................-Henk woont tot zijn overlijden op Beuklaan 1-Henk overlijdt in Delft op 11 januari 2010 (85 jaar). Hij wordt in Pijnacker begraven-Lenie overlijdt op 29 september 2017 in Pijnacker BRONNENoverige bronnenOnline Familieberichten
voorouders van Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoenvader Arnoldus Franciscus van Lamoen wordt geboren op 22 mei 1895 in Rotterdam. Hij is een zoon van Arnoldus Michael Carolus Joannes van Lamoen en Alijda Wilhelmina Francisca Engelbrecht. Elisabeth Cornelia Clara Sloots wordt geboren op 13 feruari 1895 in Leiden. Ze is een dochter van Hendrick Isaac Sloots [1862-1930] en Johanna Wilhelmina van der Drift [1859-1946]. Arnoldus en Elisabeth trouwen op 19 november 1917 in Leiden. Ze krijgen zes kinderen [Aleijda Wilhelmina F.A.M. van Lamoen 1920-2011;  Johanna Wilhelmina H.A.M. van Lamoen 1922-2014; Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoen 1924-2010; ...; .....; Arnolda Elisabeth S.A.M. van Lamoen 1932-1972]............................................-Arnoldus overlijdt op 4 juni 1975 in Leidschendam; hij wordt op 7 juni 1975 in Pijnacker begravenBRONNENinternethttps://www.genealogieonline.nl/stamboom-van-lamoen/I435.phpoverige bronnenOpen ArchievenFranciscus VogelOp 24 januari 1924 wordt in Pijnacker Franciscus Vogel geboren. Hij is een zoon van Johannes Adrianus Vogel [1887-1936] en Maria Hubrechta Lankester 1882-....], …………………………….-Franciscus is…-hij is Rooms Katholiek
BRONNENinternetGA Den HaagkrantenDelftsche Courant 26 januari 1924, blz. 3

Op 26 januari 1924 wordt gemeld dat kantoorbediende B.C. van Uijen met zijn vrouw is verhuisd van Delft, Warmoezierstraat 14 naar Pijnacker, Vlielandseweg B46 [Delftsche Courant 26 januari 1924, blz. 11]

Op 26 januari 1924 wordt gemeld dat winkelier G.C. van der Wees met zijn gezin is verhuisd van Delft, Gasthuislaan 47 , naar Pijnacker, Delfgauwseweg E93/10 [Delftsche Courant 26 januari 1924, blz. 11]

Op ..januari 1924 wordt in Pijnacker Franciscus Vogel geboren. Hij is een zoon van J.A. Vogel  en M.H. Lankester [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op ...januari 1924 wordt in Pijnacker Klaas den Uyl geboren . Hij is een zoon van W. den Uyl en P.A. van Oort [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op .....januari 1924 wordt in Pijnacker Cornelis Adrianus Schuring geboren. Hij is een zoon van A.J. Schuring en E.G. van der Sande [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op .....januari 1924 wordt in Pijnacker Pieter Huisman geboren. Hij is een zoon van W.D. Huisman en M. den Braven

Op .....januari 1924 wordt in Pijnacker Sophie Birgitte Beck geboren. Ze is een dochter van W. Beck en E.A. van Kempen [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op .....januari 1924 wordt in Pijnacker Dominianus Marcellis Tiel Groenestege en S.J. van der Vlugt geboren [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op....januari 1924 overlijdt in Pijnacker Arie Snijders [72 jaar]. [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op....januari 1924 overlijdt in Pijnacker Cornelia Kouwenhoven [83 jaar].  Ze is de weduwe van C. Persoon [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 3]

Op 2 februari 1924 wordt gemeld dat in de Berkelse Ringvaart te Pijnacker is het lijkje gevonden van een pasgeboren kind van het vrouwelijk geslacht [Nieuwe Rotterdamsche Courant 3 februari 1924, blz. 4]

Hendrik Engelbert van Barrelo 

Op 2 februari 1924* trouwt de in Zutphen geboren en in Pijnacker wonende Hendrik Engelbert van Barrelo (40 jaar), in Pijnacker met de in Wijk en Aalburg geboren en in Pijnacker wonende Johanna de Waal (43 jaar), weduwe van Hendrikus van Son. Getuigen zijn gemeenteveldwachter Peter van Loon en secretarie-ambtenaar Jan Enno Hesselt van Dinter. Hendrik Engelbert is een zoon van de dan reeds overleden Willem Frederik Hendrik van Barrelo en Kristina Brouwer. Johanna is een dochter van de dan reeds overleden ouders Hardenberg de Waal en Jantje Kardol. [Delftsche Courant 26 januari 1924, blz. 3]

Op 2 februari 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider P.F. Peeters is verhuisd van Delft, Oostsingel 17 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/6 [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 10]

Op 2 februari 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider C. van der Tuijn is verhuisd van Delft, Paardenmarkt 20 naar Pijnacker, Delfgauwseweg F92/20 [Delftsche Courant 2 februari 1924, blz. 10]

Op .....februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Ludewina Cornelia Maria Kerkvliet. Ze is een dochter van J.A. Kerkvliet  en M.H. Ruigrok [Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 3]

Op..februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Theodora Francina Willebrorda de Vreede. Ze is een dochter van G.W. de Vreede en C.M. van der Valk [Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 3]

Op......februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Rijk van Huisstede. Hij is een zoon van R. van Huisstede en J. Liefhebber [Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 3]

Op......februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Leonardus Adelgeest. Hij is een zoon van L. Adelgeest en J. Apolonia Renora van der Meer [Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 3]

Op....februari 1924 gaat W.C. van der Stap [29 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met W.P. van Heyningen [27 jaar] [Delftsche Courant 8 februari 1924, blz. 3]

Maria Laura van der Linden

Op 5 februari 1924 wordt in Delft geboren Maria Laura van der Linden. Zij is een dochter van Willem Hendrik van der Linden en Bartje Neeltje Gardina Boogaard. Maria trouwt op..... met Hermanus Gerof Jacobus Treels. Hij is een zoon van Cornelis Treels en Jannetje Ligterink. Maria en Hermanus krijgen kinderen [Willemina Gardina van der Linden; Maria Laura van der Linden; Gardina van der Linden; Hendrik van der Linden]

....................................-Hermanus overlijdt op 29 januari 1996 in....-Maria overlijdt op 9 oktober 2016 in Delfgauw . BRONNENinternethttp://www.rossgen.nl/caledonianconnecties/Families/Treels%201745.HTMoverige bronnenFamilySearch; Mensenlinq.nl
voorouders van Maria Laura van der Lindenvader Willem Hendrik van der Linden en Bartje Neeltje Gardina Boogaard.
voorouders van Hermanus Gerof Jacobus Treelsvader Cornelis Treels en Jannetje Ligterink
voorouders van Bartje Neeltje Gardina Boogaardvader

P. van den Mespel

Op 9 februari 1924 wordt gemeld dat bakker P. van den Mespel met zijn gezin van Pijnacker naar Delft, Pieterstraat 137 [Delftsche Courant 9 februari  1924, blz. 10]

J. Zaal

Op 9 februari 1924 wordt gemeld dat werkman J. Zaal met zijn gezin is verhuisd van Delft, Anna Boogerd 23, naar Delfgauwseweg E92/4 [Delftsche Courant 9 februari  1924, blz. 10]

Helena Johanna Maria van Schie

Op 9 februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Helena Johanna Maria van Schie (Leny). Helena Johanna Maria van Schie trouwt met Aad van Winden. Helena overlijdt in Delft op 15 juli 2015. Ze wordt in Pijnacker begraven.

Op 11 februari 1924* wordt in Pijnacker geboren Jacobus Arnoldus Hendricus Prins. Hij is een zoon van ...Prins en ...Prins-Versteeg  [CBG Verzamelingen fa; Haagsche Courant 14 februari 1924, blz. 10]

Op 15 februari 1924* trouwt de in Vrijenban geboren en in Pijnacker wonende loswerkman Wilhelmus Cornelis van der Stap (29 jaar) in Pijnacker met de in Delft geboren en daar wonende Wilhelmina Petronella van Heijningen (27 jaar). Zij is een dochter van de reeds overleden Anthonius van Heijningen en de in Pijnacker wonende Alida Bakker. Hij is een zoon van de molenaar Theodorus Maria van der Stap en Margrietha de Vreede. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn de broer van de bruidegom, tuinder Johannes Petrus Wilhelmus van der Stap en de tuindersknecht Johannes Bartholomeus van der Ende. Ze wonen beiden in Pijnacker [DTB]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Bernardus Gerardus van der Stap. Hij is een zoon van H. van der Stap en M.H. Nientied [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Gerardus Jacobus Jozef Huldt. Hij is een zoon van P.H.J. Hulst en H.J. Bolleboom [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Josina Maria Ruigrok. Ze is een dochter van J.T. Ruigrok en M. Schrama. [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Eliza Hoogenboezem. Ze is een dochter van A. Hoogenboezem  en T. Maat [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Suzanna Olieman. Ze is een dochter van M.A. Olieman en E.M. Sloof [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Janna Dijkshoorn. Ze is een dochter van N. Dijkshoorn en J. Fonkert [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Wilhelmina Catharina van der Heijden. Ze is een dochter van R.J. van der Heijden en A. Opstal [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op...februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Pieter Luyken. Hij is een zoon van A.J. Luyken en J. van Leeuwen [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op 21 februari 1924 wordt in Pijnacker geboren Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoen (Henk)

Hendrik Isaac Arnoldus Antonius van Lamoen trouwt met H.M. Reesinck. Henk overlijdt in Delft op 11 januari 2010 (85 jaar). Hij wordt in Pijnacker begraven

Op 23 februari 1924 wordt gemeld dat A. van Horssen en zijn vrouw zijn verhuisd van Pijnacker naar Delft, Noordeinde 46 [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 10]

Op 23 februari 1924 wordt gemeld dat bankwerker J.H. Liesker met zijn gezin is verhuisd van Delft, Buitenwatersloot 181 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E94/4 [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 10]

Op 23 februari 1924 wordt gemeld dat tuinder W.P. Huisman en zijn vrouw zijn verhuisd van Delft, Giststeeg 2, naar Pijnacker, Pijnackerseweg E186d [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 10]


Adrianus van der Dussen

Op 27 februari 1924* trouwt de in Capelle aan den IJssel geboren en daar wonende kaashandelaar Adrianus van der Dussen (25 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Alida Johanna Ravenek (28 jaar). Hij is een zoon van de reeds overleden Nicolaas van der Dussen en de in Capelle aan den IJssel wonende Cornelia Verburg. Zij is een dochter van de reeds overleden Cornelis Lodewijk Ravenek en de in Pijnacker wonende Willemijntje Sonneveld. Getuigen zijn een broer van de bruid, bouwkundige Johan George Ravenek uit Pijnacker en een zwager van de bruidegom, kaashandelaar Adrianus de Vries uit Rotterdam [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op 4 maart 1924* trouwt de in Rossum geboren en in Pijnacker wonende metselaar Jan van Overdam (21 jaar) in Pijnacker met de in Wenen geboren en in Pijnacker wonende Anna Ott (24 jaar). Hij is een zoon van de metselaar Nicolaas van Overdam en Johanna van Zelst. Ze wonen beiden in Pijnacker. Zij is een dochter vande tuinier Alexander Frans Ott en Theresia Hruska. Ze wonen beiden in Mannswörth. Getuigen zijn de twee gemeenteveldwachters, Pieter van Loon en Arie Goudswaard [Delftsche Courant 23 februari 1924, blz. 3]

Op 15 maart 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider J.G. de Ruyter met zijn vrouw is verhuisd van Delft, H. van Rijkenlaan 7 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/7 [Delftsche Courant 15 maart 1924, blz. 11]

Op 26 maart 1924* trouwt de in Zoetermeer geboren en daar wonende molenaar Teunis Vleggeert (30 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en in Delft wonende Marrigje Lamens. Teunis is een zoon van de reeds overleden Jan Cornelis Vleggeert en de in Zoetermeer wonende Cornelia van der Sluis. Marrigje is een dochter van de loswerkman Johannes Lamens en Maartje Bazuin. Zij wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in den Haag wonende broer van de bruidegom, agent van politie Pieter Pietersen Vleggeert en de in Stompwijk wonende veldarbeider Johannes Kronshorst.

