Schranshoeve Vorselaar

Aan de Nieuwstraat te Vorselaar ligt, al vele eeuwen, de grote hoeve "De Schrans", door iedereen gekend als het familiehuis van Kardinaal Jozef Ernest van Roey (Vorselaar, 13 januari 1874 - Mechelen, 6 augustus 1961).

Uit de nota's van E.H. Joris Matheussen blijkt dat deze hoeve in de veertiende eeuw "Riemensblok" werd genoemd. De ligging van de hoeve maakt dit aanvaardbaar. De Nieuwstraat zal toen nog niet bestaan hebben (vandaar in de zeventiende eeuw de naam Nieuwstaat) en de Schrans maakte met alle omliggende gronden één geheel dat genoemd werd naar de familie "van Riemen". De Riemenstraat herinnert thans nog aan deze familie en kan ons doen vermoeden hoe uitgestrekt dit "Riemensblok" wel is geweest.

Johan van Riemen was in de veertiende eeuw drossaard van de Heer van Vorselaar. Hij bewoonde de hoeve, die ter verdediging en beveiliging omwald was. Dat de drossaard in die tijd ook boerde is niet verwonderlijk, zelfs de pastoor had zijn eigen neerhof en landbouwgronden om te voorzien in de dagelijkse noden.

E.H. Matheussen schrijft dat de hoeve door de Heer van Vorselaar werd gebouwd, doch geeft hiervan, zoals van het vorige, geen enkel bewijs.

In 1652 werd de Schrans omschreven als "huysinghe, hove, boomgarde en land in de Nieuwstraet alhier geleghen soo tselve rontsomme begraven ofte beschanst is." De Schrans os dan eigendom van Cornelis Verhaegen te Vorselaar, die bij contract de hoeve verhuurt aan Hendrik Vermeulen. De eigenaar behoudt zichzelf het gebruik voor van bepaalde delen van het huis, te weten de grote kamer, de kelderkamer van het huis, de zolder boven de kamer, het achterste deel van de kelder en het grootste deel van de schuur. (R.A.A., Vorselaar, gerechtsbundel 186).

Bij het overlijden van Cornelis Verhaegen gaat de Schrans naar zijn dochter Catharina, echtgenote van Willem van Goubergen (de oude), schepenbrief van 4 mei 1667.

De hoeve heeft zijn huidige naam "De Schrans" te danken aan haar omwalling. In de schepenbrief van 4 mei 1667 (R.A.A., Gerechtsbundel 180) spreekt men over 'sekere twee huysinghe met stalle, schuere, hove, boomgaerde ende landen van achter aengeleghen rontsomme in het water gent. de Schranse, groot ontrent één bunder."

Op 7 december 1668 verkoopt Catharina Verhaegen "de Schranse gelegen in de Nieuwstraet rontsom omwatert" aan drossaart Snijers. Zij bedingt in de akte van verkoop dat zij en haar man het "oud blockhuys met de stalle en het hofke voor ende achter gelegen" verder mogen bewonen en gebruiken hun leven lang.

Is er een nieuw schrans en een oud schrans? Vermoedelijk wel. De hoeve zoals ze er thans staat heeft meer een 17de eeuws uitzicht dan wel een middeleeuwse stijl. Vermoedelijk stond in de jaren 1660 zowel het oude huis als de nieuwe hoeve op de grond binnen het water. Men kan aannemen dat rond 1660 de nieuwe (huidige) schrans werd gebouwd. In 1652 zagen we immers in de beschrijving van de schrans in de akte de vermelding "een huysinghe", waar we in 1667 in de akte lezen "twee huysinghe".

Het oude huis zal intussen door de tand des tijds verdwenen zijn, het nieuwe bestaat nog steeds, alhoewel geredelijk aangepast aan de negentiende eeuwse wensen en nadien fel vervallen.

In 1724 vinden we de Schrans nog steeds in het bezit van de familie Snijers, meer bepaald Margareta Snijers, die het eigendom in pand geeft op 11 januari 1724. Bij open brief van 15 januari 1724 werd op de Schrans beslag gelegd, aangezien de pandstelling van 11 januari daarvoor een bezetting was in tweede rang. Waarschijnlijk is het eigendom zo terug in het bezit gekomen van de Heer van Vorselaar, Philippe Louis de Pret.

