Het is een exacte reeks instructies die, wanneer ze correct worden uitgevoerd, leiden tot de oplossing van een bepaald probleem.
Deze weg zal niet altijd de korste weg naar de oplossing zijn... maar het zal wel tot een oplossing leiden.
Kenmerken van een algoritme zijn onder andere:
Duidelijke instructies: Een algoritme bestaat uit duidelijke en ondubbelzinnige instructies die in een bepaalde volgorde moeten worden uitgevoerd.
Input en output: Een algoritme heeft input (gegevens of informatie) nodig om mee te werken, en het produceert een specifieke output als resultaat van de uitvoering van de instructies.
Beperkte uitvoering: Een algoritme moet eindig zijn, wat betekent dat het na een bepaald aantal stappen tot een conclusie komt. Het mag niet oneindig doorgaan zonder een definitief resultaat.
Effectiviteit: Een algoritme moet effectief zijn, wat betekent dat het de beoogde taak of het beoogde probleem correct moet oplossen.
Algorithmisch denken verwijst naar de vaardigheid om problemen op te lossen en taken uit te voeren door logische stappen te definiëren en deze om te zetten in een reeks instructies of algoritmen.
Algoritmisch denken draait om het vermogen om abstracte problemen te analyseren, patronen te herkennen, en gestructureerde stappen te bedenken om tot een oplossing te komen.
Je gaat het een groot probleem opdelen in kleinere problemen. Op een gegeven moment is je probleem zo klein, dat je het makkelijk met enkele kleine stappen kunt oplossen
Mensen die beschikken over algoritmisch denken kunnen complexe problemen opdelen in kleinere, beheersbare onderdelen. Ze zijn in staat om logisch te redeneren en duidelijke stappen te formuleren om een specifiek doel te bereiken. Deze vaardigheid is van cruciaal belang in verschillende domeinen, waaronder informatica, wiskunde, engineering en zelfs dagelijkse taken waarbij probleemoplossing vereist is.
In het kader van informatica en programmeren is algoritmisch denken essentieel voor het schrijven van efficiënte en effectieve algoritmen. Het helpt programmeurs om problemen te begrijpen, op te breken en op te lossen door middel van gestructureerde logica en sequentiële stappen. Het ontwikkelen van deze denkwijze is vaak een belangrijk aspect van computerwetenschappelijk onderwijs.
Richard Riley was minister van Onderwijs onder president Clinton.
Hij verwoorde het mooi. De technology verandert zo snel, dat we leerlingen niet moeten opleiding voor de jobs van nu, maar dat we ze vaardigheden moeten aanleren waarmee ze klaar zijn voor jobs die nog niet bestaan, om te werken met technologie die nog moet uitgevonden worden om problemen op te lossen waarvan we nog niet eens weten dat ze bestaan.
Een vaardigheid om dit te doen is algortimisch denken.
Algoritmisch denken is niet enkel zinvol in de toekomst, maar ook nu. Zo zullen leerlingen bij het oplossen van een vraagstuk steeds het probleem opdelen in kleinere problemen die wel oplosbaar zijn. Een standaard stap dat ze aangeleerd krijgen is te starten met: gegeven, gevraagd, oplossing. Een manier om het probleem te structureren.