Uitnodiging
13 augustus 1994 - 21 augustus 1994
Galerie Bauwens, Bornem
Groepstentoonstelling met Frans Peerlings
Inleiding door Frans B. Van Zaelen
Krantenartikel
Krantenartikel (vervolg)
Inleiding door Frans B. Van Zaelen
Muizen, 1 augustus 1994
Opening tentoonstelling Galerie “Bauwens” Bornem 13/08/94.
Openingsrede: PELGRIMS MAURICE
Geachte Mevrouw en Mijnheer: Magda en Jos Bauwens. Hartelijk dank dat Uw bereidwilligheid het heeft mogelijk gemaakt beide exposanten: Pelgrims Maurice en Peerlings Frans te laten exposeren.
Geacht Publiek,
Pelgrims Maurice aan U voorstellen is eigenlijk van het goede te veel. De Pallieter van de Volkskunst uit de streek van “‘t Vaartland”. Wie kent hem niet!
Tederheid, moederschap, zot geweld, bokkensprongen, Pallieters en genieters. Géén thema ontgaat deze man binnen een domein dat hem zo lief is: n.l. ONS VOLK! ZIJN WERK! De geur van oude eik prikkelt zijn neus en verlicht zijn geestelijk goed; lichtelijk; hallucinant; gekruid op volkse wijze! Die eigen aard is hem goud waard. Zijn oeuvre is genietbaar, opmerkelijk mooi, ‘n pronkstuk in de leefkamer en als een vriend in huis.
Het werk dat hij hier voor ons neerzette is eerlijk en heerlijk. Maar voor de meesten onder ons zien we dadelijk dat deze man een autodidact is; iemand die geen bindingen heeft met de -ismen uit het verleden. Er is niet precies een stijl aan vast te knopen, waardoor hij zo apart wordt. Het werk getuigt van spontaniteit en originaliteit dat samengaat met zijn ego - een soort positief egoïsme - dat hem alleen maar ten goede komt.
Het massale van zijn oeuvre is impressionant, zowel naar kwantiteit als diversiteit. De grote handen en zware voeten verwijzen naar het labeur van ‘t Vaartland. Het bloemetje en strikje in de hoed naar ‘t sprookje. Iedereen merkt er wat van.
Zijn bronnen zijn van goeden huize. Zijn werkkracht is onuitputtelijk. Hij geniet bij de geur van oude eik. De ‘Pelle’ want zo laat hij zich noemen, sloeg maar liefst meer dan 250 beelden samen binnen zijn galerij die uit twee verdiepingen bestaat nl. een gelijkvloers en een etage. Overweldigend als je daar binnenkomt; je weet echt niet waar eerst te kijken. Het is even wennen, voor je met peilende gedachten er doorheen geraakt. Voor mij, leek het de Pelle zijn tempel te zijn; deze waar liefde en leed gestreden wordt.
Maurice heeft zich nooit kunstenaar genoemd, zegt hij, dat laat hij aan anderen over - en hoewel zijn verzorgd uiterlijk en stijl wel een vleugje ijdelheid laat vermoeden, dient toch gezegd dat hij zich niet laat pramen zijn hulp als standwerker te verlenen bij volksfeesten.
Nou ja “goede wijn hoeft geen krans”. De Pelle heeft die wel. Hij is de wijn, het werk de krans en samen zijn ze de Pallieter in ‘t Vaartland.
Frans B. Van Zaelen
Inleiding door Frans B. Van Zaelen