19 mei 2013
Na een goed verzorgd ontbijt gaan we op pad. We lopen over het pleintje waar we gisteravond nog zaten en passeren een "gats" ( steegje). Het straatje is aan weerszijden aangekleed met bloemen. In de zomer zal het ongetwijfeld nog veel kleurrijker ogen.
We lopen verder over een smal straatje. Tegenover elkaar liggende huisjes zijn op de bovenverdieping vaak met elkaar verbonden. We verlaten het oude Spello door de Porta Consolare.
Het is grijs, dus zou het wel eens kunnen gaan regenen. En inderdaad, als we nog geen kwartier onderweg zijn vallen de eerste druppels. Wij twijfelen niet lang en halen de poncho’s uit de rugzakken. En gaan dus “ingepakt” verder. Onze route heeft vandaag een aantal hindernissen, zo moeten we na een spoorbrug over de balustrade klimmen. Tiny is hier niet zo blij mee, logisch, ze is niet de grootste en dan ook nog eens met de bepakking op je rug. Maar het komt goed. Langzaam wordt het droog, maar als we over een asfaltweg lopen waar eikenbomen langs staan doet Tiny de regenmuts op. “Waarom doe je dat?”, vraagt Jack. “Vanwege de eikenprocessierupsen” is het antwoord!
In de verte zien we de Monte Subassio in de nevel liggen. We lopen over vlakke wegen door een mooi gebied met akkers, korenvelden met klaprozen en een enkel kapelletje. Dit is de Valle Umbra. We passeren het dorpje Budino, en achter dit dorpje komen we bij een dijk die langs de rivier de Topino ligt.
We volgen deze dijk, waarbij we aan het eind wéér over een balustrade moeten. We steken de weg over en houden aan de andere zijde langs de dijk pauze. En even later komt de Duitse dame vriendelijk zwaaiend inderdaad ook.
Na de pauze gaan we verder langs de dijk en missen we een afslag. Met als gevolg dat we iets te veel lopen. Het deert niet. We nemen de volgende afslag en komen weer op de juiste route. Bij een bocht verlaten we de verharde weg en komen we op een landweg die later een karrenspoor wordt. Uiteindelijk gaat dit karrenspoor over in een hoog begroeide veldweg die uitkomt op een fietspad dat naar het stadje Bevagna leidt. Via de Porta di Foligno lopen we het historische stadje binnen. Het is inmiddels opgeklaard, het zonnetje schijnt. Bij een klein barretje trakteren we ons op een latte machiato.
Aan een plein lopen we langs 2 oude kerken, daarna verlaten we Bevagna bij een oude wasplaats die zo te zien niet meer gebruikt wordt. We komen nu langs wijngaarden, in de verte kunnen we Assisi en Spello nog waarnemen. Het pad loopt slingerend omhoog. Nadat we een kapelletje hebben gepasseerd eindigt het pad bij een asfaltweg. Deze weg leidt ons naar het dorpje Montepennino. Ieder huis wordt hier bewaakt door een of meerdere honden. Italiaanse honden, wat kunnen die blaffen! We bevinden ons nu op een drukkere weg, maar achter het dorp nemen we een rustige weg die eerst daalt maar daarna stijgt naar Montefalco waar we een kwartier later samen met de Duitse dame aankomen.
We staan voor een grote stadsmuur met rechts een grote poort waardoor we het stadje binnenlopen. We hebben gereserveerd bij Antico Frantoio Brizi, maar het duurt een tijdje voordat we ons onderkomen gevonden hebben. Het blijkt aan de rand van Montefalco te liggen, en als we eenmaal de straat gevonden hebben komt een dame ons tegemoet met de vraag of we een slaapplaats zoeken. Die dame blijkt Emanuela Brizi Massaccesi te zijn, de dame waar we middels E-mail contact mee hadden.
Onze kamer ligt in een groot herenhuis dat al wat ouder is. Maar het is netjes. Als we door de straat lopen blijkt dat de familie zich met verschillende takken van sport bezig houdt, zoals de B&B, restaurant, olijfolie, winkel. Emanuela is een leuke vrouw die enthousiast vertelt dat de schrijver van ons routeboek haar gisteren nog bezocht heeft.
Vanuit Montefalco heb je een mooi uitzicht over de Valle Umbra met op de achtergrond de Monte Subasio. Het dorp ligt op een heuvelrug. Die ligging is gunstig voor wijnbouw, er liggen veel wijnvelden. We wandelen door het stadje en bezoeken de Chiesa di Santa Chiara da Montefalco. ’s Avonds gaan we eten in het restaurant waar de maaltijden bereidt worden door Giorgio Barchiesi, Giorgio blijkt in Umbrië een bekende TV-kok te zijn. Het wordt een gezellige avond. Het buffet staat helemaal vol met diverse antipasti. En Giorgio brengt persoonlijk de maaltijden aan tafel. Het restaurant zit helemaal vol ( het is een feestdag, Pinksteren). Wij zijn verbaasd over de eetlust van de Italianen. Sommigen nemen wel 3 keer antipasta voordat ze aan het vervolg beginnen!
Lees verder Montefalco - Spoleto