~ Juli 2020 ~


Na vele kampeervakanties met de kinderen en ook vele 4x4 trips met de vrienden van het Raaên Team, gooien we het dit jaar over een andere boeg. Al jaren droom ik er van om er met een daktent op uit te trekken in de vakantie en mooie plekken op te zoeken in de natuur. In de Alpen kan dat natuurlijk perfect. Als basis voor onze reis gebruiken we het roadbook Nice - Val d'Isère par l'Italie. Die maakt gebruik van de vele oude militaire wegen die daar door de bergen lopen.

De volledige route werd omgezet in een gpx file. Die file werd vlak voor ons vertrek tegen het licht gehouden door Jacques, iemand die de westelijke Alpen zeer goed kent. Hij verkende vele bergpaden met zijn Fiat Panda. Hij kon ons op voorhand vertellen welke stukken intussen niet meer toegankelijk zijn of waar er interessante alternatieven routes kunnen worden genomen. Ook was het handig om op voorhand te weten welke dagen bepaalde passen gesloten zijn voor gemotoriseerd verkeer.

Lieven & Chantal, Koen & Guy, Rudi & Christel vertrekken enkele dagen eerder en doen nog een bezoek aan Nice en Monaco. Op maandag avond kwam iedereen toe op de afgesproken plaats, de kleine rustige camping Le Pra Reound in La Brigue waar ons avontuur dan ook start.


DAG 1

Omdat op dinsdag en donderdag de "Via del Sale" niet open is voor gemotoriseerd verkeer, moesten we die route een dag uitstellen. Daarom beslisten we om op dinsdag de rit naar de Col de Tende te rijden via de westflank, waar er geen beperkingen zijn opgelegd. We rijden via Tende naar la Baisse de Peyrefique. Daar kiezen we er voor om het extra lusje dat langs Lac Des Grenouilles loopt mee te pakken. Dit is meteen ook een van de pittigere wegen die we deze vakantie doen. Bij het korte wandelingetje naar het meer zien we de eerste bergmarmotten.

Later op de dag komen we toe aan het Fort Central. Het weer is op dat moment niet zo gunstig. Veel wind en mist.

We proberen af te dalen naar de zuidkant van de tunnel die onder de col passeert maar die weg is nog steeds versperd door een paar grote rotsblokken. Via de noordkant en de tunnel zelf rijden we terug naar de camping voor een tweede overnachting. Daar aangekomen is het nog steeds slecht weer en dient de nieuwe partytent te worden opgezet.


Tende

Lac de Greneoullies

DAG 2

Vandaag rijden we terug naar de Col de Tende via de oostelijke kant en de Via del Sale, die op voorhand werd gereserveerd en betaald (15€)! 's Morgens is het nog mooi weer maar tegen de namiddag wordt het weer volop bewolkt, met als gevolg dat we niet veel zien van de landschappen die soms diep beneden ons liggen. Alvorens de Via del Sale te doen, rijden we de variante uit het roadbook via de Pas de Tanarel, een knap stuk. Aan de grote rots boven op de pas is het vrij druk. De (veel te grote!) groep Duitsers die we de dag voordien ook al waren tegen gekomen is hier net voor ons gestrand.

Een uurtje vroeger dan bij de reservatie opgegeven, komen we dan toe aan de noordelijke "toegangspoort" van de Alte Via del Sale . Helaas steeds meer wolken naargelang de dag vordert. Erg jammer, ik vrees dat we vele mooie uitzichten hebben moeten missen.

Wanneer we bar-restaurant Baita 2000 passeren, beslissen we om nogmaals ne warme choco (zeer lekker daar in de regio, lijkt meer op lopende pudding) te gaan drinken. Omdat het nog steeds regent, blijven we daar ook eten. Een goede beslissing blijkt nadien. We hadden de dag tevoren afgesproken om te overnachten aan het kleine Fort de la Marguerie. Dat leek ons gezelliger dan het grote Fort Central waar we doorheen rijden. Tegen dat we aan het kleine fort aankwamen was het gestopt met regenen en klaarde het langzamerhand op zodat we onze tenten droog konden opstellen en zelfs nog genieten van het uitzicht bij een kampvuurtje.