Op 29 maart 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider W. Wijnmalen  is verhuisd van Delft, Achterom 6, naar Pijnacker, Delfgauwseweg   [Delftsche Courant 29 maart 1924, blz. 10]

Op 29 maart 1924 wordt gemeld dat monteur J.H. de Wolf is verhuisd van Delft , Noordeinde 40 naar Pijnacker, Uitpad 140 [Delftsche Courant 29 maart 1924, blz. 10]

Op 1 april 1924 wordt in Pijnacker geboren Wilhelmus Albertus Reichholdt. Hij is een zoon van .... Wilhelmus Albertus Reichholdt

--------------------------Wilhelmus overlijdt op 4 juni 1945 in Frankfurt am Main -hij ligt begraven op het Nederlands ereveld in Frankfurt am Main (Frankfurt-Oberrad). bronneninternethttps://oorlogsgravenstichting.nl/zoeken?object=persoon&filter%5B0%5D=geboorteplaats&value%5B0%5D=Pijnacker

Jacob Dienst

Op 2 april 1924* overlijdt in Pijnacker Jacob Dienst "na eene zware ziekte" (27 jaar). Zijn echtgenote is A. Dienst-van Otegem.  Jacob werkte in Rotterdam bij de firma Alfred Koppel BRONNENgeraadpleegde bronnenCBG Verzamelingen fa krantenHet Vaderland 2 april 1924, blz. 10]

Op  4 april 1924 trouwt Petrus Wilhelmus van Heyningen met Helena van der Sman (Leentje)

Op 5 april 1924 wordt gemeld dat boterhandelaar E. Bazuin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Gasthuislaan 23-25 [Delftsche Courant 5 april 1924, blz. 10]

Op 5 april 1924 wordt gemeld dat bankwerker W. Breedveld  met zijn vrouw is verhuisd van Delft Gasthuislaan 109 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/13 [Delftsche Courant 5 april 1924, blz. 10]

Op 17 april 1924 gaat Simon C. W. Zuidam in ondertrouw met Cornelia C. A. van der Burg . Hij woont in Delft Burgwal 18; zij woont in Pijnacker, Katwijksebuurt 101 [Delftsche Courant 17 april 1924, blz. 3]. Ze trouwen op 7 mei 1924 en bedanken in de krant voor de vele bewijzen van belangstelling [Delftsche Courant  7 mei 1924, blz. 4]

Op 19 april 1924  wordt gemeld dat de dienstbode C.P. Pijnacker is verhuisd van Delft, Oude Langendijk 5 naar Pijnacker, Dwarskade E170 [Delftsche Courant 19 april 1924, blz. 5]

Op ...april 1924 wordt in Pijnacker Franciscus Nicolaas Cornelis de Vries geboren. Hij is een zoon van F.N.C de Vries en W. Duiverman [Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op .....april 1924 wordt in Pijnacker geboren Willem Frederik Hendrik van Barels. Hij is een zoon van H.E. van Barels en J. de Waal [Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op ...april 1924 gaat C. van Zalst [30 jaar] in ondertrouw met M. Vuik [20 jaar] [Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op ...april 1924 gaat C.J. Ruigrok [30 jaar] in ondertrouw met J.M. van der Helm [29 jaar] [Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op 22 april 1924 overlijdt in Delft Maria Hillegonda van Schie [40 jaar]. Ze is de weduwe van A. Enze, Ze woont in Pijnacker [Delftsche Courant 25 april 1924, blz. 3]

Op 24 april 1924* trouwt de in Vrijenban geboren en in Hillegersberg wonende huisschilder Pleun de Raat (32 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Lijdia Anna Braat (29 jaar). Hij is een zoon van de in Alphen aan den Rijn wonende ambtenaar van waterstaat Engel de Raat en de reeds overleden Jaapje de Raat. Zij is een dochter van tuinder Paulus Braat en Pleuntje de Raad. Beiden wonen in Pijnacker. Getuigen zijn een in Pijnacker wonende broer van de bruid, tuinder Leendert Braat en een broer van de bruidegom timmerman Pieter de Raat.

Op 30 april 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende landbouwer Hendrik Zegwaard (25 jaar) in Pijnacker met de in Delft geboren en in Pijnacker wonende Johanna Maria Elisabeth van Beveren (22 jaar). Hij is een zoon van landbouwer Adrianus Zegwaard en Adriana Bregman. Ze wonen beiden in Pijnacker. Zij is een dochter van Martinus van Beveren, zonder beroep, en Catharina van Schie. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Stompwijk wonende zwager van de bruidegom, landbouwer Willem Jacobus van der Eijk en de ambtenaar ter secretarie Jan Enno Hesselt van Dinter [Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op 2 mei 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende landbouwer Theodorus Adrianus Ammerlaan (27 jaar) met de in Pijnacker geboren en daar wonende Helena Petronella Brouwer (23 jaar). Theodorus is een zoon van landbouwer Leonardus Ammerlaan en Maria Catharina Bremmer. Helena is de dochter van landbouwer Wilhelmus Jacobus Brouwer en Alida Antonia Janssen. Alle vier de ouders wonen in Pijnacker. Getuigen zijn de secretarie-ambtenaren Rotteveel en Hesselt van Dinter.[Delftsche Courant 23 april 1924, blz. 3]

Op 2 mei 1924 wordt in Delft geboren een levenloos kind van de in Pijnacker wonende A.C. van Winden en M. Kraan  [Delftsche Courant 5 mei 1924, blz. 3]. Op 5 mei 1924 overlijdt in Delft Maria Kraan [30 jaar]. Ze is de echtgenote van A.C. van Winden [Delftsche Courant 7 mei 1924, blz. 3]

Op 3 mei 1924 wordt gemeld dat koetsier J.M. Kattevilder  met zijn gezin is verhuisd van Delft, Hoornsekade 9, naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/25  [Delftsche Courant 3 mei 1924, blz. 10]

Op...mei 1924 wordt in Pijnacker Anna Maria van der Meer geboren. Ze is een dochter van P.J. van der Meer en M.H. Fransen [Delftsche Courant 10 mei 1924, blz. 3]

Op...mei 1924 wordt in Pijnacker geboren Jacobus Petrus Hogervorst . Hij is een zoon van A.C. Hogervorst en C.Ph. van Vliet. [Delftsche Courant 10 mei 1924, blz. 3]

Op...mei 1924 wordt in Pijnacker Jacoba Helena Bergman geboren. Ze is een dochter van A. Bregman en H. Sonneveld. [Delftsche Courant 10 mei 1924, blz. 3;  Delftsche Courant 19 mei 1924, blz. 3]

Op....mei 1924 overlijdt in Pijnacker Pleun van der Lugt [86 jaar]. Pleun was ongehuwd.[Delftsche Courant 10 mei 1924, blz. 3]

Op......mei 1924 overlijdt in Pijnacker Geertruida Jacoba Admiraal [74 jaar]. Ze is de weduwe van J. Notenboom. [Delftsche Courant 10 mei 1924, blz. 3]

Op 7 mei 1924* trouwt de in Wateringen geboren en daar wonende landbouwer Willem Nicolaas van Eendenburg (31 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Sara Eisberg (25 jaar). Hij is een zoon van landbouwer Abraham van Eendenburg en Cornelia Maria de Graaf. Ze wonen beiden in Wateringen. Zij is de dochter van Johanes Eisberg en Aagje Zegwaard. Ze zijn beiden overleden.  Getuigen zijn een in Wateringen wonende broer van de bruidegom, landbouwer Nicolaas Waller van Eendenburg en een in Pijnacker wonende broer van de bruid, landbouwer Coenraad Eisberg.

Op 9 mei 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende landbouwer Cornelis Jacobus Ruijgrok (30 jaar) met de in Capelle aan den IJssel geboren en in Pijnacker wonende Johanna Magdalena van der Helm (29 jaar). Hij is een zoon van landbouwer Johannes Ruijgrok en Johanna van Bohemen. Ze wonen beiden in Pijnacker. Zij is een dochter van Franciscus van der Helm en Magdalena Verheul. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn gemeenteveldwachter van Loon en secretarie-ambtenaar Hesselt van Dinter

Op 10 mei 1924 overlijdt in Delft de in Pijnacker wonende, drie maanden oude Arie Hofland [Delftsche Courant 13 mei 1924, blz. 3; Delftsche Courant 19 mei 1924, blz. 3]

Op 13 mei 1924 vestigt verpleegster M.J. van Renssen zich vanuit Pijnacker in Doorwerth

Op 13 mei 1924 overlijdt Bastiaantje Hofman [73 jaar]. Ze is de weduwe van J.C. Notenboom [Delftsche Courant 19 mei 1924, blz. 3]

Op....mei 1924 wordt in Pijnacker Gerrit Pieter de Roos geboren. Hij is een zoon van A. Roos en P. van den Berg [Delftsche Courant 19 mei 1924, blz. 3]

Op ...mei 1924 gaat Arie Uyttenbroek [68 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met Neeltje Scheurwater [Delftsche Courant 19 mei 1924, blz. 3]

Op 14 mei 1924* trouwt de in Valburg geboren en in Amsterdam wonende tuindersknecht Marinus van Thiel (20 jaar) in Pijnacker met Johanna Cornelia van Buijtene (20 jaar). Hij is een zoon van betonwerker Rijk van Thiel en Maria Clasina van den Brink. Beiden wonen ze in Amsterdam. Zij is een dochter van koopman Johannes van Buijtene en Maartje van der Kooij. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Pijnacker wonende broer van de bruid, koopman Pieter Leendert van Buijtene en een in Overschie wonende oom van de bruidegom, tuinder Gerhardus van den Brenk

Op 14 mei 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende loswerkman Arie van Baarle (21 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Hendrika Hogervorst (23 jaar). Hij is een zoon van koopman Willem van Baarle en Grietje van der Werf. Ze wonen beiden in Pijnacker. De ouders van Hendrika, Arie Hogervorst en Alida van Gelderen, zijn dan reeds overleden.Getuigen zijn een in Delft wonende broer van de bruid, fabrieksarbeider Teunis Hogervorst en een in Pijnacker wonende broer van de bruidegom, fabrieksarbeider Willem van Baarle.

