II-311 Reservistenabzeichen in Gold 1966 bis 1989
Beschrijving
Achtergronden
In de geschiedenis van de DDR bestond het "Reservistenabzeichen" in 3 uitvoeringen:
1966 - 1968: klein speldje in 3 klassen: goud, zilver en brons
1968 - 1989: medaille aan een metalen lintje in 3 klassen: goud, zilver en brons
1990: ovalen speldje in één klasse. Er was een speldje beschikbaar voor de landmacht, de luchtmacht, de marine en de grenstroepen. Dit teken is wel geproduceerd maar nooit uitgereikt vanwege het opgaan van de DDR in de BRD in 1990.
Neues Deutschland, 15 februari 1966
Op 5 november 1965 is tot instelling van deze onderscheiding besloten met als doel de samenhorigheid van reservisten te stimuleren. Op de tiende verjaardag van de NVA (1 maart 1966) werd voor het eerst officieel een onderscheidingsteken voor reservisten uitgereikt. De feitelijke eerste uitreiking vond al eerder plaats, afgaande op de partijkrant Neues Deutschland van 15 februari 1966.
Oberstleutnant Horst Lange gaf de onderscheidingen aan verschillende medewerkers van de gemeente die de actieve militaire dienst hadden verlaten.
De verschillende klassen werden toegekend voor onderscheidende periodes diensttijd:
goud: meer dan 10 jaar diensttijd
zilver: van 2 tot 10 jaar diensttijd
brons: tot twee jaar diensttijd
Met een besluit op 8 oktober 1968 werd het onderscheidingsteken vervangen door een medaille. Deze werd uitgereikt aan alle militairen die de actieve dienst beëindigden en "reserve" werden. Militairen die eerder met het oude onderscheidingsteken waren gedecoreerd, kregen ook de medaille van de gelijke klasse. Dit reservistenteken werden voor alle onderdelen van de NVA (het nationale volksleger) gebruikt. In 1989 werden ze voor het laatst toegekend. Vanaf 1990 zouden er reservistentekens komen voor de verschillende krijgsmachtonderdelen:
De politieke en maatschappelijke veranderingen eind 1989 en in 1990 zijn waarschijnlijk de reden dat deze nieuwe reservistentekens nooit officieel zijn toegekend.
De onderscheiding werd op de rechterborst gedragen.
Medaille type b
Op de voorzijde van de ronde goudkleurige medaille (gemaakt van non-ferrometalen) staat een portret van een gehelmde NVA-militair. Onder het portret zijn twee eikentakjes met in het midden een eikel afgebeeld. Om het portret staat de tekst: "RESERVIST DER NATIONALEN VOLKSARMEE" (reservist van het nationale volksleger). De medaille heeft een diameter van 35,7 mm.
Aan de achterzijde van de medaille staat het embleem van de NVA (Nationale Volksleger).
De medaille is bevestigd aan een metalen lintje, bestaande uit twee driehoeken: een rode met daarin het staatswapen van de DDR en de tekst "NVA". Twee zijden hebben een lauriertwijgje aan de rand. De andere driehoek kent een zwart en geel vlak. Aan de achterzijde is een bevestigingsspeldje aangebracht.
Typen medailles
In de "DDR Spezialkatalog Band II" van Bartel worden 5 typen onderscheiden van het "Reservistenbzeichen in Gold 1966 bis 1989":
(1966 - 1968) type a: onderscheidingsteken van ijzer
(1968 - 1988) type b: medaillevorm: non-ferrometalen
type c: idem, draagteken met polyesterlaagje (mogelijk alleen als monster)
(1988 - ) type d: idem, medaille en draagteken van ijzer gemaakt
( - 1989) type e: idem, hoofd en helm op de voorzijde vlak in plaats van bol
Bronnen
Frank Bartel, Auszeichnungen der Deutschen Demokratischen Republik von der Anfängen bis zur Gegenwart, Berlin 1979, p. 181.
Frank Bartel, DDR Spezialkatalog Band II Auszeichnungen der bewaffneten Organe der DDR, Cottbus, 2009, 3. Auflage, p. 68 - 69.
Klaus H. Feder, Die zeit danach, Kameradschaften und Traditionsvereine der NVA der DDR nach 1990, Schönau, 2022, p. 14 - 19.
Klaus H. Feder & Uta Feder, Auszeichnungen der Nationalen Volksarmee der Deutschen Demokratischen Republik, Berlin, 1994, p. 41, 222 - 224.
Klaus Feder, Jürgen Wagner & Ralf Swoboda, Militärische Abzeichen der Deutschen Demokratischen Republik, Berlin 1988, p. 50 - 51.
laatste bewerking: 30 VII 2024
pagina gemaakt: 15 IX 2014