Lakshmi. Gemalin van Vishnu, godin van de rijkdom. laya. Samenvoeging, ontbinding, absorptie. lingam. Ook Sivalingam. Eivormige steen; symbool van Shiva; de vorm van het vormloze; symboliseert de samensmelting van de vorm met het vormloze. Lobha. Hebzucht. Madhava. God (naam voor Krishna); Meester van illusie (maya), Heer van Lakshmi. Mahabharata. Het hindoeïstische epos gecomponeerd door de wijze Vyasa, dat gaat over de daden en het fortuin van de neven (de Kaurava's en Pandava's) van het maanras, waarbij Heer Krishna een belangrijke en beslissende rol speelt bij het vormgeven van de gebeurtenissen. De Bhagavad Gita en Vishnu Sahasranama komen voor in dit grote epos. Het wordt door vrome hindoes beschouwd als de vijfde Veda. Van dit grote epos wordt beweerd dat “wat er niet in staat, nergens staat".