Op 17 mei 1924*  trouwt de in Pijnacker geboren en in Nootdorp wonende fabrieksarbeider Cornelis Opstal (28 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Geertruida Johanna Ruijgt (22 jaar). Hij is een zoon van Johannes Opstal, zonder beroep, en Cornelia Rotteveel. Ze wonen beiden in Nootdorp. Zij is een dochter van de in Pijnacker wonende winkelier Gerardus Ruijgt en van de reeds overleden Adriana Maria Rutten. Getuigen zijn een in Monster wonende broer van de bruidegom, fabrieksarbeider Petrus Opstal en een in Pijnacker wonende broer van de bruid, fabrieksarbeider Petrus Nicolaas Ruijgt. 

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de boerenknecht S. Olschewsky is verhuisd van Klein Delfgauw 3 naar Pijnacker, Klapwijkseweg 17 [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de boerenknecht M.P. van der Ende is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Schieweg 23 [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de dienstbode J.A.  van der Helij is verhuisd van Delft, Simonstraat 68 naar Pijnacker, Zuideinde E66  [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de zadelmaker  W.J.A. Moerkerk is verhuisd van Delft, Verversdijk 57, naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/10 [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de zanger E.D. ter Keurs met zijn gezin is verhuisd van Delft, Rietveld 112 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/17 [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 24 mei 1924  wordt gemeld dat de smid N. van Treuren en gezin  is verhuisd van Delft, Rietveld 108, naar  Pijnacker, Delfgauwseweg E92/17 [Delftsche Courant 24 mei 1924, blz. 11]

Op 28 mei 1924* trouwt de in Zevenhuizen geboren en in Voorburg wonende Arie Uijttenbroek, weduwnaar van Johanna Alblas (68 jaar) in Pijnacker met de in Puttershoek geboren en in Pijnacker wonende Neeltje Scheurwater, weduwe van Abraham Sluiter (65 jaar). Hij is een zoon van Arie Uijttenbroek en Jansje van der Velden. Ze zijn beiden overleden. Zij is een dochter van Jan Scheurwater en Teuna Smit. Ze zijn beiden overleden. Getuigen zijn spoorwegbeambte Hermanus Benjamin Bekker en loswerkman Pieter Cornelis van der Hoek.

Op...mei 1924 overlijdt in Pijnacker de drie maanden oude Bernardus Gerardus van der Stap [Delftsche Courant 30 mei 1924, blz. 3]

Op .... mei 1924 wordt in Pijnacker geboren Apolonia Catharina Petronella Koot. Ze is een dochter van G.C. Koot en C.G.P. van der Maarel [Delftsche Courant 30 mei 1924, blz. 3]

Op ....mei 1924 wordt in Pijnacker geboren Johannes Schellingerhoudt. Hij is een zoon van G. Schellingerhoudt en C. de Bruin [Delftsche Courant 30 mei 1924, blz. 3]

Op 31 mei 1924 wordt gemeld dat de rijwielhandelaar J.H. de Wolf is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Noordeinde 30 [Delftsche Courant 31 mei 1924, blz. 6]

Op 31 mei 1924 wordt gemeld dat tuinder W.J.D. van Dijk is verhuisd van Delft, Oostsingel 158 naar Pijnacker [Delftsche Courant 31 mei 1924, blz. 6]

Op ...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Martina Maria van der Burg . Ze is een dochter van P.M. van der Burg en C. van der Bulk [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 3]

Op ...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Arie J/ohannes van derMarel. Hij is een zoon van G. van der Marel en C. Sonneveld [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 3]

Op ...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Josina Maria Catharina de Groot. Ze is een dochter van J.C. de Groot en H.J.F . Verbeek 

Op ...juni 1924 overlijdt in Pijnacker de drie maanden oude B.G. van der Stap [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 3]

Op 5 juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Frits van Barrelo. Hij is een zoon van Hendrik Engelbert van Barrelo en Johanna de Waal.

Op 6 juni 1924* trouwt de in Hof van Delft geboren en in Pijnacker wonende smid Petrus Johannes Antonius Laanen (22 jaar) in Pijnacker met  de in Pijnacker geboren en daar wonende Johanna Tilburg (20 jaar). Hij is een zoon van de reeds overleden Mattheus Adrianus Laanen en de in Delft wonende Jacoba Lena van Daalen. Zij is een dochter van de loswerkman Bernardus Tilburg en Christina van Kampen. Ze wonen beiden in Pijnacker.  Getuigen zijn de secretarie-ambtenaren Hesselt van Dinter en Rotteveel. [Delftsche Courant 30 mei 1924, blz. 3]

Op 7 juni 1924 wordt gemeld dat winkelbediende J.H.G. Zohlandt met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Zuiderstraat 212 [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 10]

Op 7 juni 1924 wordt gemeld dat timmerman  C. van Kassel met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Oude Delft 220 [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 10]

Op 7 juni 1924 wordt gemeld dat winkelier G. C. van der Wees met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Oude Delft 220[Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 10]

Op 7 juni 1924 wordt gemeld dat dienstbode G. Lanser is verhuisd van Delft, van Crommelinlaan 29 naar Pijnacker, Noordeinde van Delfgauw 139,  [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 10]

Op 7 juni 1924 wordt gemeld dat smid M. de Graaf is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Odulphusstraat 40 [Delftsche Courant 7 juni 1924, blz. 10]

Op ...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Hendrika Goudswaar. Ze is een dochter van A. Goudswaard en A. van Pelt [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Maria Johanna de Ridder. Ze is een dochter van L.T. de Ridder en W.J. van den Berg [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 wordt in Pijnacker geboren Bartholomeus Johannes van Baarle . Hij is een zoon van N.L. van Baarle en H. Martijn [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op ...juni 1924 gaat M. de Graaf [22 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met de 21-jarige P.C. Mulder [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 gaat C. van Aalst [23 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met de 19-jarige J. Westhoek [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 gaat J. Gravesteyn [28 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met de 21-jarige W. van den Berg [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 gaat S.P. van Etten [25 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met de 24-jarige H.T. van Steyn [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op...juni 1924 overlijdt in Pijnacker Janna Ezendam [68 jaar]. Ze is de echtgenote van C. van der Salm [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op 14 juni 1924 wordt gemeld dat G van der Maarel met zijn vrouw is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Delfgauwseweg 209 [Delftsche Courant 14 juni 1924, blz. 10]


Op 20 juni 1924* trouwt de in Hof van Delft geboren en in Pijnacker wonende tuindersknecht Johannes Bartholomeus van der Ende (23 jaar) in Pijnacker met de in Vrijenban geboren en in Pijnacker wonende Johanna Wilhelmina van der Stap (26 jaar). Hij is een zoon van Johannes Cornelis van der Ende en Elisabeth Johanna Kloppers. Ze zijn beiden overleden. Zij is een dochter van watermolenaar Theodorus Maria van der Stap en Margrieta de Vreede. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn de gemeenteveldwachter Pieter van Loon en de in Pijnacker wonende tuinder Johannes Petrus Wilhelmus van der Stap.

Op 26 juni 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende broodbakker Willem de Lange (28 jaar) met de in Haarlemmermeer geboren en in Delft wonende Willemina Rip (26 jaar). Hij is een zoon van de in Pijnacker wonende broodbakker Hendrik de Lange en de reeds overleden Anna Hazeu. Zij is een dochter van de reeds overeden Boudewijn Rip en de in Pijnacker wonende Teuntje van Vuuren.Getuigen zijn twee broers van de bruidegom, de in Kethel en Spaland wonende broodbakker Cornelis Abraham de Lange en broodbakker Aart Abraham de Lange uit Schiedam [Delftsche Courant  17 juni 1924, blz. 3]

Op 2 juli 1924* trouwt de in Berkel geboren en daar wonende tuinder Willem van Herk (24 jaar) in Pijnacker  met de in Pijnacker geboren en daar wonende Theodora Kranenburg (24 jaar).  Hij is een zoon van tuinder Leendert Pieter van Herk en Jannetje Rodenburg. Ze wonen beiden in Berkel. Zij is een dochter van timmerman Arend Kranenburg en Maria van der Meer. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn twee Delftse ooms van de bruid, Paulus Bosch en Johannes Kranenburg [

Op 2 juli 1924* trouwt de in Vrijenban geboren en in Pijnacker wonende fabrieksarbeider Jan van der Kooij (27 jaar) in Pijnacker met de in Beusichem geboren en in Pijnacker wonende Johanna Everdina van Gent (25 jaar). Hij is een zoon van tuinder Jan van der Kooij en Anna Pieternella Neeleman. Ze wonen beiden in Pijnacker. Zij is een dochter van de reeds overleden Evert van Gent en van de in Pijnacker wonende Margaretha de Widt. Getuigen zijn een zwager van de bruidegom, fabrieksarbeider Teunis Hogervorst en een zwager van de bruid, tuinder Nicolaas Rensen.

Op 10 juli 1924* trouwt de in Zoetermeer geboren en in Pijnacker wonende landarbeider Cornelis van der Vorm (35 jaar) in Pijnacker met de in Bleiswijk geboren en in Pijnacker wonende Maria Johanna Voskamp. Hij is een zoon van landarbeider Otto van der Vorm en Pieternella Lamens. Ze wonen beiden in Pijnacker. Hij is een zoon van boerenarbeider Arie Voskamp en Geertje Glintmeijer. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een broer van de bruidegom, arbeider Hendrik van der Vorm en een in Monster wonende broer van de bruid, bakker Arie Voskamp.

Op 10 juli 1924* trouwt de in Haarlemmermeer geboren en in Haarlemmermeer wonende landbouwer Johannes Adrianus Vreeken (25 jaar) in Pijnacker met de in Haarlemmermeer geboren in in Pijacker wonende Margaretha Johanna Uijthoven (22 jaar). Hij is een zoon van de landbouwer Jacob Vreeken en Adriana de Rooij.; Ze wonen beiden in Haarlemmermeer. Zij is een dochter van arbeider Philippus Uijthoven en Adriana Paaijmans. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Lisse wonende broer van de bruid, arbeider Cornelis Uijthoven en een zwager van de bruidegom agent van politie Kors Christiaan de Pous uit Rotterdam.

