Coart Evrard  &  Libens Irène

1.  Stamhuis, foto en situatie op kaart

2.  Foto's van het gezin

3.  Foto's van de familie, bezigheden

Coart & Libens namen

Wissel van bewoners


Een waarschijnlijke verklaring rond het woonhuis van onze gezamenlijke voorvader Arnold Peeters (in 1840 geboren in Rijkel en getrouwd met Elisabeth Bogaerts).


Arnold is in 1931 op 90-jarige leeftijd in Bevingen overleden. Zijn kinderen waren allen gedoopt in Bevingen tussen +/- 1865 à 1885 en waren rond  1910 de deur uit (o.a. mijn grootvader Emanuel, Octavie, de grootmoe van  Louis Bollen en Julie Peeters die met G. Houwaer getrouwd was, allen in Bevingen blijven wonen).


Vermoedelijk heeft Arnold in die bewuste beekboerderij gewoond tot hij stierf en daarna is de familie Coart-Libens er komen wonen. Twee van Arnolds dochters waren trouwens met een Libens getrouwd (van de Beekstraat in Sint-Truiden, nl Florine en Irène). 


Evrard Coart en Irène Liebens hadden hun eerste kindje in 1930 en waren dus aan een eigen huis toe. Zij zullen het beekhuis waarschijnlijk na de dood van Arnold Peeters gekocht hebben. Pas na de oorlog en het overstromingsverhaal is het gezin  naar Neerlanden verhuisd. Zij hadden hun buik vol van die overstromingen. 


Vital Peeters, kleinzoon van mijn Arnold Peeters, heeft dan de boerderij overgekocht maar er een nieuw (verhoogd) woonhuis gebouwd. Vervolgens heeft de zoon, Guido Peeters (& José) er gewoond en tegenwoordig woont  Peter Peeters, de kleinzoon er.

4.  Stamboom

5.  Verhalen

De familie Coart verbleef maar een korte tijd in Bevingen


In 1932 arriveerde de familie Coart naar Bevingen.


Irène Liebens ° 1903

Evrard Coart ° 1899

trouw in 1929


Een waarschijnlijke verklaring rond het woonhuis van de gezamenlijke voorvader Arnold Peeters (in 1840 geboren in Rijkel en getrouwd met Elisabeth Bogaerts). Die man is in 1931 op 90-jarige leeftijd in Bevingen overleden. Zijn kinderen waren allen gedoopt in Bevingen tussen +/- 1865 à 1885 en waren rond  1910 de deur uit (o.a. mijn grootvader Emanuel, Octavie, de grootmoe van  Louis Bollen en Julie Peeters die met G. Houwaer getrouwd was, zijn allen in Bevingen blijven wonen).


Arnold heeft waarschijnlijk in die bewuste beekboerderij blijven wonen tot hij stierf. Daarna is de familie Coart-Libens er komen wonen. Twee van Arnolds dochters waren trouwens met een Libens getrouwd (van de Beekstraat in Sint-Truiden). 


Evrard Coart en Irène Libens hadden hun eerste kindje in 1930 en waren dus aan een eigen huis toe. Zij zullen het beekhuis waarschijnlijk na de dood van Arnold Peeters gekocht hebben. Pas na de oorlog en het overstromingsellende is het gezin  naar Neerlanden verhuisd. Zij hadden hun buik vol van al die overstromingen. 


Vital Peeters, kleinzoon van mijn Arnold Peeters, heeft dan de boerderij overgekocht maar er een nieuw (verhoogd) woonhuis gebouwd. Nu woont er diens kleinzoon , Peter Peeters.


Impressie van die bewuste overstroming


De overstromingsfoto's verwijzen naar het ongelukkige voorval dat het gezin Coart kort na de zware overstroming in 1942 verhuisde naar Neerlanden. Lène wist te vertellen dat die familie een communiefeest (eerste communie van Maria Coart) hadden en dat ze daarvoor alles netjes in orde hadden gemaakt : muren gewit, taarten gebakken, feesttafels klaargezet enz. En toen kwam heel de boel onder water kwam te staan! De familieleden die zouden komen, konden niet afgebeld worden in die tijd. De mensen zaten radeloos en verbitterd bij. Gelukkig konden ze rekenen op de hulp van de buurt. Maria Delbroeck, gekend als de 'wijze' vrouw. / vroedvrouw en vrouw van Jef Benaets, had haar goed hart en praktische aanleg laten zien. En zo kon met de resterende taarten het feest toch nog doorgaan (bij haar thuis !!). 


Anekdote

Mijn moeder, Hortense Coart, vertelde over de dagen na de overstroming...

Pa (Evrard Coart) was ook rond aan het gaan in huis en zag hoe alles nat en vol modder erbij lag. Op een gegeven moment zag hij zijn hoed liggen, totaal doorweekt en vol modder. "Deze hoef ik dus ook niet meer", zei hij boos, en hij smeet hem door het open raam in de beek. Een beetje verderop haalden buren de hoed uit de beek en brachten hem terug, in de hoop dat hij er blij mee zou zijn.  "Hier, Evrard, we hebben je hoed uit het water kunnen opvangen."  Pa, durfde niet meer zeggen dat hij hem zelf buiten gesmeten had en zei: "Dankjewel!"  In al onze miserie moesten we toen toch even lachen.