30 mei 2011
Het zonnetje schijnt al volop als onze wekker om 06:30 u afloopt. Het is vroeg, maar we krijgen vandaag een lange etappe. Even na achten vertrekken we door de hoofdstraat van het stadje. Bij een kruidenier kopen we mineraalwater.
Iets verderop is al markt op dit vroege tijdstip. Omdat vitaminen bij zo’n wandeling als vandaag ook noodzaak zijn kopen we verse appelen bij een marktkoopman. Vóór een parkje steken we de Tiber over en daarna gaat het al gauw over een bospad bergop. Links van ons zien we de rivier. Na ruim 1½ km gaat het weer omlaag over een met keien bezaaid pad. Het is goed uitkijken geblazen. Beneden zijn we blij dat dit gedeelte achter ons ligt. We bevinden ons nu op een verharde weg richting Formole. In dit gehucht passeren we een manege. Voordat we het beseffen zijn we alweer achter Formole en moeten we een afslag nemen naar een brede landweg. We gaan de Poggio Rosso beklimmen. Deze is niet zo hoog en het pad ook niet al te steil, wel lang.
Boven op deze pukkel pauzeren we bij een klein bos. De Duits sprekende dames, Angelica en Beatrix, komen ook voorbij. Zij liepen vorig jaar van Assisi naar Rome en lopen nu Florence - Assisi. We blijven niet te lang zitten, want het blijkt dat er een hoop mieren huizen op onze pauzeplek. Bij de afdaling gaat er iets mis, er zou een doorgang door de prikkeldraad moeten zijn bij een haakse markering. Maar wij zien geen markering. Doorlopend en goed op de kaart kijkend komen we via een kleine omweg weer op de juiste route. Het pad leidt ons naar een verharde weg die uitkomt bij een brug over het stuwmeer Montedoglio.
We steken de brug over en moeten dan ergens rechts omhoog. Maar we twijfelen, welk pad, we vinden er vier! Terwijl we overleggen steekt een ree de weg over. We besluiten het 2e pad te nemen, en dit blijkt de juiste keuze te zijn ( het 1e komt uit in een weiland). We gaan weer omhoog en passeren de dames, die ook de doorgang door de prikkeldraad niet konden vinden.
Verderop komen we langs een prachtige villa, schitterend gelegen met uitzicht op het stuwmeer.
Na het stijgen moet er weer gedaald worden. Nadat we een asfaltweg overgestoken hebben zien we een aantal stalen masten. Deze masten volgend gaan we omlaag over een smal paadje, dat af en toe wel erg flink daalt. Tiny vindt dit een ontzettend vervelend stuk. Op het eind loopt het pad door dichte begroeiing. Het pad komt uit bij een asfaltweg.
Hier treffen we tot onze verbazing Frank en Michael. Ze zijn ons niet gepasseerd, terwijl ze normaal iets later dan wij vertrekken. Ze vertellen dat hun vertrouwen in de routebeschrijving enigszins gedaald is en daarom de verharde weg volgen. Ze hebben nauwkeurige kaarten bij zich en lopen zo hun eigen route over verharde wegen, kleine paden zoveel mogelijk vermijdend. Frank ziet er ook vermoeid uit, althans vinden wij.
Nadat wij bijgepraat hebben gaat het verder door het voormalige gehucht Albanio. Vroeger, zo vertelt onze reisgids, werden de meeste gebouwen in dit gehucht gebruikt voor het drogen van tabaksbladeren die hier werden geoogst. Nu is het een spookdorp, een geschikte lokatie voor het opnemen van een thriller of een horrorfilm. We bevinden ons in het dal van de Tiber. Het is vlak, geen klimmetjes meer. Fijn dus. En waar een rivier is, is ook akkerland. Hier is dus veel landbouw ( op de ouderwetse manier). Er zijn ook wijnplantages. Terwijl Frank en Michael de verharde weg blijven volgen proberen wij toch de route volgens het boekje te volgen.
Wij komen achtereenvolgens door de dorpjes Viaio, Campodazzi en Santa Croce waar we onze lege waterflessen mogen vullen bij een woonhuis. ’t Is weer zo’n warme zonnige dag.
Ruim 1 km voorbij Santa Croce ligt het plaatsje Santa Fiora, een “voorstadje” van Sansepolcro. Aan de drukke verkeersweg waar we uitkomen ligt, zoals in onze gids vermeld, een barretje genaamd Tiberino. Tot onze verbazing zit hier Andreas. Hij is er dus nog! Terwijl we wat eten en drinken arriveren ook Angelica en Beatrix.
Vooral Angelica is zichtbaar moe, maar wie niet? Jack vraagt hoe zij verder naar Sansepolcro gaan, waarop zij aangeven de laatste 3 km de bus te nemen. “Und was macht ihr?”, is dan hun vraag. Waarop Tiny enthousiast antwoordt:”Wir gehen schwimmen!”.
Er gaan een paar monden wagenwijd open, maar dit is inderdaad ons plan. Volgens de beschrijving schijnt er een mogelijkheid te zijn om door de Tiber, die van hier uit naar Rome stroomt, naar de overkant te waden. Aldus vervolgen wij onze weg die ons via de buitenwijk en het erf van een boerderij naar de Tiber leidt. Als we voor de rivier staan vragen we ons af hoe we in hemelsnaam aan de overkant die wand op moeten komen. Dat gaat nooit lukken.
We besluiten te gaan kijken of er een andere plek is waar we pootje kunnen baden. Even later vinden we die.
Jack gaat eerst ( zonder rugzak) een poging wagen; kijken of het niet te diep is en of we aan de andere kant omhoog kunnen klimmen. Met de wandelschoenen uit, de crocs aan en het onderste gedeelte van de broek afgeritst stapt hij het overigens kraakheldere ( en koude!) water in. De overkant wordt bereikt. Zijn conclusie is dat het moet kunnen. Hij keert terug en maakt daarna met rugzak definitief de oversteek. Dan volgt Tiny die kleiner van formaat is. Onvervaard zoals ze is begint ze aan dit avontuur.
De aanwijzingen van Jack goed opvolgend ( naar links, naar rechts), komt ze ongeschonden maar wel met een iets nattere broek aan de overkant. We moeten beiden lachen om onszelf.
De schoenen gaan weer aan en dan moeten we over een muur van ruim 1 mtr hoog. Daarna banen we ons door de struiken een weg omhoog naar het pad dat daar achter loopt. Dit pad voert ons naar de hoofdweg die onder de autostrada door naar Sansepolcro gaat. Het is een drukke weg, met niet alleen auto’s maar ook met zogenaamde Ape’s. Dit zijn Piaggio Ape’s of Vespacars, driewielers die meestal met een tweetaktmotor uitgerust zijn en kleine vrachten kunnen vervoeren. Een half uur later zijn we in het centrum waar we eerst Andreas op een terras zien zitten en even later Beatrix treffen die ons de weg naar Albergo Fiorentino wijst. We krijgen een klein maar net kamertje, het is inmiddels 18:45 u.
’s Avonds gaan we lekker eten op een terras, en hebben alle tijd. Want morgen hebben we een rustdag!
Lees verder Rustdag Sansepolcro