Op 17 juli 1924* wordt op verzoek van de in Hillegersberg wonende warmoezier Bastiaan Oosterom het vonnis ingeschreven van de rechtbank te Rotterdam van 12 mei 1923, waarin het huwelijk dat op 10 februari 1899 in Pijnacker is gesloten tussen Oosterom en Cornelia Hartevelt, door echtscheiding ontbonden wordt verklaard.

Op 18 juli 1924* trouwt de in Vrijenban geboren en in Overschie wonende landbouwarbeider Petrus Johannes Bierhuis (25 jaar) in Pijnacker met de in Schipluiden geboren en in Pijnacker wonende Catharina Maria Paalvast (29 jaar). Hij is een zoon van landarbeider Adolf Wilhelmus Bierhuis en Catharina van Schijndel. Ze wonen beiden in Overschie. Zij is een dochter van Christianus Paalvast en van Elisabeth Johanna Bubbert. Ze wonen beiden in Rijswijk. Getuigen zijn gemeenteveldwachter Pieter van Loon en secretarie-ambtenaar Hesselt van Dinter

Op 19 juli 1924 wordt gemeld dat bouwknecht A.W.A. van Winden is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Rotterdamseweg 496 [Delftsche Courant 19 juli 1924, blz. 9]

Op 19 juli 1924 wordt gemeld dat dienstbode L.C. Stolk is verhuisd van Delft, Rotterdamseweg 524  [Delftsche Courant 19 juli 1924, blz. 9]

Op 19 juli 1924 wordt gemeld dat mandenmaker P. Nieudorp en gezin is verhuisd van Delft, Ezelsveldlaan 6, naar Pijnacker, Delfgauw E95 [Delftsche Courant 19 juli 1924, blz. 9]

Op 19 juli 1924 wordt gemeld dat de weduwe M.J. de Heij-Galjé is verhuisd van Delft, Singelstraat 79, naar Pijnacker, Delfgauw E92h [Delftsche Courant 19 juli 1924, blz. 9]

Op 24 juli 1924* wordt in Pijnacker in Huize De Vogelweide geboren Lodewijk Hoyte Veder. Hij is een zoon van ...Veder en ... Verder van Wely [CBG Verzamelingen fa]

Op 24 juli 1924* trouwt de in Tiel geboren en in Pijnacker wonende landbouwarbeider Pieter Koedam (22 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Hendrika Post (25 jaar). Hij is een zoon van Johannes Koedam en Johanna de Kruijff. Ze zijn beiden reeds overleden. Zij is een dochter van de reeds overleden Arie Cornelis Post en de in Pijnacker wonende Lamberta Maria van Aalst.  Getuigen zijn de gemeenteveldwachter Pieter van Loon en de in Pijnacker wonende broer van de bruid, kapper Arie Cornelis Post.

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Albertus Apolonius van Mullem. Hij is een zoon van  J. van Mullem en A.N. van 't Woudt  [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Magdalena de Hoog. Ze is een dochter van  M. de Hoog  en A.M. de Vogel [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Bertus Maarten Joska Bijsterveld. Hij is een zoon van A. Bijsterveld Bzn en P. Welling   [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Francina Johanna Verhoeven. Ze is een dochter van J.C. Verhoeven en A.C. van Vonderen [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Arie Gravesteijn. Hij is een zoon van J. Gravesteijn en W. van de Berg   [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Dirkje Olie. Ze is een dochter van W. Olie en D.M. Vingerhoedt [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op ....juli wordt in Pijnacker geboren Gerardina Wilhelmina Sonneveld.  Ze is een dochter van P. Sonneveld Gzn en A.P. Hoogendoorn [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 3]

Op 31 juli 1924* overlijdt Willem de Vreede (59 jaar). Hij is de zoon van Johannes de Vreede en Adriana Ammerlaan. Hij is de echtgenoot van Sophia Maria Elisabeth Switzar

Op 2 augustus 1924 wordt gemeld dat C. Bierhuis is verhuisd van Delft, Schieweg 33 naar Pijnacker [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 6]

Op 2 augustus 1924 wordt gemeld dat A.M. van der Stap is verhuisd van Delft, Rotterdamseweg 336 naar Pijnacker [Delftsche Courant 2 augustus 1924, blz. 6]

Op 7 augustus 1924* wordt in Pijnacker geboren Cornelis Johannes de Gidts. Hij is een zoon van ...de Gidts en ... de Gidts-Jongerbloed [CBG Verzamelingen fa; Haagsche Courant 11 augustus 1924, blz. ] 

Op 9 augustus 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider J.G. de Ruijter met zijn vrouw is verhuisd van Pijnacker naar Annastraat 29 [Delftsche Courant 9 augustus 1924, blz. 10]

Leonarda Cornelia Apolonia Kerklaan

Op 10 augustus 1924 wordt op ...in Kethel en Spaland geboren Leonarda Cornelia Apolonia Kerklaan. Roepnaam Leni. Ze is een dochter van .... Leonarda trouwt op ....in.... met C.G.A. van Dijk. Hij wordt geboren op...... Hij is een zoon van ..... Leonarda en C. krijgen kinderen

................................-ze wonen op Delftsestraatweg 140 in Pijnacker. -C overlijdt op 26 februari 2008 in....-Leonarda overlijdt op 28 maart 2018 in Delft (94 jaar). Roepnaam Leni. BRONNENinternethttps://www.telstar-online.nl/nieuws/algemeen/89847/leni-van-dijk-kerklaan-overledenoverige bronnenCBG Verzamelingen; Collectie Delft; Google Search naam

Nel van der Gaag

Op 12 augustus 1924 verlooft Nel van der Gaag uit Pijnacker met Jack Sluijk uit Ginneken [Delftsche Courant 12 augustus 1924, blz. 4]

Op 23 augustus 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider W.J. van der Schot met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Oosteinde 172a. [Delftsche Courant 23 augustus 1924, blz. 7]

Op 23 augustus 1924 wordt gemeld dat dienstbode D. Rozenboom is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Tweemolentjeskade 3. [Delftsche Courant 23 augustus 1924, blz. 7]

Op 23 augustus 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider H.J. Tiekink met zijn gezin is verhuisd van Delft, Koornmarkt 22, naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/8. [Delftsche Courant 23 augustus 1924, blz. 7]

Cornelis Notenboom

Op 20 augustus 1924* trouwt de in Pijnacker geboren en daar wonende landbouwer Cornelis Notenboom (27 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Leentje Zegwaard (20 jaar). Hij is een zoon van de reeds overleden Arie Notenboom en de in Pijnacker wonende Neeltje Post. Zij is een dochter van landbouwer Adrianus Zegwaard en Adriana Bregman. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Overschie wonende broer van de bruid, landbouwer Hendrik Zegwaard en een in Meerkerk wonende zwager van de bruidegom, landbouwer Pieter van Leeuwen.

Op 30 augustus 1924 wordt gemeld dat H.W. van den Broek met echtgenote Uijtenbroek en kind is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Pieterstraat 38a [Delftsche Courant 30 augustus 1924, blz. 9]

Op 30 augustus 1924 wordt gemeld dat zoutzuurstoker A.M. van der Pol met zijn  gezin is verhuisd van Delft, Molslaan 48 naar Pijnacker, Zuidweg 91-15 [Delftsche Courant 30 augustus 1924, blz. 9]

Op 1 september 1924 wordt geboren Angeniete Louisa Johanna Wijnmaalen.

Willem Ottink

Op 1 september 1924 wordt in Rotterdam Willem Ottink geboren. Hij is een zoon van Derk Ottink en Teuntje van Tongerloo. Hij trouwt met Hillegonda Catharina Aardoom. Ze hebben twee kinderen [Erik Ottink 20 maart 1956 Rotterdam; Alfred Ottink.......]

