7 juni 2011
Wat een mooi verblijf is deze agriturismo. Maar we moeten weer verder. We twijfelen, wordt het de waterdichte of de afritsbare wandelbroek. We gokken op de laatste. Nadat we afscheid hebben genomen vervolgen we onze weg over de strada bianca naar het zuiden.
De route naar Assisi wordt steeds beter aangegeven!
De eerste kilometers schieten we goed op, dit is lekker wandelweer. Rechts zien we in de verte de abdij van Vallingegno waar Franciscus verbleef nadat hij afstand had gedaan van zijn bezit.
Ons pad kronkelt verder en we komen op een plek waar een kapelletje op een grasveld staat. Het is de Chiesetta della Ripe, een kapelletje ter ere van de Madonna della Grazie.
De ingang is vanaf het pad niet te zien, Jack gaat even kijken. Het kapelletje is afgesloten, maar door het hek kijkend is een fresco te zien. een mooie afbeelding van "Onze Lieve Vrouw van Genade".
Een half uur later staan we voor het hek van de kluizenarij San Pietro in Vigneto. We komen niet op het terrein, want het hek is gesloten. En verder staat er ook NO VISIT. Is dus duidelijk. Er schijnt nog slechts één monnik te wonen, die schilder is en mooie iconen maakt.
Dit blijkt ook uit de mooie kunstwerken naast het hek. De goeie man is dus een kluizenaar. Als we op één van de borden kijken dan heeft hij het desalniettemin heel druk. Hij staat al om 04:30 u op. De dag wordt grotendeels ingevuld met bidden, lezen, mediteren, en natuurlijk koken en eten. Om 21:30 u gaat hij rusten.
We volgen onze witte weg die naar links gaat en om de kluizenarij heen draait. Jack heeft opeens een spinnenweb in zijn gezicht hangen. Als we op een smal pad zijn gekomen is het inmiddels beginnen te regenen. Het pad loopt langs een afrastering en is moeilijk begaanbaar. Hier hebben we geen mogelijkheid om de poncho’s aan te doen.
Dit kunnen we even later wel als we op een witte weg uitkomen. Gelukkig maar, want de regen komt met steeds grotere hoeveelheden uit de lucht. We komen langs het oude kerkje van Caprignone, dat er verlaten bij ligt.
We komen bij een bergbeek die we oversteken. Het pad wordt weer smaller. Tussen gele bremstruiken kronkelend loopt het bergop naar een afgelegen gehucht. Hier pauzeren we onder een afdak. We hebben nauwelijks proviand bij ons, wat beschuiten, jam en water. Daar moeten we het mee doen.
Maar met goede moed gaan we verder, eerst over een asfaltweg waar een auto door een grote plas water rijdt. Hierdoor krijgen we nog wat extra hemelwater over ons heen.
Daarna weer over een witte weg die ons in een grote boog om het voormalige kasteel Biscina leidt. De weg daalt. Links van ons zien we het Lago di Valfabbrica, een "stuwmeer in wording".
Het waterpeil moet echter nog flink stijgen, want de kruinen van de bomen zijn in het meer nog goed te zien. We volgen het pad zo’n 4 km, waarbij we voortdurend uitzicht op het meer hebben.
Bij een splitsing gaan we over een voetpad naar beneden. We stappen over een beekje waarna het weer omhoog gaat. Dan staan we plotseling voor een steile helling, waarvan de ondergrond alleen uit klei bestaat. Jack denkt dat dit obstakel wel te nemen is, maar dat valt tegen. Nog niet halverwege glijdt hij terug, met flinke modderklodders aan zijn schoenen. Tsja, een alternatief is er niet dus gaat Tiny het proberen, met aanwijzingen van Jack. Het is “sjravelen”, maar het lukt haar. Dan Jack weer en zijn 2e poging is ook succesvol. Opgelucht lopen we verder, het pad wordt smaller, is glibberig en loopt tussen lage natte struiken. Niet prettig. Even later moeten we weer een steil stuk op. Het pad eindigt bij een asfaltweg, en het is zowaar droog geworden dus gaan de poncho’s uit.
De asfaltweg biedt ons een mooi panorama over de omgeving en ook over het meer. Via 2 bruggen komen we dicht bij de stuw, waarna we naar rechts gaan over een stille weg. We passeren een oude boerderij en komen daarna bij een kerkje dat gewijd is aan Franciscus en Clara. De Chiesa di Barcaccia.
Een sober kerkje, boven op het ijzeren kruis zitten 2 duiven te tortelen, een leuk tafereeltje. Vanaf hier zijn het nog 2 km lopen over een rustig bospad waarna we Valfabbrica bereiken. We slapen in Hotel Villa Verde, dat midden in de stad aan een drukke weg ligt.
We maken een wandeling door het stadje, dat echter niet veel bijzonders te bieden heeft. Er loopt een drukke verkeersweg doorheen. Doet een beetje denken aan Palas de Rei in Spanje, waar we in 2009 waren.
We eten ’s avonds pizza in een mooi restaurant, waar de bediening meer interesse toont voor de TV die aan de wand hangt dan aan de gasten. Wij vragen ons altijd af waarom die TV’s zo nadrukkelijk aanwezig moeten zijn. Maar dat zie je overal hier. De mensen willen niks missen.
Lees verder Valfabbrica - Assisi