Fort Central - Col de Tende

Fort de la Marguerie

DAG 3

Het doet deugd om wakker te worden door een concert van koebellen en uit de tent te kruipen onder een blauwe hemel vol zonneschijn! Vandaag zetten we onze tocht verder richting noorden en steken we de Frans-Italiaanse grens over voor meerdere dagen. Het weer vertoont het zelfde scenario als gisteren, in de voormiddag veel zon, bewolkt in de namiddag. Tegen 's avonds komen we op een mooie bivakplaats nabij ruïnes van Caserme della Bandia in de aanloop naar de Gardetta pas. Dat we op 2408 meter zitten, wordt snel duidelijk als de zon achter een berg verdwijnt. Het is dan ook een frisse en korte avond geworden.

Fort de la Marguerie

Ruïnes Caserme Della Bandia (2408 m)

DAG 4

Opnieuw een stralende ochtendzon. We starten met het vervolg van de Gardetta pas die vandaag open is (gesloten in het weekend). Verderdoor ter hoogte van Canosio verkiezen we de piste via de Colle San Giovani die Jacques ons had gesuggereerd boven de sp113 die ook naar Ponte Marmora leidt. Het was vrij duidelijk dat die weg nog amper wordt gebruikt.

Tegen 's avonds passeren we de San Chiaffredo kapel, een ideale plek op dat moment voor een overnachting. Voldoende vlakke plaatsen, stookplaats, waterkraan én een groot afdak. De verwachte regen komt er echter niet. Bij het kokkerellen onder het afdak van de kapel, valt er plots een beestje uit de lucht. Met wat hulp van Google komen we er achter dat er daar een familie Zevenslapers of ook wel Relmuizen genoemd, op de zoldering woont. Guy die z'n tent vlak naast de kapel had opgezet, heeft het geweten dat die nachtdiertjes juist in hun actieve periode zaten :)

Alpenvink

DAG 5

We rijden verder via de Strada dei Canoni richting Sampeyre. Dit zou een prachtige route moeten zijn, helaas hebben wij daar weinig van gemerkt door de dichte mist. Zo hebben we de point de vue sur le Monte Viso (3841 m) moeten missen. Pas wanneer we in Sampeyre een berg over rijden, veranderd het weer opvallend snel en klaart het helemaal op.

Het was nog eens tijd om op een camping te overnachten. Omdat de campings in Sampeyre volzet waren, rijden we door tot in Paesana. We hadden op voorhand gebeld met de lokale camping. Er zou voldoende plaats voor ons geweest zijn. Daar aangekomen zag echter niemand die camping zitten. Een kleine overvolle caravancamping midden in het dorp. Met wat geluk vinden we een zeer kleine en fijne camping net buiten Paesana. L'Ciabot Agriturismo (B&B), biedt enkele mooie kampeerplekken aan onder de kastanjebomen in hun tuin met zicht op de Monte Viso. Den douche deed deugd en het ontbijt 's morgens was heerlijk. 's Avonds zijn we nog gaan eten in het vlakbij gelegen restaurant La Coletta wat zeker ook een aanbeveling verdiend. De 5 gangen menu (voor amper 35 €) was super lekker!

Monte Viso (3841 m)

DAG 6

We starten onmiddellijk met een variante route die Jacques ons bezorgde. We rijden via de piste van Pian dell Lupi in plaats van over de baan van Paesana naar Montosi. Halfweg doen we nog een extra aller/retour naar de top van Bric Acret, het meest technische stuk van onze ganse route. We vroegen ons zelfs af hoe je hier met een Fiat panda 4x4 boven geraakt, zo diep waren de geulen soms in de weg. Eens boven op de top met grillige rotsformaties zouden we op een mooi uitzicht worden getrakteerd. Helaas ook hier weer veel mist in de vallei beneden ons.