---------------------------------------------------Willem woont op 2 januari 1974 in Pijnacker -Willem overlijdt op 29 februari 1992 in.... (67 jaar)BRONNENkranten NRC Handelsblad 2 januari 1974, blz. 10; Trouw 3 januari 1974, blz. 12; Nieuwe Schiedamsche Courant 22 maart 1956, blz. 2
De voorouders van Willem Ottinkvader Derk Ottink wordt geboren op 9 maart 1901 in Zwartsluis. Hij is een zoon van Tiemen Ottink  en Niesje Smit. Derlk trouwt op 12 juli 1922 in ..... met Teuntje van Tongerloo. Ze wordt geboren op 5 februari 1901 in ..... Ze is een dochter van ....en .... Derk en Teuntje krijgen kinderen [Tiemen, Willem Ottink 1  september 1924 Rotterdam]..................................................................-Derk overlijdt op 1  januari 1974 in Rotterdam, Roerdomplaan 43 (72 jaar) -Teuntje overlijdt op 12 januari 1982 (80 jaar) BRONNENinternet http://www.ottink.nu/HTML/genealogy/50.htm krantenNieuwe Leidsche Courant 3 januari 1974, blz. 14
grootvader Tiemen Ottink wordt geboren op 29 juli 1867 in Zwartsluis. Hij is een zoon van Arend Ottink en Jantien ter Brugge.Hij trouwt (1) op 22 februari 1892 in ... met Niesje Smit. Ze wordt geboren op 20 oktober 1868 in ..... Ze is een dochter van ...en ...Tiemen en Niesje krijgen tien kinderen [Jantje Ottink, Anna Ottink, Arend Ottink, Jan Ottink, Trijntje Ottink, Derk Otting, Evert Ottink, Jacob Ottink, Jacob Ottink, Tiemen Hendrik Ottink]. Tiemen trouwt op....1918 met Aaltje Peereboom. Ze wordt geboren op....1872. -------------------------------------------------------------Niesje  overlijdt op 14 maart 1913 in ....-Tiemen overlijdt op 8 oktober 1934 in ....-Aaltje overlijdt op 27 maart 1953 in .....BRONNENinternet http://www.ottink.nu/HTML/genealogy/39.htm 
overgrootvader Arend Ottink wordt geboren op 23 januari 1832 in Zwartsluis. Hij is een zoon van .... en ... Arend trouwt op 14 mei 1859 in .... met Jantien ter Brugge. Ze wordt geboren op 5 september 1836 in ..... Arend en Jantien krijgen kinderen [Derk Ottink, Derk Ottink, Evert Ottink, Tiemen Ottink, Hendrik Ottink]---------------------------------------------------------------Arend overlijdt op 9 maart 1892 in .....-Jantien overlijdt op 30 juni 1905 in ...... BRONNENinternet http://www.ottink.nu/HTML/genealogy/334.htm Anthonie SpieringOp 3 september 1924 wordt in Rotterdam geboren Anthonie Spiering. Hij is een zoon van Arie Spiering [1888-1947] en Alida van Doorn [1892-1978]. Anthonie Spiering trouwt op 15 januari 1950 in Pijnacker met Dirkje van der Vliet uit Berkel en Rodenrijs. Ook Dicky. Ze wordt geboren op 4 februari 1927 in Pijnacker. Ze is een dochter van ...... Anthonie en Dirkje krijgen drie kinderen [Arie Spiering 1950 Pijnacker; Hendrina Spiering 1952 Pijnacker; Cornelis Spiering 1959 Pijnacker].................................................................................................=hij is in het kader van de Arbeitseinsatz van 12 juli 1943 tot 31 maart 1945 werkzaam bij VDM-Werke in Frankfurt am Main=op 23 augustus 1943 is hij onder doktersbehandeling wegens “Knöchelzerrung der Fuss”=hij verblijft vanaf 6 juni 1944 in Offenbach, Mühlheimerstrasse =in 1945 wordt Pijnacker als woonplaats opgegeven=Anthonie overlijdt op 26 juni 1961 in Pijnacker.=Dirkje overlijdt op 24 april 2019 in Pijnacker=Dirkje trouwt op ...1964 met Willem Troost. Ze krijgen nadien een dochter. =Dirkje en Willem verhuizen naar Berkel.=Dirkje en Willem keren in 2010 terug in Pijnacker BRONNENgeraadpleegde bronnenGoogle Search naamPaulus RodenburgOp 4 september 1924* trouwt de in Voorschoten geboren en daar wonende landbouwer Paulus Rodenburg [1897-18 april 1961 Wassenaar] in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Johanna Maria van Leeuwen (25 jaar). Hij is een zoon van landbouwer Jan Rodenburg [1867-...] en Hendrina Rodenburg [1866-...]. Ze wonen beiden in Voorschoten. Zij is een dochter van landbouwer Pieter van Leeuwen en Geertje Riem. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Waddinveen wonende broer van de bruid, landbouwer Jacob van Leeuwen en een in Leiden wonende broer van de bruidegom, expediteur Jan Rodenburg.BRONNENinternet Genealogieonline
Frederik LallemanOp 4 september 1924* trouwt de in Leiden geboren en in Pijnacker wonende metselaar Frederik Lalleman (1904 Pijnacker-.....) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Marrigje Rensen (1907 Pijnacker-.....). Hij is een zoon van metselaar Arie Lalleman en Catharina Schotte. Ze wonen beiden in Pijnacker. Zij is een dochter van warmoezier Arie Rensen en Gerarda de Bruin. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn twee in Pijnacker wonende broers van de bruidegom, metselaar Theodorus Lalleman en metselaar Leendert Lalleman. BRONNENinternet Genealogieonline
Op 6 september 1924 wordt gemeld dat tuindersknecht J. Vogelaar met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Rotterdamseweg 432 [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]
Op 6 september 1924 wordt gemeld dat huisschilder A. Sinke met zijn gezin is verhuisd van Delft, Buitenwatersloot 257 naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92 VII [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]
Op 6 september 1924 wordt gemeld dat expeditieknecht K. Oosterwijk is verhuisd van Delft, Buitenwatersloot 212 naar Pijnacker, Oudeleede [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]
Op ....september 1924 wordt in Pijnacker geboren Aagje Degenhardt. Ze is een dochter van Leendert Hugo Degenhardt en Willemijntje Liefhebber  [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]
Op ....september 1924 wordt in Pijnacker geboren Lena van Atten. Ze is een dochter van M. van Atten en T. van Mullem [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ...september 1924 wordt in Pijnacker geboren Jacob Bazuin. Hij is een zoon van J. Bazuin en L. van Wijk  [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ...september 1924 wordt in Pijnacker geboren Angenieta Louisa Johanna Wijnmaalen. Ze is een dochter van W. Wijnmaalen en R.G. Lukas [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ... september 1924  trouwt F. Lalleman [20 jaar] in Pijnacker met M. Rensen [17 jaar][Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ...september 1924 trouwt P. Rodenburg [27 jaar] in Pijnacker met J.M. van Leeuwen [ 25 jaar]. [Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ... september 1924  gaat  A. Troost  [20 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met P. v.d. Kooij [17 jaar][Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ... september 1924  gaat  L.M. Tersmette [33 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met  J.W. van Schalkwijk [20 jaar][Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op ... september 1924  gaat  B. Stolk  [33 jaar] in Pijnacker in ondertrouw met M. M. Gouweleeuw [21 jaar][Delftsche Courant 6 september 1924, blz. 10]

Op 9 september 1924* trouwt de in Pernis geboren en daar wonende metselaar Arend Troost (20 jaar) in Pijncker met de in Vlaardingen geboren en in Pijnacker wonende Petronella van der Kooij (21 jaar). Hij is een zoon van aannemer Hendrik Troost en Maatje den Ouden. Ze wonen beiden in Pernis. Zij is een dochter van Jacob van der Kooij en Petronella Rodenburg. Ze zijn beiden reeds overleden. Getuigen zijn een in Pernis wonende oom van de bruidegom, gemeente-ambtenaar Jan Troost en een in Den Haag wonende broer van de bruid, bouwkundige Martinus van der Kooij. 

Op zondagochtend 14 september 1924 overlijdt de oudste inwoner van onze gemeente M. Welling Sr., in de ouderdom van bijna 95 jaren. De overledene was sinds de laatste jaren totaal kinds geworden, zodat hij zelfs zijn naaste betrekkingen niet meer kende en een waar plantenleven leidde. Bij zijn zoon en diens vrouw, waar hij inwoonde, genoot hij een liefderijke verpleging. [Delftsche Courant 15 september 1924, blz. 3]

Op 18 september 1924* trouwt de in Delft geboren en daar wonende fabrieksarbeider Leonardus Martinus Tersmette (33 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Johanna Wilhelmina van Schalkwijk (20 jaar). Hij is een zoon van fabrieksarbeider Johannes Leonardus Tersmette en van Johanna Christina Schapers. Ze wonen beiden in Delft. Zij is een dochter van veldarbeider Johannes van Schalkwijk en Engeltje van Leeuwen. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een neef van de bruid, tuindersknecht Wilhelmus van Leeuwen en een broer van de bruid, tuindersknecht Nicolaas Johannes van Schalkwijk. Ze wonen beiden in Pijnacker.

Op 18 september 1924 wordt gemeld dat Johannes Knoop is verhuisd van Ooosterhout, aan den Hout 48, naar Pijnacker [Dagblad van Noord-Brabant 18 september 1924, blz. 5]

Op 23 september 1924 overlijdt in Delfgauw op het adres E94 D. Vrijenhoek [76 jaar]. Hij is de weduwnaar van G. Vollemans  [Delftsche Courant 23 september 1924, blz. 3; Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 3]

Op ...september 1924 wordt in Pijnacker Alida Lughen geboren. Ze is een dochter van G. Lughen en M. van Duyn [Delftsche Courant 27 september  1924, blz. 3]

Op ...september 1924 wordt in Pijnacker geboren Hendrika Wilhelmina Koetsier. Ze is een dochter van W. Koetsier en N.A. Hoogendoorn [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 3]

Op 27 september 1924 wordt gemeld dat loodgieter W.F. van Beek is verhuisd van  Pijnacker  naar  Delft, Javastraat 194 [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 27 september 1924 wordt gemeld dat zanger E.D. ter Keurs is verhuisd van  Pijnacker naar  Delft, Molslaan 25 [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 27 september 1924 wordt gemeld dat  smid N. van Treuren met zijn gezin is verhuisd van  Pijnacker naar Delft, Rietveld 112 [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 27 september 1924 wordt gemeld dat  loswerkman A. Verweij  met zijn gezin is verhuisd van Delft, Cornelis Trompstraat 55 naar  Pijnacker, Zuidweg 91/19 [Delftsche Courant 27 september 1924, blz. 10]

Op 1 oktober 1924* trouwt de in Zegwaart geboren en daar wonende aannemer Pieter Jacobus van Herwijnen (36 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Pietertje Franx (24 jaar). Hij is een zoon van horlogemaker Pieter van Herwijnen en Jacoba Klazing. Ze wonen beiden in Zegwaart. Zij is een dochter van smid Hermanus Franx en van Maartje Brander. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn de vader van de bruidegom en een  in Waddinxveen wonende zwager van de bruid, stoffeerder Willem van der Oest.

Op 2 oktober 1924* trouwt de in Nieuwerkerk aan den IJssel geboren en daar wonende Dirk Hogeweg (26 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Magdalena van der Kooij (24 jaar). Hij is een zoon van schoolhoofd Gerrit Hogeweg en Eva van Dijk. Ze wonen beiden in Nieuwerkerk aan den IJssel. Zij is een dochter van tuinder Gerrit van der Kooij en Magdalena Weerheim. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Hendrik Ido Ambacht wonende broer van de bruidegom, schoolhoofd Hendricus Hogeweg en een in Pijnacker wonende zwager van de bruid, melkboer Arie Gravesteijn. 

Op 4 oktober 1924 wordt gemeld dat J.W. van Schalkwijk is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Coenderstraat 11 [Delftsche Courant 4 oktober 1924, blz. 9]

Op 4 oktober 1924 wordt gemeld dathuisschilder J.A. Schepers is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Paxlaan 53 [Delftsche Courant 4 oktober 1924, blz. 9]

Op 4 oktober 1924 wordt gemeld dat timmerman F.C. Roelofswaard met zijn gezin  is verhuisd van Delft , Javastraat 194, naar Pijnacker, Middenweg A185 [Delftsche Courant 4 oktober 1924, blz. 9]

Op 8 oktober 1924 wordt P.V. uit Pijnacker veroordeeld tot f 5 subs 1 dag wegens rijden met een motorrijtuig zonder achterlicht. H.J.F. uit Pijnacker tot een boete van f 2 subs 1 dag  [Delftsche Courant 18 oktober 1924, blz. 2]

Op 11 oktober 1924 wordt gemeld dat de dienstbode H. Jaarsveld is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Poortlandstraat 70 [Delftsche Courant 11 oktober 1924, blz. 10]

Op 11 oktober 1924 wordt gemeld dat de stucadoor A. Kramer met zijn echtgenote is verhuisd van Delft, Trompetstraat 55 naar Pijnacker Zuidweg 91/20 [Delftsche Courant 11 oktober 1924, blz. 10]

Op 11 oktober 1924 wordt gemeld dat de mandenmaker A.J. van Veldhoven met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Helmond [De Zuid-Willemsvaart 11 oktober 1924, blz. 6]

Op .... oktober 1924 wordt  geboren Sophia Elizabeth van der Burg . Ze is een dochter van Th.C. van der Burg en C.W.M. Overdevest [Delftsche Courant 13 oktober 1924, blz. 3]

Op .... oktober 1924 wordt  geboren Gerrit de Hoog. Hij is een zoon van Leendert de Hoog en A. Weerheim [Delftsche Courant 13 oktober 1924, blz. 3]

Op .... oktober 1924 wordt  geboren Hendrikus van der Kooy. Hij is een zoon van D. van der Kooy en W. van Elst [Delftsche Courant 13 oktober 1924, blz. 3]

Op .... oktober 1924 wordt  het kind Emma erkend als kind van Lena Lindenburg [Delftsche Courant 13 oktober 1924, blz. 3]

Op .... oktober 1924 wordt Maria Anna Leonarda Ruijgt geboren. Ze is een dochter van F. Ruijgt en H. van Leeuwen [Delftsche Courant 13 oktober 1924, blz. 3]

Op 18 oktober 1924 wordt gemeld dat J. van Muijlwijk is verhuisd van Delft, Oude Langendijk 5-6 naar Pijnacker E-92/6 [Delftsche Courant 18 oktober 1924, blz. 9]

Op 19 oktober 1924 wordt in Pijnacker geboren Willem Adriaan Staalenburg. Hij is in 1940 dekjongen bij de koopvaardij. Op 22 september 1940 overlijdt hij in Leith, City of Edinburgh, County Midlothian, Scotland. Willem wordt genoemd in de Erelijst van Gevallenen 1940-1945.

