Met een goed gevoel terugkijkend naar de wandeling kunnen we constateren dat we blij mogen zijn dat er geen enkel moment was met lichamelijke problemen. Misschien kwam dat wel door de vele keren dat Jack in een kerk wijwater over zijn knieën wreef! Je weet immers nooit waar het gezegende water goed voor is.
Voor dat men aan zo’n tocht begint zijn er al verwachtingen. Uitgaande van onze ervaringen van 2 jaar geleden wisten we welke etappes zwaar zouden zijn. Maar de invloed van het weer is niet te voorspellen. Achteraf viel dat eigenlijk wel mee. Natuurlijk is het niet prettig om telkens de poncho weer uit te pakken en als een ingepakte marskramer door de regen te lopen. Maar je went er aan.
De wandeltemperatuur daarentegen was buitengewoon aangenaam.
Elke tocht is een andere. De route voerde ons dit jaar langs vele kloosters, en bijzonder waren de Franciscaanse kloosters in het Rietidal. Onderweg hebben we ons wel eens gestoord aan foutjes in ons routeboek. Maar we beseffen ook dat het buitengewoon moeilijk is om een route van meer dan 550 km uit te zetten en te onderhouden. Toen we dit jaar thuis kwamen stonden er al weer wijzingen en aanvullingen op het internet. Een compliment aan de schrijver is zeker op zijn plaats.
Waar doe je het voor?
Het fijnste van zo’n tocht is de beleving van het constant onderweg zijn, het “afschakelen” van de dagelijkse beslommeringen, de ontmoetingen, en de rust. Zowel in de natuur als in de ziel.
En rust in de ziel is het grootste geluk.
Pax et Bonum.
Einighausen, juli 2013
Tiny en Jack van de Berg