De Belgische kunstschilder René Magritte behoort samen met Salvador Dalí, Max Ernst en Juan Miró tot de belangrijkste vertegenwoordigers van het surrealisme. Geboren: 21 november 1898, Lessen, België, Overleden: 15 augustus 1967, Schaarbeek, België

In zijn schilderijen was hij op zoek naar de werkelijkheid, welke vervreemdende beelden kan opleveren. Magritte studeerde van 1916 tot 1918 aan de kunstacademie in Brussel. Aanvankelijk werkte de kunstenaar in een stijl die richting de abstracte schilderkunst neigde, in combinatie met kubistische elementen. Hij sloeg in de jaren twintig met zijn schilderstijl echter definitief een andere weg in, toen hij het werk van Giorgio de Chirico had gezien, een Grieks-Italiaanse kunstenaar, die voor meer surrealisten een bron van inspiratie was.

Magritte was vooral in Brussel actief. Terwijl de schrijver André Breton in Parijs het surrealisme introduceerde, werkte Magritte in 1924-25 in Brussel met vrienden ook aan een surrealistische beweging, en hij was redacteur van het dadaïstische en surrealistische tijdschrift Oesophage. In 1927 had hij zijn eerste solotentoonstelling bij galerie Le Centaure. Eind jaren twintig verhuisde hij naar Perreux-sur-Marne, bij Parijs. Spoedig kwam hij in aanraking met de Parijse surrealisten en raakte hij bevriend met Breton en anderen, maar in 1930 keerde Magritte weer terug naar Brussel.

Magritte combineerde verschillende elementen uit de werkelijkheid op het doek, in plaats van fantasiewezens en visioenen te schilderen, zoals surrealistische kunstenaars als Dalí en Ernst deden. De schilderijen van Magritte kunnen de beschouwer in verwarring brengen. De voorstelling doet namelijk sterk denken aan een werkelijkheidsgetrouwe weergave, maar blijkt bij nadere beschouwing onmogelijk in het echt te kunnen bestaan.

Zo is het spiegelbeeld van de man op het schilderij La réproduction interdite (afbeelding hieronder) een herhaling van de achterkant van zijn postuur, terwijl we eigenlijk zouden verwachten via de spiegel oog in oog met de geportretteerde te staan. De titels die de kunstenaar aan zijn werken gaf, verhogen het raadselachtige karakter van zijn schilderijen. Vaak kiest hij voor poëtische onderschriften, die op het eerste gezicht maar weinig te maken hebben met de afgebeelde voorstelling.

Magritte wilde dat de toeschouwer op een andere manier naar de wereld zou gaan kijken. Beroemd is zijn Ceci n’est pas une pipe, waarmee hij wilde zeggen: dit is niet een pijp, maar een schilderij van een pijp (zie afbeelding hierboven). Hiermee benadrukte hij de conceptuele kant van schilderkunst, welke veertig jaar later in de late jaren zestig van de twintigste eeuw een veel gehanteerde benadering van kunst zou worden. Het werk van Magritte kan daarom net als dat van Marcel Duchamp beschouwd worden als een voorloper van conceptuele kunst.

De Amerikaanse kunstenaar Jasper Johns schilderde ruim dertig jaar na Ceci n’est pas une pipe - misschien wel in navolging van Magritte, als voorbode op de conceptuele golf die zou volgen - een iconisch schilderij van de Amerikaanse vlag, getiteld Is it a flag or is it a painting? in 1954-55.

In 1936 had Magritte zijn eerste solotentoonstelling in Amerika, bij de Julien Levy Gallery in New York. Ook nam hij deel aan de 'International Surrealist Exhibition' in Londen en was hij medeorganisator van de tentoonstelling 'Fantastic Art, Dada, Surrealism' in het Museum of Modern Art te New York.

In de jaren vijftig maakte hij enkele grote muurschilderingen in opdracht, bijvoorbeeld voor het casino van Knokke-Het Zoute, voor het Palais des Beaux-Arts en het Congresgebouw te Brussel.

De periode daarna schilderde hij haast fotorealistische schilderijen van landschappen, interieurs en mensen zonder gezicht. In de laatste jaren voor zijn dood werden er overzichtstentoonstellingen gehouden van zijn werk in Amerika, Duitsland, Nederland en Zweden. In 1996 en 1998, ongeveer dertig jaar na zijn overlijden, werden grote overzichtstentoonstellingen gehouden ter ere van zijn werk in Düsseldorf en Brussel. Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam heeft een aantal werken van Magritte in de collectie, waaronder het eerder genoemde raadselachtige schilderij La reproduction interdite.