Op 20 oktober 1924 wordt gemeld dat P. Zegwaard is verhuisd van Breda, Nobelstraat 33 naar Pijnacker  [Het Centrum 20 oktober 1924, blz. ...]

Op ...oktober 1924 wordt in Pijnacker Cornelis Luyken geboren. Hij is een zoon van C. Luyken en C. Oosterwijk [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op ...oktober 1924 wordt in Pijnacker Otto van der Vorm geboren. Hij is een zoon van C. van der Vorm en M.J. Voskamp [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op ...oktober 1924 wordt in Pijnacker Jacoba Koornneef geboren. Ze is een dochter van A. Koornneef en J. van Duyn [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op ...oktober 1924 wordt in Pijnacker Willem Vonk geboren. Hij is een zoon van J. Vonk en P. Verwey [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op...oktober 1924 overlijdt in Pijnacker Pietertje van Tol [84 jaar]. Ze is de weduwe van A. van der Elst [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op...oktober 1924 overlijdt in Pijnacker Catharina van Eden. Ze is de echtgenote van P.A. de Bruin [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3].

Op ...oktober 1924 gaat A. de Ligt [32 jaar] in ondertrouw met L.W. van Eendenburg [29 jaar][Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 3]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat  zadelmaker W.J.A. Moerkerk met zijn gezin  is verhuisd van Pijnacker naar Delft,  Brasserskade 89 [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat loswerkman J. Zaal met zijn gezin is verhuisd van   Pijnacker naar Delft, Annaboogerd 23 [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat  fabrieksarbeider H.J.T. Molenaar is verhuisd  van Delft, Zuiderstraat 28-30 naar Pijnacker, Delfgauw 110  [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat J. Hilkhuysen met zijn echtgenote  is verhuisd   van   Delft, Achterom 25, naar Pijnacker, Delfgauwseweg E92/6naar   [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat P. van der Helm met zijn gezin is verhuisd van Delft, Doelenstraat 84  naar Pijnacker, Nieuwestraat 24  [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat M.J. Buijing  is verhuisd  van Delft, Rotterdamscheweg 338  naar Pijnacker, Westlaan   [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 25 oktober 1924 wordt gemeld dat smid J.P. van der Burg met zijn gezin  is verhuisd   van Delft, Kruisstraat 12-14 naar Pijnacker, Delfgauw E109  [Delftsche Courant 25 oktober 1924, blz. 10]

Op 27 oktober 1924* overlijdt Apolonia Ruijgrok (79 jaar). Ze is een dochter van Cornelis Ruigrok en Nicoletta Ammerlaan. Ze is de echtgenote van Hubertus van Koppen.

Op 28 oktober 1924* verlooft Gerrit van der Kooij Azn uit Pijnacker met Teun Alida Klapwijk uit Berkel [CBG Verzamelingen fa; Delftsche Courant 31 oktober 1924, blz. 4]

Op 28 oktober 1924 wordt gemeld dat H.J. Spithoven is verhuisd van Apeldoorn, Keienbergweg 28 naar Pijnacker [Nieuwe Apeldoornsche Courant 28 oktober 1924, blz. 5]

Op 1 november 1924 wordt gemeld dat huishoudster M.C. Boerlage is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Laan van Overvest 1 [Delftsche Courant 1 november 1924, blz. 9]

Op 1 november 1924 wordt gemeld dat metselaar W. Verschoor met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Patrimoniumstraat 13 [Delftsche Courant 1 november 1924, blz. 9]

Op 1 november 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider W. Wijnmaalen met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Achterom 6 [Delftsche Courant 1 november 1924, blz. 9]

Op 1 november 1924 wordt gemeld dat kantoorbediende B.C. van Uyen  is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Schoolkade 251 [Delftsche Courant 1 november 1924, blz. 9]

Abraham Adrianus Blijleven

Op 4 november 1924 wordt in Pijnacker in de Oude Leede geboren Abraham Adrianus Blijleven (Bram). Hij is een zoon van Frans Blijleven en Neeltje den Braver. 

Frans Blijleven (vader) wordt geboren op 10 augustus 1888 in Benthuizen. Hij is een zoon van Abraham Blijleven en Aagje den Hertog

Abraham Blijleven (grootvader vaderszijde) wordt geboren op 21 juni 1852 in Benthuizen. Hij is een zoon van Jan Blijleven (geboren 10 september 1805 Hazerswoude - overleden 5 juli 1866 Benthuizen) en Cornelia Matze (geboren 16 januari 1811 Boskoop - overleden 29 januari 1889 Benthuizen). Ze trouwen op 6 juli 1828 in Benthuizen. Ze krijgen dertien kinderen. Abraham is de twaalfde.

Aagje den Hertog (grootmoeder vaderszijde) wordt geboren op 13 december 1850 in Hazerswoude. Ze is een dochter van Simon den Hertog (geboren 9 augustus 1810 Alkemade - overleden 28 november 1884 Hazerswoude) en Marijtje van Tol (geboren rond 1818 - overleden 20 december 1850 Hazerswoude). Ze trouwen op 27 mei 1842. Ze krijgen kinderen [Aagje 1850].

Abraham en Aagje (grootouders vaderszijde) trouwen op 24 september 1875 in Benthuizen. Ze krijgen acht kinderen. Frans is de vijfde. Abraham overlijdt op 5 juni 1903 in Benthuizen. Aagje overlijdt op 24 juni 1927 in Benthuizen.

Neeltje den Braver (moeder) wordt geboren op 26 oktober 1889 in Oudshoorn. Haar vader doet aangifte van de geboorte; getuigen zijn schoenmaker Nicolaas van Winkel en veldwachter Leendert Buner. Ze is een dochter van boerenknecht 

Adrianus den Braver (grootvader moederszijde) geboren 15 november 1865 Ter Aar. Hij is een zoon van Jan den Braver (geboren 22 junli 1837 Ter Aar - overleden 15 september 1927 Pijnacker) en Gerritje Kolderdijk (geboren 1823 Nieuwer-Amstel - overleden 27 december 1865 Ter Aar). Ze trouwen. Ze krijgen drie kinderen. Adrianus is de derde.

Martijntje van der Schee (grootmoeder moederszijde) geboren 23 mei 1869 Oudshoorn. Ze is een dochter van Willem van der Schee (geboren 12 november 1828 Hekendorp - overleden 30 augustus 1886 Alphen) en Wijntje van Dam (geboren 23 mei 1830 Zwammerdam - overleden 5 februari 1911 Hekendorp). Ze trouwen op 5 mei 1854 in Alphen. Ze krijgen negen kinderen. Martijntje is de achtste.

Adrianus en Martijntje (grootouders moederszijde) trouwen in mei 1889. Ze krijgen tien kinderen. Neeltje is de oudste. Adrianus overlijdt op 15 augustus 1939 in Pijnacker. Martijntje overlijdt op 22 oktober 1937 in Delft. 

Frans en Neeltje (ouders) trouwen op 31 januari 1913. Ze krijgen negen kinderen. Abraham is de zesde. Neeltje overlijdt in 1967. Frans overlijdt op 2 juli 1982 in woonzorgcentrum 't Hofland in Pijnacker.

Abraham moet in de oorlog voor de Arbeitseinsatz naar Duitsland. Hij wordt in een klein Duits dorpje Giessen [Lahn] postbode en wordt in de familie waar hij verblijft (Gästerei E. Schwarz, Alter Steinbacherweg) goed behandeld. Hij schrijft in een kaart aan zus Mar op 20 februari 1944 dat een vliegtuig in de stad is neergestort. Hij hoopt in maart 1944 op verlof te mogen. Als de oorlog eindigt blijft hij nog geruime tijd in Duitsland. Zo lang, dat zijn zus Wijntje een advertentie laat plaatsen waarin ze vraagt om hulp bij de opsporing. Hij keert uiteindelijk terug.  

Abraham Adrianus Blijleven trouwt op 3 november 1953 met Adriana Verboom. Hij woont dan Oude Leedeweg 17 in Pijnacker. Zij Bermweg 26 in Nieuwerkerk aan de IJssel. Ze gaan wonen op Emmastraat 105 in Pijnacker.

Adriana wordt geboren. Ze is een dochter van 

Abraham en Adriana krijgen vier kinderen [Frans en Anja; Erik; Nelleke]. Ze wonen daarna in Delfgauw Spui 3 en tenslotte Cort van der Lindenstraat 37 in Delft. Bram is administrateur. Hij is jarenlang bestuurslid van de Kiesvereniging Eben Haëzer van de S.G.P. in Pijnacker-Nootdorp. Op 2 november 1978 vieren ze in een zaal bij de Maranathakerk hun 25-jarig huwelijksfeest. Op 4 november 1993 vieren ze in "De Acker" in Pijnacker hun 40-jarig huwelijksfeest. Op 4 november 2003 vieren ze hun 50-jarig huwelijksfeest in de Schaapskooi in Delft. Abraham overlijdt in Delft op 26 oktober 2013. Hij wordt begraven op donderdag 31 oktober 2013 op de begraafplaats aan de Hoflaan in Delft.

Frans Blijleven wordt geboren op 16 augustus 1955 in Pijnacker. Zie onder 16 augustus 1955.

Anna Adriana (Anja) Blijleven wordt geboren op 19 maart 1957 in Pijnacker. Zie onder 19 maart 1957.

