Hieronder de 4 processen van subProcesgroep HR Recruitement. Het is een eenvoudig voorbeeld, het gaat om de conventies van BPMN-modellen.
Eerst hierna een weergave van de 4 processen, daarna de belangrijkste conventies.
Plaats een vacature in lokale krant en relevante vakbladen.
Dit proces wordt uitgevoerd door 3 rollen. Een rol wordt aangeduid door een functionaris(type) links in elke baan.
De getrokken pijlen zijn 'sequentiestromen', ze geven de 'procesflow' aan. Een gateway volgt op een beslissing die genomen is in de voorliggende Taak.
In dit proces zie je een terugkoppeling bij gateway "Vacaturetekst akkoord = nee". Omdat bij taak Opstellen vacaturetekst nog een inkomende pijl van boven is, plaatsen we hier een lege gateway tussen, want slecht één van beide is geldig.
Bij een uitgaande gateway staat altijd een vraag die begint met een hoofdletter en eindigt met een vraagteken. Bij de uitgaande pijlen staat 'ja' en 'nee' of een andere tekst.
Selecteer potentiële kandidaten op basis van de ontvangen CV en motivatie.
Er is communicatie met een Kandidaat. Die staat in een aparte Pool. Dit is een externe partij/persoon waarvan we het proces niet weergeven, dat is buiten onze organisatie. We geven alleen de berichten van en naar de Kandidaat weer.
Het kan zijn dat ook een HR Recruiter aanwezig is bij de Taak Selecteren potentiële kandidaten.
Die kunnen we toevoegen in een apart FAD-diagram om het processchema zo simpel mogelijk te houden.
FAD = Function Allocation Diagram.
Zie Extra Procesrollen.
Voer een sollicitatiegesprek met de kandidaten die zijn uitgenodigd.
Ook in dit proces geldt dat eventueel een HR Recruiter betrokken kan zijn bij de eerste 2 stappen in dit proces.
Die kunnen we toevoegen in een FAD-diagram.
FAD = Function Allocation Diagram.
Zie Extra Procesrollen.
De nieuwe medewerker wordt geïntroduceerd in de organisatie en krijgt een inwerkprogramma aangeboden.
Gebruik zo min mogelijk symbolen, dat houdt het model overzichtelijk. In feite kun je met de symbolen Start, Einde, Taak en Gateway bijna elk proces modelleren.
Maak compacte schema's, zodat je zo min mogelijk hoeft te scrollen. Tussen de symbolen is een ruimte van ongeveer 1 cm voldoende. Een ruimte tussen symbolen/teksten en de boven-/onderzijde van de baan (swimlanes) van 1/2 cm is voldoende. Zorg dat teksten, symbolen en lijnen elkaar niet raken.
Startgebeurtenis:
Elk proces begint linksboven met een Start-gebeurtenis, groen van kleur.
Als het proces een vervolg is op een voorliggend proces, dan is de startgebeurtenis een kopie van de eindgebeurtenis uit het voorliggend proces. Maak dan een kopie van die eindgebeurtenis en verander deze in het opvolgend proces in een startgebeurtenis.
De naam van een Gebeurtenis bestaat (meestal) uit een zelfstandig naamwoord + voltooid deelwoord.
Taak:
Omschrijving: een korte omschrijving van de taak in actieve taal, klinkt een beetje als opdracht/commando.
Bijvoorbeeld in het proces "Onboarden medewerker" de omschrijving van taak "Voorbereiden start medewerker":
Bepaal werkplek
Bestel een laptop
Bepaal datum indiensttreding en nodig nieuwe medewerker uit
...enz.
Gateway: er zijn 2 soorten gateways: uitgaand en inkomend bij een Taak.
Uitgaande gateway: zie proces Werven kandidaten.
Inkomende gateway: zie proces Werven kandidaten.
Eindgebeurtenis:
Elk proces eindigt aan de rechterzijde met 1 of meerdere eindgebeurtenissen, rood van kleur. Een eindgebeurtenis is in feite een (deel)product of status van het proces. Deze eindgebeurtenis is weer de Start-gebeurtenis van opvolgende deelproces in de procesketen. In het laatste deelproces van de procesketen is eindgebeurtenis of status in feite het eindproduct. In dit voorbeeld is dat "Nieuwe medewerker gestart".
Bij sommige processen/taken zijn extra rollen nodig. Ga naar Extra Rollen.
Andere organisatieaspecten als Risico's, Wetten en Regels, KPI's, Werkinstructies, en meer worden ook gekoppeld in een FAD (Function Allocation Diagram).
Zie voorbeeld Aspecten van processen.