Bezittelijk voornaamwoord

Bezittelijk voornaamwoorden zet je voor zelfstandig naamwoorden en ze geven een bezit aan. Iets is van iemand, bijvoorbeeld: Dat is mijn tas.

De bezittelijk voornaamwoorden vallen onder de EIN-groep. Bij de vrouwelijke woorden en bij het meervoud krijg je dus een -E achter het bezittelijk voornaamwoord.

Bijvoorbeeld: Mein Mann, Meine Frau, Mein Kind, Meine Eltern