Deze Philippe Louis de Prêt had maar één kind, zijn dochter Anne-Marie (°Antwerpen, 5

februari 1716), welke op 4 augustus 1734 huwde met Charles Philippe Henri Jean

Baptiste van de Werve (°Schilde, 2 november 1706). De erfenis van Philipe Louis de Pret (t1755) kwam ingevolge zijn testament van 20 maart 1755 volledig toe aan zijn enige dochter. (zie Schmitz & Bousse, Les van de Werve, Waremme 1988fl dl. 1).

Op 24 augustus 1768 verleent Maria-Theresia van Oostenrijk aan Charles Philippe van de Werve de titel Graaf van Vorselaar (zie Schmitz & Bousse, o.c., p. 193).

In 1850 vinden we de Schrans terug in de nalatenschap van Louis Paul van de Werve de Vorsselaer (°Antwerpen, 21 oktober 1791 - tVorselaar, 26 december 1850).

Bij akte van deling verleden voor notaris De Vries te Grobbendonk op 14 april 1868 wordt de Schrans toebedeeld aan Philippe Marie van de Werve de Vorsselaer (°Antwerpen, 7 april 1819 - tVorselaar 25 oktober 1884). Deze laat zeven kinderen na die bij akte van notaris De Vries te Grobbendonk van 22 juli 1885 de Schrans toebedelen aan Leon Philippe van de Werve (°Antwerpen, 29 december 1851).

Het jaar nadien verkoopt deze Leon Philippe van de Werve de Schrans bij akte van De Vries te Grobbendonk van 17 augustus 1886 aan de echtgenoten Stanislas Van Roey - Bartolomeus Anne te Vorselaar. De Schrans vormde toen een aaneengesloten blok van 7 ha 4 a 45 ca. De prijs bedroeg dertienduizend frank, waarvan zesduizend frank onmiddellijk werd voldaan en de resterende zevenduizend frank na verloop van tien jaar moest betaald worden, mits een jaarlijkse rente van drie frank en half ten honderd per jaar.

De echtgenoten Stanislas Van Roey - Bartolomeus Anne overleden respectievelijk op 21 juni 1929 en op 25 september 1914. Zij lieten vijf kinderen na, te weten Louis Van Roey (t28 maart 1926), Jozef Ernest Van Roey (t6 augustus 1961), Bernadette Van Roey (t8 juni 1957), Rosalia Van Roey (t7 november 1969) en Veronique Van Roey (t2 augustus 1975).

Bij akte verleden voor notaris van der Gracht de Rommerswael te Grobbendonk op 28 maart 1926, staan de weduwe en de kinderen van Louis Van Roey hun aandeel in onverdeeldheid in de Schrans af aan Jozef Ernest Van Roey.

De deelgenoten Van Roey (Jozef Ernest en zijn drie genoemde zusters) schenken op 2 mei 1952, de naakte eigendom van de Schrans aan de Kerkfabriek St.-Pieter ter Vorselaar (akte notaris van der Gracht de Rommerswael te Grobbendonk). Het vruchtgebruik houden de schenkers zich vc or en dooft uit bij overlijdén van Veronique Van Roey in 1975.

De Kerkfabriek St.-Pieter te Vorselaar verkoopt de Schrans bij akte van notaris Goossens te Grobbendonk van 1993 aan het O.C.M.W. van Vorselaar.

De families van Riemen, Snijers en niet in het minst de laatste jaren van de familie Van Roey, waarvan de zoon Jozef Ernest als primaat van België Vorselaar toch een grote bekendheid heeft gegeven. Een gedenksteen in de voortuin van de Schrans herinnert nog steeds aan deze illustere bewoner van de hoeve.

Samen met het kasteel is de Schrans nog een van de weinige Vorselaarse monumenten. Het is geen gewone boerderij. Het is van in het begin een "hoeve" en herenhoeve geweest, zoals men nu, ondanks het verval nog kan zien aan de statigheid van de gebouwen, omringd door het water en badend in de schaduw van aloude bomen.

De belangrijkheid van de Schrans was ook in de 18 de eeuw Vrij groot. De Schranshoeve is trouwens het enige Vorselaarse gebouw dat naast het kasteel staat aangegeven op de bekende Ferrariskaarten van de Oostenrijkse Nederlanden.

Artikel: Notaris A. Van den Bossche, tijdschrift Heemkundige kring Vorselaar, jaargang 13 nr. 1.

Ondertussen werd de schanshoeve mooi gerestaureerd.