Later op de dag passeren we door een grote steengroeve, Cave di Luserne waar volgens google meerdere bedrijven actief zijn.

's Avonds is het wat zoeken naar een geschikte bivakplaats. Vlak voor de Colle Lazzarà rijden we voorbij een picknickplaats. Omdat het zondag is, is het daar druk. Italianen houden er van om op zulke plaatsen met de ganse familie te barbecuen. Daarom rijden we door naar de top van die col maar daar is dan weer te veel wind. Dus terug naar de picknickplaats met het idee "straks zijn al die Italianen weer weg." Op de parking vinden we allemaal een mooi vlak stukje om alles op te stellen.

Cave di Luserne

DAG 7

De planning voor de komende dagen wordt bekeken. De vraag is of we alles nog wel kunnen doen. Iedereen wil de col d'Assietta en de Sommelier nog graag doen. Het extra lusje in Sestrière lijkt ons nog haalbaar, we pakken het nog mee. Tegen het eind van de dag beginnen we nog aan de Strada dell'Assietta met de bedoeling om daar een bivak plaats te zoeken. Vanop de Colle Basset zien we in de verte een plaats die ons de moeite lijkt om eens te gaan kijken. Bingo, de mooiste bivakplaats van de ganse vakantie. Hoogte 2360 meter. Prachtig uitzicht. Mooie zonsondergang.

DAG 8

Een van de hoogtepunten van deze reis staat vandaag op het programma, de Col d'Assietta. Een mooie route in een prachtig decor. Moeilijk is die route zeker niet, alleen bij tegenliggers is het soms wat uitkijken naar een plaats om mekaar veilig te kunnen kruisen, maar dat geldt eigenlijk voor de meeste van die bergpaden.

Bij de afdaling van de Assiesta, net voor we aan de reeks korte haarspeldbochten beginnen richting Sussa, spotten we de eerste New Defender, een Vlaams koppel uit Oelegem waar we een praatje mee doen. Bij aankomst in Sussa doen we nog wat boodschappen en rijden dan verder richting Bardonecchia.

Dirk merkte op de kaart een meertje op. Altijd interessant om daar in de buurt een bivak te kunnen doen. Dus wij daar heen. Aan het meertje zelf konden we niet staan, wel vlak in de buurt op een soort grote parking aan het bos. Jammer van het vele lawaai van de autostrade in de buurt. De camping die we waren gepasseerd, lag nog dichter tegen die autostrade. Een duik in dat meer was echt wel verfrissend!

DAG 9

Vandaag staat het hoogtepunt van onze vakantie op het programma, vooral letterlijk dan, de Col de Sommelier. Het zou de hoogst met de auto te bereiken bergpas van de Alpen zijn. De Col du Sommelier ligt ingebed tussen de Punta Sommelier (3332 m) en Rognosa d'Etiache (3384 m). De pas is vernoemd naar Germain Sommelier, de ingenieur die in 1857 de bouw van de Fréjus treintunnel leidde.

Vanaf het gehucht Rochemolles wordt de weg onverhard. Op het eerste stuk zagen we nog enkele niet 4x4 auto's rijden. Die rijden allemaal tot Rifugio Scarfiotti (2165). Daar begint de tolweg (5€) en ook het echte werk met een eerste reeks haarspeldbochten. Op zich ook weer geen moeilijke route, doch zoals altijd op bergwegen is concentratie de boodschap.

Blijkbaar is er afgelopen winter veel sneeuw gevallen en is nog niet alles weggesmolten. Daarom kunnen we maar tot 2820 meter hoogte rijden. Daar is de weg versperd. Mogelijk waren we enkele dagen te vroeg want ze waren nog volop aan het ruimen met een bulldozer.

