Hulsen

ALGEMEEN:

Straat: Kreindertweg

Oppervlakte:

Waterbevoorrading: Rosselaerloop

Oudste vermelding: 1608 - Oprichtingsjaar:

Terreinkenmerken:

Lambertcoördinaten: X: Y:

HISTORISCH:

Dat Hulsen ook een zeer hoge ouderdom bezit wordt bewezen door de vernoeming van dit gehucht in een grensomschrijving in 1289 ter gelegenheid van een twist tussen Meerhout en Balen betreffende dit gehucht.

De ligging van de 16de eeuwse kapel geeft aan, dat het westelijk deel van Hulsen het zwaartepunt van de nederzetting vormde. De beemden lagen naar de Laak en de Grote Nete toe, waardoor dit gebied zich dan ook het beste leende voor de aanleg van een schans.

Hulsen maakte op het geestelijke vlak deel uit van Meerhout, tot wanneer dit gehucht een zelfstandige parochie werd in 1808. Bekend is dat Hulsen destijds een zelfstandige gemeenschap was, daar zij in de schepenbank, evenals Dessel, vertegenwoordigd werd door één schepene die om de twee jaar moest herkozen worden.

In een akte van 22 april 1608 wordt over de schans van Hulsen ter gelegenheid van een klacht van Lambrecht Dignen en Jan Grietens, savelmeesters van Hulsen, op de Voogdijdag onder de Molse linde gewag gemaakt. Zij bekloegen er zich over dat de inwoners van Meerhout een merkteken hadden aangebracht op een berkeboom aan de schans van Hulsen welke zij hielden voor de grens tussen hun dorp en Hulsen. Deze grens ligt inderdaad op de Grote Nete doch meer westwaarts aan het zogenoemde Mierenstraatje achter de kapel van Lil. De klacht leidde tot een vonnis van de Raad van Brabant in 1610 waarbij gestipuleerd werd dat de grens liep vanaf de Haagdoren (kapel van Lil) naar de Meerhoutse Sluis en verder langs de Grote Nete naar Cranevoort (Kreindertweg). Met deze gerechtelijke uitspraak staat de ligging van de sterkte vast aan Kreindertweg.

Het uitvoeren van meerdere boringen in de beemden aan de Kreindertweg leidde er uiteindelijk toe dat het aangeduide perceel op de kadastrale kaart van 1811 kon worden weerhouden als standplaats van deze schans. De diepte van de schansgrachten kon worden nagepeild op minimum 2.50 meter diepte terwijl de harde ondergrond op het perceel ongeveer 80 cm bedroeg.

TOPONYMIE: De Schans Bemden (kadaster)

KARTOGRAFISCH: (Google+)

  • Kadastraal plan uit 1811
  • Uittreksel uit de Atlas der Buurtwegen
  • Overname van recent kadasterplan
  • Satellietbeelden. situering van de site tov. zijn omgeving. Detailopname
  • Uittreksel uit het digitaal kadasterplan (2012). De voormalige schans bevond zich op de percelen: 1544 en 1545a. Noordoostelijk is de locatiebenaming: 'De schans bemden' weer gegeven.
Digitaal kadasterplan

BIBLIOGRAFIE & INFO:

  • Frans Peeters, Staf Sannen en Martin Ver Bruggen, "Schansen in de voogdij Mol-Balen-Dessel", Heemkundige Kring Balen VZW, 1995.