Nieuw Soerel

Nieuw Soerel, een van de lange rechte wegen van deze professionele bosbouwonderneming uit het midden van de 19e eeuw

De Erfgoedatlas Gemeente Nunspeet (Jan Neefjes en Hans Bleumink, 2015) vermeldt op pagina 97: Veruit het grootste bebossingsproject was in handen van Dirk van der Sleezen en Machiel de Wit, kooplieden uit Amsterdam en De Rijp. Via een tussenhandelaar kochten ze 600 hectare grond op de Oosteindsche Heide en de Vierhoutensche heide. Dat leverde de gemeente Nunspeet een professioneel opgezette bosbouwonderneming op, Nieuw-Soerel, met behalve bos ook landbouwontginningen. Het bosgebied is nu van Staatsbosbeheer en vormt een van de grootste bebossingsstructuren van de Veluwe, en mogelijk zelfs van Nederland.

In 1843 verwierf de gemeente Ermelo door aankoop van Domeinen een groot oppervlak aan woeste gronden, met de verplichting ze tot ontginning te brengen of te laten brengen. Dat is beschreven in het artikel Bosbouwers van de Overveluwe.

In 1845 verkocht de gemeente de grond die het begin zou vormen van de bosbouwonderneming Nieuw Soerel.

Deze advertentie vermeldt onder 1. een strook heide en zand van 430 ha langs de grens met de gemeenten Doornspijk en Epe tussen het bouwerf Oosteinde en het Gortelsche bosch.

Op 28 augustus 1845 verkocht de gemeente Ermelo de grond in het openbaar. Kopers waren Marten van Vledder, koopman te Harderwijk en Pieter van Vledder, apotheker te Amsterdam.

Op de 17 oktober 1845 wordt de grond al weer doorverkocht aan drie investeerders uit het westen van het land: Dirk van der Sleezen, koopman te Amsterdam, Machiel de Wit, koopman in De Rijp en Coenraad Hendrik Ciriaci, koopman te Amsterdam.

Zo begint Nieuw Soerel.