De vloer van een tuinhuis moet opnieuw gevloerd worden.
De afmetingen zijn 4 m x 3 m.
Hoeveel dozen met tegels moeten er gekocht worden als de afmetingen van de tegels 0,6 m x 0,6 m zijn?
De volgende stappen leiden tot een oplossing:
Bereken het oppervlakte van de vloer
Bereken het oppervlakte van één tegel.
Bereken het aantal tegels
Bereken het aantal dozen nodig
In de grafische voorstelling zie je de dubbele lijnen aan de zijkanten. Dit wilt zeggen dat elk van deze blokjes moet opgelost worden met een deelscript, een functie.
Zo ga je om het oppervlakte van de vloer te berekenen
de lengte en breedte van de vloer moeten nemen
deze twee grootheden met elkaar vermenigvuldigen
We leren onze leerlingen gestructureerd problemen oplossen. Hiernaast zie je een mogelijke manier.
We kennen de waarden 4 en 3 toe aan 2 grootheden, respectievelijk l voor de lengte en b voor de breedte.
Uiteindelijk gaan we l en b met elkaar vermenigvuldigen, en kennen deze waarde toe aan de grootheid A voor oppervlakte.
In Python gaan we hetzelfde doen, maar i.p.v. een grootheid maken we gebruik van een variabele. Een variabele is een naam die verwijst naar een plaats in het geheugen waar de we waarde gaan bewaren.
De naam van een variabele moet aan enkele voorwaarden voldoen:
De naam mag enkel bestaan uit letters, cijfers en de underscore " _ "
De naam mag niet starten met een letter.
De naam mag geen gereserveerd woord zijn
Buiten deze 3 regels zijn er nog afspraken tussen programmeurs. Deze regels moet je niet, maar kan je best volgen:
De naam moet zinvol zijn (binnen de context)
De naam start niet met een underscore
Maak gebruik van de snake notatie: A_vloer
Gereserveerde woorden
In de wiskunde hebben we ook verschillende soorten getallen: natuurlijke getallen, gehele getallen, reële getallen,...
Ook de inhoud van een variabele kan verschillende vormen aannemen.
Enkele voorbeelden:
4 geheel getal => Integer
9.84 reëel getal => float (floating number)
"Test" tekst => string
true => bool (boolean)
We kunnen deze waarde toekenen aan een variabele met
het toewijzingsteken " = ".
l = 4
In dit geval is de waarde die toegekend wordt aan een variabele een constante, de waarde zal niet veranderen.
De waarde kan ook de uitkomst zijn van een berekening.
A_tegel = l * b
Of invoer van een gebruiken
b = input()
Geef onderstaande code in. (Je kan ook knippen en plakken)
l = 4
b = input()
A_tegel = l*b
print(A_tegel)
Wanneer je een knipperende cursor ziet in de shell geef je een getal in voor de lengte van de tegel en druk op enter
Controleer de output.
We voeren hier voorgaande oefening uit.
Wanneer we als gebruiker 3 ingeven voor de breedte, verwachten we dat het oppervlakte van de tegel gelijk is aan 12 (= 3 x 4).
De output is echter 3333, vier keer 3 achter elkaar.
Reden is het type dat toegekend wordt aan een variabele. Wanneer de toewijzing gebeurt vanuit een input( ), dan zal het type van de variabele steeds een string (tekst) zijn. We vragen om 4 keer de tekst te nemen (l * b), want l = 4. Als ik vier keer de tekst "3" neem, dan krijg ik 3333.
Willen we berekeningen gaan uitvoeren, dan moet de tekst omgezet worden naar een geheel getal (integer) of reëel getal (float).
Dit kan met onderstaande functie:
A omzetten naar geheel getal B (integer):
A = int(B)
A omzetten naar reëel getal B (float):
A = float(B)
A omzetten naar tekst B (string):
A = str(B)
Pas het script aan zodat de waarde van de input naar een getal wordt omgezet;