Na de verkenning gaan we in dit hoofdstuk de opgedane kennis verankeren. We gaan verder kijken hoe we kunnen werken met de indexen, hoe we de instructie ‘in’ en de functie ‘len’ kunnen gebruiken.
Tenslotte gaan we veder kijken naar de methoden, upper() en lower() .
Opdracht 5.6
Onderzoek zelf wat zal gebeuren met onderstaande instructies
>>>zin = "Deze zin gaan we gebruiken."
>>>zin[:10]
>>>zin[10:]
>>>zin[2:12:3]
>>>zin[::]
>>>zin[12:3:-2]
>>>zin[::-1]
Opdracht 5.7
Wat verwacht je dat onderstaand script gaat doen?
tekst = input('Geef tekst in: ')
i = 1
while i<len(tekst)+1:
print(tekst[-i])
i=i+1