Nelleke Blijleven wordt geboren in 1958. Zie onder 1958

Erik Blijleven wordt geboren op 4 september 1961 in Pijnacker. Zie onder 4 september 1961.


bronnen

internet

Veritas 22 juni 1945, blz. 4

Op 5 november 1924 wordt  A.J. de B. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 3 subs 2 dagen   wegens overtreding van de Leerplichtwet [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 5 november 1924 wordt  G. van de E. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van f 5 subs 3 dagen wegens rijden met een motorrijtuig zonder licht [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 5 november 1924 worden A.P.F. van W. en C.A.J.W.A. uit Pijnacker veroordeeld tot een boete van  f 2 subs 1 dag  wegens  het in Pijnacker op een hondenkar zitten [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 5 november 1924 wordt J. van L. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag    wegens het op een hondenkar zitten [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 5 november 1924 wordt J.J. de H. veroordeeld tot een boete van f 2 subs 1 dag  wegens het rijden zonder licht met een rijwiel [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Bertus Bijsterveld 

Op ....1924 wordt in .... geboren Bertus Bijsterveld. Hij is een zoon van Arie Bijsterveld Bzn [1894-1974] en Petronella Welling [1896-1974]. .

.............................-Bertus wordt op Stationsstraat 84 geboren-hij overlijdt op ....2005BRONNENliteratuurAnnette Theeuwsen-Kardol, De Stationsstraat in Pijnacker, Pijnacker 2014, blz. 367.

Menksje van Uffelen

Op....1924 wordt in ... geboren Menksje van Uffelen. Ze is een dochter van ..... Ze trouwt op....met Jacob Nicolaas Olieman. Hij wordt geboren op .... Hij is een zoon van Willem Olieman en ...... Menksje en Jacob krijgen kinderen. 

BRONNENliteratuurAnnette Theeuwsen-Kardol, De Stationsstraat in Pijnacker, Pijnacker 2014, blz. 339

Op 12 november 1924* trouwt de in Maasland geboren en daar wonende tuinder Jacob van der Kooij (28 jaar) in Pijnacker met de in Maasland geboren en in Pijnacker wonende Neeltje van der Kooij (34 jaar). Neeltje is weduwe van Leonardus van der Vaart.  Jacob is een zoon van de reeds overleden Simon van der Kooij en van de in Maasland wonende Maria Maan. Neeltje is een dochter van veehouder Arij van der Kooij en Sara van Dorp. Ze wonen beiden in Maasland. Getuigen zijn twee broers van de bruidegom, de in Maasland wonende veehouder Johannes van der Kooij en de in Maassluis wonende Jacobus van der ooij

Op 12 november 1924* trouwt de in Sexbierum geboren en in Dedemsvaart wonende tuinder Jan Romkes (23 jaar) in Pijnacker met de in Pijnacker geboren en daar wonende Adriana Maartje Veerman (22 jaar). Hij is een zoon van tuinder Johannes Evert Romkes en Berendina Henderika  van de Belt. Ze wonen beiden in Dedemsvaart. Zij is een dochter van broodbakker Pieter Veerman en Margaretha van Leeuwen. Ze wonen beiden in Pijnacker. Getuigen zijn een in Nootdorp wonende broer van de bruid, tuinder Pieter Anthonius Veerman en een in Schiedam wonende zwager van de bruid, melkslijter Arend Dijkshoorn

Op 12 november 1924* trouwt de in Rotterdam geboren en daar wonende expeditieknecht Nicolaas van Schouwen (24 jaar) in Pijnacker met de in Berkel en Rodenrijs geboren en in Pijnacker wonende Hendrika de Bruin (20 jaar). Hij is een zoon van de reeds overleden Arie Cornelis van Schouwen en van de in Rotterdam wonende Cornelia van de Graaff. Hendrika is een dochter van de tuinder Gerrit de Bruin en Catharina Alida Keizer. Ze wonen beiden in Pijnacker.  Getuigen zijn de gekmeenteveldwachter Pieter van Loon en een in Pijnacker wonende zwager van de bruid, tuinder Gerrit Schellingerhoudt. 

Op 14 november 1924* trouwt Cornelis Wilhelmus van Eijk in Pijnacker met Helena Maria Haket. Hij is een zoon van Adrianus van Eijk en Adriana Johanna Groenewegen.

Op 15 november 1924 wordt gemeld dat fabrieksarbeider H. van der Elst met zijn gezin is verhuisd van Delft, Buitenwatersloot 309 naar Pijnacker, Zuidweg [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 15 november 1924 wordt gemeld dat electricien J. Post is verhuisd van Delft, Nieuwe Langendijk 35 naar Pijnacker, Stationsweg 11  [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 15 november 1924 wordt gemeld dat koetsier J.M. Kattevilder met zijn gezin is verhuisd van Pijnacker naar Delft, Buitenwatersloot 299  [Delftsche Courant 15 november 1924, blz. 10]

Op 21 november 1924* overlijdt in Pijnacker Otto van der Vorm (70 jaar). Otto is een zoon van Hendrik van der Vorm  en Maria Visser. Hij is de echtgenoot van Pieternella Lamens [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

 Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Petrus Cornelis Oosterman. Hij is een zoon van B. Oosterman en J. Vink [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Jan Cornell Bergman. Hij is een zoon van P. Bergman en H. J. Kranenburg [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Cornelia Maria Alida Brouwer. Ze is een dochter van J. Brouwer en M. B. S. Verburg [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Cornelis Hendricus van der Ploeg. Hij is een zoon van C. J. van der Ploeg en C. M. van der Helm [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Johannes Adrianus van der Hoeven. Hij is een zoon van J. A. van der Hoeven en E. Geerinck [Delftsche Courant 29 november 1924, blz. 3]

Jacoba van Ruitenburg

Op ....november 1924 wordt in Pijnacker geboren Jacoba van Ruitenburg. Ze is een dochter van Pieter  van Ruitenburg en Helena Catharina Lalleman. Jacoba trouwt op .....in ....met Huibert Pieter Pruijsers. Hij wordt geboren op 7 maart 1921 in Dongen.  Hij is een zoon van Adriaan Cornelis Pruijsers en Hendrika Nieuwenhuizen.  Jacoba en Huibert krijgen kinderen [Erica Pruijsers; Piet Pruijsers]

.................................................-het gezin woont Willem de Zwijgerlaan 49-Huibert overlijdt op 6 juni 1966 in Pijnacker
BRONNENDelftsche Courant 29 november 1924, blz. 3
STAMVADER1924-..........   Jacoba van Ruitenburg en 1896-..........   Pieter van Ruitenburg en Helena Catharina Lalleman [1900-.......]1863-1942   Pieter van Ruitenburg en Jacoba de Groot [1862-1926]1840-1920  Jan van Ruitenburg en Maria Romeijn [1836-1875]1811  -1856   Pieter van Ruitenburg en Arendje Voskamp [1819-1866]1785-1865   Johan Herbertsz van Ruitenburg en Aagje Pieters Kerkhoven [1783-1855]1749-1827   Herbert van Ruitenberg en Jobje Sluimer [1763-.........]1714 -1791   Gillis van Ruijtenburg en Johanna Herpertsdr van Ruijtenburg [1722-1764]1679-1772   Dirk Leendertsz van Ruijtenburgh en Geertrui Jillisdr Herweijer [1684-1750]1643-1709   Leendert Dirksz van Ruijtenburgh en Weijburgje Jansdr Roobol [1651-1710]1597-..........   Dirck Heijndricksz Ruijtenburgh en Maartje Leendertsdr [1600-1644]
BRONNENGeneanet; Voorouder.nl; Archieven.nl; WieWasWie
VOOROUDERSvoorouders van Jacoba van Ruitenburg vader Pieter van Ruitenburg wordt geboren op 19 maart 1896 in Bleiswijk. Hij is een zoon van Pieter van Ruitenburg en Jacoba de Groot. Pieter trouwt op 6 juli 1921 in Pijnacker met Helena Catharina Lalleman. Roepnaam Lena. Ze wordt geboren op 28 april 1900 in Leiden. Ze is een dochter van Arij Lalleman en Catharina Schotte. Pieter en Helena krijgen vier kinderen [Piet van Ruitenburg.....-.....;  Jacoba van Ruitenburg ...november 1924-.....; Arie van Ruitenburg .....-.....; Rina van Ruitenburg .....-....]....................................................-Pieter is betonwerker-hij gaat op 11 december 1919 in Rotterdam wonen op de Goudschestraat 102a -op 21 september 1920 gaat hij inwonen bij Bosman, Josephstraat 151b-hij verhuist op 20 mei 1921 naar Pijnacker en gaat wonen bij Hendrik Salm in de Kroonstraat-Helena overlijdt op 8 maart 1966 in Pijnacker -Pieter overlijdt op 27 november 1972 in Pijnackergrootvader Pieter van Ruitenburg wordt geboren op 17 september 1863 in Zoetermeer. Hij is een zoon van Jan van Ruitenburg en Maria Romeijn. Pieter trouwt op 12 mei 1894 in Zevenhuizen met Jacoba de Groot. Ze wordt geboren op 2 juli 1862 in Zevenhuizen. Ze is een dochter van Pieter de Groot [1832-1921] en Johanna Burghout [1835-1917]. Pieter en Jacoba krijgen vijf kinderen [Jan van Ruitenburg 24 februari 1895 Bleiswijk-.......; Pieter van Ruitenburg 19 maart 1896 Bleiswijk-.......1970; Marinus Johannes van Ruitenburg 10 oktober 1897 Zoetermeer-....1961; Johanna Maria van Ruitenburg 18 november 1900 Zoetermeer-.....; Arie van Ruitenburg 1904 Zevenhuizen-.....1985]................................-Jacoba overlijdt op 1 september 1926 in Leiden -Pieter overlijdt op 28 juni 1942 in Waddinxveen
voorouders van echtgenoot Huibert Pieter Pruijsers vader Adriaan Cornelis Pruijsers wordt geboren op 20 april 1898 om 21.00 uur in Raamsdonk. Hij is een zoon van Pieter Pruijsers en Anna Rosenbrand. Adriaan trouwt op 7 augustus 1919 in Dongen   met Hendrika Nieuwenhuizen. Ze wordt geboren op 2 oktober 1899 in Raamsdonk. Ze is een dochter van Huibert Nieuwenhuizen en Alida Verduin. Adriaan en Hendrika krijgen twee kinderen [Pieter Huibert Pruijsers 24 februari 1920 Raamsdonk-.......; Huibert Pieter Pruijsers 7 maart 1921 Raamsdonk-6 juni 1966 Pijnacker].....................................-Adriaan is leerlooier-het stel vestigt zich in augustus 1919 vanuit Raamsdonksveer in Dongen-het gezin verhuist op 27 juni 1921 van Dongen naar Raamsdonksveer
voorouders van moeder Helena Catharina Lallemanvader Arie Lalleman wordt geboren op  24 december 1869 in 's-Gravenzande. Hij is een zoon van Theodorus Lalleman [8 januari 1838 's-Gravenzande-13 augustus 1910 Pijnacker] en Lena Klazina van Velzen [6 februari 1840 Berkel en Rodenrijs-9 oktober 1926 Pijnacker]. Arie trouwt op 7 september 1894 in Pijnacker met Catharina Schotte. Ze wordt geboren op 5 april 1869 in Pijnacker. Ze is een dochter van ..... Arie en Catharina krijgen kinderen [Theodorus Lalleman ...1895-......; Helena Catharina Lalleman 28 april 1900 Leiden-......; Jacob Pieter Lalleman 1 oktober 1901 Leiden-......; Frederik Lalleman 21 januari 1904 Leiden-........; Antje Lalleman 17 april 1906 Leiden-......; Cornelis Martinus Lalleman 4 maart 1908 Leiden-.....]....................................-Arie is metselaar en aannemer. Ook Arij-Arie en Catharina wonen in 1900-1908 in Pijnacker -Catharina overlijdt op 16 november 1944 in Pijnacker -Arie overlijdt op....november 1949 in Pijnacker 
voorouders van schoonmoeder Hendrika Nieuwenhuizenvader Huibert Nieuwenhuizen wordt  op 26 mei 1876 in Dongen geboren. Hij is een zoon van Jan Nieuwenhuizen [1850-1932] en Hendrika Okkers [1850-1917]. Huibert trouwt op 17 juni 1897 in 's-Gravenmoer met Alida Verduin. Ze wordt geboren op 20 juni 1875 in 's-Gravenmoer. Ze is een dochter van ....... Huibert en Alida krijgen kinderen [Gerrit Nieuwenhuizen 10 oktober 1893 's-Gravenmoer-.....; Stijna Johanna Nieuwenhuizen 8 september 1907 Dongen-15 november 1981.....; Johanna Nieuwenhuizen 21 augustus 1909 Dongen-.......]....................................-Huibert is schoenmaker en christelijk gereformeerd-zoon Gerrit is een erkend kind-Huibert overlijdt op 26 oktober 1944 in Dongen-Alida overlijdt op 9 februari 1945 in Dongen