's Avonds vinden we weer een prachtige bivak plaats vlakbij de mysterieuze San Sisto kapel in de buurt van Bardonecchia. Mysterieus omdat de mis er werd voorgedragen met de deur op slot en niemand in de buurt. Het bleek echter dat er een bandje werd afgespeeld want 's morgens was die mis nog bezig. Omdat het regent worden er in het dorp pizza's afgehaald. Later op de avond klaart het weer op en kunnen we zelfs nog een kampvuurtje houden.

Lac de Rochemolles

Rifugio Scarfiotti (2165)

DAG 10

Laatste dag. Dirk en ik kiezen er voor om via de Jafferau naar Lac Mont Cenis te rijden. In Salvoux rijden we naar boven richting noorden met een nieuwe reeks haarspeldbochten, doch minder scherp dan ze lijken op de kaart. Wanneer we bijna op Strada Militare 79 van Fenils naar Jafferau zijn, komen we een verbodsbord tegen. Vreemd, beneden stond er ook wel een bord maar daar stond volgens ons op vermeld dat die weg enkel verboden is in de winter, niet onlogisch lijkt me. Omdat er op dat moment enkele motorrijders uit de andere richting kwamen, hebben we dat bord dan ook maar even genegeerd. Enkele honderden meters verder aan die andere weg, stond er dan ook een verbodsbord voor de richting van waar wij kwamen.

Wij rijden verder richting westen, tot aan Fort Foëns. Een groot fort met vele bivakmogelijkheden. Normaal zouden we de lus in wijzerzin verder rijden richting Fort Jafferau, maar Christoph die hier enkele dagen voor ons passeerde, had ons ingelicht dat het laatste stuk vlak voor het fort van Jafferau enkel voor waaghalzen zou zijn wegens nog te veel ijs, niet voor ons dus.

Daarom keren we terug richting oosten naar de ruïnes van de Caserma Grotte del Seguret (ook een schitterende bivakplaats) met kort daarachter de befaamde tunnel van Jaffrau.

Die tunnel is 850 lang en het speciale er aan is dat er meerdere bochten in zitten. Tussen 2013 en 2018 was de tunnel gesloten en werden er wat instandhoudingswerken uitgevoerd.

Bij het naderen van de uitgang dacht ik even dat we er niet meer uit zouden geraken. Het leek er op dat de uitgang was dichtgetimmerd, maar dat was blijkbaar een oude uitgang (of ingang) die nu niet meer in gebruik is.

Na de tunnel rijden we via Sussa terug richting Frankrijk naar Lac Mont Cenis. We hadden nog meer onverhard kunnen doen maar het einde van onze vakantie naderde helaas. We sluiten onze vakantie dan ook af met een laatste avond samen aan het meer. Het was even zoeken naar een geschikte bivakplaats. Zo kwamen we net te laat toe aan een mooie inham waar een Zwitser net voor ons was gearriveerd. Uiteindelijk vinden we toch ook weer "ons plekje" met een schitterend uitzicht over het meer.

's Morgens hebben Gunhilde en ik geluk dat we onze daktent nog net op tijd droog kunnen dichtklappen. Van zodra we aan de lange terugrit richting thuis (1030 km) aanvatten, gaan de hemelsluizen open.

Zoek de ingang van de tunnel :)

Lac du Mon- Cenis

Als eerste vakantie met de nieuwe daktent kon dit echt wel tellen. Ondanks de vele mist in de begindagen, toch enorm veel prachtige landschappen gezien. De natuur in de Alpen is echt super mooi, niet alleen de machtige vergezichten, ook de enorm diverse bloemenpracht viel ons regelmatig op.

Het daktentkamperen is ons absoluut bevallen. Het gevoel van absolute vrijheid en het kamperen midden in de natuur in een prachtig decor ver weg van de bewoonde wereld is echt zalig. Hopelijk kunnen we in de toekomst iets meer tijd uit trekken, of moeten we er misschien toch voor kiezen om een minder lange route te doen op dezelfde tijd, zodat we tussendoor ook wat meer andere dingen kunnen doen.


Ik begin alvast te dromen van de volgende vakantie!


~