Jelle Weijgertse

Op 24 november 1924 wordt in Berkel en Rodenrijs geboren Jelle Weijgertse. Hij is een zoon van Gerard Weijgertse en Trijntje Feenstra. Jelle Weijgertse trouwt op 11 januari 1951 in Pijnacker met Alida de Graaf. Ze is een dochter van Cornelis de Graaf en Geertruida Hogervorst. Jelle en Alida krijgen kinderen [Trijntje Weijgertse (Tineke) 21 oktober 1951 Pijnacker-........; Cornelis Willem Arie Weijgertse (Cees) 8 augustus 1953 Pijnacker-.....; Geertruida Alida (Gerda) Weijgertse 22 oktober 1955 Pijnacker-.....; Alida Arina (Lia) Weijgertse 14 november 1957 Pijnacker-.....; Marjanne (Marjan) Weijgertse 12 maart 1959 Pijnacker-......]. 

.....................-Jelle komt voor op een foto uit 1948 toen Excelsior deelnam aan een Concours in Gorssel-Jelle is veilingmedewerker-Jelle overlijdt op 1 januari 2004.-dochter Tineke Weijgertse is gehuwd met Frits Vink, zoon van Pieter Vink en Johanna de Vet. Ze wonen  Duikersloot 31 2642 DS Pijnacker-zoon Cees Weijgertse is getrouwd met Thea Groen. Ze hebben een dochter Gerda Weijgertse gehuwd met Alex en via hen twee kleindochters Lisanne en Mandy. Cees en Thea hebben een tweede dochter Thea op 13 juni 2003 gehuwd met Dajo van Leeuwen. Cees en Thea wonen in Wateringen.-dochter Gerda Weijgertse, gehuwd met Dirk Kemp, een zoon van Piet Kemp en Johanna van Driel. Ze hebben drie kinderen Peter met Marieke, Kim met Angelo [en kinderen Andy en Dylan] en Jolande-dochter Lia Weijgertse met echtgenoot Franciscus A.M. Karlas, zoon van Wilhelmus Karlas en W.J. van Poel. Ze hebben vier kinderen:  Daniël met John, Melanie met Henry, Tommy en Tanja-dochter Marjan Weijgertse met echtgenoot Marcel Zeegers, zoon van Hendrik Zeegers en Anna Hoogendijk. Ze hebben eenzoon Jelle met EsmeraldaBRONNENinternet
STAMVADER1924-.........   Jelle Weijgertse en Alida de Graaf1904-........   Gerard Weijgertse en Trijntje Feenstra...........-.........  Jan Weijgertse en Maria Jenneke van Kuik
VOOROUDERSvoorouders van Jelle Weijgertse vader Gerard Weijgertse wordt geboren op 12 juli 1904 in Ophemert. Hij is een zoon van Jan Weijgertse en Maria Jenneke van Kuik. Gerard trouwt op 29 juni 1923 in Berkel en Rodenrijs met Trijntje Feenstra. Ze wordt geboren op 14 september 1902 in Berkel en Rodenrijs. Ze is een dochter van Jelle Feenstra en Cornelia C. Boer. Gerard en Trijntje krijgen vijf kinderen [Jan Leendert Weijgertse 15 oktober 1923 Berkel en Rodenrijs-......; Jelle Weijgertse 24 november 1924 Berkel en Rodenrijs-........; Willem Cornelis Weijgertse 30 september 1926 Pijnacker-........; Cornelis Catharinus Weijgertse 3 februari 1928 Pijnacker-24 maart 2017 Delft; Trijntje Weijgertse 12 september 1930 Pijnacker-.......; Gerard Weijgertse 25 november 1932 Pijnacker-.........; Maria Jenneke Weijgertse 16 april 1935 Pijnacker -23 april 1936 Pijnacker; Maria Jantje Weijgertse 22 september 1939 Pijnacker-.......; Jantje Weijgertse 22 juli 1945 Pijnacker-.........] BRONNEN-Gerard is machinaal houtbewerker-Gerard overlijdt-Trijntje overlijdt internethttps://www.genealogieonline.nl/genealogie-post-oost/I119218.phphttps://www.openarch.nl/ade:317f11f1-4798-17a3-27b0-9b482d5e2878
voorouders van echtgenote Alida de Graafvader Cornelis de Graaf  Geertruda Hogervorst 
voorouders van moeder Trijntje Feenstravader Jelle Feenstra wordt geboren op .......1877 in Koudum. Hij is een zoon van ...... Hij trouwt op 24 mei 1901 in Berkel en Rodenrijs met Cornelia Catharina Boer. Ze wordt geboren op....1878 in Hillegersberg. Jelle en Cornelia krijgen een kind: Trijntje Feenstra [1903 Berkel en Rodenrijs]BRONNENinternethttps://www.genealogieonline.nl/genealogie-post-oost/I119218.php
voorouders van schoonmoeder Geertruida Hogervorstvader 
Johannes Adrianus van der Hoeven
Op 25 november 1924 wordt in Pijnacker Johannes Adrianus van der Hoeven geboren. Hij is een zoon van Johannes Adrianus van der Hoeven [1892 Pijnacker-...] en Elisabetha Geerinck [1893 Den Haag-...]. ……………..
BRONNENinternetGA Den Haag               Hendrik BruntOp 9 december 1924 wordt in Zevenhoven geboren Hendrik Brunt. Roepnaam Hein. Hij is een zoon van Jacobus Brunt en Jannichje Versteegh. Hendrik Brunt trouwt op 22 januari 1958 in Rotterdam met Johanna Jacoba van der Munnik. Ze wordt geboren op 18 maart 1933 in Rotterdam. Ze is een dochter van ......Hendrik en Johanna krijgen vier kinderen [Johanna Jacoba Brunt 27 mei 1958 Rotterdam; Jacobus Cornelis Brunt 30 december 1959 Rotterdam; Eva Wilhelmina Brunt  22 november 1961 Rotterdam; Hendrik Brunt 6 januari 1969 Delfgauw]....................................-Hendrik is bakker in Zevenhoven, later in Pijnacker.-Johanna overlijdt-Hendrik overlijdt 
BRONNENinternethttp://members.chello.nl/j.zwart13/parenteel_van_dirk_jansz_brunt.htm
STAMVADER1924-........ .      Hendrik Brunt en Johanna Jacoba van der Munnik [1933-.......]1898-1980    Jacobus Brunt en Jannichje Versteegh [1896-1973]1860-1925    Jan Brunt en Aartje Cornelia Slagt [1865-1909]1829-1905    Hendrik Brunt en Beertje Aartsen [1825-1916]1802-1868    Jacobus Brunt en Niesje Sonnenburg [18]03-1841]1771 -1827    Hendrik Brunt en Johanna de Wit [.......-1833]1740-1805    Jacob Brunt en Neeltje Nap [1736-1817]..........- 1761    Dirk Jansz Brunt en Neeltje Hendrikse Verlaan [1699-1783]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren Nicolina van der Elst. Ze is een dochter van A. van der Elst en M. Guyt [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren Herma Corina Kentie. Ze is een dochter van C. Kentie en M. Fiedler [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren Adriana Petronella Olieman. Ze is een dochter van P. Olieman en  A.C. van der Kooy [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren Hugo Pieter Metzelaar. Hij is een zoon van  J. Metzelaar en M.C. van Driessche [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren Cecilia Soeterbroek. Ze is een dochter van C.J. Soeterbroek en P. Kouwenhoven [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren N.N. Poot. Het is een kind van J. Poot en M. van der Kooy [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op...december 1924 wordt in Pijnacker geboren N.N. van der Heyden  Het is een kind van R.J. van der Heyden en A. Opstal [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Op ....december 1924 overlijdt in Pijnacker Petrus Antonius van Hoek [72 jaar] [Delftsche Courant 2 januari 1924, blz. 3]

Francisca Theodora Jacoba  van Beurden

In 1924 wordt Francisca Theodora Jacoba  van Beurden in Pijnacker geboren. Ze is een dochter van Petrus Casper Reinier van Beurden [1897]en Jenneke Martens [1899]. Francisca trouwt op in met  ...Heesen.  Hij wordt geboren op in   Hij is een zoon van  Francisca en .... krijgen kinderen

.......................................-Francisca overlijdt op   2007BRONNENoverige bronnenArchieven.nl

Bevolkingsaanwas 1-1-1924 tot 1-11-1924

Bevolking 1 januari 1924                  4311geboren        162gevestigd     602                       ..........  764overleden      42vertrokken   401                      -----   443saldo                     ...........                         321                                                                .........Bevolking op 1 januari 1925           4632     [Delftsche Courant 6 januari 1925, blz. 5]